Volgens de normen die opgeld deden in haar jeugd was ze niet meteen de knapste van de klas. Onder vriendinnen was ze vooral bekend als ‘gezellig’ en ‘lieve vriendin’ maar als de meiden uit haar straat op stap gingen namen ze haar vaak niet mee. Of het moest zijn als chaperonne voor een van de knappere dames uit de buurt. Slim was ze wel en een goede studie was aan haar wel besteed. En zo deed ze op wat latere leeftijd nog steeds allerlei cursussen, waaronder een uitgebreide waarbij ze zichzelf de schone kunst van het betere koken liet uitleggen. Ze was intussen uitgegroeid tot een dame met een stevig voorkomen. Alles aan haar was omvangrijk. Al was het maar omdat ze genot peurde uit het zelf opeten van wat ze zoal had gekookt of gebakken. Haar liefdesleven was intussen ingewikkeld. De mannen die op haar vielen hadden vaak iets met ‘dikkere dames’ of bleken een of andere seksuele afwijking te bezitten. Ze had heel wat bijzondere nachten moeten doorstaan. Dat bracht haar weinig eigen genot. Maar als ze een viergangenmaal kreeg voorgezet gaf haar dat na afloop een bevrediging die haar daarna goed deed slapen. Niet meteen bevorderlijk voor een actief liefdesleven. Maar ja, lichamelijk genot was haar nooit aangeleerd, dat koken wel. En zo leefde ze voort. Huurde een mooi appartement, werkte als kok in een restaurant, kreeg complimentjes om haar geweldige gerechten die ze keer op keer op tafel kon toveren, maar ging wel alleen naar huis. Daar lag ze dan vaak met een schaal lekkere hapjes op de bank, flesje er bij, de kat naast haar, ook al een slagje te dik. Spiegels had ze verbannen, daar keek ze niet meer in. Op een dag merkte ze dat ze haar kookschort niet meer goed aan kon doen. Het was te klein geworden. Net als haar broeken. Haar borstomvang was al niet meer te meten en erger nog, haar buik stak nog verder uit. Ze moest er echt eens iets aan gaan doen….Ze nam er nog maar een glaasje op. Toen ze het tweede inschonk werd ze ineens duizelig.. Daarna viel ze om…Het duurde vier dagen voor men haar vond. Toen was ze al van deze Aarde verdwenen. Haar lichaam kon met moeite worden geborgen. Haar familie weende om haar dood. Maar waren wel blij met alle gerechtenboeken die zij ooit vol had geschreven. De kok van het kookgenot was niet meer….Haar gerechten werden legendarisch….Toch nog geliefd…
Tagarchief: genot
Kookgenot…
Maria…
Devoot was hij, al van jongs af aan, en dus was het niet zo gek dat hij uiteindelijk had gekozen voor een roeping als priester in het enige ware geloof, dat van Rome. Na een uitgebreide opleiding waarin hij zich de leer van de kerk en die van de Opperheer had eigen gemaakt voelde hij dat hij toe was aan verspreiding van het geloof en het besturen van een door hem aangestuurde parochie. Hij deed zijn Gelofte in het bijzijn van mede-studenten die tot het ambt waren geroepen en de bisschop van dienst en kreeg een eigen Gemeente in het zuiden van het land. Een oude pastoor had daar de schapen tot Christus gebracht maar was nu toe aan nog een paar jaar rusthuis in het nonnenklooster van Sint-Jacob-aan-de-Geul. Aan hem om de boel wat op te frissen. Dat deed hij vooral in zijn onderkomen, een groot en oud huis dat naast de kerk was gebouwd in de 17e eeuw. Gemaakt van mergelsteen en koel in de zomer, heet gestookt in de winter. De kerk zelf was sfeervol en hij maakte er een gewoonte van veel kaarsen te branden om zo gelovigen te trekken die iets zochten wat alleen het ware geloof zou kunnen bieden. Lastig had hij het met de gelofte van kuisheid. Hij was jong en af en toe overmande gevoelens die hij toch als duivels omschreef zijn fysiek. En hij moest toegeven, hij kon de verleiding soms niet weerstaan om even stoom af te blazen. Natuurlijk vroeg hij de Heer dan de volgende dag om vergiffenis. En soms dacht hij dat hij het grote beeld in zijn kerk zag knipogen. Dat deed ook de fraaie huishoudster die hij had overgenomen van Meneer Pastoor. Een blonde deerne die ook nog eens naar de naam Maria luisterde. Ze oogde vroom, werkte hard in huis en deed zijn huishouden met verve. Op een avond, hij was alleen en bereidde zijn volgende preek voor, overviel hem weer dat gevoel van….. Hij werd er onrustig van. Wilde niet toegeven, maar ja…. Langzaam ging de deur open. Tot zijn verbazing stapte Maria binnen in zijn werkkamer. Normaal sliep ze ergens op zolder in dat grote huis, nu zag ze er uit of ze op weg was naar de badkamer…. Ze keek hem aan, met een blik die hem deed denken aan die andere Maria, vol liefde en warmte. Even later lagen ze samen in zijn bed. Schoon opgemaakt, de lakens strak gestreken. Zij had haar voorwerk gedaan. Hij deed hetzelfde. En toen ze samen kwamen was het net of de Hemel open ging en een engelenkoor de kerkklokken deed klingelen. Maria glimlachte hem na afloop toe. Uiteraard was hij direct verliefd op haar. Een wonder was geschied. Alleen deelde hij dit niet met zijn boven hem gestelden of de andere gelovigen. Die zouden hem wellicht met pek en veren weg sturen. Nee, hij hield zijn liefde voor Maria maar voor hem en haar. In de kerk kwam een speciaal ingericht Maria-altaar. En elke dag brandde hij daar zelf een stevige miskaars. En deed een schietgebed. Dat Maria maar altijd bij hem zou blijven…
Trouwe vriend…
Ze dankte nog steeds de voor haar belangrijke stem van hem die boven haar was gesteld. Op die dag dat ze hem tegenkwam en meteen verliefd was, al was het dan besmuikt en keek ze wel goed om zich heen of niemand echt keek toen ze hem tot zich nam. Wat was ze gespannen geweest in die periode en hoe zocht zij toen naar iemand die haar van die spanning af kon helpen. Alle relaties stuk gelopen, dan was ze weer te dik, bij de ander voldeed ze niet aan de wens tot intellectuele bagage. De bedavonturen waren van saai tot zeer inspannend geweest, voor haar zelden ontspannend. Best frustrerend. Nee, haar leven was tot nu toe niet over rozen gegaan. Tot die dag dat ze op een of andere manier werd geleid naar die zaak waar ze alleen maar wilde rondkijken en naar binnen ging. Bij het zien van hem was ze in een klap verliefd geworden. Blank, sterk, geaderd als een havenarbeider, en niet te veel van haar verlangend. Na die eerste ontmoeting was ze direct verliefd geworden. En keek uit naar iedere ontmoeting. Eerst eens per week, daarna vaker. Nooit een verkeerd woord, zelden eisen of zo. Tja, ze moest af en toe wat investeren, zo bleef hij haar trouw dienen en zorgen voor blossen op haar wangen. Maar dat was zo weinig moeite in vergelijking met haar vorige relaties dat ze sommige zaken bij een budgetketen in voorraad nam zodat ze nooit zonder zou zitten. Elke keer als ze hem uitnodigde werd het spannender. Soms kleedde ze zich voor de gelegenheid aan, een andere keer juist uit. Hij vond het altijd leuk en deed zijn ding. Haar vriendinnen zagen het aan haar. De glans op haar huid, de sprankelende lach, twinteling in haar ogen. Ze hadden het allemaal door. Zij was verliefd en werd op juiste wijze ontspannen. Vanavond zou hij weer komen. Zij zelf nam het initiatief. Nam eerst een bad en kon daarna niet wachten op zijn komst. En de hare. Ze noemde hem Frank, maar wist dat hij van huis uit eigenlijk Tarzan werd genoemd….Maakte het uit…ze ging maar eens vroeg naar bed….
Do….
Do was letterlijk en figuurlijk een vrolijke tante. Voor haar neefjes en nichtjes, zij had altijd plezier, leefde zich uit, hield zich niet aan welke norm of waarde ook. En bij de familie was wel bekend dat Do in haar leven heel wat mannen (en wellicht zelfs vrouwen) had versleten voor ze iets tot rust was gekomen. Verhalen over haar jeugd, dat dorp waar ze alle mannen het hoofd op hol had gebracht met haar lijf en gedrag. Do hield wel van een verzetje. Een drankje of rokertje ging er altijd wel in, en als ze dan zin had in gezelschap nam ze dat mee naar een plek waar de rest van de samenleving haar niet kon bespieden. Men kon slechts raden wat zij daar dan deed. Maar haar naam was wel gevestigd. Later verhuisde ze naar de grote stad. Kreeg een aardige baan. Eerst in een tankstation, toen bij een notaris. De klanten waren gek op haar. Want service ging Do voor alles. Tevredenheid moest volgens haar in alle toonaarden worden geboden en haar werkgevers waren alleen daarom al gek op haar. Alleen vastleggen aan iemand was niet haar ding. Ze hield van feesten, met alles er op en aan, ze experimenteerde met pillen en poeders, kende de Kama Sutra zowat uit haar hoofd, maar bleef dezelfde vrolijke Do die eigenlijk gewoon Dorine heette maar dat maar een stomme naam vond. Do was ook een graag geziene gast op de familie-bijeenkomsten. Ze kon geweldige verhalen vertellen en maakte de jongere generaties wijs dat als je vandaag niet leefde je morgen spijt zou hebben omdat het dan niet meer kon. Haar ouders, broers, zussen, en goede vrienden, ze luisterden vaak met opgetrokken wenkbrauwen naar wat ze allemaal oreerde maar ook over wat ze droeg aan kleding. Of beter, wat ze bijna niet droeg. Optische verrassingen waren haar niet vreemd. Do was dus een vrolijkerd. En ze werd node gemist toen ze ineens overleed. 80 jaar oud. Geleefd voor tien. Maar haar motto leefde voort…..Leef nu, morgen is het misschien te laat. Maar haar familie zette haar portret toch maar niet zo dominant op de schoorsteenmantel. Het stigma van het fatsoen en zo…..
Lekker…
Veel van wat we zoal ‘lekker’ vinden baseert zich op ervaringen uit de jeugd. Werd je opgevoed met stamppot of rauwe groenten zal je dat vast op een bepaalde manier als lekker omschrijven. Wellicht ook omdat de kookkunsten van je moeder (of vader naar gelang de huishoudelijke indeling) goed of minder werden beoordeeld. Ik heb mijn voor/afkeuren daaromtrent al eens gegeven hier en kan je verzekeren dat ik veel van ‘toen’ nu als niet lekker omschrijf. Nog steeds. Wel lekker vond ik patat friet, toen een noviteit, of Chinese nassi. Mijn moeder was goed in de kippensoep, dus die vind ik nog steeds het lekkerst als ik een soepsoort mag kiezen. Ik was niet zo van de snoep, wel van de chocolade. En dan van de pure soort. Nog steeds een passie. Maar ik weet dat anderen een totaal andere smaak volgen. Zo ken ik mensen die op een boterham pindakaas smeren (brrr) en daar hagelslag overheen mikken. Of kaas met frietsaus. Mijn leasevader had ook zo zijn eigenaardigheden. Zo smeerde hij zijn brood soms met boter, strooide daar hagelslag overheen en dan weer een lading boter.
Het was een soort gebakje. Ik heb het lang op dezelfde manier nagedaan. Heerlijk. Maar natuurlijk ook dik makend. Dat gold ook voor zijn ontbijt. Hij nam dan de keukenmixer, gooide daar twee stuk geslagen eieren in, suiker en wat melk (en in zijn geval een cognacje) en zette die mixer aan. Dronk dan in een keer al die zaken op en kon er tegen voor de ochtend. Zwaar werk, dus altijd behoefte aan wat versterkends….Of zoiets. Zonder die cognac vond ik dat ook een lekkere start van de dag. Maar na de jeugd nooit meer gedaan. Lekker vind ik nu de na mijn huwelijk leren eten zaken als wat vrouwlief kookt, ingegeven door ervaringen bij haar thuis. Uit een familie afkomstig waar vrouwen gewoon goed kookten en smakelijk. Groenten waar ik voorheen omheen liep, of met grote afschuw naar binnen harkte, eet ik nu met smaak op. Wat bleef op ‘lekker’ gebied is mijn voorliefde voor friet. Ik zie dat nog steeds als een traktatie. Of dat geweldige broodje kroket van Kwekkeboom in Amsterdam.
Aangevuld door vele zaken die ik door de jaren heen leerde eten. Maar o wee als ik ergens anders te gast ben en hoor wat men daar lekker vindt. Veelal weinig vrolijkmakend voor iemand met een eigen interpretatie van ‘lekker’. Iedereen kookt weer anders, en soms bevalt de smaak me beter dan anders. Ik prijs mij (om diverse redenen) gelukkig met mijn schoondochter die ongeveer elk kookboek uit de hele wereld bezit en telkens weer in staat is om me te verrassen met iets bijzonders. Soms moet ik even ‘blussen’, maar veelal kom ik toch aardig voldaan van tafel na een opnieuw geslaagd maal met voor/nagerecht. Ik bezit (nou ja…) wat vriend(en)innen die ook geweldig kunnen koken, en ook daar is het dan een feestje om uitgenodigd te worden voor een maaltje. Lekker komt in vele vormen en smaken. Ben benieuwd wat jullie als mijn lezer(essen)s hierbij naar boven weten te toveren…Zoveel mensen, zoveel smaken en meningen uiteraard. (Beelden: Yellowbird archief)
Self service…
Tuurlijk, een taboe voor velen, maar als je bekijkt hoe lang we er al mee worstelen of dit acceptabel menselijk gedrag is of niet, wel een onderwerp om eens aandacht voor te hebben; masturbatie onder mannen en vrouwen. Het waarom zit toch vooral in de becijferingen die tijdens het hoogtepunt van de corona-ellende over ons heen kwamen. Al is de vraag in hoeverre mensen eerlijk antwoord geven op relevante vragen rond dit onderwerp. Zeker in deze toch wat vertrutte tijden best een extra groot taboe. Mensen die door virus en overheid opgehokt werden kregen volgens de media ineens ofwel minder zin in seks met de partner, dan wel meer, maar in het algemeen nam de frequentie van het zich zelf plezieren cijfermatig zeker toe. Nu is dat nog niet zo spannend omdat in die cijfers ook mensen zitten die geen partner bezitten en dus wel het risico lopen droog te komen staan in deze zware tijden. Maar ook onder gehuwden stegen de momenten van zelf opgewekt geluk flink. Men nam de tijd voor zichzelf en dat is verder uiteraard prima.
Zeker als je ziet dat het juist ook onder vrouwen opgeld doet. En dat is iets waar we toch even bij stil mogen staan als we bedenken dat pakweg een eeuw of anderhalf geleden vrouwen niet werden geacht zich seksueel te vermaken of te ontladen. Dat was voorbehouden aan mannen en de vrouw diende als opvangplek voor al het door hun partner voorgebrachte zaad, wat dan weer moest leiden tot zwangerschap. Dat een vrouw ook behoefte kon hebben aan een verlossend hoogtepunt was iets dat niet werd besproken. En masturbatie voor man en vrouw zat naar de normen van de toen zwaar het maatschappelijke (KERK)normbesef bepalende beleid en gevoel, in de verdomhoek. De geschiedenis van Onan uit de Bijbel vaak aangehaald als zondig en verspilling van zaad dat weer kon leiden tot nieuwe kleine mensjes die je tenminste kon dopen en aan de kerkvolkeren toevoegen. Op enig moment begon in de psychiatrie van toen een fenomeen de kop op te steken dat men omschreef als vrouwelijke hysterie. Vrouwen werden soms letterlijk bijna gek en kwamen dan in aanraking met de professionele hulpverlening van die jaren.
Toen die tot het inzicht kwam dat er iets fysieks ten grondslag lag aan die hysterie bedacht men na enige tijd en veel onderzoek een elektrisch instrument dat je nu mag zien als voorloper van alle hulpmiddelen die je via internet of speciale winkels gewoon kunt kopen voor de moderne naar ontspanning snakkende vrouw. Toen was dat zeer revolutionair, controversieel maar zorgde ook voor dusdanige verlichting van het leed (deels door de Victoriaans/christelijke moraal veroorzaakt) dat vrouwen na enige tijd als genezen de klinieken uitliepen en ineens wisten wat ze zouden willen van hun mannen. Niet dat die nu meteen begripvol reageerden. Indertijd was de ongelijkheid tussen mannen en vrouwen nog best wel een dingetje. En in sommige culturen is dat nu nog zo. Een vrouw dient geen plezier te beleven aan de seksactiviteiten, de man dient dat plezier te voelen, de vrouw even niet. Die mag (be)dienen. Bedenk maar eens dat in sommige culturen de vrouwelijke genitalien worden verminkt om dat plezier voor altijd weg te nemen. Hoe barbaars mag het zijn?
Dan is zelfs het plezier van het eigen lijf je voor altijd ontzegd. Chagrijn en wellicht hysterie het gevolg. Maar laten we het leuk houden. Het fenomeen van het zelf plezier maken zorgt voor veel ontspanning, bestrijdt slaapgebrek, je hoeft er geen ingewikkelde relaties voor op te bouwen en je mag alle tijd nemen van de wereld. En als we iets hadden in die coronatijd, was het dat wel. Overigens ben ik wel benieuwd naar onze wereld over een maand of wat. Want al die seksgedachten zullen toch ook wel weer leiden tot de nodige zwangerschappen. Behalve daar waar men slechts aan het eigen plezier heeft gewerkt natuurlijk….daar niet. (Beelden: Internet – info uit het plaatje met cijfers dateert van voor de Cofid19-crisis )
100 jaar oud – zonder echte seksbeleving…
Onlangs zag ik op TV een aardige aflevering uit een serie die door SBS was geproduceerd en Gordon als presentator had. En wat je ook van die man wilt of kunt zeggen, omgaan met ouderen is wel zijn dingetje. Hij doet dat op zijn Gordons, brutaal, soms bijna plat maar wel met resultaten. Je moet er om lachen of niet, maar wat hij aansnijdt in die ouderenwereld is soms best confronterend. Dit keer ging zijn reeks over 100-jarigen. En daar zitten een paar portretten tussen. De een pinnig en sterk nog, de ander toch lichamelijk broos en verlangend naar een vredig einde omdat ook kinderen, partners en familie intussen het aardse voor het eeuwige verwisselden. In die bewuste uitzending had hij een hoofdpersoon die intussen 102 jaar oud was en nog zelfstandig leefde in een geweldig groot huis vol herinneringen, maar ook met een tuin waar hij zijn eigen groenten en fruit verbouwde. Een van zijn zoons hielp hem, want zicht en gehoor speelden parten. Zijn humor niet. Die was nog volop aanwezig en daarbij ook zijn interesse in alles wat nog om ons heen plaatsvindt.
Letterlijk, want hij verdiepte zich in de kennis over de kosmos. Luisterboeken hadden zijn leesboeken vervangen, maar dat deed niets af aan zijn levenszin. Overigens kenden wij de man. Wij kwamen hem wel eens tegen op een bij toeval ontdekte behandelplek voor mensen die een stapje extra willen zetten richting genezing van lastige kwalen. En daarbij maakte hij zelf reclame voor zijn optreden ‘over een paar weken’. Geen moment spijt gehad dat we dit advies hebben opgevolgd. Wat zeer veel indruk maakte was zijn levensverhaal. Want dik 50 jaar getrouwd geweest, binnen het katholieke geloof van toen, en met zijn vrouw uiteraard geen seks voor het huwelijk. Erna eigenlijk ook niet. De beschrijving was bijna stuitend. Nooit had zijn vrouw enige interesse getoond in seksuele activiteit, hij mocht haar in al die jaren samen nooit ook maar een keer naakt aanschouwen, wel ‘bevruchten’ want ze hadden naar ik meen 5 kinderen verwekt samen. Seks was ook afgelopen toen die nakomelingen er waren en zijn vrouw ‘het wel genoeg vond’. En scheiden was er niet bij natuurlijk, want wat de pastoor had verbonden mocht niet worden verbroken.
Maar in de woorden van de oude heer klonk daarover toch wel wat spijt. Overdag waren ze prima maatjes geweest, maar de nachten waren kil en eenzaam. Als je dan dik 100 bent en je moet constateren dat je deze fase in je leven feitelijk bent overgeslagen, nooit zult weten hoe het kan zijn als je wellicht een iets levendiger type zou ontmoeten, het lijkt me geen fijne constatering. Want als een ding de mens is gegeven is het toch wel de gave plezier te onttrekken aan alles wat met seksualiteit van doen heeft. Al zijn er nog zo veel heilige boontjes die het tegendeel beweren. Vroeg geleerd is oud gedaan, nooit geleerd is inderdaad nooit gedaan. Van alles wat de oudeheer in dat programma vertelde maakte dit toch wel veel indruk. Het lijkt mij een soort van verloren leven. Al zijn er natuurlijk meer mensen (ik denk aan a-seksuelen die er vanuit de genen niets aan vinden) die zo kunnen leven als ik hiervoor beschreef. Wie het weet mag het zeggen. Maar frustrerend lijkt het me wel. (Beelden: Yellowbird archief)
Het genot van echte boeken
Al eerder hield ik een vurig pleidooi voor het lezen van boeken. Gewone boeken, gemaakt van papier, voorzien van een kaft en niet afhankelijk van een al dan niet werkende batterij of wifiverbinding. Ik ben er mee opgegroeid. Wat ik ook ten nadele van opvoeding of opleiding kan aanvoeren, het lezen van boeken werd me in beide situaties gepropageerd en ik heb er heel wat plezierige momenten aan mogen en kunnen ontlenen. Dat de wereld is veranderd geloof ik wel. Maar het papieren boek moet wat mij betreft gewoon blijven. Heerlijk dat bladeren, die lucht van drukinkt, van plaatjes kijken bij meer documentair ingerichte naslagwerken. Nog steeds koop ik boeken bij. Voor als ik weer eens tijd heb….. Soms weet ik bijna zeker dat ik vermoedelijk niet zal toekomen aan het echt lezen er van, maar dan nog kan ik me niet beheersen als ik weer iets tegenkom wat de moeite van dat lezen waard zou kunnen zijn. En ik lees best veel en in hoog tempo.
Sommige van die werken doe ik na het lezen wel weer weg. Alles vasthouden voor nog later is weinig zinvol. Alleen die hobby-gerelateerde boeken blijven vaak plakken. Omdat ik nog wel eens iets wil nakijken. Gevolg is wel dat ik omringd ben met kasten vol van dat papieren spul. Best een logistiek probleem. Vrouwlief is ook al zo’n lezeres, al is zij meer van de fictie dan non-fictie zoals ik. Mannen lezen die laatste soort boeken het liefst begreep ik, zal het gebrek aan fantasie zijn dat ons Marsbewoners zo typeert. Vrouwen dromen graag over prinsen of doctoren die vallen voor de charmes van dat simpele kantoormeisje dat haar ridder vooral op een wit paard zoekt maar niet in het ziekenhuis. Of ze zijn bezig met het uitvogelen waarom ridder Hildebrand van Rododendron werd vermoord door zijn pages.
Nee, voor mij is een biografie van een echt interessant persoon leuker. Pas nog een aardig boek gevonden over Frits Koolhoven, de tweede vliegtuigbouwer van Nederland, die voor de oorlog met Fokker concurreerde op de luchtvaartmarkt. En niet onverdienstelijk ook nog. Gaat me weer een hoop plezier verschaffen. Weet ik zeker. Kortom, ik ben een lezer, een verzamelaar, een boekengek. En kom me nu niet aan met allerlei argumenten waarom een digitale lezer zoveel leuker zou zijn. Dat is prediken voor de heidenen. Ik zie er (nog) niks in. Eerst maar eens die stapels wegwerken….
Haar droomman…
Langzaam aan was ze aan hem gewend geraakt. Ook al kostte dat niet eens zo veel moeite. Hij was attent, humorvol, mooi, slank, was in haar geïnteresseerd, vond haar mooi, complimenteerde haar voor elke maaltijd, zelfs als die met een pizzakoerier werd bezorgd. Hij kon klussen als de beste, was een minnaar om van te zwijmelen, kon geweldig auto rijden, was lief voor haar en haar kinderen, sjouwde alle koffers als ze op vakantie ging en belde wel vijf keer per dag op om te vragen hoe het haar ging. Zijn mooie lijf en vooral brede schouders waren een lust voor haar om naar te kijken. Ze kon ook zo heerlijk weg zwijmelen bij het idee dat hij haar vanavond weer zou masseren. Als ze het hele huishouden had gedaan en de kinderen op bed lagen, kneedde en streelde hij haar pijnlijke spieren dan als een volwaardige masseur. Dat ze dan daarna de sterren uit de hemel vrijden was een logisch gevolg. Ze kon zo van hem genieten dat ze soms een halve dag in bed of op de bank kon liggen om aan hem te denken. Ze schreef hele verhalen in haar schriften die ze nog van vroeger had overgehouden en nu diende voor haar speciale en liefdevolle brieven aan hem. Ze noemde hem dan haar ‘droomman’, haar ‘super minnaar’ haar ‘maatje’. Als de kinderen uit school kwamen moest ze soms snel even redderen in huis om de boel aan kant of op gang te krijgen. Haar lijf hunkerde intussen naar zijn handen en kussen. Haar vriendinnen vroegen haar nog wel eens mee, maar meestal weigerde ze. Ze wilde bij hem zijn, in zijn gedachte, in zijn liefde voor haar. Hij was haar ideale man, haar droom, haar fantasie. Als ze dan in de spiegel keek en haar flanellen nachthemd optilde om naar zichzelf te kijken werd ze vaak heel triest. Haar droomman zou haar nooit zo zien, die zou haar zien als slank en begeerlijk, nooit moe of ziek. Net als hij dat nooit was. Hij was er altijd als ze hem nodig had. En met dit lome weer was dat iets vaker dan in de koude maanden van de winter. Als hij dan alle sneeuw had geruimd en verkleumd binnen kwam wist ze wel hoe ze hem op moest warmen. Zuchtend leunde ze achterover, op de bank, schoof de huispoes aan de kant en sliep met een glimlach op haar gezicht en de handen begraven in haar schoot in. Haar droomman zou zo wel komen……
Sudden death…
Onlangs liepen we gewoon terug naar de auto na een lekker wandeling door het ons zo bekende Vechtstadje. We hadden ons prima vermaakt, iets gedronken bij het ons ook al zo goed bekende restaurantje daar en de krant gelezen die men er als service aanbiedt. De zon scheen, de mensen waren vrolijk. We keken nog even naar de plek waar binnenkort de eerste palen de grond in gaan voor een nieuw winkelcentrum waar voorheen de brandweer zetelde. Van het ene op het andere moment veranderde de sfeer toen een jonge dame in redelijke paniek op ons af kwam rennen. Of wij konden reanimeren? Nou, dat heb ik niet in mijn pakket zitten, al wilde ik het met haar nog wel even oefenen. Maar daar had ze geen tijd voor. Ze rende de lokale fietsenwinkel binnen. Er was iets grondig mis dat bleek later. Een niet eens zo oudere vrouw was plotseling onwel geworden en in elkaar gestort. Naar het leek, overleden! Dus grote paniek, want tussen het winkelende publiek komt dat best even aan.
Van alle kanten renden mensen naar de plek des onheils. Met kennelijke kennis van zaken, een dokter uit een belendend verzorgingshuis kwam met zijn tas aansnellen. Binnen een minuut hoorden we de eerste sirenes. Politie, ambulance. Apparatuur werd uitgeladen en men werkte zich in het zweet om de getroffen vrouw wellicht nog kunnen te helpen. Ik mag hopen dat het is gelukt. Want wat een schrik, wat een narigheid, je gaat even boodschappen doen, voelt je niet lekker en stort ter aarde. Thuisblijvers hebben geen idee waar je uithangt. Tot het bericht komt dat…. Het leven in de knip van een vinger tot zijn einde gekomen. Zeg dan maar dat je niet moet genieten. We maken ons druk (ik ook..) over alles wat in de wereld aan de gang is, we graven ons in, zijn bezig met de sleur van elke dag, maar beseffen ons vaak niet dat het ook zo maar eens afgelopen kan zijn.
Zo zonde als je dan uit het leven verdwijnt dat men niet op je graf zal zeggen dat juist jij niet hebt genoten. Al heb ik zelden grafredes gehoord waarbij de overledene werd geprezen om zijn/haar saaiheid, stiptheid, of het bestuderen van de groei der gerania op de vensterbank. Nee, zo zit het nu ook weer niet in elkaar. Hoe dan ook, ik was er even door van de leg mensen, en daarna ging het gewone leven toch weer door. Inclusief saaie huishoudelijke dingen en de boodschappen. Toch eens tijd dat we daarvoor bediening inhuren. Kunnen we zelf weer wat meer avonturen beleven….