Steken en schieten…

Steken en schieten…

Je hoeft er alleen maar je Twitteraccount voor op te starten ‘s-morgens vroeg, of de bekende online media te volgen en je leest weer over een steek- of schietpartij waarbij meestal gewonden zelfs doden vallen. Waarbij opvalt dat dit zich door het hele land afspeelt en de daders of slachtoffers vaak niet ouder zijn dan 15/16 jaar. Tel daarbij op dat in politie-opsporingsprogramma’s de getoonde of beschreven overvallers van winkels of huizen veelal bewapend zijn met messen en soms pistolen en niet schromen daar gebruik van te maken en de uitkomst is dat onze samenleving niet ten goede verandert. Normen en waarden zijn kennelijk secundair, het jonge individu meent dat de wereld slechts om hem draait (en een enkele keer haar), opvoeders hebben hun kinderen wellicht nooit iets goeds bijgebracht. Het is mij niet uit te leggen dat jonge kinderen met messen rondlopen die groter zijn dan meesterkoks gebruiken in hun keukens of schiettuig bezitten dat zelfs politieagenten doet huiveren.

De constatering dat in sommige groepen jongeren, ik zal trachten me niet in te laten met wijzen naar bepaalde lieden uit bekende kringen, een mes groot moet zijn om indruk te maken op je leeftijdsgenoten en dat je met een pistool op zak toch fijner uit kunt gaan dan zonder, is een trieste. Je hoeft nog maar een paar jaren terug te gaan in de tijd en je wist dat wapens als deze slechts waren voorbehouden aan geharde criminelen. Nu lijkt het wel of de straatcriminaliteit beschikt over een groter wapentuig dan het gemiddelde politiekorps. De gedachte dat je de straat kon veilig houden met een gummiknuppel of desnoods lange lat is bij de mensen van Hermandad allang in het eigen museum opgeborgen.

Want het spul dat met die wapens de straten afschuimt op zoek naar weer een nieuw (onschuldig) slachtoffer heeft ook volkomen maling aan de Nederlandse politie en justitie. Met name door het zgn Jeugdrecht is de kans op een stevige straf klein. Taakstrafjes voor daders blijken meestal al een hele stevige uitspraak van wellicht nooit op straat komende e n uit de hoek van D66 of PvdA afkomstige rechters. Men heeft altijd maar begrip voor daders, weinig voor slachtoffers of nabestaanden. Wie in een bepaalde wijk moet zien te overleven omdat men door de sociale afkomst of omstandigheden in het leven die zorgden dat je in een zekere omgeving een woning krijgt toegewezen niet anders kan, zit er maar mooi mee. Ik ben blij dat ik mijn jeugd eigenlijk best onschuldig ben doorgekomen. Als wij mot hadden met anderen waren er de twee vuisten. Daarmee regelde je onderlinge conflicten en de uit onze stad bekende straatoorlogen om oude kerstbomen tegen het oud/nieuw vieren na de Kerst was een reeks nostalgisch aandoende en sprookjesachtige acties waarop sommigen nu nog teren. Nee, van messen en pistolen was geen sprake. Nozems werden nog van de Dam geveegd door Mariniers. Als je nu maar wijst naar zo’n dadergroep heb je meteen de linkse kerk op je nek die je veroordelen om racisme of erger. Terwijl juist tucht en stevig straffen voor afschrikking of correctie kunnen doen leiden. Zachte heelmeesters en zo…. Maar ja, we leven in een tijdperk waarin we kennelijk alles ‘normaal’ gaan vinden. De bananenrepubliek Nederland. Omdat wij als volk zwijgen. Onder druk van de minderheden die menen dat de straat van hen is. En dat is echt een verkeerde ontwikkeling. Al was het maar voor de vaak jonge slachtoffers wiens toekomst door dat gedrag wordt ontnomen. Ik heb daarom alleen al medelijden met de nabestaanden……(Beelden: archief)

Linkse retoriek..

Linkse retoriek..

In mijn leeskring bevinden of bevonden zich ook wat mensen met een ultra-linkse denkwijze. Die, het zal duidelijk zijn, haaks staat op de mijne. Want mijn kijk op de wereld is gevormd door ervaringen, bezoeken aan landen met een ander regime, maar zeker ook het dagelijks volgen van media van links tot rechts. Opvallend bij met name die linkse media is het vaak totale gebrek aan realisme. De vaak ook linkse volgers van die lui hebben meestal die zelfde mentaliteit. Het waarom wellicht gezeten in de opvoeding en indoctrinatie daarna. Immers hoe kan je nu boeren afschilderen als extremisten als ze hun land verdedigen dat dreigt te worden afgenomen, wanneer je tegelijk meent dat Nederland zelfs met 25 miljoen mensen nog niet vol genoeg is.

Dat het boerenland niet voor behoud van de natuur maar voor woningbouw wordt onteigend is voor hen dan niet van belang. Zo stellen deze linkse lieden mijn mening die ik al een jaartje of 16 hier verkondig ook niet erg op prijs. Ze willen wel dat je bij hen reageert, mits positief, op allerlei dogma’s en vooral leugens. Maar, iemand die slechts linkse bronnen (via linkjes) benut om zijn gelijk te halen is voor mij net zo abject als iemand die hetzelfde doet met rechtse wappie-theorieen. En die krijgen er van mij als mens met een stevige mening dus ook altijd repliek op. Je bent Meninggever of niet. Onlangs bleek dat dit bij de student met de linkjes naar al die linkse media niet op prijs werd gesteld. Hij was iemand die in mijn optiek niet kon (of wilde) lezen, maar zeker ook niet kon rekenen. De zeespiegel steeg volgens hem tot de rand van al onzer lippen, maar in werkelijkheid is dat nog in geen millimeters uit te drukken. Toen hij weer eens foeterde over extremistische boeren die niet van hun land te jagen vielen, maar ook pleitte voor de opname van immigranten vroeg ik hem oprecht en op de man af of hij zelf al wat ‘vluchtelingen’ in zijn huis had opgenomen.

Geen antwoord uiteraard. De man die samen met hem die linkse koers ook hier al vele jaren uitdraagt schildert mij vaak af als haatzaaier en angstig (??) terwijl hij zelf naar mijn idee nooit buiten zijn eigen wijk, Amsterdam Zuidoost, rondkijkt en ook zelden echt leest wat ik zoal oreer. Elke vraag die hem niet bevalt wordt vermeden en zeker niet van een antwoord voorzien. Algemene Marxistische flauwekul is dan mijn deel. Maar hij schrijft wel allerlei zaken op die met name over mij persoonlijk gaan. Groot (..) is het gejuich dan uit de eigen anarchistische achterban. Wie dat laatste niet doet behoort volgens de gefrustreerde en nu ook gepensioneerde leerkracht bij extreem-rechts of erger. Ik denk dat veel van de linkse gekkies toch last hebben van persoonlijke frustraties. Ze krijgen bij verkiezingen nooit de meerderheid, trachten met vreselijke verhalen de Nederlandse samenleving omver te trekken om zo ruimte te maken voor de nieuwe Middeleeuwen waarbij Lenin en Allah leidend zijn. Maar wij, de normale burgers in dit land, zijn met meer… En ‘wij’ in dit geval als zijnde de realisten die niets zien in dat linkse droombeeld. Wie meent dat stikstof kan worden uitgebannen als we de moderne tijd maar achter ons laten en de eerder genoemde archaische doctrines omarmen hoort eigenlijk niet thuis in dit wereldje. Dat is mijn mening en daar moet je het als lezer maar mee doen. Het studentje heb ik inmiddels geblokkeerd. Voor de man die Groenlinks en PvdD propaganda uitdraagt rest een leven in eenzaamheid vrees ik. En werd de link ook door mij verbroken. Zeker nu hij de aanvallen vals persoonlijk maakte. Realisten aller landen verenigt u. Genoeg geweest…weg ermee….Niemand heeft behoefte aan anarchie of communisme…Zeker deze Meninggever niet.

Dankzij verbod; groei!

Dankzij verbod; groei!

Ooit verbood men Zwarte Piet uit angst voor de extreme actievoerders die er allerlei dingen inzagen die niks met het fenomeen van doen hadden. Ik blijf even weg van die discussie maar voorspel wel dat in Nederland bij weinig Sinterklaasfeesten nog zwart geschminkte kindervrienden voorbij zullen komen. En dat er dan altijd wel ergens iemand gaat roepen dat Nederland ‘vrijwillig’ koos haar eigen identiteit opnieuw voor een deel aan de kant te mikken. Net zo gaat het met alle jubelverhalen over de meerverkopen van elektrische auto’s of scooters.

Als ik die persberichten met hun jubelende inhoud tot me neem weet ik uit ervaring natuurlijk hoe die dingen werken, maar de gemiddelde leek zal denken dat de vergroening van ons wagenpark en binnensteedse tweewielervloot met rap tempo plaatsvindt. Nou ja….in percentages wel natuurlijk. Want met name bij die scooters is het aandeel elektrische exemplaren ontwikkeld met 50%. Bij de iets langzamere snorfietsen gaat het nu om 47%. Is dit een teken aan de wand?

Voor een deel zeker, want de gemiddelde koper van die dingen is jong, wordt op school geindoctrineerd met het Groenlinkse virus en wil er bij horen. Toen in mijn jeugdjaren de keuze tussen een Kreidler of Puch het verschil maakte tussen erbij horen of niet kocht ik een nieuwe Puch. Dan kon je met je kolbertje aan over een coltrui de blits maken. Ditzelfde fenomeen zie je nu bij die elektrische dingen. Maar er komt nog iets meer bij kijken. In overwegend door #links bestuurde gemeenten verbiedt men gewoon de normaal gemotoriseerde scooters. Voert ‘milieuzones’ in waardoor je als bezitter van een scooter met viertaktmotor al snel een paria bent die graag bekeuringen verzamelt als je toch die zones binnenrijdt. Eerder al waren de tweetaktmotoren bij scooters in de ban gegaan. En dan is het niet gek dat je onder deze dwang de verkopen van elektrische machientjes voor de jeugd en de grachtengordelridders ziet stijgen. Het is geen liefde maar nood. Gelukkig hebben de fabrikanten van die dingen (een deel komt uit China) geinvesteerd in de kwaliteit en actieradius van scooters op batterijen waardoor ze wat bruikbaarder zijn dan vroegere exemplaren. En men ook de prijs wat kan laten zakken.

En met dit soort dwang komt het met die zo gepropageerde ‘transitie’ wel goed. Iedereen op de scooter of fiets, straks nog voorschrijven dat we allemaal een milieuvriendelijk gemaakt liefst groen pak aan moeten, en we zitten bijna op de weg van het Maoisme in de jaren zestig van de vorige eeuw. De lucht wordt er niet schoner door, maar het orgasme van de naar een linkse maatschappij snakkenden wel heftiger. Voor mensen op het platteland is er het vooruitzicht dat zij op termijn ook in versteende gebieden zullen wonen, met dank aan het ‘stikstofbeleid’ van deze regering. Dan kunnen ze daar ook van die leuke elektrische snorfietsen gebruik maken. Want nu, wind en weer tegen, op hun Solexen scheurend over lange kronkelende dijkweggetjes, is zo’n elektrisch ding volkomen zinloos. Maar ja, nog maar een paar jaar….(Beelden: Yellowbird archief)

Scheiding..

Al jaren was ze alleen en het beviel haar prima. Ze hoefde nu niks, kookte haar eigen potje en ging uit als ze daar zin in had. Al jaren leefde ze gescheiden. Richtte zich op haar hondje en kinderen, en waar het zo uit kwam in die volgorde. Altijd had ze naar haar eigen idee pech gehad in haar leven. Thuis was het armoede troef geweest en dus mocht ze niet studeren. Moest snel aan het werk in dat atelier waar haar chef zijn handen niet van haar af kon laten. Nou ja, niet alleen van haar, alle meiden waren door hem wel eens betast. In de kerk ontmoette ze Jan. Streng gelovig, zoon van de kruidenier. Het was liefde op het eerste gezicht. En in bed had ze voor het eerst het idee gehad waarom mannen en vrouwen voor elkaar geschapen waren. Niet dat ze er nou zoveel plezier aan beleefde, maar toch. Als Jan gelukkig was, had zij het ook naar haar zin. En kookte ze lekkere maaltjes voor hem. Later nam hij de zaak van zijn vader over en werkte hard om geld thuis te kunnen brengen. Omdat hij zo vaak weg was om zijn klanten te bedienen ging ze zelf maar wat klussen in huis. Schilderde, timmerde en maakte kamertjes op zolder voor de kinderen die ongetwijfeld zouden komen. Al duurde het met Jan allemaal wel erg lang. Op een dag stond ze weer te klussen en zag ze de glazenwasser met zijn ladder voor het raam de boel schoon maken. Een jonge vent, donker haar, grote glimlach. Na een paar maal viel ze voor hem. Jan was nergens te bekennen. Met Mario, de glazenwasser met half Italiaans bloed, was de fysieke liefde zoveel dieper en zuchtte ze telkens van genoegen. Tot ze zwanger raakte. Natuurlijk hield ze het kind. Jan dacht dat het van hem was. Vond het wel bijzonder dat de eerste zoon die ze kregen bruine ogen had en donker haar, terwijl ze beiden blauwe ogen bezaten, maar nam het kind op als het zijne omdat hij niet beter wist. Toen het tweede kind zich aankondigde, Mario was al lang verdwenen, en de geboorte van hun dochter achter de rug was, bleek die blond en voorzien van blauwe ogen. Een heel ander kind. Gold ook voor haar derde. Weer een dochter, weer blond en blauwe ogen. Jan hield van alle drie evenveel. Maar tussen hen ging het mis. Het liefdesleven zonder fantasie begon zich te wreken, ze kreeg er genoeg van. En besloot toen de kinderen groter waren haar heil te zoeken in de grote stad. Ze nam afscheid van Jan, belde een advocaat en vroeg de scheiding aan. Was nog een tijdje op zoek naar Mario, maar die was echt nergens meer te vinden. Ze betrok een flatje e n genoot van het vrije leven. De liefde hield ze buiten de deur. Het was mooi geweest. Als ze wilde kon ze reizen waarheen ze wilde. Haar nieuwe baan had ze te danken een haar studie die ze in haar nieuwe leven had opgepakt. Vriendinnen uit de stad hielden haar op de hoogte van alles wat belangrijk was. Haar kinderen intussen goed terechtgekomen. Al was hun zoon nu zelf glazenwasser en de dochters duidelijk uit ander hout gesneden. De ene manager bij een IT-bedrijf en de andere bestuurde een zakenvliegtuig voor een of andere rijke pief. Nee, ze had het goed getroffen….. En Jan? Ach die Jan, die raakte aan de drank en dronk zijn eigen supermarkt leeg…..Maar dat kon haar niet meer schelen. Had hij maar attenter moeten zijn…..voor haar…….

Stil concert…

Stil concert…

Stel je eens voor; het Concertgebouworkest geeft een voorstelling met volle zalen. De dirigent slaat af en…..stilte…. Men beweegt de armen en hoofden, het lijkt er op dat men vol vuur speelt, maar je hoort niks. Buiten zie je de tram voorbij rijden….compleet stil. Wat mis je dan? Simpel…emotie! Wij mensen hebben oren die communiceren met onze ogen en samen onze herseninhoud waardoor we weten dat bij de optiek het geluid deel uitmaakt van het genoegen.

Kijk, en dan komen we ergens. Zelfs in de fraaiste landschappen horen we de natuur, de dieren, het geklater van water of wat ook. Voor natuurfreaks de ultieme wereld. Maar ze zijn daar ook naartoe gereisd. Als ze lopen dreunen hun stappen onder de grond door naar de schuilplekken van diverse diersoorten die dat dan weer als bedreigend ervaren. Voor echte stadsmensen van geboorte hoort geluid bij de observaties van toen en nu. Muziek in de oren.

Heerlijk om een echte sportwagen te horen brullen, de trams knarsend en piepend voorbij te horen komen en mensen onderweg met elkaar te horen kakelen. Het stadsrumoer is onderdeel van de charme van het geheel. Een stille stad was even tijdens COVID-lockdowns te beleven, inwoners vonden het een paar dagen leuk, maar daarna werden ze vaak toch onrustig van die stilte. Als je naar een of andere sportwedstrijd gaat is het zelden stil. Publiek, spelers onderling (teamsport). Slechts bij schaken, dammen of biljarten is men stil vanwege de concentratie. Maar verder? Joelen geblazen. Hoort er bij. De lol van concerten buiten of evenementen als de Zwarte Cross of Lowlands baseren op de optelsom der dingen.

Elk zintuig geprikkeld. En doodmoe thuis komen. Hoort er allemaal bij. Zelf wil ik nog wel eens een half uurtje kijken naar YouTube-filmpjes van recente rallies of een mooie propellerkist die zijn motoren start en daarna grommend het luchtruim kiest. Het geluid is dan bepalend. Zet dat af en de lol van het kijken is voor mij als liefhebber meteen 50% minder groot. Nee, ik ben niet van de zwijgzaamheid. Geluid is voor mij ook muziek, geen overlast. Ik snap best dat er mensen zijn die dat anders zien. Waar elke decibel geluid wel wordt ervaren als overlast. Zit vaak ook in de genen. Je opvoeding en de omgevingsfactoren. Ik ben niet onpartijdig op dat punt. Maar blijf hier maar even genieten van al die auditieve genoegens. Wat ben jij voor een type? Meer van de stilte of neem je de omgeving voor wat hij waard is? De lezerskring een beetje inschattend liggen de meningen vast sterk uit elkaar. Ben benieuwd wie zwijgzaam door het leven gaat en nul decibels geluid projecteert. Dat zijn toch de bijzondere uitzonderingen…..Hoe geacht ook…..Maar ga dan ook morgen niet naar buiten. Het wordt vast druk overal… (Beelden: archief)

Do….

Do was letterlijk en figuurlijk een vrolijke tante. Voor haar neefjes en nichtjes, zij had altijd plezier, leefde zich uit, hield zich niet aan welke norm of waarde ook. En bij de familie was wel bekend dat Do in haar leven heel wat mannen (en wellicht zelfs vrouwen) had versleten voor ze iets tot rust was gekomen. Verhalen over haar jeugd, dat dorp waar ze alle mannen het hoofd op hol had gebracht met haar lijf en gedrag. Do hield wel van een verzetje. Een drankje of rokertje ging er altijd wel in, en als ze dan zin had in gezelschap nam ze dat mee naar een plek waar de rest van de samenleving haar niet kon bespieden. Men kon slechts raden wat zij daar dan deed. Maar haar naam was wel gevestigd. Later verhuisde ze naar de grote stad. Kreeg een aardige baan. Eerst in een tankstation, toen bij een notaris. De klanten waren gek op haar. Want service ging Do voor alles. Tevredenheid moest volgens haar in alle toonaarden worden geboden en haar werkgevers waren alleen daarom al gek op haar. Alleen vastleggen aan iemand was niet haar ding. Ze hield van feesten, met alles er op en aan, ze experimenteerde met pillen en poeders, kende de Kama Sutra zowat uit haar hoofd, maar bleef dezelfde vrolijke Do die eigenlijk gewoon Dorine heette maar dat maar een stomme naam vond. Do was ook een graag geziene gast op de familie-bijeenkomsten. Ze kon geweldige verhalen vertellen en maakte de jongere generaties wijs dat als je vandaag niet leefde je morgen spijt zou hebben omdat het dan niet meer kon. Haar ouders, broers, zussen, en goede vrienden, ze luisterden vaak met opgetrokken wenkbrauwen naar wat ze allemaal oreerde maar ook over wat ze droeg aan kleding. Of beter, wat ze bijna niet droeg. Optische verrassingen waren haar niet vreemd. Do was dus een vrolijkerd. En ze werd node gemist toen ze ineens overleed. 80 jaar oud. Geleefd voor tien. Maar haar motto leefde voort…..Leef nu, morgen is het misschien te laat. Maar haar familie zette haar portret toch maar niet zo dominant op de schoorsteenmantel. Het stigma van het fatsoen en zo…..

Gegroet…

Gegroet…

Wie in een relatief kleine woonomgeving vertoeft zal het wel herkennen. Het elkaar groeten bij tegenkomen. Gewoon even gedag zeggen, goede morgen, middag of avond wensen. Heel normaal en welopgevoed gedrag. Althans voor de generatie waar ik toe behoor. Maar dat geldt niet voor veel jongeren. Of mensen uit de grote stad. Men loopt je strak en weg kijkend voorbij, kennelijk totaal oninteressant voor die ander. Wellicht is groeten not done want als je het per ongeluk doet wordt je vaak meewarig of zelfs vijandig aangekeken. Wantrouwen is groot in de stedelijke omgeving. Zelfs in de eigen buurt kom je die types tegen.

Terwijl de meeste mensen in onze woonstraat over het algemeen aardig, vriendelijk of domweg beleefd zijn kom ik er nog steeds tegen die zelfs na 25 jaar wegkijken als ze je tegenkomen. Niet dat we die ooit onheus hebben bejegend of zo hoor, maar je bestaat vermoedelijk niet voor hen. Ik blijf dat toch bijzonder vinden. Ben, hoewel ik wel eens wat anders nagewezen krijg, best een sociaal mens met de inschatting dat iedereen gewoon min of meer gelijk is en dat rangen en standen een ramp zijn voor de burgerlijke middenklassemaatschappij waarin wij toch leven.

Zelfs de koning en zijn Max maken gebruik van douche en toilet en echt niets menselijks is hen daarbij vreemd. Zouden ze dan op een hoger plan moeten staan? Nee toch zeker! Doe maar gewoon en zo. En dus, zeg mekaar bij tegenkomen gewoon gedag. Wees hoffelijk, beleefd, domweg aardig! Helpt mee om de maatschappij ook wat leuker te maken. Kleur speelt daarbij geen rol, persoonlijk geloof ook niet, maar wel ons aller gedrag. En dat laatste kan op simpel niveau een rol spelen bij beoordeling. Wie niet groet ziet zichzelf vermoedelijk als het centrum van het heelal en denkt dat andere mensen geen recht van bestaan of erkenning hebben. En nou weet ik wel dat er culturele verschillen bestaan, soms mag je anderen niet aankijken omdat dit als belediging geldt in de herkomstcultuur, maar ja, we zitten in Nederland, in onze ooit zo liberale stad en samenleving. Dus…zeg mekaar tenminste gedag en doe eens aardig. Maakt een best verschil! (Beelden: Yellowbird archief)

Stilte…

Geboren en in de grote stad Amsterdam maakt dat ik het begrip stilte niet met de paplepel kreeg ingegeven. In de wijk waar ik woonde in die jeugdjaren was het een en al economische bedrijvigheid. Er zaten winkeliers die werden bevoorraad, maar ook zelf leveringen uitvoerden met hun toenmalige vervoermiddelen. Er zat een groot garagebedrijf in die straat met transportdivisie er achter en die lui verhuurden ook nog auto’s. Een stuk verderop zat een verhuisbedrijf met grote trucks. Daarbij was een doorlopende straat die verbonden was met de snelweg A2 (toen net nieuw) de hoofdader van de wijk, en reden daar ook nog eens een paar tramlijnen doorheen. Over ons hoofd kwamen de vliegtuigen die van/naar het toenmalige Schiphol vlogen en je snapt dat stilte iets was wat we slechts ontdekten tijdens tripjes naar de Veluwe of zo.

In de grote basiliek die centraal in onze wijk gelegen was kon je tijdens het gebed nog wel eens genieten van de cocon waarin een gelovig mens zich daar bevond. Het geluid van buiten drong niet door tot binnen de gewelven van deze mastodont. Alleen daardoor al geloofde je als kind dan in de bescherming God’s. Hoe dan ook, zoals ik al beschreef in de diverse verhalen over mijn werkende leven, drukte was normaal, stilte schaars. Ik heb er nooit last van gehad. Integendeel, ik kan nog steeds niet echt goed tegen stilte. Isolement is niks voor mij. Alleen daarom al niet geschikt voor een kloosterbestaan, laat ik de liefde voor het vrouwelijk schoon maar even daar waar het hoort…. Trouwens, stille vrouwen ben ik zelden tegengekomen. Maar dat is vast een persoonlijke observatie. Nederland is een klein land en stilte een groot goed.

Zijn er gebieden waar je die stilte kunt vinden. Zeker en vast. Op sommige eilanden van Zuid-Holland tot Zeeland, in de Betuwe of de hoogveengebieden van Drenthe of Groningen. Zo stil dat je er echt tegen kunt leunen. Waar een slaande kerkklok op 35km afstand te horen valt. Waar de rollende container van de buren op 200 meter afstand klinkt als een harmonieorkest. Maar dan zonder ritme of dirigent. Overal waar mensen wonen is lawaai te bespeuren. Toch zijn ook in mijn grote stad, Amsterdam, hele wijken waar je gewoon in stilte kunt leven. Die zijn er echt.

Maar wij zijn een lawaaiige soort met zijn allen en of je nu van kerncentrales of windmolens houdt, lawaai maken we allemaal. Wel eens naast of onder zo’n wanstaltig windmolengedrocht van de moderne energieopwekking gestaan? Het is een ellende. Maar ja, ook selectief natuurlijk. Mijn geluidsbelasting uit de jeugd maakte ook dat ik er goed tegen kan en niet meteen in de shock schiet als er een vliegtuig voorbij komt of een auto met een race-uitlaat.

Ik kan je dan wellicht zonder op of om te kijken nog vertellen wat er vliegt of rijdt ook. Stilte is een groot goed voor de een, een frustratie voor de ander. De enige echte plek waar ik stilte zocht of zoek is mijn bed. Daar wil ik geen overlast van anderen horen. Zeker niet van buren die menen dat half 1 in de nacht een aardige tijd is om de schuur op te gaan ruimen of om 11 uur ‘s-avonds nog even een gat gaan boren om een schroef in te draaien die moet dienen om de kettingen mee vast te zetten voor het liefdesspel (ik overdrijf..). Ik maakte dat in onze vorige woning nog wel eens mee. Lawaaiige buren! Dat vond ik persoonlijk erger dan het geluid van verkeer of vliegtuigen. Selectief natuurlijk. Net zo selectief als sommigen geluid benaderen dat zij niet willen maar domweg behoort tot een ‘fact-of-life’. Lawaai is een kwestie van perspectief. Kom je uit een stil dorp hier wonen is deze omgeving lawaaiig. Omgekeerd is het voor anderen weer oorverdovend stil in zo’n dorp. Bij elkaar komen zal zelden lukken. En dus doen we soms het zwijgen er maar weer toe….. (Beelden: Internet/Yellowbird archief)

Lawaaiige buur…

Allemaal lijden we aan een of andere vorm van vooroordelen t.a.v. anderen. Zelfs in gelovige kring, waarover ik het later nog eens zal hebben, kijkt men op een bepaalde manier naar anders denkenden of zoals we recent zagen, homoseksualiteit. Zo kan het zijn dat wij een luidruchtige buurman door diens gedrag best wel wat asociaal vinden. En we hem daardoor al snel zullen betichten van zaken die niets met zijn gedrag van doen hebben. Hij is immers luidruchtig. En lawaai is iets waaraan een deel van de moderne mensen een hekel heeft. Anders dan vroeger. Een uitlaat op de brommers van toen sloegen we inwendig als puberend volk graag door, zodat het tweewielertje niet alleen sneller werd maar ook luidruchtiger. Een beetje derdehands auto in handen van jonge lui kreeg (krijgt) een speciale uitlaat waardoor je met veel meer decibels dan wat de fabrikant ooit voor ogen had, door het verkeer kunt jakkeren. En veel mensen vonden of vinden dat prachtig. Anderen zijn er niet gelukkig mee, want hun rust wordt verstoord. Ook al wonen ze aan een snelweg, en kozen ze voor het uitzicht bewust voor die plek. De behoefte aan rust bepaalt ons denken op dat punt vaak.

En die reflexen zie je ook bij hen die rond Schiphol, Rotterdam, Eindhoven of zelfs Lelystad Airport zijn gaan wonen. Leuk zo’n vliegveld, je krijgt er een goede economie door, veel werk, huizenbouw en een behoorlijke infrastructuur, maar het moet geen lawaai maken natuurlijk. Lawaaiige buren niet gewenst! En vanuit die reflex zie je dan groepen lieden op staan die met allerlei kul-argumenten wijzen op een kans om die vliegvelden te verplaatsen naar zee. Zo, opgeruimd staat netjes! Voor even. Want ho even, wat was er eerder. De woonwijken waar al die klagers zijn gaan wonen, of Schiphol dat vorig jaar een eeuw bestond?! Wie moet je nu aanspreken op economische groei…onze (lokale/regionale)overheid of Schiphol dat profiteert van een goede ligging en een nationale carrier huisvest die maar liefst ruim 80 bestemmingen bedient. Daarbij is die buurman door de jaren heen minder hard gaan schreeuwen. Was vroeger 125 dB de norm voor een startend of landend verkeersvliegtuig, nu moet je moeite doen om de 100dB te halen. En de uitstoot van die machines is verwaarloosbaar i.v.m. voorheen. Maar…toegegeven het zijn geen zweefvliegtuigen.

Net zo min als we op straat met paard en wagen richting onze bestemmingen rijden. De moderne tijd vraagt om efficiency en daarin passen die ouderwetse vormen van vervoer niet meer. Kortom, wensdromen genoeg, maar honderden miljarden aan investeringen weg doen omdat er een paar lieden menen dat we groen, duurzaam of stil moeten gaan samenleven is echt een mallotig plan. Ik pleit voor verhuizing. Van hen die niet willen wonen naast een lawaai makende buurman. Of in de buurt van een volgens hen stinkende fabriek, een drukke snelweg of spoorbaan. In de Noordoostpolder en Oost-Groningen zijn heel wat plekken te vinden waar het absoluut stil en ook schoner is. Maar verwacht dan niets van de daar bestaande lokale economie of infrastructuur. Zelfs een supermarkt is lastig vinden. Maar dat zal voor die actieklagers wel geen bezwaar zijn toch? Ik blijf wel wonen naast die buurman waaraan ik intussen mijn leven lang gewend ben geraakt. En ik zal nooit wennen aan die beroepsklagers en betweters! Ik heb mij zelf aangemeld bij een steeds groeiende groep mensen die belang hebben bij een mooi en goed functionerend vliegveld als Schiphol. Als omwonende mag dat best. Er wordt al genoeg zogenaamd namens mij gekakeld, zonder ooit met me het gesprek te zijn aangegaan. Die belangengroepen zijn vaak enkele tientallen fanatici groot. De groep pro-Schiphol is de 10.000 leden al gepasseerd. Wellicht dat die ook eens mogen meepraten in al die mallotige milieugesprekken met een negatieve insteek? (Beelden: Yellowbird collectie)

Voornemens….

Zo, het nieuwe jaar 2019 is begonnen en we zijn intussen wel een beetje ‘uitgebuikt’ zou ik denken. Volgende week gaat Nederland weer volop aan de slag en gaan we de winter in die als het mee zit weer hele groepen schaatsers langs het dicht te vriezen water moet laten genieten van een of andere schaatstocht. Ze maken voornemens om nu eindelijk ‘de tocht der tochten’ te gaan rijden of iets dergelijks. Goede voornemens, waarvan meestal geen barst terecht komt. Zoals wij allen wel een lijstje zullen hebben gemaakt van zaken die we nu eindelijk eens willen gaan doen of beleven. In kringen van jonge nadenkers heet zoiets een ‘bucket-list’, want als het niet Engels is of klinkt, stelt het niets voor. Nou, reken maar dat voor 90% van de mensheid al die lijstjes uiteindelijk niets voorstellen.

Zoals het willen afvallen. Als je dat echt wilt moet je domweg je levensstijl veranderen. Niet meer snoepen, uit je luie stoelen komen en gaan bewegen! En volhouden! Dan val je wellicht af. Meer aandacht voor elkaar? Doe dat dan gewoon eens en blijf niet te lang klooien! Mensen stranden vaak al bij de eerste poging. It takes 2 tot Tango uiteraard. Het korte lontje weer eens wat oprekken? Goed plan, mits je niet meteen de lucifers of aansteker er naast legt. Vraagt domweg een andere kijk op andere mensen. Je minder storen aan het niet te veranderen gedrag van hele volksstammen die gewoon hun gang gaan terwijl jij je netjes aan de regels houdt zoals je dat ooit is bijgebracht door opvoeding of opleiders. Dorpsbewoners worden nooit echte stedelingen. Daartoe zijn ze vaak te zacht gebakken. Erger je maar niet. Het enige wat helpt is op een andere stroming stemmen als je al naar de stembus gaat in de grootste banenmarktverkiezing die ons eens in de zoveel tijd beschikbaar wordt gesteld.

Gaan we met zijn allen leuker zijn voor andere mensen? Ik vrees van niet. Dus zet dat maar niet op je ‘Bucket-list’ want komt niks van terecht. Net als al die goede voornemens. Leuk bedacht, maar in de uitvoering matig opgezet. En zo gaan we dan na een paar dagen weer gewoon verder op het pad zoals we dat gewend waren uit 2018, 2017, 2016 en zo meer. Want zo zitten wij mensen nu eenmaal in elkaar. Zwakkelingen. Geen ruggengraat. Maar ach, niks menselijks is ons vreemd. Mij ook niet. Dus hupsakee, verder met de vervolgverhalen. Waarin duidelijk wordt dat ook toen al goede voornemens strandden op onwil en onbegrip. En dat je van vallen en opstaan heel wat kunt leren… Ook dat als je in een dip zit door een heftige gebeurtenis in je naaste omgeving, de zon altijd weer gaat schijnen. En je langzaam weer kijkt naar leuke dingen. En dat maakt die goede voornemens dat wel weer plezierig. Mooi jaar allemaal! (Beelden: Internet/Yellowbird)