Navigeren…

Navigeren…

De huidige afbeelding heeft geen alternatieve tekst. De bestandsnaam is: albion-11.jpg

De gemiddelde moderne mens rijdt met de auto of op de fiets tegenwoordig begeleid door elektronica die als je dat wilt ook nog waarschuwen voor files, snelheidscontroles en zo meer. Alles is terug te vinden in die laatste wonderen der elektronische techniek en wie anno nu nog steeds een wegenkaart hanteert is wel een beetje een archaisch type. Natuurlijk zijn er ook nog bewegwijzering-borden, al dan niet van de ANWB, dus je moet wel een grote oen zijn wil je niet op de juiste plek van bestemming aan komen.

De huidige afbeelding heeft geen alternatieve tekst. De bestandsnaam is: 212611-fokker-f-xviii-klm-with-crew-scan10032.jpg

Anders dan bij automobilisten die in ieder geval normaal gesproken over wegen en straten bewogen in de ver achter ons gelegen jaren, was het voor vliegers in hun houten of metalen machines wel een wat andere wereld. Men vloog vaak op bestek, had een kaart op schoot, wist om te gaan met de aloude kompassen en orienteerde zich soms op treinverkeer dat in ieder geval vaak naar een of ander oord reed waar je in geval van nood altijd kon landen in een weiland.

De huidige afbeelding heeft geen alternatieve tekst. De bestandsnaam is: p7191364.jpg

Bij grotere vliegtuigen uit latere periodes was dat uiteraard niet meer aan te bevelen. Dus ging men zich orienteren op radiobakens en zelfs op speciaal neergezette lichtbakens dan wel op weerschepen aangebrachte analoge apparatuur. Zeker toen we oceanen gingen oversteken met onze ‘nieuwe machines’ waren die hulpmiddelen van groot belang. Immers, zonder hulp en met een beetje zijwind zat je aan de andere kant van een zee of oceaan zo maar een paar honderd mijl uit de koers.

De huidige afbeelding heeft geen alternatieve tekst. De bestandsnaam is: p7191373.jpg

Het was niet voor niets dat de meeste vliegtuigen een halve staf aan mensen voorin hadden zitten met een eigen taak. Van bediening van de radio tot navigeren op kaarten en signalen. De piloten vlogen vooral op de aanwijzingen van de rest van die ‘crew’. Met de komst van de toen hypermoderne vliegtuigen als de DC-10 van Douglas kregen we nieuwe computers aan boord die o.a. koersen berekenden en aardig nauwkeurig waren. Maatschappijen die met deze toestellen vlogen (KLM en Martinair o.a.) wezen vol trots op de herkomst van deze apparatuur.

De huidige afbeelding heeft geen alternatieve tekst. De bestandsnaam is: p7191439.jpg

Die stamde uit de ‘Apollo’ ruimtevaart, en laten we wel zijn, die lui in die ruimtetoestellen waren toch maar mooi op de Maan terecht gekomen en reisden ook weer terug. Als we nu zien welke apparatuur we toen als modern zagen is het een wonder dat die Apollo-astronauten niet op Mars zijn geeindigd. Hoe dan ook, na de DC10 volgende in rap tempo steeds nieuwere machines die steeds vaker een cockpit boden met volledig digitale apparatuur. Ingesteld om via satellietnavigatie zelfs de kleinste koersafwijking te voorkomen. Het geeft vertrouwen. En wie wel eens ‘meevliegt’ via Youtube kan zien dat die moderne toestellen ongeveer automatisch van a naar b weten te komen.

De huidige afbeelding heeft geen alternatieve tekst. De bestandsnaam is: a380lufthansa.jpg

Men programmeert vooraf de koers, hoogte, de frequenties van alle radarstations onderweg, de snelheid etcetc. De luchtvaart leverde ook de nodige technologie waarmee wij, simpele automobilisten onze weg kunnen vinden. Of die MacDonalds van de keuze der kinderen…. Dat lukt die lui in de lucht niet. Je zult maar een Boeing 747 of zo zien landen en bij de drive-in van de Mac aankomen voor een rondje BigMacs…. Nee, dat kan nog net niet. Maar voor de rest, zijn we als moderne mens maar ver gekomen. En speelt het weer of zo geen of weinig rol van betekenis meer. Veiligheid voorop, en een zware bui vliegen we gewoon omheen. Kijk, dat missen we nog in de auto. Maar komt vast wel op ons pad….wacht maar af….(Beelden: archief)

De Siebel van de Prins..

De Siebel van de Prins..

De huidige afbeelding heeft geen alternatieve tekst. De bestandsnaam is: siebel_si.204d_ph-nll_hilversum_12.03.67_edited-2.jpg

Het was een wat grijzige dag in 1964 dat ik voor het eerst het luchtruim zou kiezen in een sportvliegtuig. In dit geval een piepkleine Piper Tri-Pacer vanaf vliegveld Hilversum. Samen met een gezelschap dat bestond uit mijn toenmalige ‘meisje’ (nu vrouwlief), oudere broer Rob en een collega van de bankinstelling waar ik toen werkte. De hobbypiloot van het kleine driepersoons vliegtuigje was ook weer iemand van die zelfde bank en moest gewoon zijn uurtjes maken en liet zich graag betalen door de passagiers die deze luchtdoop wel iets vonden.

De huidige afbeelding heeft geen alternatieve tekst. De bestandsnaam is: sievel-204-op-hv-vliegveld-medet-puch-brommer.jpg

Dat vliegveld Hilversum had nog een extra en aardige attractie in die periode, een oude Siebel Si204 die ooit dienst had gedaan bij Prins Bernhard (die had er na WO2 zelfs twee) en daarna een carriere had gekregen bij het Nationaal Luchtvaart Laboratorium. Nadat men bij dat instituut een nieuw meettoestel had aangeschaft ging de PH-NLL naar een bedrijf op Hilversum, Skylight, vooral bekend van haar reclame- en rondvluchten.

De huidige afbeelding heeft geen alternatieve tekst. De bestandsnaam is: siebel-204-tekening-doorsnee.jpg

Daar verloederde de best unieke en oude Duitse machine met Nederlandse historie al snel en werd overgelaten aan de elementen en het grijpgrage vandalenvolk van toen. Best jammer, want dit was eigenlijk een kist voor het Nationaal Luchtvaart Museum. Hoe dan ook, tijdens het wachten op beter weer en de piloot waarmee we de lucht in zouden gaan, bezochten we even die oude Duitse kist en zaten o.a. in de cockpit. Ik draaide aan het stuurwiel, keek naar de (nog aanwezige) instrumenten, loerde naar de omgeving via de grote glazen kap van de machine en vroeg aan de denkbeeldige verkeerstoren om een toestemming op te stijgen. (Tenslotte had ik al twee keer met een tweemotorige machine boven Amsterdam gevlogen, was dus best ‘ervaren’…)

De huidige afbeelding heeft geen alternatieve tekst. De bestandsnaam is: fri-1264-aero-c3a-in-doos-img_9698.jpg

Ineens klonk uit een luidspreker (die hadden we niet gezien) de stem van de verkeersleider op de toren…’You are cleared for take-off Runway 22′. Ik schrok me een hoedje. Bleken die lui daar gewoon mee te luisteren…. Hoe dan ook, er zijn foto’s gemaakt van dat evenement en uiteraard van onze latere vliegavonturen. De Siebel is niet veel later compleet gesloopt. Helaas bleef er weinig tot niets van bewaard. Terwijl dit best interessante vliegtuigen waren geweest. Denk ook maar aan de link met de toen nog op handen gedragen Prins… Ontworpen in het vooroorlogse Duitsland als licht transport/lesvliegtuig werd het zowel in Duitsland, bezet Frankrijk en Tsjecho-Slowakije gebouwd voor de Luftwaffe.

De huidige afbeelding heeft geen alternatieve tekst. De bestandsnaam is: truus-en-leo-in-de-siebel-als-jonge-mensen-thumbnail_img_0878.jpg

Een aantal van deze Siebels opereerde in Luftwaffe kleuren ook in ons land. Wellicht komen die twee toestellen van Bernhard ook wel uit die in Nederland gestationeerde Duitse vloot. De Siebel kon 8 passagiers vervoeren, had twee Argus 411 motoren van 592pk elk en viel op door die typisch Duitse glazen cockpitkoepel en twee staarten. Na de oorlog werden ze door de Fransen nog een tijdje doorgebouwd en ook de Tsjechen hielden de machine in productie als Aero C3. Onlangs ontdekte ik in mijn bergruimte op zolder een oude plastic bouwkit van zo’n kist en besloot ik die dan maar te bouwen als die befaamde maar helaas gesloopte PH-NLL. Heb er al dagen lol van. Net als toen op Hilversum. (Beelden: Wiki/internet/archief)

Luchtzak….

Luchtzak….

Ik heb intussen heel wat (honderden) uren gevlogen en bij die ervaring meegemaakt dat een vliegtuig net zulke bewegingen kan maken als een auto op een weg vol viaducten, verkeersdrempels, rotondes of diepe kuilen. Lucht is nu eenmaal niet van de compacte soort en er staat op enige hoogte ook altijd wind. Die zijn van invloed op de tocht van zo’n metalen vogel. In 95% van de gevallen verlopen die vluchten zo rustig alsof je eigenlijk op de grond staat, maar in 5% kom je in luchtlagen of buien terecht waardoor jouw tocht door het zwerk ietsjes onrustiger verloopt. Ik vloog zelf in de achter ons liggende vliegjaren door storm, onweer, zijwind of wat ook en dan gaat zo’n toestel nog wel wat meer heen en weer of op en neer.

Zo is er de route over bergketens als de Alpen die nog wel eens wat onrust aan boord kunnen geven. Diverse malen meegemaakt. Door de wind die tegen die bergen aan beukt komen daar luchtwervelingen voor die ook zelfs op grotere hoogten zorgen voor onrust en derhalve op en neer gaande beweging van de vliegende machine waarin wij worden vervoerd. Zoals een schip op zee bij windkracht 5 of een trein die met hogere snelheden over een oneffen deel van de baan rijdt. Op een van mijn eerste vluchten naar een Italiaanse bestemming aan boord van een DC-9 van Alitalia maakte ik voor het eerst kennis met dat rollercoaster-effect. De lichtjes voor ‘riemen vast’ werden aangedaan vanuit de cockpit omdat men die turbulentie verwachtte. Wij als nog wat jeugdige passagiers deden dat, maar intussen was ook de lunch (toen nog wel) op het tafeltje voor ons geserveerd door de prachtige en ook aardige Italiaanse stewardessen. Inclusief een glaasje jus. Gek genoeg hadden wat Japanse passagiers om ons heen de riemen los en die hingen soms scheef uit hun stoelen om met elkaar te conserveren. Op enig moment sloegen de Alpen toe.

Bij het Mont Blanc massief zakte de DC-9 een meter of vijftig naar beneden om direct daarna weer omhoog te gaan alsof een reuzenhand de kist in zijn greep had. Onze jus maakte een sprong uit het plastic glaasje en kwam uiteraard naast die oerverpakking op het tafeltje (en broek) terecht. De lunch bleef gelukkig op zijn plek, maar de Japanners niet. Die lagen verkreukeld over elkaar heen, inclusief al die trays met eten en drinken. Gegil was het gevolg. Maar dat werd door de bemanning opgelost. Men bracht doekjes, hielp de gevallen passagiers overeind en maakte ook meteen duidelijk dat ze zich in de riemen moesten vastgorden. Zelf hielden de dames zich staande door zich soms aan stoelen vast te houden. Want de tocht kende meer hobbels. Ik at al vegend aan mijn broek mijn lunch op. Na de landing even de donkere kleding schoonmaken nog en gek genoeg zag je er nog maar weinig van. Maar ik was een ervaring rijker. Altijd doen wat de captain zegt. Het verbaast me dus dat er zo vaak iets mis gaan aan boord van die vliegtuigen bij zwaar weer of zo. Dan blijkt dat de helft van de passagiers geen riemen vast doet omdat men dit zo restrictief vindt aanvoelen. Nou dat zal wel, maar ik heb die dingen gewoon altijd vastgemaakt. Met al die klimaatveranderingen die door links worden voorspeld weet je maar nooit. En dan neem ik graag het zekere voor het onzekere. Maar dat doe ik zonder die retoriek ook in de auto, en op schepen vertoon ik me uberhaupt niet. Of er moet een plek in de reddingsboot zijn inclusief zwemvest dat ik op voorhand al om doe dan… Zelf wel eens meegemaakt lieve lezers/essen dat je op en neer ging in een of ander vervoermiddel? Ben benieuwd naar de verhalen…. (Beelden: Archief – illustratief)

Pijnlijke relativering..

Pijnlijke relativering..

Onlangs kreeg ik weer een klap met een stevige hamer op de kaal geschoren bol. Figuurlijk, niet minder pijnlijk. Ik kwam op die klap eerder al terug terwijl de mixed feelings nu nog maar nauwelijks zijn bedaard. Maar het bracht me meteen ook aan het denken over hoe je langzaam maar zeker afscheid blijft nemen van mensen met wie je toch een al dan niet behoorlijk stuk van je leven bent opgetrokken. In mijn verleden zitten er heel wat met wie ik de nodige avonturen beleefde, die uitzonderlijk waren op hun eigen wijze en soms met een totaal andere levenswijze dan ik die bezat of bezit, maar daardoor juist zo aardig of interessant bleken.

Decennia geleden alweer startte de opbouw van mijn sociale netwerk aan familie en vrienden waarmee ik o.a. in de sfeer van interesses of beroep heel wat van die leuke zaken beleefde. Op oude beelden komen er veel van voor. Maar net als ik werden of worden ook die nu wat ouder en verliezen soms de nodige glans. Mankementen, ziekten, zelfs de dood bleven hen niet bespaard en ook veranderde soms hun leven door verlies van een partner of het samenkomen met een nieuwe die net even anders in het leven staat of stond.

Hoe dan ook heeft en had dat gevolgen voor de kring om ons (mij) heen. Van sommigen had ik het idee dat die straks na mijn eventuele verscheiden een rol zouden spelen bij de verdeling van mijn hobby-gerelateerde boedel aan museale collecties (deels al opgeslagen). Maar het lot maakt soms dat al die plannen vermoedelijk totaal moeten worden aangepast. En dat komt binnen. Zelfs bij mij. Ik ben door de jeugd uitgerust met een aardig pantser dat zo nodig de negatieve emoties buiten de deur houdt en waar dat niet lukt kakel ik het van me af bij of met mensen die dat aankunnen. Maar onder dat pantser knagen die emoties toch ook aan mijn optimisme en zelfvertrouwen. En dat bleek onlangs weer aardig pijnlijk toen die mokerslag van een heftig verlies me trof. Mijn zekerheden onderuit, mijn plannen verstoord, mijn controle even kwijt. Daar kon mijn ingebouwde creativiteit voor een paar momenten niet tegenop. Oude foto’s bewezen opnieuw hoeveel van de toenmalige groep lieden uit de tijden van Miniatuur Luchtvaart Wereld, de Stichting ter promotie van de Luchtvaart (Fidimo), dat aardige luchtvaartblad (Stabilo) dat we toch maar liefst 25 jaar uitbrachten, en zo meer, allemaal zijn gaan hemelen. Soms helemaal niet zo oud geworden als ik dat zou wensen. Anderen op wat hogere leeftijd. Stuk voor stuk lieden waarmee het goed vertoeven was. En waarmee ik soms ook de nodige vlieguurtjes door bracht. In binnen- en buitenland. Allemaal verdwenen. Net als die familieleden die je niet kwijt wilt maar toch uit je leven vertrokken met niet eens een gevulde koffer bij zich. Het leert relativeren. De mens wikt, de natuur beschikt. Maar dat maakt het niet leuker of acceptabeler….Integendeel.(beelden: prive)

Vakantie…

Vakantie…

Nee, ik doe er niet echt meer aan. We doen wel eens een dagje dit of dat, maar lange perioden weg naar een of ander ver oord, het is er niet meer bij. Al was het maar omdat ik het idee dat ik onze drie langharige kinderen alleen moet laten en ik zeker weet dat die niet zonder ons kunnen. Daarbij, ik ben op zoveel plekken geweest. Interessant, warm, mooi, stil of druk, steden, stranden, bergen, ik heb het allemaal gezien.

Tuurlijk is de interesse er nog wel hoor, maar het gedoe van reizen maakt me op voorhand al moe. Zeker nu met al die corona-ellende, dat geplan, het inpakken, de reis op zich, nee, het is niks voor mij meer. Als het op een paar uur rijden ligt van huis is het mij wel genoeg. Daar spreken ze vaak nog mijn taal en eten ook dingen die ik lekker vind. Maar ik koester natuurlijk wel al die reizen en vakanties uit het verleden.

Enige reislust was me in het verleden bepaald niet vreemd en ook tijdens de vele zakelijke trips binnen en buiten Europa wist ik van de meeste momenten ook aardig te genieten. Het begon allemaal trouwens al in de jeugd. Mijn moeder was erg reislustig. Met de beperkte middelen van toen en laten we wel zijn, wonend en werkend in de hoofdstad, genoot zij intens van tripjes naar Limburg, Belgie of (hoogst illegaal want geen paspoort) Duitsland. Wij moesten als kinderen natuurlijk mee, want je kon niet vroeg genoeg beginnen met om je heen kijken.

Ze kon er vaak weer een jaar tegen als we weg waren geweest, en dat was dan vaak toch een dag of wat, net zo lang het budget het kon dragen. Later, we hadden vrijwel altijd een auto uit de ‘voorraad’ beschikbaar, werden die trips wekelijks. De Veluwe, Betuwe, bedenk het en er werd even heen en weer gereden. En met de toenmalige wegen waren dat soms best lange ritjes. Ik nam die gewoonten naadloos over. Verkende Nederland, de omringende landen en ontdekte toen dat het elders ook mooi was. Mijn interesse in de luchtvaart en carriere deden de rest.

Vliegen naar hier en daar, en altijd die verrassing van wat je nu weer aantrof of zag. De wereld is prachtig. Maar ik hoef niet zo nodig naar landen waar het volgens mij vies is of vijandig. Enige controle en regelmaat, maar zeker ook veiligheid op gebied van voedsel en water maar zeker terrorisme of criminaliteit wil ik graag in het pakket hebben zitten. Maar neemt niet weg dat ik nu dus niet meer zo nodig hoef. Al laat ik hen die dat wel zo willen graag vrij. Ga je gang, geniet er van en doe wat je wilt of kunt zolang het nog kan of mag. Enige vliegschaamte of reisvoorbehoud is mij in dat kader totaal vreemd.

Niet voor niets dik 55 jaar keihard gewerkt, dus moet kunnen. Meer iets wat in mijzelf zit tegenwoordig. En dan heb ik nog iets meegekregen van vroeger, ik heb niks met tenten, caravans of dat soort overnachtingsmogelijkheden. Ook niet met boten…Laat maar. Kortom…ik word wat saaier….vast de leeftijd. Maar ben wel nieuwsgierig, wie herkent dit?? Zonder politieke insteek, maar gewoon omdat je al zoveel hebt gezien. En geef eens aan wat je het meest imponeerde in dat opzicht? Waar was het extra mooi, kom je nu nog graag, of was het eten zo heerlijk dat je dat zelfs thuis nog wel eens tot je neemt!? Ik ben benieuwd….wie weet kan ik er iets van opsteken…(beelden: Archief)

Herfst…

Herfst…

Vandaag begint officieel de herfst.

Dan gaan we weer op weg naar een periode van schemering en koude. De zon zakt steeds verder af naar het zuidelijk halfrond, waar men daarom juist vandaag viert dat de lente begint. Die herfst hier in onze streken kan vaak heel mooi zijn. De Nederlandse omstandigheden zorgen voor natte bossen waar op enig moment de blaadjes hele bodems bedekken, waar de aanwezige dieren hun voorraden gaan opbouwen voor de komende winter. Elk jaar weer, een vast patroon. Mensen kijken vooruit, maar weten ook dat de voorraden niet meteen hoeven worden aangevuld omdat de supermarkten dat al voor ons doen. De gemiddelde mens in ons land heeft het goed, leeft in zekere vrijheid en kan of mag nog zeggen wat hij/zij wil.

Bedenk maar dat het wat dat betreft in andere landen gewoon constant winter is. Symbolisch benaderen wat zo natuurlijk lijkt. Zal zitten in de bui die ik op moment van schrijven van dit verhaaltje heb. De herfst is ook in deze tijden weer de periode van plannen maken voor leuke dingen die komende maanden over ons heen gaan komen. Als alles gaat zoals we willen dat het gaat, en blijft zoals we het graag zien. Praktisch gesproken kijken we naar de CV Ketel en of die wel op niveau voor het in de winter gevraagde warme water staat. De auto moet over een maand naar de dealer, de winterbanden kunnen er weer onder, want de Duitse ritjes vragen er om.

We verzetten de automaten voor de verlichting in huis, en denken terug aan de tijd dat in mijn vroegere vakgebied die laatste maanden van het jaar altijd moesten zorgen dat er nog even 40% van de jaaromzet uit moest worden geranseld. Veel autokopers van toen kochten graag in het najaar iets anders. Ze waren op vakantie geweest met hun oude karretje en waren al dan niet met pech onderweg gestrand en zochten nu naar een betrouwbare nieuwe of jongere tweedehands. Dat waren mooie tijden. Daarnaast planden de toenmalige fabrikanten het nieuws voor volgend jaar, veelal werden die modellen al vanaf de zomervakantie een jaar eerder in productie genomen.

Tegenwoordig werkt dat toch iets anders. Je mag blij zijn als je een nieuwe auto die je nu bestelt ergens over negen maanden of zo ontvangt. Druk op de ketel en een gebrek aan microchips zorgen daar voor. En opvallend, ik heb in mijn logboek voor de gemaakte vluchten ontdekt dat ik slechts een enkele keer op de 21e september in de lucht was. Precies 9 jaar geleden was dat, met vrouwlief en vriendin Thamara. Van Berlijn terug naar Amsterdam. Verder viel al dat gevlieg nooit op die eerste herfstdag. Als dat geen toeval is. Hoe dan ook, ik wens iedereen een geweldige herfst toe. Moge de verkleuring prachtig zijn…. (Beelden: Archief)

Ontmoetingen…

Ontmoetingen…

De boel ging op zijn gat door Corona (Covid19) en daardoor staakten we als mensen ook zoveel mogelijk het reizen naar andere oorden dan het dorp om de hoek, of de bossen in de eigen achtertuin.

Mensen verlangen naar andere oorden, soms omdat ze het Nederlandse weertype wat minder vinden of omdat ze het nu eenmaal leuk vonden andere culturen te ontmoeten. De vliegerij is dan de aangewezen weg, al gaan jaarlijks ook heel wat vakantievierders met auto en caravan op stap. Sommigen rijden dan tot diep in Frankrijk of nog verder. Zij die naar verre oorden reizen doen dat het liefst met de modernste aller vervoersvormen, het vliegtuig. Logisch. Ik weet nog dat vrouwlief een paar jaar terug naar Hong Kong reisde.

Duurde op de heenweg 12 uur. Lang? Zeker! Maar met de boot had ze er vele weken over gedaan. Nu kon ze vanaf moment uno na aankomst meteen beginnen met verkennen. Een soortgelijke reistijd bracht ons ooit samen (via New York) in Florida. De cultuurschok is dan groot, maar ook ‘lekker’. Je bent eigenlijk binnen een beperkt aantal reisuren in een wereld die zo afwijkt van de onze dat het daardoor alleen al een leerschool is. Een Turkse rondreis leerde ons vele jaren her dat dit volk in eigen land gastvrij en vriendelijk is. Maar ook dat jij je dient aan te passen bij de veelal islamitische levenswijze en ook dat de vrouw in die cultuur toch een wat andere soort mens is dan de man.

Je moet dan wel wel even wennen. Toen we een aantal malen in het Verenigd Koninkrijk waren geweest en daar intussen heel wat van de omgeving en steden hadden bekeken, dachten we dat Schotland wel een aardige aanvulling zou zijn en dat de mensen daar gewoon hetzelfde waren als elders in het VK. Mooi niet. Heel andere mensen, vol humor, aardig in de omgang en het eten….nou ja, even wennen. De Ieren bleken altijd in voor een gesprek over hun eigen geschiedenis of wat dies meer zij. Met de Tsjechen kon ik het prima vinden, maar zag ook dat hun gevoel voor humor totaal anders is dan het onze. Het leed van derden kan hen tot enorme lachaanvallen brengen, waar wij toch enige schroom vertonen bij het zien van hetzelfde.

De trots van de Italianen op hun eigen land zal ik nooit snappen, maar het is wel vermakelijk als je ziet hoe men daar de boel organiseert. En reken maar dat ik het gesprek over bepaalde zaken die ons als Europeanen verbindt of verdeelt graag aan ging of ga. Zijn er ook culturen die je minder positief bij bleven? Jawel! Ik vond de Grieken niet aardig. Hooghartig en zeker niet gastvrij. Ook de Polen konden niet meteen op mijn sympathie rekenen, maar dat kwam vermoedelijk ook door de grauwe laag van het communisme dat die lui toen nog over zich heen hadden liggen. Ook met de Fransen bouwde ik nooit een band op. Met de Duitsers gaat het daarentegen altijd lekker, net als met de Belgen, of indertijd de Portugezen.

Ook met Scandinaviers waren de banden vaak plezierig. En niet te vergeten de Israeliers die ik in mijn actieve jaren ontmoette. Altijd plezierige contacten en gesprekken. Maar ook in eigen land zijn sommige culturen anders dan die waaruit je zelf afkomstig bent. Als geboren en getogen Amsterdammer weet ik dat maar al te goed. En besef ik ook dat die eigen cultuur best uniek is zolang hij blijft bestaan. Een Fries is geen Limburger, een Drent geen Zeeuw en dus een Amsterdammer geen Groninger. Dat (h)erkennen is al heel wat gewonnen. En ook dat je voor al die ontmoetingen niet kunt zonder moderne vervoermiddelen. Met de trekschuit, het zeilschip of de loopfiets doe je niet veel meer tegenwoordig…E n o ja, ik heb nog heel wat landen en culturen niet genoemd. Wil niet zeggen dat ik ze niet leerde kennen uiteraard…U wilt me als lezer wel vergeven. Toch? (Beelden: Archief)

Zussie

Zussie

Dagje eerder dan normaal in mijn blogsessies anno 2020, dit verhaaltje over mijn ‘polderzus’. Vandaag jarig en natuurlijk van harte gefeliciteerd en zo meer. We zullen haar binnen de coronaregels uiteraard nog even met een bezoekje en passend presentje vereren.

En dan weten we vast weer waarom we haar ooit opnamen in de familiaire gelederen en zien als aangenomen zus en zeer goede vriendin. Drempelloos is haar vriendschap en liefde voor anderen. Ze zit vol ondeugd en humor, en was ooit als Thamara een open boek voor veel andere bloggers. Een deel daarvan leest hier nog mee en herinnert zich haar, anderen komen via andere sociale media nog regelmatig met haar in contact. Immers ook zij maakten ooit de stap naar die toen nieuwe digitale media en verlieten het vertrouwde blognest. Thamara leerde ik ooit, lang geleden kennen in die digitale wereld. Haar verhaal was bijna adembenemend. Het grote gezin, geloof, druk van binnen EN buiten. Ze ontwortelde zich, stopte met onderwerping en vocht zich een weg naar buiten. Haar verhalen imponeerden.

Na een ontmoeting bij een blogmeeting (had je toen nog..) ergens in het land was de vonk er. Over en weer. Ik had naar mijn gevoel een jongere zus gevonden. En de partners waren ook leuk genoeg om tot een hechte vriendschap te komen met diepgang. En respect. We maakten veel mee intussen. Verdriet, vrolijkheid, vakanties, tripjes, vierden samen verjaardagen en feestjes maar waren er ook als het even tegen zat. Na al die jaren vaste waarde in ons leven. En wat voor een. Nu dus jarig. Gevierd op de haar kenmerkende wijze. Uitbundig ronder grenzen, delend wat te delen valt en weinig vragend. Nu nog even zien of ze al taartjes haalde bij de lokale banketbakker. Want ook die zijn goed in de polder. Een polder die we intussen mede door haar en ManGoud goed leerden kennen. En koesteren. Net als zussie….

Die tweede vlucht….

Altijd als ik beelden zie van dwarrelende vliegtuigen die bij storm last hebben aan de grond te komen, denk ik terug aan de momenten dat ik zelf in zo’n metalen vogel verkeerde in soortgelijke omstandigheden. heel wat malen meegemaakt. Maar nooit echt ongerust geweest. Wellicht te herleiden naar mijn tweede vlucht ooit, heel lang geleden alweer, als 15-jarige aan boord van een De Havilland Dove rondvluchtkistje van Martinair. Ik was indertijd abonnee van een luchtvaartblad, Cockpit, en dat leverde je elk jaar een kortingbon op voor zo’n vluchtje boven Amsterdam. En na mijn eerste ervaring een paar maanden er voor bij prachtig weer en goed zicht, wilde ik nog wel een keer. Je kon maar beter opschieten met de vlieguren. En zo togen mijn ouders en ik op de fiets naar het toenmalige Schiphol om bij Martin’s Air Charter (want zo heette dat bedrijfje toen nog) aan te melden dat wij wel wilden vliegen. Nu hadden we de pech dat het net op dat moment dievenweer geworden was met regen en onweer waardoor er even geen rondvluchten konden worden gemaakt.

Een zomerse storm was juist toen ons deel. Maar ja onverrichterzake terugfietsen was ook niet alles, dus we namen een bakkie koffie en keken wat rond over het platform. ‘Kom over een uurtje maar terug’ had de prachtige stewardess van de nog zo bescheiden luchtvaartonderneming ons geadviseerd. En dat deden we. Uiteindelijk leek er een gaatje in het wolkendek te ontstaan tussen twee fronten en vond de piloot van de Britse tweemotorige mini-airliner het wel verantwoord om de lucht in te gaan. Om me hen kijkend zag ik niet veel meer dan nevelige regen, maar goed, hij was de baas en ik wilde vliegen. Toen ik ook nog eens naast hem in de cockpit mocht zitten en alles wat de man deed van heel dichtbij meemaakte zorgde dat voor persoonlijke en jeugdige euforie. Vliegen wilde ik. Acht passagiers klommen achter ons in dat smalle toestel, de deur werd gesloten en de piloot startte de twee zuigermotoren. Ik keek professioneel met hem mee of de props wel draaiden. Met gesis van de remmen reden we naar de startbaan. Het regende nog steeds, maar met de ruitenwissers aan was het volgens mij goed te doen. Brullend startten we en draaiden linksom richting Amsterdam.

Hobbelend door de luchtzakken en knokken met de regen en af en toe een onweersflits klommen we naar 300 meter en maakten het verplichte rondje boven de stad. Ik genoot, zag buiten niks behalve wolken en regen, maar lette op de piloot en de instrumenten. Wat een geweldige vlucht. In de landing was het hard werken voor de piloot naast me, maar hij zette de kist uiteindelijk feilloos neer op het zgn. Oostbaantje van Schiphol. We taxieden terug naar de opstelplaats voor het kantoor van MAC. Ik bedankte de piloot en liep naar mijn wachtende ouders toe. Die zagen groen van ellende. Ik snapte het niet. Tot ik van hen hoorde dat op Schiphol tijdens mijn vluchtje groot alarm was geweest voor een Boeing 707 van PanAm die ergens bij Soesterberg in de buurt midden in het onweer was getroffen door de bliksem en ook nog eens rakelings langs een luchtmachtvliegtuig was gevlogen. Chaos aan boord en schade aan de kist het gevolg. Een tussenstop op Schiphol was toen nodig. En mijn moeder zag naar eigen zeggen al visioenen toen ze dacht aan dat kleine vliegtuig met mij er in. Ik was niet onder de indruk. Immers, goede piloot, lekker vliegtuig en ik zat zelf in de cockpit. Kon er gebeuren.? Niks toch? Daarna nooit meer voor iets bang geweest in die kisten. Overigens was de thuisreis op de fiets verschrikkelijk. Het regende intens en we kwamen tot op de draad nat thuis. Vond ik een stuk erger…(Beelden: Yellowbird archief)

Ultralang vliegen…

Voor ik met u, zoals in een vorig blog aangekondigd,  terugga in de tijd, naar een periode waarin vliegen nog was voorbehouden aan een zekere elite in ons land of daarbuiten, nu even een blik in de nabije toekomst. Die morgen beginnende toekomst welke ultrazuinige vliegtuigen zal gaan brengen die ons over enorme afstanden gaan vervoeren zonder enige tussenstop. En de technologie daartoe hebben we al. Eigenlijk al heel lang, maar nooit op een schaal zoals we die nu op ons af zien komen. De vraag is wel of je daar als passagiers in die fraai ontworpen dingen gelukkiger van wordt. Persoonlijk vond ik de vluchten naar/van de VS echt wel een hele ruk. 8u 3 kwartier op je plek blijven of een kort wandelingetje maken aan boord van zo’n kist vond ik persoonlijk best afzien. Maar tegenwoordig draaien sommige maatschappijen zich niet meer om voor ruim het dubbele aantal vlieguren. Men wil zo efficiënt mogelijk met een relatief grote betalende lading van punt A naar B kunnen vliegen en zo geld besparen en gelijk verdienen. Kampioenen op dit vlak zijn Qantas uit Australië en Singapore Airlines.

In een ruk van Londen naar Sydney vraagt het uiterste van reizigers en bemanningsleden. Maar toch kiest men ervoor. De redenen zullen duidelijk zijn. De druk op de luchtvaart vanwege de vermeende uitstoot en ook die van aandeelhouders op zoek naar rendement zorgen voor dit streven. Tuurlijk is een vlucht met allerlei tussenstops ook niet alles. Datzelfde Qantas vloog vroeger vanuit Londen via Amsterdam en nog een hele reeks tussenstations naar haar eigen thuisland. Maar uitgerekend per stoel waren dat dure tickets. Is dat nu anders? Tuurlijk niet. Onlangs oefende men wat met de splinternieuwe en hypermoderne Boeing 787. Normaal goed voor 256 passagiers, nu zaten er slechts 40 in. Die werden aan alle kanten door doctoren onderzocht vanwege het fysieke welzijn. Ook de bemanning werd zo gemonitord.

Moet wel, want je wordt natuurlijk niet alleen moe van het zitten, ook van de droge en toch wat ijle lucht, het geluid (ook al zijn die nieuwe kisten stil) maar ook het passeren van datum/tijdgrenzen. Want bedenk maar eens dat het verschil tussen New York en Sydney 16 uur bedraagt, wat een extra aanslag op je lijf en leden is. Daarnaast is het allemaal nog wel te doen wellicht in de eerste klasse, maar economy?? Met een stoelruimte van 35cm?? Ik denk niet dat ik er snel aan boord zal stappen. Vliegen is geweldig leuk, het brengt je in een paar uur naar verre bestemmingen. Maar om nu een hele dag in zo’n kist rond te hangen…Ik moet er niet aan denken. Wie van mijn lezers wel??? Ben benieuwd. (Beelden: Yellowbird collectie)