Leven met de Vliegende Pijl – 63 – Nawoord en afsluiting!

Wat wel weer opmerkelijk is tijdens het vertellen van dit verhaal, waar het einde nu echt van in zicht komt, dan toch wel het feit dat van de veel in alle afleveringen genoemde hoofdrolspelers nog maar heel weinig, misschien niet meer dan 1% nog betrokken zijn bij het zo gekoesterde merk Skoda. Of het nu gaat om mensen van de importeur, de vroegere dealers of ook de managers die ik leerde kennen bij de Skoda-fabrieken. De oude vaderlandse Skoda-organisatie is min of meer opgerold. Ondanks alle weerstanden die men daar zelf tegen had in die jaren dat de grote schoolmaak dringend nodig was. Een klein deel van die dealers kreeg de status service dealer en heeft nog steeds een officieel bord aan de gevel. Anderen ver k o c h t e n de boel en gingen iets anders doen of stopten de bedrijfsvoering helemaal. De verkoop van Skoda’s werd meer en meer ondergebracht bij merkclusterdealers van Pon zelf. Naast VW, Audi en Seat kreeg Skoda een aparte maar ook gewaarderde plek in die organisatie. Logisch als je kijkt naar de wens om volume te draaien en vooral die geplande aantallen in de toekomst zonder morrelen aan marges en zo meer te behalen.

Bij die grotere units is dat simpeler dan werken met onafhankelijke dealer-ondernemers die het maar lastig blijven vinden als een fabrikant of importeur de dienst bij ze uit komt maken. Bij Pon Mobiel zelf was het al niet anders. Die organisatie integreerde compleet in die van Pon’s Automobielhandel. Kostenbesparend en efficient. Medewerkers uit ‘mijn tijd’ bij Pon verdwenen. Een enkeling overleefde alle wijzigingen. Maar van de hoofdrolspelers die ik indertijd meemaakte is het grootste deel elders werkzaam. En men heeft wellicht nog wel herinnering aan dat werken voor Skoda maar meer ook niet. Rijden in het merk is kennelijk ook teveel gevraagd. Van de mensen die ik bij de fabriek leerde kennen in de loop van de jaren is echt nog maar een enkeling terug te vinden in het thuisland van Skoda. De rest vloog uit.

Werkten bij VW in China, Mexico, Canada of Duitsland. Anderen stapten over naar andere automerken of zochten nieuwe uitdagingen. Collega-importeurs die ik leerde kennen zijn sinds ik uit de organisatie stapte deels ook vervangen of verdwenen. Opmerkelijke lieden uit Belgie, Frankrijk of Israel gingen via de zijdeur af en werden vervangen door keurige managers van nieuwe en vaak grotere bedrijven die hetzelfde als hun voogangers beter moesten doen. Skoda-managers wilden domweg een betere samenwerking die top-down zou verlopen in plaats van op gelijk niveau. Wij konden indertijd nog onderhandelen met het mes op tafel, dat hoef je nu niet meer te proberen. Lastige mensen moesten weg, en slechts grote loyaliteit kon rekenen op waardering, zeker als dat samen ging of gaat met positieve resultaten. Voor wat mij zelf betreft, het blijft aardig om te zien dat ook uit mijn dealerdagen toch belangrijke mensen nu geen enkele rol van betekenis meer spelen. Zelfs het toen zo lastige en voor het dealerbedrijf waar ik werkte belangrijke merk Daihatsu is totaal van de markt verdwenen. En dat dealerbedrijf werd daarna een gewoon garagebedrijf met verkoop van tweedehands auto’s.

Men zal er tevreden mee zijn, het zou zeker niet hebben gepast bij mijn ambities of merktrouw. Overigens zorgt dat bij mij niet voor een grotere vergevingsgezindheid. Integendeel. Als ik terug kijk valt er wellicht vast wel het e.e.a. aan te merken op mijn eigen optreden toen, maar er werd me ook wel erg weinig ruimte geboden om datgene te doen wat goed had geweest voor het merk of bedrijf. Maar goed, we zijn bijna dertig jaar verder en moeten vooruit. Dat persoonlijke karakter speelde trouwens wel vaker een rol als het ging om zwart of wit, links of rechts, het een of het ander. Ik was (ben) niet zo van de gedachte dat iemand zonder talent de kans moest krijgen om in het Concertgebouw een riedeltje te spelen. Het moest passen bij mijn visie rond het merk en wat daarmee te doen. Mijn besluit om vanuit Schiphol ooit in de autobranche te gaan opereren werd tenslotte niet zo maar genomen.

Het had een doel, een visie, een manier om het merk daar te brengen waar ik vond dat het hoorde. Dwars door de mening van anderen heen als het moest. Het vermarkten van auto’s is trouwens een vak en niet een veredelde hobby. Ik ben dan ook nooit te vies geweest van bijleren en cursussen volgen. Het gaf me inzichten die ik kon gebruiken om succesvol te opereren. Een merk als Skoda, maar ook die anderen die de revue passeerden, hadden dat nodig. Professionalisme! Dat wholesale zoals Pon dit doet een heel andere discipline is als retail bedrijven zoals ik dat 13 jaar lang zelf had gedaan voor ik bij Pon kwam werken, was ook een leerschool. Net als het geven van coachings of het adviseren op het gebied van marketing en reclame. Je doet dat niet even, er zit iets onder. En voor mij hield dat elke dag in dat er weer bijgeleerd moest worden en practische zaken omgezet worden naar een theoretische onderbouwing van wat er zoal werd uitgedragen. De drive die ik daarbij had zal velen een doorn in het oog zijn geweest. Ik kan er achteraf niets meer aan doen, veel schade voor het merk heeft het zeker niet gedaan. Integendeel. En daarmee eindigt mijn verhaal over mijn leven en werken voor dat merk met de Vliegende Pijl. Van mijn jeugd tot nu toe in mijn leven gebleven. En ik ben daar trots op. Vandaar dat ik de lezer daar even verslag van deed. In 63 afleveringen. Een digitaal boekwerkje. Dank voor uw leesgeduld, de reacties en observaties. Het is op zondag weer tijd voor iets anders!

Aansprakelijkheid 

De auteur heeft de nodige zorgvuldigheid betracht bij het verwerken van allerlei naspeuringen die hij tijdens het onderzoek gepleegd heeft om tot de samenstelling van dit vervolgverhaal te komen. De auteur is zich bewust van de taak een betrouwbaar verhaal te verzorgen. Niettemin kan hij geen aansprakelijkheid aanvaarden voor evt. in deze uitgave voorkomende onjuistheden.

Niets van deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfilm of welke andere wijze ook, zonder voorafgaande schriftelijke toe stemming van de auteur.

 

DANKWOORD

Mijn dank gaat uit naar mijn echtgenote die al die professionele jaren trouw achter me aan hobbelde als ik weer eens (te veel) bezig was met het verkopen en promoten van het merk Skoda en nu dit boekwerk.
Ook dank aan Jaap van Rij voor zijn niet geringe enthousiasme en steun bij het tot stand komen van dit vervolgverhaal, maar zeker ook voor de moed mij indertijd de kans te geven bij Pon Mobiel mijn carriere verder te ontwikkelen en de leerschool die ik daarbij mocht doorlopen.
Maar zeker ook de in sommige gevallen geweldige teamleden bij Skoda-Auto waar ik zoveel mooie momenten door mocht beleven en wiens producten ik nog steeds gebruik en daarvan geniet, ook al betaal ik de nota’s nu gewoon zelf…

Leven met de Vliegende Pijl – hoofdstuk 60 – Coaching en training!

Aan het einde van het jaar 2000 begon zo de nieuwe fase in de professionele aanpak van mijn werkzaamheden. Ik kreeg uiteindelijk na lang onderhandelen met Hoekstra een contract om via LEX- en communicatietrainingen de organisatie van Skoda in ons land verder te optimaliseren. Als externe adviseur. Ik had al sinds 1991 immers dat eigen communicatie-adviesbureau, keurig ingeschreven bij de KvK, dus dat paste mooi. De regeling zette me als professional goed op de been, en ik kon mijn werk voor het zo geliefde merk blijven doen. Want samen met Hans Bovee ging ik nu een paar dagen per week het land in om coachings en trainingen te geven op het gebied van LEX-denken. Maar ook hoe dealers om zouden kunnen gaan met een meer eigen publiciteitscampagne en klantenwerving. Daarnaast was het de bedoeling om een nieuw dealer-automatiseringsprogramma, WinCar geheten, uit te rollen waaraan Skoda op dat moment de voorkeur gaf en waarmee de toenmalige verkopers veel sterker dan voorheen pro-actief nieuwe kopers konden (en moesten)werven. Die begeleidingssessies waren vaak heel intensief.

Hans Bovee en ik reden bij nacht en ontij heel wat kilometers in die periode en ook vaak tot in de late uurtjes om de boodschap van het nieuwe Skoda te brengen. Intussen werd de nieuwe en grote Superb geintroduceerd en was men bij de Tsjechen alweer bezig met het volgende model, de Roomster! De organisatie moest daartoe dus steeds sterker worden. Kaf en koren strikter gescheiden, de opdrachten waren duidelijk. Een jaar na mijn vertrek verliet ook Hoekstra Skoda. Hij kreeg een conflict met het management van het merk in Tsjechie en werd niet meer gezien als ‘acceptabel’. Omdat men bij Pon niet zo snel een opvolger kon vinden werd Seat-baas Van der Nat aangesteld om ‘orde op zaken te stellen’. Voor de externe werkzaamheden maakte dat vooralsnog niet veel uit, maar het sloeg wel een gat in de organisatie. Want in het kielzog van Hoekstra verdwenen meer mensen uit het voormalige MT en rest van de organisatie en al snel zat ik soms voor overleg tegenover mij compleet nieuwe en vreemde gezichten. Ergens in 2003 kwam de echte opvolger van Hoekstra in dienst.

Dick de Rooy, voormalig marketeer bij Seat werd door v.d. Nat naar voren geschoven en zowel door Pon als Skoda geaccepteerd. Ik kende hem nog wel uit de tijd dat we als collega’s bezig waren geweest ‘onze’ merken te promoten. Het gaf wat rust in de organisatie, maar veel gedenkstenen voor revolutionair denken zijn er niet voor hem geplaatst. Intussen kreeg Skoda steeds meer vat op de gang der dingen in ons land. En werd ook duidelijk dat het nuttige LEX plaats ging maken voor het abstractere ISO. Klantvriendelijkheid werd ook bij Skoda ingeruild voor administratieve procedures. Het hield in dat mijn werk en dat van Hans Bovee enorm uit elkaar zouden gaan lopen. Hans moest met interne collega’s gaan ‘schouwen’ om dealers naar ISO te krijgen, ik trachtte nog steeds die dealers te leren zelfstandigheid bij de communicatie vast te houden en op eigen naam en faam imago een omzet op te bouwen. In 2003 werd dat werk echter steeds lastiger. Ik zwierf intussen wat tussen importeur en dealers en kreeg te weinig input vanuit Leusden om echt te snappen wat er op dat moment allemaal speelde. Dat had men bij Pon ook wel door en de Rooy wilde wel van het contract met mij af. Dat paste mij eigenlijk ook wel omdat ik intussen ook was gaan werken voor een uitgeverij die interim-hoofdredacteuren zocht voor diverse bladtitels in het B-to-B segment. Daarnaast ontwikkelde zich mijn advieswerk aan andere klanten redelijk rap. Mijn ‘leenauto’, een Fabia Combi TDi in de meest luxe uitvoering nam ik dus zelf maar over en eind 2013 was mijn status compleet onafhankelijk. Met een aantal dealers van toen bleef het contact overigens ronduit goed en daar heb ik tot vele jaren later nog steeds baat bij gehad. Pon zelf bleef intussen bezig met reorganiseren. Men verjongde de organisatie, zette steeds meer in op integratie met Pon’s Automobielhandel en deed dit ook bij de Skoda-dealers. Dealers en mensen uit de opbouwperiode werden massaal ingeruild voor VW-dealers die Skoda erbij gingen doen, en alleen daarmee al in staat waren om de landelijke omzet op te krikken. De Amsterdamse dealer S-Point, lid van het A-Pointteam wat op zich weer een onderdeel is van het holdingbedrijf Pon-dealer, zette in een jaar tijd net zoveel Skoda’s om in de Amsterdamse regio als alle 80 Skodadealers landelijk deden in een jaar als 1992 toen ik bij Pon binnenstapte. De Utrechtse Pon-vestiging deed daar trouwens niet zo veel voor onder. En zo ging dat maar door. Met een mooi gamma en een steeds sterkere organisatie bleek het merk ineens flink volwassen te kunnen worden en mee te tellen bij vooral zakelijke rijders. Vervangende trots was nog steeds mijn deel toen ik in 2004 overging tot een andere orde van de dag. (Fotos: Yellowbird/Skoda/Internet)

 

Aandeelhoudersgelijk….

In veel media of discussies zie ik vaak dat men altijd weer kritiek heeft op managers die al dan niet teveel geld verdienen in de ogen van de afgunstige lieden die deze kritiek leveren. En ook ik behoor daarbij, want ik vind iemand die 2000 Euro per uur verdient door alleen maar aangesteld manager te zijn best een dure kracht. Wonderlijk is dat deze lieden zich veelal hullen in weelde, de dikste auto’s rijden en in de mooiste huizen wonen. Nou ja, dat is toch de eerste indruk. Maar achter de schermen van veel bedrijven trekken vaak aandeelhouders of eigenaren van een bedrijf veel meer aan de financiele touwtjes dan wij als neutrale waarnemers wel eens kunnen vermoeden. Ik heb regelmatig met die lieden te maken gehad. Terwijl de ‘bovenlaag’ van managers en directeuren de uiterlijke vertegenwoordigers waren van een onderneming, bleek dat achter de schermen de poppenspelers zaten die met een vingerknip in staat waren om het lot van die ‘hoge jongens’ te beslissen. Zelf meegemaakt ook. Verzet je tegen die aandeelhouders en je kunt na enige tijd gaan.

Wat dat betreft weet ik mij in goed gezelschap van heel wat lieden die net als ik dachten dat verantwoording ook ‘macht’ in hield. Dat laatste is best verslavend. Tot je niet meer nodig bent en mag gaan. De gemiddelde manager houdt het een jaar of vijf tot acht vol. Dan zijn ze over de bewaardatum heen en is het tijd voor iets nieuws. Het waarom zit besloten in rendement. Verlies wordt niet geaccepteerd. Erger nog, het kan zijn dat de aandeelhouders menen dat de competentie van hun managers niet groot genoeg is en dat zij zelf moeten ingrijpen. Wat er dan gebeurt zie je o.a. bij Blokker. Daar tracht de familie haar aandelen nog enige waarde te laten behouden en desnoods de boel dan maar te verkopen. Weelde is ook verslavend. Zag je bij veel Nederlandse ondernemingen, maar ook buiten onze grenzen vindt dit plaats. Zo las ik onlangs dat de familie Piech/Porsche (de grote jongens achter VW/Porsche) ontevreden waren met de resultaten bij het Britse Bentley.

Dat merk is al een jaar of 20 in handen van de Duits/Oostenrijkse eigenaren en maakt niet echt veel winst. Integendeel, men maakt er zelfs verlies en dat was niet de bedoeling. En dus krijgt het management nog een enkele kans. Winst maken of anders….vertrekken! En zo deed men dit bij de andere merken uit de VW-Groep ook. Verlies maken geen optie. Daarnaast was gezichtsverlies dat ook niet. De zogeheten ‘sjoemelsoftware-affaire’ in de VS en daarbuiten kostte het totale management van VW de job. Als rijpe appelen werd er aan de merkboom geschud en opgeruimd, tot de allerhoogste en schier onaantastbare president-directeur van de VW-Holding. Weg ermee, frisse wind. Want dat soort verliezen die het gevolg waren van die (overigens dom opgeloste) affaire was voor de aandeelhouders waaronder de bijna dictatoriaal opererende Piech geen optie. In mijn vervolgverhaal over het merk met de Vliegende Pijl komen we die naam nog wel eens tegen. Want hij bemoeide zich ook met het door VW in 1991 overgenomen Skoda. En hoe! En in discussie gaan had geen zin. Dat wist ik wel uit mijn toenmalige zakelijke verleden. In de jaren dat ik later zelf actief werd als (mini)ondernemer liet ik me door niemand meer de les lezen. Ik was immers zelfstandig. Richtte me naar mijn klanten, maar liet me verder niets vertellen. zeker niet door salongeleerden! En dat beviel best goed. Zelfs toen ik me zelf op non-actief kon zetten om eindelijk eens van mijn pensioen te genieten. Bentley voor de deur, huis aan de Cote d’Azur en hup…..genieten. Nou ja, dat laatste neemt u vast met een korrel zout. Of bent u bij toeval aandeelhouder van mijn blog? In dat geval geef ik toe iets te overdrijven….(foto’s: Yellowbird archief/internet)

Reizen zonder geld…

En terwijl het in het vorige blogje nog ging over Fokker en haar rol in de wereldluchtvaart, dit keer wil ik het hebben over een min of meer verwant onderwerp; reizen. Want uit een recent onderzoek van de ING-Bank onder 8000 Nederlanders bleek dat tijdens de afgelopen vakantie mensen die een vakantie boekten in eerste instantie in meerderheid eerst keken naar een bestemming, daartoe besloten onderweg te gaan en pas later keken of ze wel een toereikend budget hadden voor die trips. Pas veel later keek men ook hoe lang men eigenlijk weg wilde blijven. Dat houdt in dat veel mensen min of meer ‘als een kip zonder kop’ een reis boekten. ‘Maakt niet uit wat het kost, ik wil op vakantie en graag ver weg’. Kan niet schelen wat de prijs is voor dat tripje, gaan met die banaan.

Dit gedrag staat zover af van mijn eigen idee over vakantie, dat ik het opmerkelijk genoeg vond om er even een verhaaltje over te dichten. Immers, ik geef toch even meer aandacht aan het besteedbare budget dan aan wat ik eigenlijk zou willen. Nooit schulden maken voor grote uitgaven zit er nogal in gebeiteld bij me, en dat zorgt nog steeds voor grote terughoudendheid als het even niet uitkomt. Liever sparen en genieten dan lenen en lange tijd moeten bloeden voor iets wat je al snel vergeten bent. OK, lijkt ouderwets, maar zo zijn wij opgevoed. Met als voorbeeld ouders die vaak de eindjes bij elkaar moesten leggen om uiteindelijk van vakanties te kunnen genieten. Bij ons thuis ging dat zeker zo. Al waren het dan geen verre bestemmingen, dan nog. Een week volpension in Limburg was het ultieme dat de soms zo hardwerkende ouders voor mekaar konden brengen. Maar dan moest het geld er wel zijn. Want als we gingen dan bezuinigde men niet. Hapjes, drankjes, uitstapjes, het moest allemaal gedaan worden. En die tripjes zitten nog aardig in de bol.

Geldt ook voor de plekken waar ik zelf in de loop der jaren heen ging. Altijd comfortabel, beetje shoppen, cultuur, reizen per vliegtuig of een snelle trein, soms met de auto. Maar nooit op de bonnefooi of op basis van geleend kapitaal. Het past me niet, ik zou er kriebelig van worden. En als ik dit onderzoek dan lees weet ik zeker dat ik van een andere generatie begin te worden. We lenen weer wat af tegenwoordig en alles moet kunnen. Van de grootste auto (als die niet van de zaak is), tot het meest luxe huis, de nieuwste smartphone en/of computer, en natuurlijk een paar keer per jaar op vakantie. Logisch, want ‘we werken er hard voor’. Alsof ik dat ook niet deed. Maar goed, andere discussie. Ben wel benieuwd hoe jullie hier nu naar kijken. En o ja, die reisduur…..ik denk aan mijn drie vierpotige huisgenoten en vind direct twee dagen weg al lang. Dat mag je die beesten niet aan doen toch???