Dat oude jaar…

Dat oude jaar…

Morgen sluiten we het jaar 2022 af. En overdenken wat ons aller deel was. Wat we nu weer meemaakten en welke uitdagingen ons volgend jaar zullen wachten. Toen we vorig jaar startten aan dat toen nieuwe jaar hadden we geen besef omtrent wat ons nu weer zou overkomen. We zaten nog te prutsen met corona. We moesten voorzichtig zijn, de besmetting loerde overal. Tot in Februari het Rusland van Poetin meende een buurland zonder repercussies binnen te kunnen vallen en daar een einde te maken aan een democratisch gekozen regering die weliswaar corrupt zal zijn geweest, maar nooit erger dan het in Moskou toeging in de kringen van Poetin zelf. De gevolgen van die oorlog zijn tot op de dag van vandaag keihard merkbaar in onze samenlevingen.

Miljoenen Oekrainers vluchtten onze kant op. Bovenop de al stevige immigratie raakten opvangcentra en woonlocaties voor deze lieden totaal overbelast. De door de EU afgekondigde boycots van Rusland zorgden voor enorme teruggang van onze eigen economie maar ook de waarde van ons aller geld. Inflatie aan de orde van de dag, ons spaargeld verdampt en wat we per maand overhouden aan inkomen gaat op aan o.a. de torenhoge energiekosten. We moeten leven met minder, minder, minder, alleen worden de mensen die dat nu roepen in de politiek niet voor de rechter gedaagd, wat Geert Wilders ooit wel overkwam.

En nu we het hebben over de politiek, deze regering bakte er weinig van. De dwangcombinatie van Rutte en Kaag ism CDA en Christen-Unie is energieloos, stuurloos en initiatiefloos. Groningen werd niet opgelost, Limburg ook niet en de ellende van goedwillende en eerlijke mensen in de toeslagenaffaire ook al niet. Maar we kiezen er wel voor excuses te maken aan Surinamers en zo nog eens tientallen miljarden uit te delen aan hen die nooit leden, te betalen door Nederlanders die nooit iets verkeerds deden. Foute prioriteiten dus. En dat gold ook voor de krankzinnige besteding van tientallen miljarden aan een knevelend klimaatakkoord. Maar krijgt een volk niet het landsbestuur wat het verdient? Als dat zo is wordt ook 2023 best spannend.

Prive waren er voor ons hier ook de nodige ups en downs. Soms zit het mee, dan weer tegen. Gezondheid gedurende het jaar ernstig in gevaar, zorgen om dit of dat en een nieuwe kat. Ik berichtte over dat laatste leuke nieuws al eerder hier. Bij de mensen die we zagen verdwijnen heel wat bekenden, goede vrienden soms. Ouderen, zieken, maar ook vaak veel en veel te jong. Verdriet en leegte het gevolg. Soms hier op de sociale media enorm gemist, anderen snel vergeten. Onterecht, maar toch… De directe nabestaanden verdienen onze steun, voor ons zelf rest vaak de verdoving. Ja lezers/essen, het einde van een jaar. Waarin weer veel gebeurde. Zoveel dat je sommige feiten gewoon al bent vergeten. Omdat het er zoveel zijn. We keken zelf weer rond in Nederland of Duitsland, genoten van dit en dat nu de vrijheid na corona weer terug keerde. En knijpen een oogje dicht bij alles wat er buiten onze persoonlijke invloedssferen plaatsvindt. Anders is dat nieuwe jaar niet iets om naar uit te kijken. Voor u allen, lezers, vrienden, bekenden, relaties uit andere landen, maak er een mooie en veilige jaarwisseling van en geniet van alles wat een nieuw jaar vanaf dag 1 kan bieden. Wie weet komen we elkaar later weer tegen in een vreedzaam en veilig maar vooral gezond 2023. Maar enige reserve behoud ik me toch maar voor….Realisme…het is niet anders….(Beelden: Archief)

21e-eeuwers….

21e-eeuwers….

Zo aan het einde van het lopende jaar overdacht ik me ineens dat mensen die ooit in 2000 zijn geboren intussen 22 of 23 jaar oud zijn en gewoon jong-volwassen. In mijn ogen, want ik stam nog uit die vorige eeuw zoals het merendeel van de bloggers en lezers hier, zijn dat nog kinderen, maar zo zit dat uiteraard niet in elkaar. Toen ik 20 jaar oud was en overigens al getrouwd, voelde ik me al een hele meneer en was er ook van overtuigd dat wat ik wist de enige echte waarheid was en dat waar ik voor ging ook de moeite waard. Datzelfde zie je nu bij veel van de jonkies wiens wiegje in deze eeuw heeft gestaan. Je ziet ze overal actief zijn in de klimaat/milieudiscussies en claimen dat alleen zij de waarheid in pacht hebben. Je ziet ze op straat bij ‘feesten’ of rellen, je ziet ze onderweg op de scooter of in de auto. Ze lopen achter hun eigen gevoel voor al dan niet bijgebrachte normen en waarden aan en vinden dat alles wat hun ogen zien meteen moet worden omgezet in verkrijgkracht. Immers ze zijn opgegroeid in welvaart en vinden een coronavirus en alles wat daarmee van doen had of heeft reden tot grote negatieve meningen over onze generatie of die daarna.

Hun grootouders en ouders maakten er (in hun ogen) een potje van en die moeten maar bloeden voor hun nieuwe geldingsdrang en verlangens. Zo verging het ons ook ooit. Immers onze generatie werkte keihard aan het wegwerken van de godsdienstzuilen en spruitjesgeuren thuis. Ook wij vonden onze ouders verstard, ouderwets denkend en de armoede van de jaren vijftig/zestig was een doorn in het eigen oog. We moesten van alles en nog wat ontdekken en de toen moderne tijd maakte dat we ook gingen reizen om met eigen ogen te zien hoe het elders allemaal ging. Parijs was de stad van de revolutie, Duitsland klom uit het dal van de Tweede W.O. en Londen toch het symbool van een gewonnen oorlog. We dansten op de Amerikaanse jazzmuziek, ontdekten de Beattle-mania, of gingen voor de Stones en vonden onszelf hele pieren.

Ik zie hetzelfde bij de Nederlandse jongeren van nu. Alleen maakten die geen armoede mee, speelt voor veel van hen het godsgeloof toch een mindere rol en is alles wat ze willen ontdekken met een muisklik bereikbaar via het WWW. Werkten wij vroeger vanaf onze 14/15e levensjaar en studeerden we daarnaast de blaren op de billen, tegenwoordig is werken iets dat je komt aanwaaien op je 20-21e. En valt er te kiezen uit welke studies of banen je zelf wilt gaan doen. Dat werd voor ons nog grotendeels door leerkrachten en ouders bepaald. En kon je als je geluk had onderweg zelf die keuzes nog iets bijstellen. Het leven was toen niet zo eenvoudig. Tegenwoordig spelen heel andere zaken. Cultuur verandert ook. De mentaliteit, het doorzettingsvermogen of zelfs de instelling om er iets van te maken. Uitzonderingen daargelaten. Ik ken er een stel die me zeer aanspreken. Maar zie ook een generatie die verwend overkomt, ons ouderen constant de maat neemt en vooral verwijtend de hand ophoudt voor gratis dit of dat. Hoe dan ook, we zullen er rekening mee moeten houden. Die oude revolutionaire tijden zijn voorbij. Solidariteit is verdwenen. Het selfiedenken kwam er voor in de plaats. En het nieuwe geloof gaat als een religie of doctrine over het klimaat. Uitgedragen door mensen die zelden hard hebben gewerkt of dat ooit zullen gaan doen. Een devaluering van het groepsdenken waarvoor het zelfzuchtige in de plaats kwam. Kortom, als je diep nadenkt kom je tot bijzondere overwegingen…(Beelden: Archief)

Een heel fijne Kerst allemaal!!

Een heel fijne Kerst allemaal!!

Uiteraard wens ik als meninggever iedereen die ik via de sociale media of IRL ken of leerde kennen een heel fijne, warme, gezellige, niet eenzame, gelukkige, kleurrijke, smakelijke en liefdevolle Kerst toe. Opdat die twee dagen even maken dat we ons een gelukkig(er) mens voelen. Na de Kerst gaan we weer verder met de meer Aardse dingen des levens….

Kerstmis komt er aan…

Kerstmis komt er aan…

Blijft een bijzonder fenomeen. Die kerstviering. Voor veel mensen op aarde is dat fenomeen juist helemaal niks. Anderen gedenken dan vooral de vlucht van de vrolijke bolle broeder die volgens de Coca-Cola-overlevering vanaf de Noordpool in zijn door rendieren getrokken slede door de lucht dartelend afzakt naar het zuiden om de halve wereld van cadeautjes te voorzien. In christelijke kring zit er toch wel een heel ander verhaal aan vast. Men gedenkt daar in alle eerbied de geboorte van een profeet die in staat bleek meer dan 2000 jaar miljoenen mensen aan zich te binden. Jezus Christus. Geboren in Bethlehem volgens het verhaal uit een relatief arm gezin na een risicovolle reis vanuit Nazareth in het Heilige Land, en ook nog eens neergelegd in een kribbe waar de os en de ezel zorgden voor enige warmte in de koude nacht van de winterse nachten….

Als van oorsprong katholieke kinderen kregen wij dit verhaal vroeger uiteraard ieder jaar op school uitgebreid voorgelezen en de bijbehorende rituelen namen we allemaal met graagte tot ons. Jezus zou de wereld verlossen van den boze. Een onschuldig kind dat de zoon van God moest zijn geweest en zo akelig een jaar of 32 later aan zijn eind zou komen. Maar dat kerstfeest had meer in petto dat dit mooie verhaal. Thuis in de jeugd werd er toch wat meer uitgepakt dan normaal. Er kwam iets van kip op tafel, en die normaal spaarzaam gedekte tafel werd apart bekleed en vol gezet met lekkere hapjes. Er was een boom (met echte kaarsjes…) versiering en we zongen kerstliedjes mee in het gezin. Sfeer heel belangrijk. Is dat veel veranderd?

Nou, wel iets. Dat geloof is intussen aardig weg gevlogen door de jaren heen, de versiering is elk jaar anders, de kip mocht een ander stukje lekkers zijn of soms zelfs iets vegetarisch om de dieren uit de stal toch meer eer te geven dan alleen maar onderdeel van dat oude verhaal. We vieren met familie, vrienden, met mensen waar we van houden of om geven. En we proberen ook onze dieren die warmte te geven die hoort bij het fenomeen kerstfeest. Zelfs in deze lastige tijden… Tegelijkertijd moet je dan denken aan hen die niks meer hebben. Slachtoffer van een oorlog, terreur, extremisme, scheiding of domme pech. Op straat, geen onderdak, geen geld, geen warmte…niks. Kijk, dat maakt veel relatief. Af en toe even aan denken, bedragje overboeken naar organisaties die echt iets doen aan deze ellende van anderen. Het Leger des Heils of Rode Kruis. Waar men vanuit christelijk denken of domweg ingebakken humanisme anderen helpt. Omdat men daarin wil geloven. Als dat zo is heeft het Kerstverhaal weinig ingeboet aan die warmte uit de jeugd. Kan die bolle uit de VS in zijn slee niets aan veranderen……Hoho hoho…(Beelden: Prive)

20 december…

20 december…

Ooit, lang lang geleden alweer, bedacht ik als jongeling dat die intrigerende luchtvaart die mij als Amsterdammer van geboorte altijd in het dagelijks leven begeleidde, in miniatuur moest kunnen worden nagebootst. Met mijn toenmalige beperkte middelen maar grenzeloze fantasie zette ik een van luciferdoosjes en bijbehorende stokjes een vliegveld in elkaar op de huiskamertafel en bouwde een vloot vliegtuigen op waarmee ik naar alle werelddelen kon uitvliegen. Die fantasie speelde daarbij een dominante factor. Een kinderhand snel gevuld. Maar het idee werd een passie, de kleine amateur al snel een jong volwassen professional. Samen met wat vrienden bouwden we een miniatuur luchtvaart wereld op en reden per fiets of latere brommer de straten en steden rond de onze af op zoek naar nieuwe aanwinsten om onze vliegvelden en vloten sterk uit te vergroten. Voorbeelden voor dit alles op fiets (later brommer)afstand van huis. Schiphol!

De constante schaal was toen 1:250. Dat was zo gekozen omdat speelgoedfabrikant Siku uit Duitsland een groot aanbod van dit vliegende spul bood met een constante schaal als uitgangspunt maar ook de nodige kwaliteit op gebied van vormgeving en uitmonstering. Veel zakgeld ging bij ons op bij het bereiken van dat doel. We wisten toen nog niet dat Siku (van oorsprong een plastic fabrikant die een gat in de markt had gezocht en gevonden) in de jaren voorafgaande aan onze zoektochten, was gestopt met die vliegtuigproductie omdat men domweg geen personeel genoeg had om alle benodigde afdelingen te bemannen. Later kwam dit voor ons pas aan het licht en moesten we noodgedwongen omschakelen.

Maar niet nadat ik leasepa zover had gekregen om op zolder (indertijd was dat eigenlijk de opslagruimte voor kolen en oude troep) van ons Amsterdamse huis een kamer te bouwen waarin ik een enorm vliegveld beschikbaar kreeg met verlichting en zo meer. Heel wat uurtjes bracht ik daar door met mijn toenmalige vrienden en de gezamenlijke passie. Het werd later groter en groter en zou uiteindelijk leiden tot zaken die gewoon te maken hadden met werk en mijn grenzenloze passie voor alles wat vliegt en mij ook uiteindelijk zo vaak vervoerde. Als een hobby, een idee, uiteindelijk leidt tot werk, studie en inkomen en zelfs de keuze voor bepaalde woonomgevingen moet het wel iets bijzonders zijn toch? En mag ik de datum waarop ik als jeugdig Mokummer vastlegde dat ik mijn eigen luchtvaartwereld officieel in gebruik nam wel even koesteren. De mancave van n u, met alles wat daarin verkeert is allemaal een gevolg van toen. 20 december dus, elk jaar in stilte gevierd. Om die reden neem ik straks een lekker zoetje bij de warme chocolademelk die ik als alternatief drink voor koffie. Maar dat is weer een heel ander verhaal….(Beelden: Yellowbird)

Slim concept kwam te vroeg; Smart…

Slim concept kwam te vroeg; Smart…

Terug naar mijn reeks blogs in alfabetische volgorde rond automerken die er toe deden of doen ben ik nu aangekomen bij een merk dat eigenlijk meer een concept was dan een volwaardig merk. Bedacht door de oprichters van Swatch en met technische steun van Daimler-Benz groeide het uiteindelijk uit tot een serieus te nemen automerk, ook al waren de hobbels best hoog. De gedachte achter het concept was dat men een kleine stadsauto wilde bouwen met volwaardige kwaliteiten en een hoge mate van veiligheid. De eerste ontwerpen lieten zien dat de eerste modellen zeer compact zouden zijn, geschikt voor twee inzittenden, met een motor achterin en een automatische versnellingsbak. Al snel bleek dat de eerste exemplaren niet uitblonken door comfortabele rijeigenschappen en dat ook rond de veiligheid wel wat vraagtekens waren.

Terug naar de tekentafels dus, en meteen het concept aanpassen bij de door Daimler-Benz gewenste eisen rond het nemen van plotseling opduikende obstakels als rendieren. Hun Model A had daar immers een dure prijs voor betaald. De nieuwe smarts kregen nu grotere achterwielen met een breder spoor en de inzittenden zaten in een kooi van keiharde kunststoffen. Naast een benzinemotor van 600cc kwam ook een piepklein dieseltje beschikbaar. Het concept hield ook in dat de wagens niet zouden worden verkocht via normale dealerbedrijven maar vanuit speciaal te bouwen smart-torens waarin je de gewenste uitvoering en kleur zelf kon aanwijzen.

Daarbij was die kleur ook weer uitwisselbaar omdat de kunststof carrosseriedelen onderling uitwisselbaar werden gemaakt. Naast dichte versies kwamen er ook open wagens beschikbaar en bedrijven als Brabus zagen wel brood in opgevoerde smarts. De verkopen verliepen nooit meteen echt vlot. In grote steden ging het meestal nog wel maar mensen buiten die steden waren zelden voor een smart te porren. Later bouwde men wat grotere modellen. Zo was er de kleine Coupe en Cabrio die zo laag waren dat ze de vergelijking met een Britse sportwagen uit vroeger tijden nog wel konden doorstaan.

Ook een keurig en kleurig uitgerust hatchback kwam op de markt, aangeduid als forfour, wat inhield dat je er met vier mensen in kon meerijden. De nauwelijks opvallende auto werd een tijdlang in het Limburgse Born gebouwd. Maar die tijden liggen alweer ver achter ons. De opvolger van die forfour wordt nu weer samen gebouwd met Renault en daardoor kreeg je weer twee zusjes, waarvan de andere als Twingo door het leven gaat. Smart speelt nog steeds een rol, maar is nu wel heel bescheiden onderdeel van het business-model bij Mercedes-Benz dealers. De torens verdwenen, de bijzondere modellen ook. Maar daarbij nam men ook afscheid van benzine- en dieselmotoren. De Stadsflitsertjes rijden nu op elektra en bieden een actieradius van net aan 100km. Dat is in de stad nog wel aardig, op de buitenweg heb je dan niks meer te zoeken. En daarmee wordt het concept wel geweld aan gedaan. Overigens heeft Daimler in China een deal gesloten om de elektrische karretjes voortaan daar te bouwen en nieuwe versies met andere aandrijving in Frankrijk. We zullen zien in hoeverre de plannen deze keer wel helemaal worden uitgevoerd, want het merk kent vele koersveranderingen en dat is meestal niet zo goed voor een imago. (Beelden: Archief)

Lekker smikkelen in Edam…

Lekker smikkelen in Edam…

Al een paar maal bezochten we tijdens onze niet al te regelmatige tripjes naar het Noord-Hollandse Waterland de vestiging van Banketbakker Mastenbroek in Edam. Dat is een bakker met een keurig nette lunchroom in huis. De laatste keer dat wij er op bezoek gingen was het in het laatste weekend van november, fris buiten, binnen lekker warm (ondanks de hoge energiekosten) en prachtig gebak straalde ons tegemoet uit de keurig gepoetste vitrines. Men kent hier zitjes die deels bestaan uit tafeltjes met lederen stoeltjes er omheen en soms uit soortgelijke opstellingen waarbij je kunt zitten op een lange bank die met stof is bekleed. Maar die zit wel erg laag, ik zelf verkoos toch een van die stoelen.

Hoe dan ook voelt het allemaal gastvrij en ook qua sfeer en aankleding warm aan. Het is een redelijk gevuld winkelpand. En dan met name het aantal klanten dat hier iets lekkers vandaan haalt is best aardig omvangrijk te noemen. Het bleef maar doorlopen. De zitjes waren bij ons bezoekje matig bezet. Het volk was bezig met Sinterklaasinkopen denk ik. Maar dat maakte ook dat we de gastvrijheid van de jonge meiden die hier de bediening verzorgden extra mochten voelen. Ze zijn aardig, vlot, geven advies en regelen dat je een goed warme kop koffie of bloedhete bak thee op je tafeltje krijgt. We bestelden een paar lekkere hapjes en het moet gezegd, het saucijnenbroodje dat ik bestelde was niet alleen goed heet, het was ook heerlijk. Een banketbakker naar mijn hart. En wie mij al wat langer volgt weet dat ik op dit punt best kritisch ben.

De norm is bij mij als altijd een vrijwel onhaalbare 10 voor deze snack, in Edam komen ze tot een prachtige 9.5. Dat geldt eigenlijk ook voor het hele concept hier. Met name die gastvrijheid, warmte en inrichting doen dat wat je als klant van een dergelijke ondernemer mag verwachten. Zelfs de toiletten bleken keurig op orde en schoon. Zoals het hoort. En dan ook nog na afrekening van de versnaperingen keurig netjes uitgezwaaid worden terwijl men druk was met andere klanten. Ik ben hier van onder de indruk. Kom je eens in Edam? Niet vergeten deze gelegenheid uit te kiezen. Ooit at ik hier ook een Tom Pouce en die was ook van soortgelijke kwaliteit…. (Beelden: Prive)

Jennen…

Jennen…

Voor hen die niet zoals ik uit Amsterdam komen of er zijn geboren en getogen zal het begrip jennen, ik beschreef het hier al eens eerder in het verleden, niet veel bellen doen rinkelen. Maar de echte Mokummer herkent het meteen. Het is immers een hoofdstedelijke volkssport. Snelle en scherpe opmerkingen, mensen op het verkeerde been zetten, je zelf relativeren en al te serieuze types even op hun nummer zetten. Vooral zij die zichzelf zien als het centrum van de schepping of samenleving kunnen aardig van de leg raken als ze met het fenomeen in aanraking komen. En schieten dan meteen in een of andere kramp. Immers, zij voelen zich aangevallen. Terwijl het voor de ware Amsterdammer gewoon een vorm van humor is die hem/haar het gevoel geeft dat het van de andere kant wel een ‘tandje minder mag’. Wie mij echt leerde kennen weet dat ik er (on)bewust regelmatig gebruik van maak. Zelfs op momenten dat het wellicht minder gepast lijkt kan ik het niet laten.

Een zeker ironie is daarbij niet vreemd. Daarnaast is het zodanig ingeburgerd bij die echte Amsterdammers dat ze zo bij gebrek aan humor of acceptatie van de andere kant weinig begrip hoeven te verwachten. Zeker in de provincie zijn Amsterdammers door hun rechte humor en eerlijkheid vaak niet zo geliefd. Daar praat men liever recht wat krom is of om de hete brei heen. Ik merk dat ook vaak bij import-Amsterdammers die vanuit de provincie komend maar niet kunnen wennen aan dat gebruik om kritiek te leveren op…. Nee, dan was het in hun geboorteplaats toch plezieriger. Daar hield men de mond en wees achter de ramen naar hen die de regels overtraden/treden. Amsterdammers in het zakenleven zijn ook vaak aardig direct.

Doelgericht en stop dus maar met alle flauwekul. Even doorbijten en we maken een zaak goed en voor ons beiden plezierig af. De eeuwenoude handel met verre gebieden in de wereld is ons in de genen doorgegeven. En anders dan de altijd mekkerende lieden die denken dat we als steedse samenleving rijk werden van de handel in of het vervoer van slaven, is er nieuws. Eeuwen daarvoor voeren de handelsschepen vanuit Amsterdam al naar de Baltische Staten en Scandinavie. Wie zijn geschiedenis niet kent heeft in de toekomst niets te zoeken. Dat jennen is dus een verhaal van een mengelmoes van de oer-Amsterdammer en de beste joodse tradities. Opgeteld valt er veel bij en om te lachen. En zag ik dat ooit ook bij Marokkaanse kooplieden met een Amsterdams accent op een van de stadsmarkten in West. Amsterdammers geworden, handelaren en uiterst bedreven in jennen. Het kan echt…als je er voor open staat…..zeker in onze stad! En voor hen die dat niet kunnen, wellicht dat je er na deze uitleg van… mee mee kunt leren leven?? Dankjewel…Je bent te goed…(Beelden: prive)

De dikke man…

Als kind was hij al aardig aan de maat geweest en op school werd hij vaak het Michelin-mannetje genoemd. Alles aan hem was rond, groot, overmaats. Dat gold ook voor zijn hoofd, alleen had men daar boven bij de Schepper niet nagedacht over de herseninhoud die zijn grote hoofd had moeten vullen. Hij was zeker na zijn schooltijd flink gaan eten. Drie Hamburgers, balen patat friet, tien boterhammen bij het ontbijt. Om maar iets te noemen. En zijn omvang nam toe. De 100kilo was snel gepasseerd, de 150 ook en ook de 200. Als hij liep schommelde zijn lijf op zijn enorme ontwikkelde blubberbenen. Over een liefdesleven had hij nooit nagedacht. Ondanks zijn uiteindelijke handicap, er zat echt geen rem op zijn eetlust, was hij wel humorvol en zag het leven best zitten. Maar ja, een vrouw aan zijn zijde zou ook wel leuk zijn. Want zijn verlangens waren er wel, alleen was het allemaal lastig te vinden, letterlijk en figuurlijk. Toen hij op een dag boodschappen insloeg, zijn ouders onderhielden hem financieel zodat hij niet hoefde te werken voor zijn eten of drinken, liep hij zijn toekomstige bruid tegen het lijf. Nou ja lijf, zij was het tegenovergestelde van zijn persoon. Ze was vanuit zijn perspectief rank, knap, en had een stem als een klinkend klokje. Ze had pretoogjes en maakte grapjes met hem. Ook over hun verschillende figuren. En omdat hij zich meteen op zijn gemak voelde bij haar vroeg hij haar mee uit eten. En van het een kwam het ander. Al snel kregen ze iets samen, verloofden zich na enkele maanden en trouwden. Tot seksueel contact was het nooit gekomen, maar uiteindelijk moest dat natuurlijk toch gebeuren. Zij loste alle fysieke problemen op door hem atletisch te bestijgen en zo te bewegen dat hij op zijn rug kon blijven liggen genieten. En voor haar was het net of ze een olifant bereed. Pijnlijk en toch bevredigend. Halverwege de nacht vielen ze op zijn bed in slaap. Naakt, zoals ze waren geboren. In die nacht draaide hij zich om, zijn 250 kilo zware lijf kwam terecht op het hare. Ze probeerde hem van zich af te duwen, voelde dat zij werd gesmoord door al die vetlagen en kwabben. Haar adem ging steeds langzamer. De zijne ook. Hij droomde dat hij een olifant was die op een muis trapte. De volgende dag werd hij wakker en voelde haar naakte lijf onder zich. Verpletterd, blauw, stijf. En hij dacht maar aan een ding…..hoe moet dat nu met dat ontbijt dat hij voor haar had besteld? Nou ja, een dubbele portie, dat ging er wel in….Moeizaam stond hij op….en keek naar haar starende ogen. Arm kind, maar ze was wel leuk….De keuken lonkte….

Nostalgische vriendschap…

Nostalgische vriendschap…

Het was in januari 2005 dat ik na jaren onderbreking een vriendschap van vroeger weer nieuw leven in kon blazen. Met dank aan een boek van Eddy Posthuma de Boer, een befaamde fotograaf. Die maakte met zijn geweldige foto’s een boek over mijn stad dat mij als geboren en getogen hoofdstedeling zeer aansprak maar ik tot dat jaar niet kende. De vriend om wie het ging stond zelf als kind op de cover. En meende dat ik er ook op voor kwam dus zocht hij contact. We woonden toen net als nu vrij dicht bij elkaar maar waren elkaar ergens in het verleden (onze levens verliepen totaal anders) kwijt geraakt. Een derde vriend, ook iemand uit dat verleden, sloot aan en we spraken samen met de bijbehorende partners een datum af voor een nostalgische avond met drankjes en hapjes en de overhandiging van het bewuste boek aan betrokken mensen. Nou dat was heel gezellig en er viel veel bij te praten.

Decennia zelfs. Het boek een prima inspiratiebron over dat leven in die vroegere woonstraat waar ‘overleven’ nog inhield dat je vooral op straat je heil zocht, werken iets was wat al vroeg op je pad kwam en studeren de meeste avonduren in beslag zou gaan nemen. De betrokken vriend was voorbestemd het garagebedrijf van zijn vader over te nemen. De andere vriend kreeg een technische baan bij de RAI-Vereniging en mijn leven verliep via een Bank, Schiphol en zo meer zoals het ging en hier al eerder beschreven. Qua wonen bleek dat we eigenlijk nooit ver van elkaar ons domicilie hadden gekend. Uit de verhalen van vroeger kwam al snel naar voren dat ik degene was met het vergiet op gebied van namen uit die tijd maar op feitengebied de beide broeders aardig kon vertellen hoe de hazen liepen vroeger. Ook welke auto’s er in onze straat stonden, wie ze bezaten en waar die mensen zoal heenreden. Maar van al die vroegere straatvrienden wist ik echt niet meer hoe ze heetten.

Ik heb op dat punt nog steeds de gave om ergens op F6 Delete te drukken waardoor een deel van het geheugen extra ruimte krijgt voor belangrijker zaken. Althans voor mij. Hoe dan ook het was plezierig. Met de man (hij is intussen en ook met pensioen net als ik) bleef het contact aardig hecht daarna. En nog steeds praten we veel over vroeger en de situatie nu. Binnenkort weer… Met de andere broeder was het contact vrij snel na die eerste ontmoeting toch weer minder. Zijn interessewereld toch te ver van de mijne af. Daar kon zelfs die beroemde fotograaf niets aan veranderen. En wat die foto betreft; hoe zeer ik ook mijn best deed of doe, ik sta niet op die coverfoto. Mijn vriend die dit aanzwengelde wel. Hij staat in zijn toenmalige outfit achter die trapauto in het portiek van zijn ouderlijke woning in die periode. En die lag recht tegenover ons huis. Dicht bij elkaar en toch ver genoeg van elkaar af om het niet te klef te maken…. Het boek over het toenmalige Amsterdam werd in 2003 uitgegeven en was dus anno 2005 aardig recent. Niet dat dit ook maar iets uitmaakt voor de platen en verhalen. Die zijn allemaal zwart/wit. Net zoals de tijden van toen en mijn insteek op veel onderwerpen. Feitelijk, niet dromerig…of drammerig…:)(Beelden: Prive)