Budgetmerk van Chrysler…Plymouth!

Budgetmerk van Chrysler…Plymouth!

Zoals we dat nu ook nog kennen, badgeselling door autofabrikanten om zo een belangrijk deel van de markt te bedienen met min of meer gelijke techniek maar toch een onderscheidend stukje aantrekkingskracht of unieke verkooppunten, was dat in de vorige eeuw ook al het geval. Zo hadden de grote drie van Detroit, General Motors, Ford en ook Chrysler deze slimme marktaanpak uitgedacht waardoor ze hele groepen kopers aan zich konden binden.

Chrysler zette in 1928, in de toenmalige crisis, een merk op dat met lage prijzen en wat uitgeklede auto’s klanten moest zien te werven die ze niet in hun eigen merk konden binnen krijgen. Plymouth was geboren. Omdat ook bij Ford en GM hetzelfde gebeurde waar men goedkopere versies uitbracht voor prijzenkopers, kregen de nieuwe wagens van Plymouth zescilindermotoren (achtcilinders bleven tot 1955 uit het gamma). Het bleek een gouden greep. De modellen van Plymouth, veelal optisch geretoucheerde wagens van Chrysler of Dodge, verkochten als een dolle.

Na de oorlog moet je soms wel drie keer kijken om het eigen gezicht van Plymouth te ontdekken. Zo was de basisauto van 1946 een Chrysler Windsor in wat goedkopere verpakking. Ruim, sterk, en betaalbaar. Dat gold ook voor latere types als de Belvedere, Savoy of Fury. Die laatste kwam in 1958 op de markt en had de toen zo kenmerkende vleugels op de achterschermen en was er nu ook met een dikke V8 die naar gelang jouw kopersbehoefte tot 6.3 liter groot was qua inhoud en dan 330 pk leverde.

Opvallend was dat deze auto stoelen had die meedraaiden met de portieren waardoor in/uitstappen een fluitje van een cent was. Zag je weer niet bij de zustermodellen uit de Chryslergroep. In ons land was het merk ook populair. Zo was er de wonderlijk vormgegeven Valiant uit de jaren zestig die nu van alle compact-cars uit die periode wordt gezien als een van de leukste. Diens opvolgers waren beduidend minder opvallend van vormgeving maar deden het verkooptechnisch een stuk beter. De Fury-lijn was er voor de liefhebbers.

Geen zespitters meer maar altijd een V8 onder de kap en vermogens die konden oplopen tot dik 425 pk. Geen prijspakkers meer. Het merk werd steeds meer een concurrent in eigen huis voor Chrysler zelf of Dodge dat beduidend duurder was. Met de Barracuda had Plymouth een wagen in huis die de concurrentie aan moest met de Mustang van Ford of de Camaro van Chevrolet. Met 425pk en een zeer sportief uiterlijk en snelheden die boven de 200km/u uit stegen lukte dat aardig. Maar toch waren de dagen voor het merk geteld. Geen nieuwe ontwikkelingen meer, wagens uit andere stallen die als Plymouth werden verkocht, het merk bloedde uiteindelijk gewoon dood. Chrysler trok er alweer lang geleden de stekker uit. Over en afgelopen. En intussen is het voor liefhebbers best een merk om te koesteren. En zijn de klassiekers die nog rondrijden redelijk betaalbaar gebleven. Precies zoals men het bij de oprichting graag zag…. (Beelden: Archief)

Vurig submerk van Chrysler – Desoto!

Ik denk dat heel wat lezers bij het zien van dit merk geen benul hebben dat het ooit heeft bestaan. Toch was het een van de dochtermerken binnen de Chryslergroep, waartoe ook Dodge en Plymouth behoorden. Het merk had geen eigen geschiedenis. In 1928 werd het door Chrysler opgericht om een paar gaten te vullen die Chrysler zelf dacht niet op te kunnen vullen. Desoto’s waren per definitie goedkoper dan wagens van het moedermerk. Maar ze boden min of meer dezelfde techniek en uitrusting. Dus zag je na WO2 toen het merk nog een zekere bloeitijd kende wagens als de Suburban die in feite een Chrysler was maar dan met extra zitruimte achterin wat hem zeer geschikt maakte voor taxivervoer van/naar vliegvelden of hotels. In die rol zag je ze dan ook vaak rijden.

Voor het meer normale kopersvolk was er de vergelijkbare Custom die een normale inrichting te bieden had. Uiterlijk kon je deze wagens slechts via de grille onderscheiden van een Chrysler. En zo ging het met DeSoto verder tot 1952, toen Chrysler toestond dat ook een Desoto geleverd kon worden met een V8-motor wat de verkopen direct deed stijgen. En om dat feit te vieren kregen Desoto’s voortaan type-aanduidingen waarin het woord Fire werd opgenomen. Firedome, Fireflite etc. Vanaf 1955 kreeg je ook de optie dat men de  auto in twee kleuren kon spuiten, een jaar later verschenen ook bij dit goedkopere Chryslermerk kleine vleugels op de achterschermen.

Het einde kwam al in zicht voor het merk toen men de Firesweep uitbracht, een extravagante auto die in feite niet veel meer was dan een Dodge met een wat aangepaste buitenkant. Ook gebouwd op de productielijnen van Dodge trouwens. Diens opvolger was zo mogelijk nog uitbundiger van vormgeving, kreeg vleugels als van een vliegtuig en motoren die bij de 300pk aan vermogen leverden. Maar onderhuids was het gewoon allemaal Chrysler en ook de prijsverschillen waren minimaal. Fireflite heette de auto en voor liefhebbers van klassieke Amerikanen was het prachtig voorbeeld van een tijdperk waarin het maar niet op kon in de VS.

Maar voor Desoto was het einde in zicht. Chrysler onderkende dat de toegevoegde waarde van het submerk te klein was om er een aparte divisie voor op de been te houden en sloot in 1961 de productielijnen. 32 jaar had het bestaan. Nu is het nog een voorbeeld van hoe in autoland ‘badge-selling’ voordelen biedt, maar zeker ook nadelen heeft. En een merk zonder echte geschiedenis toch altijd een wat gemaakt imago zal houden. Overigens zijn oude Desoto’s nog best in trek bij klassieker-liefhebbers die er grif geld voor betalen. Moet je wel even rekening houden met de dorst van die wagens natuurlijk. Want daar lette men indertijd wat minder op. (Foto’s: Internet)

Hoezo andere mensen??

Ik schreef al eerder iets over de huidige Selfiecultuur. Het is en blijft verbazingwekkend dat we (algemeen bedoeld) als we ergens zijn waar het mooi, leuk of spannend is de smartphone of camera pakken en vooral ons zelf in beeld brengen. Alsof ons lijf en dat beetje hersens dat elk individu is gegeven, het centrale focuspunt in het heelal is. Opmerkelijk! Ik behoor er zelf niet zo toe. Als ik op de foto kom te staan is het bij toeval en in 90% van de gevallen door anderen.. Ik heb thuis een spiegel en die vertelt veel zo niet alles over waarom het handiger is niet steeds in beeld te staan. Kijk als je een prachtige jonge vrouw bent met alle pluspunten die daarbij horen of een vent met een sixpack en een filmsterrenkop moet je het vooral doen. Maar de rest van ons gewone schepselen (99,99%) moet m.i. vooral oog hebben voor alles wat zich om ons heen afspeelt. Bedenk maar eens dat die Aarde van ons naar menselijke maatstaven buitengewoon groot is, bijna 10 miljard mensen telt, en heel wat heeft te bieden voor de al dan niet getrainde hobby-fotograaf. Een beetje stad biedt je al de kans je Smartphone-camera volkomen te laten verslijten als je er oog voor hebt.

Neem je een professionele camera mee zijn duizenden foto’s te maken die je later eventueel met veel plezier met anderen kunt delen. Zelfs de veestapel thuis is een lolliger onderwerp dan steeds weer jezelf in beeld te brengen met een namaakgrijns veroorzaakt door die uitgestrekte arm waarmee we die ‘ene’ foto moeten maken van ons zelf voor……..ja wat eigenlijk? Doen die mensen dat ook thuis in bed? Vast wel. Jonge mensen komen niet voor niets vaak in de problemen. Ze leggen bijna analytisch vast hoe hun lichaam er uit ziet in die en die pose. En vallen die beelden na het delen op digitale wijze in handen van kwaad willende lieden ben je in de aap gelogeerd. Of je bent zo overtuigd van de schoonheid van het eigen lijf dat je het ziet als reclame. Kan! Op mijn leeftijd is dat selfiegedoe eerder vermakelijk dan boos makend hoor. Daar niet van.

Maar ik kijk er met verbazing naar. Dat je thuis honderden foto’s van jezelf gaat zitten bekijken, het heeft iets vreemds. Maar ieder voor zich en de camera voor ons allen hoor. Doe wat je wilt, maar zie je iemand met opgekrulde lippen naar je kijken wordt dan niet boos. Zoals mij onlangs overkwam toen ik in de paskamer van een bekende kledingketen zat te wachten op hoe vrouwlief haar te passen kledingstukken aan mij zou showen. Een jong grietje van wellicht Surinaamse herkomst kwam uit een belendend hokje en bekeek zichzelf met welbehagen in de spiegel. Zij had een broek aan die haar gegoten zat. Met overal scheuren enzo.

Hoort er bij kennelijk. Het zelfbeeld beviel haar zo dat ze er een foto van maakte. Zichzelf als middelpunt van de sessie makend. En toen ineens mij ziend. Boos keek ze me aan. Hoe ik het kennelijk waagde naar haar te kijken. Ik trok de wenkbrauwen op en deed ook een poging te glimlachen. Zij nog bozer kijken. Ik had haar vermoedelijk in een intiem moment geobserveerd. Ze slenterde heupwiegend terug haar pashokje in. En ik schaterde in mijzelf. Wat een wicht. Aan wie zou ze die foto sturen? Aan vriendinnen? Waarschijnlijk sta ik er dan ook op. En zal ze terugdenken aan dat moment dat uw meninggever, toch een soort van bekende Nederlander, achter haar observeerde hoe zij haar passessie aan het wereldwijde web toevertrouwde. Of zoiets….Hoe dan ook, alleen dit jaar al zijn diverse mensen van rotsen gevallen, van balcons, van de kant in het water of van hun paard omdat ze zo nodig een selfie moesten maken. Het is maar dat je dit als lezer weet….. Risky business…. (Beelden: Internet)

Reizen zonder geld…

En terwijl het in het vorige blogje nog ging over Fokker en haar rol in de wereldluchtvaart, dit keer wil ik het hebben over een min of meer verwant onderwerp; reizen. Want uit een recent onderzoek van de ING-Bank onder 8000 Nederlanders bleek dat tijdens de afgelopen vakantie mensen die een vakantie boekten in eerste instantie in meerderheid eerst keken naar een bestemming, daartoe besloten onderweg te gaan en pas later keken of ze wel een toereikend budget hadden voor die trips. Pas veel later keek men ook hoe lang men eigenlijk weg wilde blijven. Dat houdt in dat veel mensen min of meer ‘als een kip zonder kop’ een reis boekten. ‘Maakt niet uit wat het kost, ik wil op vakantie en graag ver weg’. Kan niet schelen wat de prijs is voor dat tripje, gaan met die banaan.

Dit gedrag staat zover af van mijn eigen idee over vakantie, dat ik het opmerkelijk genoeg vond om er even een verhaaltje over te dichten. Immers, ik geef toch even meer aandacht aan het besteedbare budget dan aan wat ik eigenlijk zou willen. Nooit schulden maken voor grote uitgaven zit er nogal in gebeiteld bij me, en dat zorgt nog steeds voor grote terughoudendheid als het even niet uitkomt. Liever sparen en genieten dan lenen en lange tijd moeten bloeden voor iets wat je al snel vergeten bent. OK, lijkt ouderwets, maar zo zijn wij opgevoed. Met als voorbeeld ouders die vaak de eindjes bij elkaar moesten leggen om uiteindelijk van vakanties te kunnen genieten. Bij ons thuis ging dat zeker zo. Al waren het dan geen verre bestemmingen, dan nog. Een week volpension in Limburg was het ultieme dat de soms zo hardwerkende ouders voor mekaar konden brengen. Maar dan moest het geld er wel zijn. Want als we gingen dan bezuinigde men niet. Hapjes, drankjes, uitstapjes, het moest allemaal gedaan worden. En die tripjes zitten nog aardig in de bol.

Geldt ook voor de plekken waar ik zelf in de loop der jaren heen ging. Altijd comfortabel, beetje shoppen, cultuur, reizen per vliegtuig of een snelle trein, soms met de auto. Maar nooit op de bonnefooi of op basis van geleend kapitaal. Het past me niet, ik zou er kriebelig van worden. En als ik dit onderzoek dan lees weet ik zeker dat ik van een andere generatie begin te worden. We lenen weer wat af tegenwoordig en alles moet kunnen. Van de grootste auto (als die niet van de zaak is), tot het meest luxe huis, de nieuwste smartphone en/of computer, en natuurlijk een paar keer per jaar op vakantie. Logisch, want ‘we werken er hard voor’. Alsof ik dat ook niet deed. Maar goed, andere discussie. Ben wel benieuwd hoe jullie hier nu naar kijken. En o ja, die reisduur…..ik denk aan mijn drie vierpotige huisgenoten en vind direct twee dagen weg al lang. Dat mag je die beesten niet aan doen toch???

De U van Uitverkoop!

Ik ben in mijn hart nog van de ouderwetse uitverkoop. Van die acties bij winkelbedrijven waar de suggestie werd gewekt dat je met enorme voordelen op de gekochte artikelen de deur uitwandelde. Zo was er niet ver van ons vroegere woonhuis, ik refereer nu aan een periode uit mijn eerste jeugdjaren, een lampenwinkel in de belendende winkelstraat op de hoek waar vroeger mijn kleuterschool te vinden was. ‘Het Lampenpaleis’ heette die winkel. Normaal kon je daar het hele jaar door lampen en armaturen kopen tegen modale of bovenmodale prijzen, maar een keer per jaar hielden ze een super-uitverkoop. Lampen voor 1 gulden of zo. Wie het eerste kwam had de grootste kans zijn slag te slaan. En dat deden de mensen uit de buurt met liefde. Ze stonden halverwege de nacht al voor de deur. Het succes was groot. Maar op enig moment werd de concurrentie dat ook en was het gedaan met die lampenzaak. Failliet! Zo verging het V&D onlangs ook. Ondanks acties als het Prijzencircus en zo meer was het bedrijf niet in staat haar klantenkring vast te houden. De redenen vast bekend.

Een van die redenen het bestaan van zgn. ‘kortingsketens’ die met constante lage prijzen in staat blijken hele stromen klanten aan zich te binden. Denk maar eens aan de Action en soortgelijke bedrijven. Daarnaast zie je dat die uitverkoop niet meer zo is geregeld dat het een of twee keer per jaar plaatsvindt. Nee, bij sommige bedrijven is het een kwestie van altijd uitverkopen van die overbodige spullen en sommige ketens noemen dat dan ‘outlet’winkels. Altijd voordeel. Altijd uitverkoop. Het romantische overnachten voor de deur van een zaak is nu voorbehouden aan de verkooppunten van mobiele telefoons of Games. Daar wil men nog wel wat moeite voor doen, zeker als er iets nieuws verschijnt. Voor de rest is het een kwestie van uitzitten. Uitverkoop is het overal en kennelijk altijd. Van/voor. Maar wel goed opletten wat de oorspronkelijke prijs ook al weer was. Want als je soms goed kijkt zie je dat die bruto/verkoopprijs gewoon wordt opgeschroefd en dan daarna weer met een kortingspercentage afgewaardeerd.

Waardoor je uiteindelijk de normale prijs betaalt. Met een uitzondering. De Prijzenmepper. Dat is een keten die als een soort pop-up-store verschijnt in de winkelstraten door het hele land en dan uitverkoopt wat o.a. bij Kruidvat en Trekpleister in de schappen bleef liggen. Tegen ramprijzen. Waarover je aan de kassa nog eens korting krijgt. Is men eenmaal leeg verkocht is het weer over en uit en verdwijnt de winkel weer naar elders. Leuke formule. En toch…ik mis dat Lampenpaleis. Vast een nostalgisch trekje van me. (Foto’s: Internet/FlickR)

 

 

Lekker maar duur; Ron’s Gastrobar!

wp_20161121_001We waren zeer benieuwd hoe het eten er zou zijn en zeker ook de vaak door andere bezoekers geroemde ambiance. Ron Gastrobar in Ouderkerk a.d. Amstel is een van de vestigingen van deze door meesterkok en prima ondernemer Ron Blauw opgezette keten. Befaamd om de goede keuken, in dit geval een Indonesische. Meester Ron Blauw zelf was tijdens ons bezoek aan deze vestiging niet te vinden in het restaurant. Het wordt gedreven door een team van zijn gespecialiseerde chefs. Deze zaak is te vinden aan de Amstelveense en zuidelijke kant van Ouderkerk, vlak bij het vermaarde Groot Paardenburg en Loetje. De entree doet niet vermoeden dat hier een redelijk ruim restaurant achter ligt. Dat is in een soort T-vorm opgezet, waarbij de bovenste streep van de T aan de achterkant te vinden is. Mooi ingericht dat restaurant, weinig mis mee. Dat geldt ook voor de menukaart, al is dat meer een folder dan een echte kaart. De gerechten zijn interessant, maar de prijzen ‘stijf’. De grote rijsttafel die wij bestelden was nog wel te doen, maar alles wat je extra bestelde kostte geld. Een fles water (zonder bubbels) zelfs 6 euro. De wijn, van behoorlijke kwaliteit, 22 Euro. Toetjes zijn allemaal 9 Euro. Dat zijn geen budgetprijzen.

Overigens was het eten verfijnd lekker. Je overeet je er overigens niet aan, ons van oudsher bekende Indische restaurant Djago in Amsterdam-Zuid biedt domweg grotere porties, maar de smaak was zeker op hoog niveau. Dat gold niet voor de bediening. Die was (gestoken in uniform van een of ander cateringbedrijf) netjes, efficient, maar weinig persoonlijk. En het geluidsniveau in het restaurant is domweg te hoog. We konden aan de toegewezen tafel met goed fatsoen niet met elkaar praten zonder de stem stevig te verheffen. Dat is in goed gezelschap best een nadeel. Er was door de vriendin uit ons gezelschap die ons had geintroduceerd in het restaurant vooraf bij reserveren aangegeven dat we een jarige in ons midden hadden. ‘Daar zou men iets leuks voor doen’. Nou? Niks! Gewoon niet geregeld. En als je dat dan bij elkaar optelt zie je dat het rapportcijfer niet hoger komt dan 7.5. En dat ligt echt niet aan het eten. Dat was top. Maar er is meer nodig om je een leuke avond in een goed restaurant te bezorgen. En helaas was dat  nu net de zwakke schakel hier.

Open grenzen…

212611 - Fokker F-XVIII KLM with crew Scan10032Het liberaliseren van een samenleving als de onze kent meer nadelen dan alleen een bijna onbetaalbare zorgsector, het vrijwel niet meer functioneren van het openbaar vervoer door mismanagement en schandalen of het open stellen van alle sociale voorzieningen voor hen die hun geluk hier komen beproeven. Het heeft ook gevolgen voor van oudsher bekende en hoog gewaardeerde bedrijven. Toen ik nog  een jonkie was en mijn spaarzame vrije tijd vaak op Schiphol door bracht om daar te kijken naar de vliegtuigen, was de KLM een grootheid om rekening mee te houden. KLM was door oprichter en grote baas Plesman al voor de oorlog een naam geweest die wereldwijd een grote faam opbouwde. Bedenk je maar eens dat ‘even’ naar Indie vliegen in een Fokker verkeersvliegtuigje dat gemaakt was van hout en linnen, bepaald met afgunst werd bekeken door de toenmalige concurrentie. Alleen het Amerikaanse Pan American en het Britse Imperial Airways kenden soortgelijke routes en avonturen.

30271 - Douglas DC-7C PH-DSL KLM old.c.s. Scan10217Na de oorlog was de slimme Plesman er in geslaagd om in de VS grotere DC-4 vliegtuigen los te peuteren en een reeks DC-3’s die veelal afkomstig waren uit Amerikaanse legervoorraden. De lage afstanden die KLM daarmee begon te vliegen zorgden voor een basis die zijn effecten later niet zouden missen. KLM werd een grootheid en de maatschappij vervoerde heel slim passagiers via Schiphol naar andere bestemmingen. Boven verwachting veel als je bekijkt hoe klein ons landje eigenlijk is en hoe groot die KLM indertijd was. En altijd de nieuwste vliegtuigen in de vloot. Uiteindelijk werd de KLM een jaar of wat geleden min of meer verkwanseld aan de Fransen. Voor een relatief prikkie een geweldig bedrijf laten fuseren met een log Frans monster dat zelden winst wist te maken. KLM met een grote spaarreserve, de Fransen met een lege kas. Tot nu toe gaat het redelijk al worden de Fransen steeds meer de baas in het blauwe huis.

214030 - Boeing 747 - tegenlichtopname in air Scan10110Dat kostte Martinair de kop. De Fransen wilden af van de concurrentie die haar eigen dochter haar bezorgde. Transavia veranderde van structuur, groeide wel, maar werd een low-budgetmaatschappij, wat oprichter John Block zo vast niet had bedacht. De vrachtdivisie van de KLM wordt ook ontmanteld.  En door die wonderlijke fusie reageert KLM ook niet echt vlot meer op de veranderingen die door de open grenzen op haar af komen. De maatschappijen in het Midden Oosten die met een vloot van vele honderden vliegtuigen en een aantal hypermoderne vliegvelden de concurrentie met de gevestigde orde aangaan. Dat geldt ook voor de budgetvliegers als Ryanair, EasyJet, Vuelling, Whizz-Air, etc. Allemaal ook op Schiphol vliegend, geen grens gesteld. En de KLM als grote concurrent ziende. Daar moet bespaard, die goedkope maatschappijen breiden uit. Spelen geen tweede maar eerste viool. Intussen zit KLM met handen en voeten vast aan een Frans moederbedrijf dat nauwelijks beweegt, geen inventiviteit kent en draait het ook op voor de verliezen die daar worden gemaakt. Na de rode Martinair-uniformen verdwijnen nu ook hele groepen blauwe. Besparingen zijn nodig. Je vraagt je af waarom. Kapitaalvernietiging lijkt mij. Maar ja, dat zie je wel meer met die open grenzen. We zullen hopen dat we met de KLM haar eeuwfeest nog kunnen vieren. Zou mijn gevoel van trots strelen. Grenzeloos!

Nut van defensieve kracht…

WP_20141003_057We leven niet meer in een tijd van loopgraven, paarden en speren. Onze moderne tijd vraagt om geavanceerde wapens en elektronica die er toe doen. Het antwoord op de vraag ‘waarom?’ zit hem vooral in de ontwikkelingen die onze wereld momenteel doormaakt. Laten we wel zijn, toen de Muur viel in 1989 en we terecht kwamen in een ontspannen samenwerking met de vroegere landen van het Warschau-Pact leek oorlog verder weg dan ooit. Door het uit evenwicht raken van de verhoudingen slopen de westerse landen dichter tegen de grenzen van de vroegere Sovjet-Unie en in het Midden-Oosten waar de olie vaak een bron van onenigheid was geweest tussen het westen en oosten, waren de meeste landen min of meer in het kamp van de Verenigde Staten in te delen. De exorbitante rijkdom van de sjeiks en hun families waren een doorn in het oog van fundamentalisten die meenden dat rijkdom niet paste bij een leven als bedacht door hun god. Het onevenwicht werd steeds groter, kreeg een vervelende invulling op 9/11 en liet zien dat zelfs Amerika niet meer veilig was voor de armen van de barbaren. Net zo min als Rusland dat was, waar in Tsjechenie een oorlog werd uitgevochten die zijn weerga niet kende.

30773 - Fokker G1 X2 Scan10160Afghanistan, Irak, Tunesie, Syrie, Lybie, Egypte, en nog veel meer plaatsen maakten duidelijk dat er iets aan het bewegen was wat we vermoedelijk voorlopig niet meer onder controle zouden kunnen krijgen. Ook het nationalisme in Oekraine, Rusland en Turkije maken niet vrolijker. En als een van die spelers dan ook nog landjepik toepast of een verkeersvliegtuig uit de lucht haalt via allerlei schimmige lieden, is het een wereld waar je niet vrolijk van wordt. Juist niet als je beseft dat in ons land de defensieve kracht buitengewoon beperkt is geworden met dank aan achtereenvolgende kabinetten vol lieden die meenden of menen dat het allemaal zo’n vaart niet zal lopen. Net als in 1939. Ook toen dacht de Nederlandse regering dat met de heer Hitler wel zaken te doen zouden zijn, we waren immers neutraal en beschouwde de man als een ‘bevriend staatshoofd’. Op 10 mei 1940 wisten we beter, een paar dagen later hadden we ook door dat terreur in Duitse ogen inhield dat je een stad vol burgers kon plat bombarderen als dat zo uitkwam. Onze vliegtuigen waren toen inmiddels grotendeels vernield en onze soldaten door hun materieel heen.

10 mei 1940 - Nederlandse leger aan de GrebbelinieEn dat laatste was al niet zo veel want zowel uniformen als wapens bestonden uit spul dat in de 1e wereldoorlog al als ouderwets te boek stond. Wie dat niet wil geloven moet even gaan kijken in een van de musea in ons land waar een overzicht wordt gegeven van onze militaire geschiedenis. Op 10 mei 1940 werd duidelijk waarom we geen partij waren voor de Duitse hordes. En dat zal in de huidige tijd niet veel anders zijn als we niet opletten en ons teveel laten leiden door pacifistische gevoelens. De nieuwe vijanden van de democratie zijn niet veel beter dan de oude uit 1940. De doelstellingen vaak dezelfde, de methoden zelfs geavanceerder. Tijd voor een andere aanpak. Zal lastig zijn als je ziet welke partijen ons momenteel besturen. Maar die laden een grote verantwoordelijkheid op zich als ze nu weer op de handen blijven zitten en niets doen. Krijg je enorme spijt van, net als in mei 1940. Alleen komt spijt altijd achteraf en is het meestal veel te laat.

Action, zegen of virus?

Lidl winkels kom je door heel Europe tegenZoals er pakweg tien jaar geleden nog mensen waren die stellig waren in hun afwijzing van de Lidl of Aldi, velen doen van alles om hun zelf bedachte imago hoog te houden, zo zijn er ook mensen die niet bij de Actionketen willen kopen. Nu moet iedereen dat zelf weten hoor, niemand is iets verplicht in dit land. Voor wie het niet weet, Action is een supermarktketen die van alles en nog wat verkoopt waar je vaak helemaal niet op zit te wachten, maar wat wel heel nuttig is als je het eenmaal hebt en waarvan de prijzen ongeveer 30-50% lager zijn dan bij de concurrentie. Niet voor niets heeft de keten intussen 1000 filialen of zo en zitten ze nu ook al in de landen om ons heen. Het is een bedrijf met een grote expansiedrift en een magneetwerking op koopjesjagers of mensen die slimmer zijn dan hun buren, vrienden of familieleden. Niet alleen is de prijs laag, veel van wat men biedt kan de toets der kritiek goed doorstaan. Kijk maar eens naar het aanbod aan verf, de auto-accessoires en onderhoudsartikelen of zoiets simpels als knoflookbrood voor bij de soep. Dat laatst spul kost je per zak E. 0,89. Bij de Sligro, toch een groothandel voor de horeca, kost een zak E. 1,00, maar dan wel exclusief BTW.

Action ZuidKortom, Action gaat voor de prijs en dan moet je bepaalde aspecten op de koop toe nemen. Is het een foute keten? Wat mij betreft zeker niet. Ik beleef er vaak erg aardige momenten, zoals onlangs toen ze een serie Russische automodellen verkochten van het bekende uitgeversmerk d’Agostini. Voor nog geen Euro per stuk, waar die modellen ooit 15 euro kostten in combinatie met een of ander magazine. Het zal duidelijk zijn dat de verzamelaars zich verenigden en de boel leeg kochten. Voor sommigen was dat de eerste keer dat ze er kwamen, maar zeker niet de laatste. Maar die Action kent ook wel wat nadelen. Zoals ik onlangs las in een artikel van een econoom die ons Nederlanders waarschuwde voor de verloedering die op de loer ligt als wij maar door blijven gaan met onze budgetaankopen. (Hij noemde in dit verband ook Primark). Want veel van dat verkochte spul komt uit China en trekt alleen daardoor al werkgelegenheid weg uit Europa en ons land. Daarnaast zorgen dit soort ketens er volgens de auteur voor dat andere winkeliers er onder door gaan en moeten stoppen met ondernemen.

Action AlmereZe kunnen domweg niet tegen de prijzen op die door ketens als de Action worden geboden. Het ultieme gevolg, onze samenleving valt uit elkaar omdat we niet meer op kwaliteit maar vooral op bezit zouden winkelen. Ik heb er over nagedacht en kan me er wel iets bij voorstellen. Maar ja, dat geldt dan ook voor aankopen bij andere goedkope ketens en moeten we die vanuit die economische theorie ook maar gaan mijden dan? Net zoals goedkopere kleine auto’s, zelftankstations en telefoonaanbieders met abonnementen van een tientje per maand of zo? Ik denk dat het wel meevalt. Zoals het ook deed in de jaren zestig van de vorige eeuw toen we massaal overstapten op aankopen bij De Gruyter, Simon de Wit en Albert Heyn. En de aloude ambachtelijke kruideniers en melkhandelaren lieten zitten met hun waren. Ben benieuwd hoe jullie hier tegen aan kijken en wie er principieel niet naar een keten als de Action gaat voor wat aankopen. Is dat dan omdat je geen filiaal in de buurt kent, teveel geld bezit of omdat je je schaamt slim te zijn en niet te veel geld uit te willen geven? Ben benieuwd! (Action foto’s komen van het www.) 

Klantonvriendelijke Limburgse prijsvechter..

WP_20141004_004Een van de dingen waar ik in mijn inmiddels rijke carriere wel mee moest leren omgaan was het begrip dat de klant altijd gelijk heeft. Althans, dat je hem/haar het gevoel moest geven dat dit zo was. Ter eer en meerdere glorie van het eigen belang dat je als commerciële of dienstverlenende partij nu eenmaal hebt. Een tevreden klant zorgt voor aanwas van de totale klantenkring en soms kost het maar weinig geld of moeite om dat tevredenheidsgevoel over te brengen op iemand die kritisch of achterdochtig is over wat jij hem/haar zoal verkoopt aan artikelen of praatjes. Het blijft mij dus verbazen dat er nog altijd ondernemers (of werknemers daarvan) zijn die menen dat die klanten er eigenlijk slechts zijn om het hen lastig te maken of nog erger, dat die klanten maar moeten leren doen wat zij allemaal aanbieden aan regels, normen of waarden. Zo zagen we onlangs bij de ANWB hoe men daar de regels voor gebruik van de Wegenwacht eenzijdig veranderde en jou als klant dan maar het initiatief oplegde om daar al dan niet op te reageren. Doe je niets deelt de ANWB je in bij een soort service die zij bij jou als lid (klant) vinden passen en wordt het tarief voor die diensten aangepast. Naar boven…dat spreekt. Want van prijsverlaging hebben maar weinig bedrijven gehoord. Zeker niet bij de Nederlandse winkel van Tedi die wij  Venray bezochten tijdens ons korte tripje in die omgeving.

WP_20141004_003Die Tedi-winkels zijn goedkoopte-eilanden in het Duitse en het verbaasde ons dat er ook een filiaal van in Nederland te vinden was. De chef van die winkel was druk bezig om zijn 16-jarige ‘vrouwelijke’ winkelpersoneel te kneepjes van zijn vakgebied uit te leggen toen wij binnenkwamen. Een groet werd derhalve niet beantwoord. In een stelling waarin ik zaken zocht (en vond) die mijn hobby er nog leuker op maken, kwam ik twee aardig automodellen tegen. De prijsaanduiding  boven het vak was zeer expliciet, E. 2,40 p.stuk. Prima prijsje, en dus zocht ik in de stapels en trok er twee uit die ik wilde hebben. Met nog wat andere spullen togen we naar de kassa. Een van de wichten achter de kassa begon te scannen. Dat ging goed tot ze bij die twee items van mij kwam. De scan deed het niet. Dan maar de artikelnummers intikken. Met een vinger. Prijs per stuk E. 3,50. He, maar dat klopt toch niet? Dat is 1,10E meer dan op het vak staat. Het wicht wist van niks, de chef moest er bij komen. ‘Tja, dat is een foutje hoor, we hebben die prijskaart nog niet weggehaald, dit is nieuwe voorraad en E. 3,50 is de prijs. Had u kunnen weten!’ ‘Hoezo?, het staat er in cijfers van 20cm boven toch?’. De man hield voet bij stuk. Foutje, was menselijk, kon iedereen overkomen, maar prijs is prijs, dus E. 3,50 of niet. Dat werd dus niet! Ik liet ze staan en we gingen zeker door ‘s-mans instelling en benadering boos de deur uit.

WP_20141002_011Deze man snapt het echt niet. Immers, de prijs is niet zo afwijkend dat je kunt denken aan een dwaling van de kant van de klant die onterecht was. De gemiddelde prijs voor die modellen ligt tussen de 2 en 3 euro, dus hoezo moet ik me dan gaan inlezen in de materie bij Tedi? Fout van de onderneming, chef en de wichten die vermoedelijk de prijskaarten niet tijdig hadden verwisseld. Maar niet de schuld van de klant meneer de Tedi-chef. Een dag later, Tedi Duitsland, zelfde modellen, twee euri het stuk. Zelfde keten, andere prijzen. Zal wel aan de prijzen op het vak hebben gelegen. Maar die Venrayse vestiging moet je in de gaten houden. Die hebben een eigen prijsbeleid en dat is niet klantvriendelijk….