Ongemakkelijke communicatie…

Ongemakkelijke communicatie…

In de afgelopen maanden zond RTL4 net als Videoland een reeks uit onder de titel ‘B&B vol Liefde’. Uitgangspunt van dit tweede seizoen was een reeks mensen met een (soms soort van..) Bed & Breakfast in den vreemde. Veelal qua karakter bijzondere lieden die daar waar ze neerstreken in Frankrijk, Italie, Oostenrijk of Portugal, redelijk succesvol waren in het uitbaten van hun nieuwe bron van inkomen, maar soms nog steeds in de opbouwfase van dat gebeuren verkeerden.

Terwijl ze daar al dan niet hard werkend aan de slag waren ontdekten ze ook dat ze de liefde misten. Een partner aan hun zijde, een maatje, zowel voor de uitbating van hun B&B als ook in bed. Nou het programma liet zien hoe slecht Nederlandse mannen en vrouwen zijn in zgn. partnercommunicatie. Ze luisteren niet, kwekken over koetjes en kalfjes en zelfs dat niet, maar zijn niet meteen verkopers van hun eigen gevoelens. Daarbij komt dat de kandidaten(s) die zich inschreven om het eens te proberen bij die B&B-eigenaren soms ook van een empathisch niveau zijn dat je echt meteen de conclusie kunt verbinden dat ze daarom vaak als single door het leven gaan.

Horkengedrag, een zekere domheid, totaal geen interesse in die andere mens behalve dan wellicht het feit dat je door zo’n serie ineens kunt opduiken als ‘BN-er’ in andere formats. Mijn tenen staan er krom bij. Want net als ik al eens eerder schreef in ander verband, dat je de liefde zoekt maar er niets voor wilt doen. Oftewel eens vraagt wat die potentiele andere mens in jouw leven leuk vindt, graag eet of weet ik wat interessant vindt, ik kan er met de pet niet bij. Zijn we dan zo slecht opgevoed? Is de liefde ons totaal vreemd geworden, moet het op een presenteerblaadje worden aangereikt zonder tegenprestaties? Dan snap je wel dat op enige termijn relaties stuk lopen.

Mannen die wel aan hun eigen plezier denken maar de veelal vrouw in de relaties vergeten. Vrouwen die het materiele interessanter vinden dan de passie maar vooral menen dat de zon slechts op hun lijven zal schijnen voor de rest van hun leven. Daarbij zie je ook dat men zich nauwelijks realiseert dat het leven in een of ander Frans gat echt iets anders is dan wonen in de grote stad midden in Nederland met je familie en vrienden om je heen. Het kan best zijn dat het allemaal via een script zo in elkaar is gestoken maar mijn handen jeukten soms om die lui eens flink door elkaar te schudden en aan te reiken hoe je bepaalde zaken hoort te doen in een wedstrijd om een relatie. Een van de meest botte lui uit de reeks, ene Richard, was in al zijn onverstaanbare geschreeuw wel het meest duidelijk. Hij hield van vrouwen met lang haar en ronde stevige billen en had een grote passie voor klussen en motorrijden. Met die ogen (vrouwen moeten me niet aan de kop zeiken..) bekeek hij de kandidates. En die hadden het daar in de meeste gevallen best lastig mee. Maar bleek in de finale een hartje van goud te bezitten. Het was in zijn totaliteit echter een en al rariteitenkabinet, maar wij hebben ons er wel mee vermaakt. Omdat je meteen ziet dat veel mensen buitengewoon matig zijn in welke vorm van communicatie ook. Zouden er daarom zoveel gescheiden zijn geraakt dan wel al jaren lang single gebleven? Vast….. (Beelden: Internet)

Herfst…

Herfst…

Vandaag begint officieel de herfst.

Dan gaan we weer op weg naar een periode van schemering en koude. De zon zakt steeds verder af naar het zuidelijk halfrond, waar men daarom juist vandaag viert dat de lente begint. Die herfst hier in onze streken kan vaak heel mooi zijn. De Nederlandse omstandigheden zorgen voor natte bossen waar op enig moment de blaadjes hele bodems bedekken, waar de aanwezige dieren hun voorraden gaan opbouwen voor de komende winter. Elk jaar weer, een vast patroon. Mensen kijken vooruit, maar weten ook dat de voorraden niet meteen hoeven worden aangevuld omdat de supermarkten dat al voor ons doen. De gemiddelde mens in ons land heeft het goed, leeft in zekere vrijheid en kan of mag nog zeggen wat hij/zij wil.

Bedenk maar dat het wat dat betreft in andere landen gewoon constant winter is. Symbolisch benaderen wat zo natuurlijk lijkt. Zal zitten in de bui die ik op moment van schrijven van dit verhaaltje heb. De herfst is ook in deze tijden weer de periode van plannen maken voor leuke dingen die komende maanden over ons heen gaan komen. Als alles gaat zoals we willen dat het gaat, en blijft zoals we het graag zien. Praktisch gesproken kijken we naar de CV Ketel en of die wel op niveau voor het in de winter gevraagde warme water staat. De auto moet over een maand naar de dealer, de winterbanden kunnen er weer onder, want de Duitse ritjes vragen er om.

We verzetten de automaten voor de verlichting in huis, en denken terug aan de tijd dat in mijn vroegere vakgebied die laatste maanden van het jaar altijd moesten zorgen dat er nog even 40% van de jaaromzet uit moest worden geranseld. Veel autokopers van toen kochten graag in het najaar iets anders. Ze waren op vakantie geweest met hun oude karretje en waren al dan niet met pech onderweg gestrand en zochten nu naar een betrouwbare nieuwe of jongere tweedehands. Dat waren mooie tijden. Daarnaast planden de toenmalige fabrikanten het nieuws voor volgend jaar, veelal werden die modellen al vanaf de zomervakantie een jaar eerder in productie genomen.

Tegenwoordig werkt dat toch iets anders. Je mag blij zijn als je een nieuwe auto die je nu bestelt ergens over negen maanden of zo ontvangt. Druk op de ketel en een gebrek aan microchips zorgen daar voor. En opvallend, ik heb in mijn logboek voor de gemaakte vluchten ontdekt dat ik slechts een enkele keer op de 21e september in de lucht was. Precies 9 jaar geleden was dat, met vrouwlief en vriendin Thamara. Van Berlijn terug naar Amsterdam. Verder viel al dat gevlieg nooit op die eerste herfstdag. Als dat geen toeval is. Hoe dan ook, ik wens iedereen een geweldige herfst toe. Moge de verkleuring prachtig zijn…. (Beelden: Archief)

Bossen vol geheimen…

Toen Nederland nog bang was voor ‘de Russen’ werkte men zeer nauw samen in NAVO-verband aan haar verdediging. En die verdediging was stevig, vrijwel zonder beperkingen op materieel en financieel gebied. De Amerikanen hielpen ons met een soort ijzeren paraplu tegen de nucleaire regen, tot we met onze Koninklijke Luchtmacht een vliegtuig in huis kregen dat elke vijand van dat moment aan zou kunnen, de F16. Tot die tijd hielp een Amerikaanse squadron supervliegtuigen het land verdedigen. En die waren gestationeerd op Vliegbasis Soesterberg. Naast wat Nederlandse toestellen was het 32e Fighter Interceptor Squadron van de USAF een van de best bewaarde defensiegeheimen van die tijd.

Men gebruikte toestellen die onze KLu zich niet kon of mocht veroorloven. Zoals de North American Super Sabre, of de fantastische F-102 Delta Dagger van Convair. Later kwamen er F-4 Phantoms naar Soesterberg en weer een paar jaar verder als ultiem verdedigingstoestel, de McDonnell-Douglas F-15 Eagle die al omhoog stijgend door de geluidsbarriere heen kon breken. Laat de Rus maar komen, hij komt van een koude kermis thuis! Die Amerikanen leefden in Soesterberg en omgeving, veelal in speciale wijken van die plaats en bemoeiden zich weinig tot niet met de Nederlandse bevolking. Er waren eigen winkels op de vliegbasis, de spullen daarvoor werden ingevlogen via Schiphol of met speciale transportkisten die de Amerikaanse luchtmacht in Europa gebruikte om haar vele bases te bevoorraden. Ik was als jeugdig spottertje maar ook later in mijn Schipholse werkleven, regelmatig te gast op Soesterberg. Die kisten, die sfeer, al die geheimen.

Geheimen die je slechts kon bevroeden. Niemand wist precies hoe het echt zat daar. Intussen is de basis met dank aan Minister van Defensie Kamp al enige jaren gesloten. De vijand wordt geacht zich te wenden tot de Luchtmachtfilialen op Leeuwarden of Volkel als men even wil sparren. Soesterberg is nu de thuisbasis voor het Militair Museum, er zal op een deel van het terrein worden gebouwd en men stelde de bossen open. En juist die laatste opening is waarover mijn verhaal nu gaat. Welk een prachtig gebied. Gelegen naast de Paltz waarover ik al eens eerder een blogverhaal schreef. En midden in die fraaie groene omgeving (wandelen en fietsen) vindt je nu ondergrondse en bovengrondse bunkerstelsels. Indrukwekkend veel zelfs. Munitiebunkers, met speciale (enorme dikke)deuren en daken die er vanaf kunnen springen bij een onverwachte explosie.

Vaak zit er nu iets kunstzinnigs in, zoals je bij meer forten in ons land tegenkomt. Cultuur als tegenwicht voor militarisme. Het ‘parkgebied’ is heuvelachtig, er zijn bekkens voor drinkwater (vroegere bluswaterbakken) en er loopt en vliegt al het nodige rond dat in een beetje oerbos niet zou misstaan. Heuvelachtig, uitkijkplaatsen waar je een paar trappen voor op moet, en simpele verbindingen met Soest en Soesterberg. Ik liep er met dubbele gevoelens. Ik ben denk ik toch te veel van de goede defensie, zeker in tijden als nu, van de supervliegtuigen en de wetenschap dat die oude paraplu van toen niet in de schuur hoort te staan naast kunst maar uitgeklapt tegen alles wat een eventuele vijand over ons kan uitstorten. Hoe dan ook, en alle meninggeefblognostalgie terzijde schuivend, een prachtig gebied en een aanrader om er eens heen te gaan. Maak dan van de gelegenheid gebruik om ook dat prachtige militaire museum te bezoeken. Waar nog een deel van de oude Amerikaanse vloot te zien is ook. Zeker als die corona-ellende achter de rug is, een uitstapje met een uitroepteken. (Beelden: Yellowbird)

Vakantie vieren…

Het is er intussen de tijd van het jaar voor. Hele volksstammen vertrekken in de komende weken weer naar allerlei leuke vakantiebestemmingen. De een zoekt het dichter bij huis dan de ander, als we niet in Verweggistan zijn geweest is het kennelijk niet goed voor ons eigen ego of de bijbehorende geneugten. We vliegen, sporen, bussen en rijden er wat aan af. Was vroeger wel anders. Een weekje Zandvoort was al een heel ding, veel gezinnen hadden er het geld gewooon niet voor. Bij ons was dit anders. Mijn toch eerzuchtige moeder wilde elk jaar wel weg. Ze vond dat ze er recht op had na een jaar hard werken. En omdat haar interesse uitging naar Limburg en dan met name de heuvels in die hoek van het land, wisten wij als kinderen al dat we ieder jaar die kant op zouden gaan. Wel altijd met verschillende auto’s, want leasepa ‘deed in die dingen’ en pakte er gewoon een uit de voorraad.

Werden soms avonturentochten. Gelukkig had hij gouden handen, en kon alles onderweg repareren als het mis ging. Nog groter genoegen voor ma, klandistien de grens over naar Belgie. Wat soms niet zo handig was, want er was ook nog controle tussen de diverse landen en zonder papieren aan de grens tegengehouden worden was goed voor veel onrustige spanning. Gek genoeg vonden de ouders dit leuk. Nu moeten we als gemiddelde Nederlander kennelijk vooral ver weg. Met het hele gezin. Inclusief baby en soms huisdier. Of je die er nu zo’n plezier mee doet? Ik herinner mij dat we ooit naar Griekenland vlogen met onze toen nog peuterzoon. Die vond het daar prachtig. Want je kon op het strand scheppen en met je voeten in de zee. En hij werd er bruin van huidskleur.

Een jaar later aan de Nederlandse kust, mijn broer en schoonzus waren indertijd uitbaters van een strandtent en wij waren in de buurt, zag ik precies hetzelfde beeld. Scheppen en voetjes in de zee. Om daar nu dat hele eind voor te vliegen…. Toch heb ik wel mooie herinneringen aan gemaakte reizen hoor! Zoals een rondreis door West-Turkije om maar iets te noemen. Prachtig! Een trip door Florida! Geweldig! Onze reizen naar en door Schotland, de al eens eerder genoemde trip over Gran Canaria per bus om zo aan de bakover in het zuiden te ontsnappen. Geweldig was ook de trip naar Barcelona, paar jaar terug. Heerlijke stad. En natuurlijk de vele, vele, vele keren dat ik in Praag te vinden was. Met de auto of per vliegtuig.

We zagen veel, we aten vaak heerlijk en dronken over het algemeen in goede sfeer een lekker drankje. Snoven vaak de cultuur van zo’n land of stad! Maar dat gevlieg, beter, het gereis in het algemeen staat me nu steeds meer tegen. Rijden is ook zoiets. Ik vind het nu nog wel mooi om een uur of vier achter mekaar door te moeten rijden. Maar langer niet. Toch reden we vroeger in een klap naar Parijs, Praag, Frankfurt. Deden daar ons ding en reden weer terug. Moet er nu niet aan denken. Plezier heb ik aan korte stedentrips. Met onze lieve vriendjes links en rechts. Kerstmarkten in diverse steden, gewoon toeristische tripjes in NL en B. Je ziet of beleeft soms zaken die je nooit eerder had bedacht.

En regelmatig even naar het Duitse land voor onze invulling van lijstjes met zaken die we naar onze mening of voorkeur niet kunnen missen. En dan een schnitzeltje aan de Rijn eten met een goed glas. Altijd fijn, smakelijk, sfeervol en zeer bevredigend. Dat ik dan al weer snel thuis bij de poezen kan zitten is voor mij wel voorwaarde. Ik geniet toch het meest thuis ontdekte ik een paar jaar geleden. En denk maar niet dat dit saai is. Wel veel rustiger. De oude heer Meninggever heeft al zoveel gezien. Honderden uren gevlogen, tienduizenden gereden, en dan dat is best een mooie balans. Huis is thuis, ver is leuk, maar ik laat het graag over aan anderen. Dus reist vrouwlief af en toe gezellig af naar die plekken die zij graag wil bezoeken. En geniet ik op mijn beurt van de vrijheid niets te hoeven. Je moest eens weten hoe leuk dat is….En jij beste lezer, vakantieganger. Campingliefhebber? Gek op de Fransen of de Italianen?? Ik ben echt benieuwd. Ook naar je eventuele wensenlijstje. Waar wil je nog eens heen??  (Beelden: Yellowbird archief/internet)

Bakken…

Wie mij de afgelopen jaren regelmatig heeft gevolgd weet dat ik niet zo van de stranden ben. Hoe fraai het weer is, hoe warm ook, laat mij maar in de schaduw zitten of lopen. Lekker in de relatieve koelte, niks zand en verbrande lijven. Ook al zijn sommige van die lijven het aanzien meer dan waard, daar hoort het mijne niet bij. Ik ben bijna van het Brits-transparante huidtype, dus wit van kleur en kan slecht tegen de invloed van de zon. Die volgens alle milieugekkies en andere onheilsprofeiten toch al een slechte invloed heeft op onze lijven als we er te veel gebruik van maken. Die zon is onze bron van bestaan, maar je hoeft de affectie niet te overdrijven. Toch heb ik in het verleden best vaak stranden bezocht, er zelfs op gelegen. In de tijd dat dit nog een echt uitstapje was. Zandvoort was de standaard badplaats van de gemiddelde Amsterdammer, Bloemendaal voor het iets chiquere deel van de bevolking en veel Noord-Hollandse badstekken voor hen die al dan niet in een vakantiehuisje of caravan van de zomer(vakantie) genoten. Meestal bleef het voor mij persoonlijk bij een haat/liefde-verhouding.

Ook in het buitenland wilde ik wel eens een enkele keer het strand uitkiezen als bestemming. Meer voor de andere leden van ons gezin dan voor mij zelf. Ik was en ben niet zo van het Spaanse of Turkse. Portugal kon me meer bekoren. De Algarve met haar toen nog vaak wat ongerepte witte stranden waar langs rode rotsen en groene bomen of struiken prachtig combineerden met de blauwe zee en dito luchten. Ik kwam er dan nog wel eens chocoladebruin vandaan. All-over, dat spreekt, want bloot was toen nog niet taboe. Heel anders verliep mijn strandervaring op het op zich erg fraaie eiland Grand Canaria. Playa des Ingles als onze verblijfstek (helemaal fout in veel opzichten) en een soort woestijn om de hoek. Ook daar kon je in de blote billen over het enorme strand paraderen, was vrij normaal nog toen, maar de invloed van de zon was zo rond of op de evenaar van een ongekende en andere orde. Blaren op de voeten en een vuurrode huidskleur. Britser kon niet. En daarover gesproken….dat eiland werd overstroomd door Britten die met name ‘s-nachts tot leven kwamen en zich zes slagen in de rondte dronken.

Overdag vielen ze dan massaal op het strand in slaap en waren echt doorgebakken als ze wakker werden. Zoveel ‘gekookte menselijke kreeften’ als toen zag ik nooit eerder. Wat die lui soms bezielde was me een raadsel. Was ik nog een kind bij. Gelukkig maakten we veel gebruik van de regionale bussen, excursies en wandelden ons mal in de zon, maar dan zag je meer dan dat wat Adam en Eva elkaar in het Paradijs toonden. Het bleek leuker te zijn dan gedacht, maar dan moest je wel weg van die stranden. Nog steeds ben ik een beetje ‘anti-strand’ als het er op aankomt. Al is een wandeling in het najaar over een strand dat leeg is en min of meer bevolkt door de bij die omgeving behorende dieren nog wel aantrekkelijk. Met onze lieve hond Purdy wandelden we nog wel eens door duin- en strandgebied bij IJmuiden. Dat was altijd leuk. En je kon dan ergens koffie drinken in een strandtent die ook honden welkom heette. Dat waren nog eens tijden…. Maar voor de rest? Dakje, airco, koelte, boek, ontspanning. Of een stedentrip(je). Meer heb ik niet (meer) nodig. Later vertel ik daar meer over! Dus…braden jullie maar lekker. Ik zal het niet nadoen en ben ook niet jaloers. (Beelden: Yellowbird archief)

Glaasje wijn….

Ik ben op het gebied van alcoholische drankjes een beetje een saaie broeder. Pas laat ontdekte ik de geneugten er van, en zo was mijn eerste glas bier dat ik tot me nam er een van de beste soort. Namelijk, in 1978, in het toenmalige Tsjecho-Slowakije bij de Urquell-brouwerij afkomstig uit de stad Pilzen. Dat bier smaakte weliswaar bitter, maar ik kon het wel waarderen. Wijn ging min of meer langs dezelfde soort weg. Tot ergens in mijn volwassen jaren liet ik het drinken er van achterwege. Nu kan ik van een goed glas wijn zeker genieten. Maar echt een kenner? Nee! En daardoor zal ik zelf niet zo vlug een fles open trekken om mijzelf te bedienen of verwennen. Nee, als het wordt gevraagd en we in goed gezelschap verkeren doe ik mee, en blijk ik nog steeds aan mijn eerste glas te zitten als de rest van het gezelschap de bodem van de fles allang heeft drooggemaakt. Als ik al iets drink, dan toch vooral drankjes met een ‘zoetje’.

Martini Bianco on the rocks bijvoorbeeld, of het heerlijke Liqor43. Dat kan ik nog wel waarderen. Maar zelden zodanig veel dat ik er aangeschoten zou raken. Dat werd ik overigens heus wel eens hoor. Met name de Tsjechen hebben een drankenaanbod waarbij de alcohol rijkelijk is verwerkt in de smaak. Paar glaasjes en hup, je voelt je wazig. Nog wel eens meegemaakt. Thuis komt dat zelden voor. En heel eerlijk, als ik geen alcohol zou drinken om welke reden ook, zou me dat niet deren. Neemt niet weg dat ik dus dat glaasje wijn bij en met de lieve vrienden of familie zeker niet weiger hoor. Soms smaakt het spul prima, elke slok weer. Maar moet je daartoe een halve liter wegwerken? Neuh! Ik denk toch dat ik een soort tic heb overgehouden aan de jeugdjaren toen drankzucht best vaak kon worden gezien in de gezinnen om me heen. En mijn leasepa spuwde er ook niet in. Waarbij hij ongeveer alles dronk, behalve wijn. En ik mijn oma vaak zag genieten van een advocaatje met slagroom. Ze werd er een stuk spraakzamer door.

Maar dat kan ook mijn kinderlijke toenmalige verbeelding zijn. Volgens mensen die me echt kenden maakte het voor de gezelligheid niet uit dat ik indertijd en niets dronk. Kletsen doe ik ook wel zonder dat spul. En toen ook al. En o ja, hoe zit dat dan met dat bier? Wel, heel simpel, ik drink dat eigenlijk alleen als het buiten 30 graden of meer is, lekker in een koud gemaakt glas, op een terras. Lekkerste bier kwam ook nu weer uit Tsjechie, waar ik vaak verkeerde voor het werk en bier domweg hun standaard aanbod was bij welke onderhandeling ook. Qua smaak gevolgd door het vaak ook lekker straffe Duitse bier. Kan ik bij warm weer ook zeer van genieten. Maar om er nu trillende handen van te krijgen? Nee! Wij draaien vaak de zomervoorraad door als het koud wordt omdat de houdbaarheidsdatum regelmatig wordt overschreden. Dus ook als bierdrinker ben ik mislukt. Saai he? Nou ja, dat is dan maar zo. Maar omdat ik vrij nuchter blijf ben ik wel in staat om dit soort stukjes te tikken. Ben wel benieuwd hoe mijn lezers/lezeressen omgaan met een drankje en welke dan voor hen het meest aantrekkelijk is. Ik dank bij voorbaat voor de antwoorden en zeg uiteraard: ‘Proost’ op jullie aller gezondheid..(Beelden: Internet/Yellowbird)

Dappertje Dip…

Onlangs las ik ergens dat een slechte zomer als bijeffect heeft dat veel mensen in de daaropvolgende winter een dip ervaren. Niet zo maar een dip, een echte depressie zelfs. Zon te kort gekomen, te weinig kunnen genieten van de zomerse ontspanning. Dat is best opmerkelijk. Zeker in ons klimaat is de kans op een slechte zomer redelijk groot. Kijk nu eens naar wat we dit jaar meemaakten? Het was pas laat een beetje warm, daarna heet en droog, maar we werden getrakteerd op de koudste en natste september ooit. Als dit dan maar goed gaat in de komende koude maanden. Maar het is ook echt Hollands. Wij zitten nu eenmaal in een zeeklimaat en als de wind in de zomer een beetje verkeerd staat zit je constant in een aanvoer van slecht weer. Ben je dan niet van het in de zon zitten kom je dat dus later op dat punt te kort. Fysiek schijnt dat wel bewijsbaar.

Zo zijn moslima’s die zich naar cultuur en geloof onderwerpen aan de kledingvoorschriften uit het oorspronkelijke thuisland, bekend om hun vitamine D-gebrek en dat leidt al snel tot ellende. Het bedekken van het lijf zorgt voor veel ellende en klachten. Omgekeerd zijn blootlopers weliswaar mooi bruin maar moeten die opletten dat ze geen akelige gezwellen aan of op de huid oplopen. Maar dit terzijde. Vrolijk zijn die blote mensen meestal wel weer en dat zegt toch ook iets. Zelf ben ik zeker ook gevoelig voor dipjes. Gewoon een dag dat je het even niet ziet zitten. Je ‘moet van alles’ en doet uiteindelijk niks. Het komt niet uit de vingers. Dan kan ik mijzelf wel slaan (wat ik nooit doe hoor….te pijnlijk). Maar is dat niet iets wat iedereen weleens heeft?! Bij een tegenslag of zo. Of als je weer eens niet begrepen wordt, geen werk kunt vinden, of als je zorgen hebt om dit of dat?

Een depressie is wel van een andere orde. Zelf heb ik af en toe last van migraine. Heel vervelend. Ik schreef er al eens eerder over. Sluipmoordenaar die toeslaat als ik het niet verwacht. Al weet ik achteraf altijd wel dat ik een dag of twee eerder last had van een dip. Een op een met elkaar verbonden? Ik ben blij dat ik deze zomer genoten heb van het mooie weer wat er ook regelmatig was. Wellicht helpt het de komende wintermaanden redelijk door te komen. En als dat niet voldoende is dan neem ik wel een vitamine-D-pil. Die helpen ook. En hoe zit dat met jullie Bloggers en meelezers? Last van dips, depressies of iets dergelijks? En komt dat dan door de donkere wintermaanden of toch meer door invloeden van buiten of binnen? Laat eens weten als je wilt…..(Beelden: FlickR/Yellowbird)

Dagvlinder…

Hij dartelde van bloem naar bloem en genoot ten volle van het leven. Zij vleugels glansden in de zon en hij koesterde zich aan de aangename warmte. Zijn leven was hij lopend begonnen. Zich voedend ook. Hij had zijn langwerpige buik helemaal vol gegeten op plekken waar dat kon of mocht en dat had ertoe geleid dat hij nu zo groot en krachtig was. Hij kon vele kilometers afleggen zonder te hoeven rusten. Hij gebruikte daarbij zijn reserves maar kwam nooit echt te kort. Hij had kortstondig verkering gehad met een meisje van hetzelfde ras en dat had volgens haar geleid tot goed nageslacht, daarover hoefde hij zich geen zorgen te maken. Deed hij ook niet. Hij dartelde gewoon verder en keek omlaag naar de wereld van die andere bewoners die soms zo heerlijk rook maar ook zo gevaarlijk kon zijn. Hij moest goed opletten dat hij niet werd aangevallen door die grote terroristen die op hem loerden, of die geel/zwarte gifkikkers die hem al zoemend verjoegen als hij even een beetje nectar tot zich nam op een bloem. Dat spul verslaafde hem nog eens. Zo lekker… Op deze zonnige dag had hij weinig wat hem verdrietig kon maken.

Nee, hij leefde en genoot met volle teugen. Het werd anders toen de grote bol in de hemel langzaam zakte. Met dat verschijnsel voelde hij dat hij moe werd. Hij keek eens opzij en zag dat zijn mooie kleuren van overdag ook donkerder werden. En dat zijn vleugels begonnen te slijten. Tijd om eens een slaapplek op te zoeken. Ergens beneden waar het veilig was. Hij moest opschieten, zijn lijf werd koud en kil en hij zou het vliegen niet meer al te lang volhouden. Ergens in een hoekje onder een grote struik besloot hij om de nacht door te brengen. Een nacht waarvan hij geen idee had hoe lang die zou duren. Maar hij waagde de gok. Vouwde zijn vleugels na de landing op en nam de rusthouding aan. Daarbij had hij de grote rode kater over het hoofd gezien die met een oog open had liggen loeren naar alles wat in die tuin bewoog. Met een snelle sprong had hij het dier te pakken dat vlak voor hem op een takje was komen zitten. Met zijn scherpe klauwen scheurde hij de vleugels van het dier en stak het in zijn bek. Het bewoog nog wat, maar met een paar slikbewegingen was het diertje verdwenen. Weer een eendagsvlinder minder. En de kater liep voldaan terug naar zijn vrouwtje en liet zich de bemoedigende klopjes en aaien welgevallen. Tijd voor echt eten. Want van een vlinder alleen kon je niet leven…..(foto’s internet)

Zomerse geneugten

Terwijl ik dit tik is het zweten geblazen. Warm! Juni is echt zomers begonnen en zet ook zo door. Het maakt de dagen plezieriger, de kansen om ergens heen te gaan om daar nieuwe zaken te ontdekken, groter en de lol van de lange dagen groter.  Zomers weer maakt mensen ook vrolijker. Je ziet dat in de manier waarop ze zich kleden, gedragen, praten. Al ben ik dan weer niet zo enthousiast over al die barbecue-fans die zorgen dat je soms de tuindeuren moet sluiten omdat anders jouw huis blauw van de rook staat zonder dat je er om hebt gevraagd. Minder leuk is ook dat mensen tot diep in de nacht in de tuin of op hun tuinbankjes voor de deur gaan zitten kleppen. Ik misgun uiteraard niemand iets, maar laat me wel slapen als mijn fysiek daarom vraagt. Maar als ik het af zet tegen de zonnewarmte en het genoegen van zomerse taferelen ben ik zelfs op dat punt van die nadelen, mild. Je moet het maar accepteren. Zien dat we er mee leven.

Ik merk ook ik in de zon zitten nog leuk vind ook. Nou ja, een minuutje of tien. Als het me te heet op de botten wordt vlucht ik naar de schaduw, maar toch. Ik was nooit zo’n zonaanbidder en eigenlijk is dat nog zo. Ooit, in het zuiden van Portugal, daar genoot ik er wel van en werd zo bruin als een Portugese Adonis. Maar daar hadden we dan ook zo’n fijne bungalow met dakterras en zwembad voor gasten en een volstrekt leeg strand op 100 meter afstand van het complex waar we zaten. We wandelden er in Adam-kostuum de zee in en werden zo egaal bruin zonder verbranden. Hetzelfde trucje een paar jaar later op Cran Canaria zorgde voor brandwonden van de redelijk ernstige soort. Dus nee, dat beviel niet. Maar zo’n Nederlandse zomer is echt iets voor me. Af en toe even een graad of 20 met wat wolken, wellicht een buitje en dan de volgende dagen weer lekker zonnig. Zo is het lekker. En ik hoop dat we er met zijn allen nog een tijdje van mogen genieten. (Beeld: Internet)

 

Zomerse ergernissen 2 – (ont)kleding…

HWC 2En als ik dan toch bezig ben met observaties tijdens de vakantieperiode; ik verbaas me er over hoe divers wij ons kleden als het buiten echt eens zomers warm is. Je ziet dan veel mensen in korte broeken, blote topjes, maar net zo vaak mensen die kennelijk verwachten dat het weer ineens kan omslaan van zomers naar hartje winter. Het is en blijft Nederland tenslotte! Vesten of  truien, zelfs jassen worden gedragen. Lange wollen broeken zijn ook in. Dat snap ik echt niet. Al hoef ik veel van die korte broekendragers ook niet meteen dagelijks op mijn observatiemenu te zien hoor. Ik hoef trouwens maar in de spiegel te kijken en ik mag zeggen te weten waar ik in dit geval op doel. Zelfs na zes weken intensieve bruining zijn mijn stelten nog steeds wit. Noem het een harde huid of zo.

WP_20151212_005De enige plaats waar zelfs ik bruin werd was de Algarve, jaren geleden. Maar verder? Een paar rode knieen wil nog net lukken. Hoe dan ook, korte broeken zijn voor mensen met mooie lijven en dito benen. Voor mensen ook met niet te veel haar op die benen, en al helemaal niet voor hen die gewoon kantoorsokken combineren met sportschoenen of sandalen. Hou dan je lange zomerbroek gewoon aan. Het is vreselijk om naar te kijken…. Dames met de behoefte zich te ontkleden zijn welkom uiteraard, ik berichtte er al eerder over, maar verzorg je intussen dan wel een beetje. Zweetplekken in de oksels zijn een beetje genant, uitstekende haren links en rechts ook. En als niet meer pront is wat pront moet zijn, draag dan een goede beha of desnoods bikinitop onder je luchtige zomerse outfit. Het is echt afzien soms in bepaalde hoeken van het land waar het om uiterlijke schoonheid gaat. Alsof we naast stukken van onze beschaving ook alle spiegels de deur uit hebben gedaan.

USL2Nu pleit ik zeker niet voor de boerkalook, verre van dat zelfs, zeker niet als onder die bedekking de uitvinding van de deodorant nog niet is doorgedrongen, maar af en toe moet je echt denken om de psychische schade die een willekeurige toeschouwer kan oplopen als je niet nadenkt over de aankleding (of ontkleding) op zomerse dagen. Maar verder…wens ik iedereen heel plezierige vakantiedagen toe hoor. Bedenk alleen wel dat ik op mijn reisjes en tripjes zal opletten wie zich wel en niet aan de normen en waarden van dit land houdt. En omgekeerd mag dat ook. Vandaar dat ik niet verklap waar ik zoal mijn blogs van inspiratie zal voorzien in de komende dagen en weken.