Bossen vol geheimen…

Toen Nederland nog bang was voor ‘de Russen’ werkte men zeer nauw samen in NAVO-verband aan haar verdediging. En die verdediging was stevig, vrijwel zonder beperkingen op materieel en financieel gebied. De Amerikanen hielpen ons met een soort ijzeren paraplu tegen de nucleaire regen, tot we met onze Koninklijke Luchtmacht een vliegtuig in huis kregen dat elke vijand van dat moment aan zou kunnen, de F16. Tot die tijd hielp een Amerikaanse squadron supervliegtuigen het land verdedigen. En die waren gestationeerd op Vliegbasis Soesterberg. Naast wat Nederlandse toestellen was het 32e Fighter Interceptor Squadron van de USAF een van de best bewaarde defensiegeheimen van die tijd.

Men gebruikte toestellen die onze KLu zich niet kon of mocht veroorloven. Zoals de North American Super Sabre, of de fantastische F-102 Delta Dagger van Convair. Later kwamen er F-4 Phantoms naar Soesterberg en weer een paar jaar verder als ultiem verdedigingstoestel, de McDonnell-Douglas F-15 Eagle die al omhoog stijgend door de geluidsbarriere heen kon breken. Laat de Rus maar komen, hij komt van een koude kermis thuis! Die Amerikanen leefden in Soesterberg en omgeving, veelal in speciale wijken van die plaats en bemoeiden zich weinig tot niet met de Nederlandse bevolking. Er waren eigen winkels op de vliegbasis, de spullen daarvoor werden ingevlogen via Schiphol of met speciale transportkisten die de Amerikaanse luchtmacht in Europa gebruikte om haar vele bases te bevoorraden. Ik was als jeugdig spottertje maar ook later in mijn Schipholse werkleven, regelmatig te gast op Soesterberg. Die kisten, die sfeer, al die geheimen.

Geheimen die je slechts kon bevroeden. Niemand wist precies hoe het echt zat daar. Intussen is de basis met dank aan Minister van Defensie Kamp al enige jaren gesloten. De vijand wordt geacht zich te wenden tot de Luchtmachtfilialen op Leeuwarden of Volkel als men even wil sparren. Soesterberg is nu de thuisbasis voor het Militair Museum, er zal op een deel van het terrein worden gebouwd en men stelde de bossen open. En juist die laatste opening is waarover mijn verhaal nu gaat. Welk een prachtig gebied. Gelegen naast de Paltz waarover ik al eens eerder een blogverhaal schreef. En midden in die fraaie groene omgeving (wandelen en fietsen) vindt je nu ondergrondse en bovengrondse bunkerstelsels. Indrukwekkend veel zelfs. Munitiebunkers, met speciale (enorme dikke)deuren en daken die er vanaf kunnen springen bij een onverwachte explosie.

Vaak zit er nu iets kunstzinnigs in, zoals je bij meer forten in ons land tegenkomt. Cultuur als tegenwicht voor militarisme. Het ‘parkgebied’ is heuvelachtig, er zijn bekkens voor drinkwater (vroegere bluswaterbakken) en er loopt en vliegt al het nodige rond dat in een beetje oerbos niet zou misstaan. Heuvelachtig, uitkijkplaatsen waar je een paar trappen voor op moet, en simpele verbindingen met Soest en Soesterberg. Ik liep er met dubbele gevoelens. Ik ben denk ik toch te veel van de goede defensie, zeker in tijden als nu, van de supervliegtuigen en de wetenschap dat die oude paraplu van toen niet in de schuur hoort te staan naast kunst maar uitgeklapt tegen alles wat een eventuele vijand over ons kan uitstorten. Hoe dan ook, en alle meninggeefblognostalgie terzijde schuivend, een prachtig gebied en een aanrader om er eens heen te gaan. Maak dan van de gelegenheid gebruik om ook dat prachtige militaire museum te bezoeken. Waar nog een deel van de oude Amerikaanse vloot te zien is ook. Zeker als die corona-ellende achter de rug is, een uitstapje met een uitroepteken. (Beelden: Yellowbird)

Nut van defensieve kracht…

WP_20141003_057We leven niet meer in een tijd van loopgraven, paarden en speren. Onze moderne tijd vraagt om geavanceerde wapens en elektronica die er toe doen. Het antwoord op de vraag ‘waarom?’ zit hem vooral in de ontwikkelingen die onze wereld momenteel doormaakt. Laten we wel zijn, toen de Muur viel in 1989 en we terecht kwamen in een ontspannen samenwerking met de vroegere landen van het Warschau-Pact leek oorlog verder weg dan ooit. Door het uit evenwicht raken van de verhoudingen slopen de westerse landen dichter tegen de grenzen van de vroegere Sovjet-Unie en in het Midden-Oosten waar de olie vaak een bron van onenigheid was geweest tussen het westen en oosten, waren de meeste landen min of meer in het kamp van de Verenigde Staten in te delen. De exorbitante rijkdom van de sjeiks en hun families waren een doorn in het oog van fundamentalisten die meenden dat rijkdom niet paste bij een leven als bedacht door hun god. Het onevenwicht werd steeds groter, kreeg een vervelende invulling op 9/11 en liet zien dat zelfs Amerika niet meer veilig was voor de armen van de barbaren. Net zo min als Rusland dat was, waar in Tsjechenie een oorlog werd uitgevochten die zijn weerga niet kende.

30773 - Fokker G1 X2 Scan10160Afghanistan, Irak, Tunesie, Syrie, Lybie, Egypte, en nog veel meer plaatsen maakten duidelijk dat er iets aan het bewegen was wat we vermoedelijk voorlopig niet meer onder controle zouden kunnen krijgen. Ook het nationalisme in Oekraine, Rusland en Turkije maken niet vrolijker. En als een van die spelers dan ook nog landjepik toepast of een verkeersvliegtuig uit de lucht haalt via allerlei schimmige lieden, is het een wereld waar je niet vrolijk van wordt. Juist niet als je beseft dat in ons land de defensieve kracht buitengewoon beperkt is geworden met dank aan achtereenvolgende kabinetten vol lieden die meenden of menen dat het allemaal zo’n vaart niet zal lopen. Net als in 1939. Ook toen dacht de Nederlandse regering dat met de heer Hitler wel zaken te doen zouden zijn, we waren immers neutraal en beschouwde de man als een ‘bevriend staatshoofd’. Op 10 mei 1940 wisten we beter, een paar dagen later hadden we ook door dat terreur in Duitse ogen inhield dat je een stad vol burgers kon plat bombarderen als dat zo uitkwam. Onze vliegtuigen waren toen inmiddels grotendeels vernield en onze soldaten door hun materieel heen.

10 mei 1940 - Nederlandse leger aan de GrebbelinieEn dat laatste was al niet zo veel want zowel uniformen als wapens bestonden uit spul dat in de 1e wereldoorlog al als ouderwets te boek stond. Wie dat niet wil geloven moet even gaan kijken in een van de musea in ons land waar een overzicht wordt gegeven van onze militaire geschiedenis. Op 10 mei 1940 werd duidelijk waarom we geen partij waren voor de Duitse hordes. En dat zal in de huidige tijd niet veel anders zijn als we niet opletten en ons teveel laten leiden door pacifistische gevoelens. De nieuwe vijanden van de democratie zijn niet veel beter dan de oude uit 1940. De doelstellingen vaak dezelfde, de methoden zelfs geavanceerder. Tijd voor een andere aanpak. Zal lastig zijn als je ziet welke partijen ons momenteel besturen. Maar die laden een grote verantwoordelijkheid op zich als ze nu weer op de handen blijven zitten en niets doen. Krijg je enorme spijt van, net als in mei 1940. Alleen komt spijt altijd achteraf en is het meestal veel te laat.

Aanrader van jewelste; Nationaal Militair Museum!

WP_20150219_001Nederland kent een grote geschiedenis waar het onze krijgsmachten betreft door de eeuwen heen. En die geschiedenis werd op een paar verschillende plekken, zeer terecht, uitgestald en aan het publiek getoond. Opdat wij niet vergeten en ook ons niet nog eens laten ondersneeuwen door hen die menen dat als de vijand komt je maar het best de handen omhoog kunt doen en met een witte vlag wapperen. Hoe dan ook, twee grote museale organisaties werden onlangs samengevoegd. Het Legermuseum in Delft en het Militaire Luchtvaart Museum in Soesterberg/Kamp van Zeist. De Koning opende het nieuwe onderkomen voor deze nieuwe expositie op de vroegere vliegbasis Soesterberg eind vorig jaar en onlangs vond ik zelf de tijd rijp om ook eens te kijken wat daar zoal te zien was. Nou, dat viel niet tegen. Dan druk ik me nog bescheiden uit. Een prachtig gebouw, een park vol (ook voor kinderen)aantrekkelijkheden, platforms met nog wat grotere buiten geparkeerde vliegtuigen, een koffiecorner en een (goed geoutilleerd) restaurant.

WP_20150219_031De expositie is omvangrijk, mooi uitgestald, maar grijpt je niet naar de keel zoals ik door het enorme aanbod daar ondervond in Overloon vorig jaar. De ruimte in het gebouw is groot, men heeft ook heel wijs gekozen om de nodige vliegtuigen aan het plafond te hangen en als je de juiste route volgt (of vindt) is er een zekere logica in de ontwikkeling van de eerste Brik van Farman tot de laatste F16 van de Koninklijke Luchtmacht. Ook voor de legerexposities geldt dit. Je moet je route even zoeken en dan volgen. Van de eerste pijl en boog tot de laatste lichtgewicht geweren. Er zijn veel zaken die voor kinderen fantastisch zijn. Simulators, maar ook een aantal dingen die je kunt uittesten op een maliënkolder of harnas. Je krijgt films te zien over verleden en heden, de verbinding met het Koninklijk Huis, kortom, het is best een paar uur werk om alles eens goed te bekijken.

WP_20150219_020Jammer is wel dat men bij de inrichting heeft gekozen voor veel grijs en kaal beton. Dat oogt wonderlijk en soms wat saai, maar op de trappen is dat materiaal i.c.m. de kleur zelfs een beetje link. Er moet kennelijk ook nog wat illustratiewerk verzet worden, want bij sommige vliegtuigen staan geen bordjes, terwijl dit bij andere wel goed is geregeld. Ook een echt goede route-aanduiding zou handig zijn. En dat geldt zeker ook voor de af- en aanvoerroutes buiten want daar moet je echt wel een beetje de weg kennen of je TomTom juist instellen. Parkeren is er gratis, maar het parkeerterrein ligt wel wat ver weg voor hen die slechter ter been zijn. Wel goed is dat die parkeerplekken ook nog eens bewaakt worden door vrijwilligers. Die zelfde categorie kom je binnen ook tegen. Keurig in pak gestoken en met vaak een goed verhaal. Er zijn rondleidingen mogelijk. Toiletten en liften genoeg, er is een (vrij dure)shop en je kunt je jas en/of rugzak keurig opbergen in (gratis) kluisjes.

WP_20150219_046Fotograferen mag, maar flitsen niet. Dat laatste snap ik niet helemaal, want bij een zonnige dag valt er zoveel licht binnen dat die slechter is voor de lak of schilderijen dan een flitslampje van een smartphone of fototoestel. Hoe dan ook; een aanrader van jewelste dit museum. Meer dan de moeite waard. Voor Museum-Jaarkaarthouders is de toegang ‘gratis’, voor volwassenen is de toegang een tientje. Maar dat is echt geen geld voor het gebodene. Op enige afstand zag ik nog wat  ‘opknappertjes’ staan. En op de begane grond van het museum is nog ruimte over voor wat extra ‘exponaten’. Kortom, dit museum komt bij mij op het lijstje van regelmatig te bezoeken gebouwen. Leuke ervaring!