Liefdesblindheid…

Liefdesblindheid…

Ik deed me de afgelopen maanden af en toe te goed aan Reality-TV-series waarin het betere datewerk centraal stond. Mensen die partners voor het leven of het plezier zochten en om daarmee een nieuwe toekomst op te bouwen. De een na een periode van jaren eenzaamheid, anderen na slechts een paar maanden gescheiden zijn. Soms jong, dan weer ouder, maar allemaal op zoek naar die ene bijzondere nieuwe partner. Maar ik kijk altijd met andere ogen en let op het spel tussen mensen. Want wat is het dan dat je zoekt in een partner? Nou dat is natuurlijk meer dan een leuk gesprek, samen tv kijken of dat lekkere drankje drinken.

Mannen en vrouwen kennen zo hun voorkeuren en verlangens, de een daarbij hongeriger dan de ander. Maar als ik mijzelf als N=1 voorbeeld mag geven zocht ik geen spiritualiteit of alleen maar tantraliefde. Het fysieke wilde ook wat en dat zal zich dan niet beperken tot een aai over de bol. Maar als ik veel van die partners uit die series volgde was ik daarin de uitzondering. Het platonische overheerste en dus kon klein met groot, dik met mager, Nederlands met Colombiaans of oud met jong door een deur, mits dat bed maar niet werd besproken. Nu waren daar wel uitzonderingen op, maar de kandidaten die dat zochten waren meestal de volgende dag met koffer en al snel op weg terug naar huis.

Daarbij viel me ook op dat mensen die naar eigen verklaring eenzaam waren of zijn bij de gedachte aan ‘samen’ vooral denken aan LAT op afstand, liefst zonder te consumeren benefits. Tja, dan weet ik niet meer als oude Meninggever waar het in het leven over gaat. Wie liefde voelt wil elkaar aanraken toch, of tenminste de warmte van de ander ervaren? Of gaat het alleen om kookkunsten, klusvermogens dan wel voldoende geld op de bank om af en toe een verre reis te maken? Ik werd er aardig cynisch door. Ook jonge mensen hebben moeite om aan de partner te komen zo lijkt het omdat ze niet open staan voor dat wat het leven nu juist zo leuk maakt. Daarbij blijkt strakke kleding of een laag decollete geen garantie op die eerder genoemde consumptie van de uitgestalde waren. Integendeel. Ook het uitbundig laten zien van tattoo’s is geen garantie voor naakte verkenningstochten. Raadsel waarom je die rommel dan op je lijf laat zetten.

Nee, ik ben best geschrokken van de vaak voorkomende passiviteit onder die kandidaten. Ook over het gebrek aan empathie voor de ander, het totaal negeren van door anderen afgegeven signalen en al helemaal door het niet luisteren naar wat de ander te vertellen heeft. Ikke ikke en de rest kan stikken. Geen wonder dan die lui geen relatie hadden of hebben dan wel gescheiden zijn geraakt. Gewoon eigen schuld, dikke bult. Een basiscursus omgaan met het andere (of gelijke) geslacht kan soelaas bieden. Waarbij je wellicht ook let op wat een ander op fysiek gebied kan toevoegen aan wat jij aan je zelf kunt schenken. Pas dan komt het goed met derden. Voordien…niet mee doen aan dit soort shows en zeker niet Tinderen. Want naar wat ik daarvan begrijp gaat het daar nou juist maar om een ding…en dat wil(d)len deze kandidaten nu net niet….. Maar vermakelijke TV was en is het wel. Ik smulde er in ieder geval van…(beelden: archief/prive/internet)

Excuses…

Excuses…

Wie iets heeft gedaan, gezegd, vermeden of wat ook waar anderen zich aan hebben gestoord, geergerd, of zelfs verdrietig van werden, maakt tegenwoordig gewoon excuus en komt er soms mee weg. In normale situaties tenminste. Je geeft mekaar een hand, kus of knuffel en leeft weer verder. Ik heb in het verleden zelf nog wel eens excuses aangeboden voor iets wat ik beter niet had kunnen zeggen of zo, zelden leidde dat tot al te grote problemen. Omgekeerd accepteerde ik ook wel eens excuses van iemand die me iets had geflikt wat mij echt zeer deed. Maar ik ken voldoende mensen die in wat ze me aandeden nooit reden genoeg vonden om daarvoor later excuses te maken. Zo verliep een zakenrelatie van jaren tot een ijskoude afstand toen de andere partner in ons verband meende om mij om mijn afkeer van extreemlinkse politici met bepaalde uitdrukkingen te duiden die echt recht op de persoon waren gericht. Ik sloot direct de luiken en heb de man buiten mijn netwerk gehouden tot op de dag van vandaag.

De handel die we samen deden en waarvan juist hij het meest profiteerde was geen reden voor hem excuses aan te bieden. Het zij zo. En mijn ingebakken trots maakt het met de jaren steeds lastiger omgekeerd een weg te bewandelen die tot een gesprek kan leiden. Zo was er ook een chef die me iets flikte waarbij hij zeer ten onrechte een conclusie verbond die mijn carriere indertijd beschadigde. Hij was volkomen verkeerd geinformeerd en deed wat hij nodig vond zonder de feiten te kennen. Het gevecht daarna werd stevig gevoerd en kostte hem veel geld. Na een paar jaar kwam ik hem weer eens tegen en sprak hem daarop aan. Beiden zaten we in een andere fase van ons leven en het ging ons verder goed. Hij hoorde me aan, vond het prima dat ik hem er op aansprak maar een excuus bleef uit. Dat verbaast me nog tot op de dag van vandaag. Maar die verbazing geldt ook voor excuses die onze regering links en rechts uitdeelt aan groepen en landen waar in het verleden wellicht iets mee of bij fout is gegaan.

Zo waren er excuses voor die mensen in voormalig Joego-Slavie. Of die aan mensen in Atjeh waar het Nederlandse leger indertijd extremistische moslim-rebellen bestreed. Altijd gevolgd door de claims op schadevergoeding vanuit die kant waarop de excuses waren gericht. Maar dat geheel kreeg een overtreffende trap toen onze premier, ongetwijfeld onder druk van het abjecte D66 in de regering, excuses ging maken aan de gebieden waar ooit in het verleden slavernij had geheerst. Nu was Nederland op dat punt een klein landje en/of dader, maar toch. De veelal Surinamers die het betrof wilden die excuses niet. Die wilden boetedoening en vooral schadevergoedingen. Te betalen door mensen die nooit iets verkeerds deden aan hen die nooit echt leden. Voor een enkel eilandbestuur in de Caraiben waren excuses ook prima, maar of we dan wel even de miljardenschulden die men bij ons had wegens wanbestuur of wat ook, wilden kwijt schelden. Excuses dus, goed bedoeld maar verder uiterst naief. En ook volstrekt afbreuk doende aan de ellende van de arbeiders in ons eigen land een eeuw terug. Of de overheersingen en onderdrukking door vreemde machten die in ons land huishielden en heel wat slachtoffers maakten. Maar daar praat men in Den Haag liever niet over. Te lastig. Net zoals we ook de Molukkers en Papoea’s geen excuses gunden. Nee, als ons blazoen richting de slavernij maar zuiver is. Ook al kost dat tientallen miljarden…. Mocht je het niet met me eens zijn, sorry….ik moest het even kwijt. En nee, ik betaal geen schadevergoedingen…. Ben net die halstarrige ex-zakenpartner en chef. Wie zwijgt stemt niet toe….(Beelden: Prive-collectie)

Ongemakkelijke communicatie…

Ongemakkelijke communicatie…

In de afgelopen maanden zond RTL4 net als Videoland een reeks uit onder de titel ‘B&B vol Liefde’. Uitgangspunt van dit tweede seizoen was een reeks mensen met een (soms soort van..) Bed & Breakfast in den vreemde. Veelal qua karakter bijzondere lieden die daar waar ze neerstreken in Frankrijk, Italie, Oostenrijk of Portugal, redelijk succesvol waren in het uitbaten van hun nieuwe bron van inkomen, maar soms nog steeds in de opbouwfase van dat gebeuren verkeerden.

Terwijl ze daar al dan niet hard werkend aan de slag waren ontdekten ze ook dat ze de liefde misten. Een partner aan hun zijde, een maatje, zowel voor de uitbating van hun B&B als ook in bed. Nou het programma liet zien hoe slecht Nederlandse mannen en vrouwen zijn in zgn. partnercommunicatie. Ze luisteren niet, kwekken over koetjes en kalfjes en zelfs dat niet, maar zijn niet meteen verkopers van hun eigen gevoelens. Daarbij komt dat de kandidaten(s) die zich inschreven om het eens te proberen bij die B&B-eigenaren soms ook van een empathisch niveau zijn dat je echt meteen de conclusie kunt verbinden dat ze daarom vaak als single door het leven gaan.

Horkengedrag, een zekere domheid, totaal geen interesse in die andere mens behalve dan wellicht het feit dat je door zo’n serie ineens kunt opduiken als ‘BN-er’ in andere formats. Mijn tenen staan er krom bij. Want net als ik al eens eerder schreef in ander verband, dat je de liefde zoekt maar er niets voor wilt doen. Oftewel eens vraagt wat die potentiele andere mens in jouw leven leuk vindt, graag eet of weet ik wat interessant vindt, ik kan er met de pet niet bij. Zijn we dan zo slecht opgevoed? Is de liefde ons totaal vreemd geworden, moet het op een presenteerblaadje worden aangereikt zonder tegenprestaties? Dan snap je wel dat op enige termijn relaties stuk lopen.

Mannen die wel aan hun eigen plezier denken maar de veelal vrouw in de relaties vergeten. Vrouwen die het materiele interessanter vinden dan de passie maar vooral menen dat de zon slechts op hun lijven zal schijnen voor de rest van hun leven. Daarbij zie je ook dat men zich nauwelijks realiseert dat het leven in een of ander Frans gat echt iets anders is dan wonen in de grote stad midden in Nederland met je familie en vrienden om je heen. Het kan best zijn dat het allemaal via een script zo in elkaar is gestoken maar mijn handen jeukten soms om die lui eens flink door elkaar te schudden en aan te reiken hoe je bepaalde zaken hoort te doen in een wedstrijd om een relatie. Een van de meest botte lui uit de reeks, ene Richard, was in al zijn onverstaanbare geschreeuw wel het meest duidelijk. Hij hield van vrouwen met lang haar en ronde stevige billen en had een grote passie voor klussen en motorrijden. Met die ogen (vrouwen moeten me niet aan de kop zeiken..) bekeek hij de kandidates. En die hadden het daar in de meeste gevallen best lastig mee. Maar bleek in de finale een hartje van goud te bezitten. Het was in zijn totaliteit echter een en al rariteitenkabinet, maar wij hebben ons er wel mee vermaakt. Omdat je meteen ziet dat veel mensen buitengewoon matig zijn in welke vorm van communicatie ook. Zouden er daarom zoveel gescheiden zijn geraakt dan wel al jaren lang single gebleven? Vast….. (Beelden: Internet)

Klusser…

Ze verheugde zich zo op zijn komst dat ze bijna niet kon wachten tot de week weer om was. Elke week om die vaste tijd kwam hij langs en verwarmde haar met zijn glimlach, maar ook zijn begrip. Hij snapte hoe een vrouw als zij in elkaar stak en luisterde altijd met belangstelling naar zijn rustig uitgesproken mening. Daarnaast fantaseerde ze dan ook over hoe hij met haar om zou gaan als hij een keer haar kant op zou kijken. Dan zou hij vast zien dat zij hem dringend nodig had, al was haar huis best goed op orde en kon ze ook niet klagen over wat haar partner zoal in huis had gedaan of nog deed. Ze hoefde maar met haar vingers te knippen en hij was al weer aan de slag. Maar het was haar niet genoeg. Hij luisterde niet naar haar als ze behoefte had aan warmte en aandacht. Haar verlangen naar een meer fysieke relatie groeide met de dag en omdat hij zoveel kluste in huis was die man op de buis haar surrogaat. Die snapte wat zij wilde. Ook al zei hij dan niets, hij zette al die klussers op hun nummer en deed daarna aan relatie-therapie. Leek haar heerlijk. Maar het leukst leek het haar om gewoon eens tegen hem aan liggend te mogen vertellen was ze zo miste in haar eigen relatie. Dat gevoel dat zij zelf qua verlangens en onbevredigde momenten feitelijk een gesloopt huis was waar steeds meer kapot ging. Ze leefde in een klein paleisje, maar toch… In haar hoofd rijpte een plan. Ze zou zich opgeven voor het programma en desnoods de doucheruimte slopen en dan gewoon huilend vertellen dat haar partner niets deed aan de heropbouw. Toen ze een hamer had gevonden en naar die sanitaire ruimte liep en al die fraaie tegels en die wonderschone wasbak zag die ze zelf had uitgezocht, schoot ze in een kramp. Nee, dat was een slecht plan. Toch maar niet. Beter met een fles wijn en lekkere kaas op de bank voor de tv. Straks kwam hij weer langs…..Help…mijn man is klusser……en die heerlijke vent die dat presenteerde…..Ze kon niet wachten….Zou hij weer naar haar kijken??

Beer…

Haar leven lang droomde ze al van een vent als een beer zo sterk en groot, breed geschouderd en in staat haar te beschermen tegen alles waar zij toch enige angst of afkeer voor had. Ze zocht er ook jaren lang naar. Heel wat relaties waren het gevolg. Maar de meeste van die knapen waren ofwel net te slank, ze konden haar niet echt beschermen, waren mannen die eigenlijk meer wilden dat zij er alleen voor hen was en zelden nadachten over wat zij fijn of plezierig vond. Nee, het geluk was haar op wensengebied niet echt goed gezind geweest. Op enig moment zocht ze het zelf maar in een sportschool. Haar lijf werd er afgebeuld maar ze ontwikkelde wel fraai rond zitvlees, echte gespierde kuiten en haar conditie ging met sprongen vooruit. Als ze dan weer als een strak dametje aangekleed naar kantoor ging keken heel wat mannen haar aan. Maar juist ook op die sportschool ontmoette ze haar beer. Zwaar gebouwd, breed, lief, op een andere dan haar gedroomde manier aantrekkelijk, en iemand waarop ze kon bouwen als het er op aankwam. Samen uit was een genoegen, geen vervelende kerels aan haar lijf, die bleven wel uit de buurt. En zij was het fraaie poppetje aan de arm van haar beer. Die haar in bed naar grote hoogten wist te brengen en daarbij ook nog eens een paar maal achter mekaar. Ja, ze had haar dromen waar gemaakt. En voor hen die nieuwsgierig zouden kunnen zijn naar wie dat dan wel was of is? Ze heette Olga en was een kant van de hoofdpersoon dezes die zij (met enige schroom) na een aanloop hadden leren kennen. Maar in deze tijd moet alles kunnen en deze vorm van liefde bleek weinig teleurstellend. Kortom, eind goed al goed….

Jarige JOB

Jarige JOB

Ik was een jong en zeer onstuimig ventje toen ik vrouwlief leerde kennen. Zij een jaar jonger en in mijn ogen zeer interessant omdat ze al snel deed wat ik leuk vond in alle opzichten. Zo ging ze mee op de brommer naar het winterse Schiphol om vliegtuigen te kijken, een van mijn passies indertijd. We konden ook altijd over van alles een hele boom opzetten. Kwekkerdekwek. Wandelden door de stad, kilometers lang. Het gaf een band. Veel zaken uit de individuele jeugd waren soms met dezelfde meetlat te meten. In die jaren niet zo gek, ouders toch een beetje geschuffeld na de oorlog in onze ogen. We werkten allebei bij een bankinstelling, ik een jaar langer dan zij. In die afdeling waar wij zaten waren de ‘dames’ toch een beetje spannend maar ook door de indeling van dat gebouw afgezonderd. De oude tijden maakten die scheiding der seksen nog noodzakelijk. Er werd ook streng op toegezien. Gelukkig vonden we altijd een plekje om ons even terug te trekken. Dat gaf een band. En die band werd vastgelegd. We trouwden jong. Niet omdat het moest maar omdat het mocht. Samen tegen de wereld, een nieuwe start. En zo knokten we ons omhoog vanuit een soms wat beladen verleden. Zij de vrouw met het overzicht, liefdevol, een eigen carriere. Ik de man die zocht naar erkenning via het harde werken. En ook die altijd weer een rol spelende carriere. Het moest en zou er van komen. Inmiddels hebben we heel wat stormen samen genomen. Niet altijd zonder averij, kan ook niet, maar gelukkig nog wel steeds pratend met elkaar. Over van alles en nog wat, en die wandelingen zijn er ook nog. Vandaag is ze jarig. Vrouwlief, na al die jaren. We zitten in de leeftijd der risicovollen bij dat verrekte virus. Gezondheid dus belangrijker dan wat ook. Al is geluk dan best een aardige bonus. Op Dierendag vierden we dat samenzijn, helaas op veel bescheidener wijze dan we wel eens gewend waren. Moest van de premier, dus dat doen we dan. De verjaardag zal vermoedelijk ook wat rustiger verlopen. Neemt niet weg dat we nog wat jaartjes verder willen in gezondheid en geluk. Ik wens het haar natuurlijk zeer toe. Waarmee ik dat ook voor mezelf veilig stel. Want zo zit dat na al die jaren…PROFICIAT SCHAT!

Passende stellen…

Op ieder potje past een dekseltje. Een gezegde dat soms hout snijdt, maar ook vaak niet. Zeker niet in de ogen van een observator als uw meninggever. Die er heel wat jaartjes ervaring bij heeft opgedaan om dit fenomeen te kunnen bestuderen. Zittend op een terras, een bankje in een park, of gewoon tijdens zijn werk. Waar ik het over heb? Over stellen. Die (naar mijn mening)al dan niet bij mekaar horen. Soms bijna uit een en het zelfde nest komend (of zo lijkt het) in andere gevallen oogt het alsof men ergens in de uitverkoop een partner heeft gevonden en aan zich verbonden. Niemand maakt zichzelf hoor, laat ik daar meteen duidelijk over zijn, en schoonheid is altijd aanwezig vanuit het oogpunt van diegene verblind door de liefde. Maar ik zie soms echt waar het op termijn mis zal gaan of wellicht al bezig is te gaan.

In veel culturen houdt men het liefst van relaties en vooral huwelijken tussen gelijkgestemden. Neef en nicht nog een milde vorm van verbinden. Herkenning het voornaamste punt. Lastiger is het als een ander dan het eigen geloof om de hoek komt kijken. Dat mixen leidt weer tot verwatering. Volgens de sociaal/cuturele omgeving van een potentieel stel. Zelfde geldt wat mij betreft ook voor lengte- en omvangsverschillen tussen partners. Ik heb er combi’s van gezien die me verbijsterden. Een piepkleine vrouw met een meer dan twee meter lange man, een vrouw van 150 kilo met een schriel mannetje, een hunk met een prachtige vrouw, die alleen al om haar uiterlijk ongeveer alle ogen van voorbijlopende mannen weet te vangen en de blikken beantwoordt met iets dat je niet kunt vertalen in nette woorden. Toch zoeken we natuurlijk als mens de juiste frequentie op bij de partner.

Al was het maar om die sociale druk. Want een oudere man met een jonge blom wordt nogal eens bespottelijk gemaakt, omgekeerd is dat helemaal het geval. Alsof onderling geluk leeftijdsgebonden zou zijn. Sommige jeugdigen hebben een oude geest, sommige ouderen zijn meer dan jong van geest. Liefde maakt ook op dat punt blind. Waarbij opvalt dat sommige mensen zelfs na drie huwelijken hun draai niet lijken te kunnen vinden. Afwisseling is fijn, maar de sleur maakt ze onzeker en altijd hongerig om het nog eens met een ander te proberen. Dat avontuurlijke en spontane uit het begin van een relatie dan ineens een probleem als de huwelijkse voorwaarden zijn voorgelezen. Of dat rustige uit de jeugd ineens saai bij het ouder worden.

De kinderwens kan ook een dingetje zijn, vooral als de een die sterker heeft dan de ander. Maar in de meeste gevallen blijft men toch lang bij elkaar en beleeft samen allerlei hoogte- en dieptepunten. Men vecht zich door het leven, laat verliefdheid uitdoven en liefde opbloeien, pakt elkaar bij de hand en zoekt het pad dat voor beiden het beste is en niet confronterend. Hoe meer strijd hoe sneller een jurist nodig is om te helpen uit elkaar te gaan. Partners moeten vooral dat zijn, op basis van gelijkheid en niet met een dominantie door de een en onderwerping van de ander. Mits je daar erotische gevoelens bij hebt, want dan kan het wellicht prima werken… Mensen zijn wonderlijk ingesteld op het punt van de relaties. Heel anders dan veel andere zoogdieren, die vooral bezig zijn met voortplanten en daarvoor steeds wisselende partners zoeken om dat doel te bereiken. Maar als mensen lang bij elkaar zijn en eigenlijk volledig vergroeid en ze vieren hun 75-jarig huwelijk of zo is dat wel weer aardig natuurlijk. Vaak is bij navraag het antwoord van soortgelijke oudere stellen dat je veel water bij de wijn moe(s)t doen. En dat je mekaar ruimte moet gunnen. Dan maakt het niet meer uit of de een twee meter in omvang is en de ander doorschijnend bij tegenlicht. Maar toch zijn dat de ware uitzonderingen en zijn die mensen die wat op elkaar lijken toch de meest succesvollen… (Beelden: Internet)

Zwijgzame relaties…

Een paar jaar terug schreef ik ook al eens over stellen waar het vuur uit de relatie is verdwenen. Waar de communicatie verdwijnt is naar mijn mening eigenlijk alles verdwenen. Nu zijn wij in huize Meninggever nogal praterig ingesteld en delen we wellicht wel eens wat te veel kleine en grote emoties. Je moet het ook niet overvoeren natuurlijk, maar echt zwijgzaam door het leven gaan, waarbij je ziet dat mensen langs mekaar heen kijken als ze net als wij op terras zitten, en dat gewoon 30-50 minuten vol houden, ik snap er weinig van. Tuurlijk wil je wel eens even ‘niks’ maar na een kwartier is die stilte te schouder drukkend. Waar komt die zwijgzaamheid dan toch door?  Is dat een zekere vermoeidheid? Is het iets van de oudere generaties? Is de lol er na pakweg 25 jaar samen vanaf, de kinderen volwassen en de deur uit, de doelen bereikt en de liefde uitgeblust??

Ík ken voldoende voorbeelden van mensen waar dit niet zo is. Waar het vuur soms oversloeg in explosieve discussies of zo, maar dat is dan toch wel beter dan die zwijgzaamheid die wellicht voortkomt uit een totaal gebrek aan interesse voor de ander. Ik observeer het zo vaak als ik ergens zit te eten of een bakkie doe. Dit soort stellen. Mensen die me een saai leven lijken te leiden. Wat doe je nog samen, wat bindt je dan nog!? Of zijn er mensen die me kunnen claimen dat ook zwijgende partners gelukkig zijn samen?! Wat ik zie is dat met name jonge mensen vaak heel veel babbelen. Die dromen nog en geloven dat het leven met die ene (..) geweldig gaat worden. Maar hoe weet je dat? Nergens garanties te verkrijgen hoor. Wat nu zo leuk lijkt is over een paar jaar wellicht dood- en doodsaai. Of de versierder van ooit blijkt later een gedegen praatjesmaker die zijn verhalen vooral deelt in de kroeg of op het sportveld. Alles is mogelijk. Een timide meisje nu kan later dodelijk saai blijken, die meid die voor zichzelf opkomt later een feeks. Probeer het midden maar te vinden bij die bewerkingen. Hoe dan ook, ik zie het vaak voorbij komen. En verbaas me. En praat of schrijf erover. Opdat we tot in lengte van jaren iets hebben om over te communiceren. Want dat laatste moet! Zo staat het in de wetten van de Meninggever beschreven…. (Beelden: Yellowbird/Internet) 

Spijt of niet??

Onlangs in goed gesprek met een andere oudere jongere hadden we het over hoe wij in de jeugd bepaalde zaken hadden aangepakt. Hij zat vooral in zijn maag met wat relationele zaken die hij al dan niet goed had opgelost. Maar er bleven bij hem vooral vragen bestaan over zijn eigen rol. Voor mij zitten die dingen vaak wat meer in het werk wat ik heb gedaan. Daar vind ik zelf best weleens wat steken te hebben laten vallen. Niet op mijn vakgebied van dat moment, dat ging meestal wel volkomen correct en goed. Nee, aan vakkennis ontbrak of ontbreekt het me niet, maar om bepaalde doelen te bereiken wilde ik weleens door ‘roeien en ruiten’ gaan wat dan weer pijnlijk kon zijn voor hen die door mijn pijlen werden getroffen. Nu vond en vind ik dat nog steeds niet erg als het ‘omhooggevallen’ lieden betrof die zich vooral gewichtig gedroegen maar waarbij de vakkennis veelal ver te wensen over liet. Of mensen die altijd maar bezig waren om je onderuit te schoffelen om er zo zelf beter van te worden.

Die lui konden rekenen op een meedogenloze afrekening. Al duurde het jaren. Maar er zaten er ook tussen die mijn toenmalige ik wellicht wat te streng zijn behandeld en dat eigenlijk niet verdienden. Nou, dat blijkt toch ook een kwestie van persoonlijk karakter te zijn of wat je meekreeg in de genen. Vergevingsgezondheid zit bij mij redelijk diep weg gestopt en de andere wang toekeren als ik word geslagen is ook niet echt meegekomen met de katholieke opvoeding van vele jaren her. Dit houdt in dat ik mijn spijtige gevoelens slechts kan richten op hen waarvan ik wel weet dat ik ze niet zo netjes heb behandeld. Omdat het moment van toen er om vroeg. Omdat er een klus klaar moest of een ander oogmerk prevaleerde. Omgekeerd hoor ik regelmatig van mensen dat ze mij juist zagen als zachtaardig en vriendelijk maar wel enorm gedreven.

De waarheid ligt in het midden. Als altijd. Het zal dus een beetje zitten in die herinnering over toen en wat je daarvan zelf hebt waargenomen. Maar hoe zit dat nu met anderen. Mijn gesprekspartner waarmee ik deze vraagstelling startte zag echt dat zijn behandeling van mensen met wie hij op jeugdige leeftijd contact had gehad, niet helemaal juist was geweest en daar had hij nu echt spijt van. Kon dat niet meer overbrengen bij die mensen waarover het ging en dat maakte de spijt nog groter. Zeker als iemand niet meer op deze Aarde rondloopt kan dat best gaan knagen. En dat frustreert soms. Heb ik allemaal geen last van. Jij wel? Ik ben benieuwd wie op dezelfde wijze kijkt naar het verleden en/of nu nadenkt over zijn/haar rol in dat geheel. Doe eens openhartig en vertel……..

Dagvlinder…

Hij dartelde van bloem naar bloem en genoot ten volle van het leven. Zij vleugels glansden in de zon en hij koesterde zich aan de aangename warmte. Zijn leven was hij lopend begonnen. Zich voedend ook. Hij had zijn langwerpige buik helemaal vol gegeten op plekken waar dat kon of mocht en dat had ertoe geleid dat hij nu zo groot en krachtig was. Hij kon vele kilometers afleggen zonder te hoeven rusten. Hij gebruikte daarbij zijn reserves maar kwam nooit echt te kort. Hij had kortstondig verkering gehad met een meisje van hetzelfde ras en dat had volgens haar geleid tot goed nageslacht, daarover hoefde hij zich geen zorgen te maken. Deed hij ook niet. Hij dartelde gewoon verder en keek omlaag naar de wereld van die andere bewoners die soms zo heerlijk rook maar ook zo gevaarlijk kon zijn. Hij moest goed opletten dat hij niet werd aangevallen door die grote terroristen die op hem loerden, of die geel/zwarte gifkikkers die hem al zoemend verjoegen als hij even een beetje nectar tot zich nam op een bloem. Dat spul verslaafde hem nog eens. Zo lekker… Op deze zonnige dag had hij weinig wat hem verdrietig kon maken.

Nee, hij leefde en genoot met volle teugen. Het werd anders toen de grote bol in de hemel langzaam zakte. Met dat verschijnsel voelde hij dat hij moe werd. Hij keek eens opzij en zag dat zijn mooie kleuren van overdag ook donkerder werden. En dat zijn vleugels begonnen te slijten. Tijd om eens een slaapplek op te zoeken. Ergens beneden waar het veilig was. Hij moest opschieten, zijn lijf werd koud en kil en hij zou het vliegen niet meer al te lang volhouden. Ergens in een hoekje onder een grote struik besloot hij om de nacht door te brengen. Een nacht waarvan hij geen idee had hoe lang die zou duren. Maar hij waagde de gok. Vouwde zijn vleugels na de landing op en nam de rusthouding aan. Daarbij had hij de grote rode kater over het hoofd gezien die met een oog open had liggen loeren naar alles wat in die tuin bewoog. Met een snelle sprong had hij het dier te pakken dat vlak voor hem op een takje was komen zitten. Met zijn scherpe klauwen scheurde hij de vleugels van het dier en stak het in zijn bek. Het bewoog nog wat, maar met een paar slikbewegingen was het diertje verdwenen. Weer een eendagsvlinder minder. En de kater liep voldaan terug naar zijn vrouwtje en liet zich de bemoedigende klopjes en aaien welgevallen. Tijd voor echt eten. Want van een vlinder alleen kon je niet leven…..(foto’s internet)