Watersnood en klimaat..

Watersnood en klimaat..

Deze maand is het precies 70 jaar geleden dat een belangrijk deel van het zuidwesten van ons land onder water liep, wat in onze Vaderlandse Geschiedenis te boek blijft staan als de Watersnoodramp. Gevolg van een aantal op een of andere wijze elkaar versterkende factoren leidde dit tot een catastrofe die tot op de dag van vandaag in die getroffen gebieden ver strekkende gevolgen heeft gehad. Onlangs deden wij op uitnodiging in het toen verdronken land rond Strijen (ZH) waar het water in dat rampjaar tientallen mensen voorgoed van de aardbodem deed verdwijnen, een rondrit om te zien hoe dat er toen in 1953 aan toeging. En dat Strijen lag helemaal niet aan zee maar kreeg het water eigenlijk binnen door de stuwing van hoogwater in de omringende waterpartijen die de dijken deed bezwijken. Maar die dijken hadden ook bewezen zwakke plekken waar men in het verleden slechts met los zand gaten had gedicht om zo geld te besparen.

Menselijk falen en zeker feilen als oorzaak nummer e e n. Daarbij hadden we in ons land net de oorlog meegemaakt en was het geld voor grootschalige aanpak van de slechte dijken volgens de toenmalige regering in die gebieden niet beschikbaar. Ondanks waarschuwingen van experts dat het wel eens gruwelijk mis kon gaan bij zware stormen. De berekeningen van de betreffende experts spraken boekdelen. Zeker als je nu ziet hoe dat toen in die rampnacht fout ging. Springtij en een ongekend heftige storm boven de Noordzee die nu net uit de verkeerde richting de wind deed blazen en zo met ongekende kracht onze kusten beukte. Van Texel tot Walcheren, overal was de schade groot en moest men menselijke verliezen nemen. Over dat bij dieren praten we liever niet, maar hele kuddes vee, paarden maar ook honden en katten spoelden weg en verdronken.

Net als zo vele mensen. Die werden totaal verrast, vluchtten soms op daken van hun huizen om dan te ontdekken dat het onderliggende pand gewoon wegspoelde. Wie dat kon redde het vege lijf, ging naar hoger gelegen gebieden, klom in kerktorens en hoopte dat het goed zou komen. Communicatie was anno 1953 buitengewoon slecht geregeld. Dus wisten de bestuurders in ons land van toen nauwelijks wat er loos was en deed het journaille in eerste instantie niet te veel met de eerste berichten rond deze enorme ramp. Zoals wij indertijd zagen in het fraaie en indrukwekkende Watersnoodmuseum van Ouwerkerk, werden we nu ook in Strijen met de neus op de keiharde feiten van toen gedrukt. Hele straten weggevaagd, boerderijen, maar zeker ook andere gebouwen. Soms zie je in herbouwde of gerepareerde huizen de waterstand van toen aangeduid met tegeltjes of een opdruk in de gevel. Je kunt het je nauwelijks voorstellen.

Want bedenk maar dat we toen van geluk mochten spreken dat West-Nederland niet nog meer overlast heeft gekend van die watersnood, het had heel wat erger kunnen zijn door onze manier van wonen en bouwen. Noodgedwongen altijd onder de waterspiegel. Bij de komst van de zee staat dan al snel ook jouw huis tot op de tweede etage in het opkomende water. Een voorspelling die ons ook nu weer wordt gedaan door de linkse lobby die ook bij de op zich erg aardige documentaires over die ramp van toen niet kon laten om bij de politieke voorkeur behorende voorspellers weer het doemdenken over de ‘klimaatveranderingen’ de revue te laten passeren. Klimaat is politiek geworden. De feiten verdraaid, de cijfers gemanipuleerd. Men mijdt het niet om over de rug van de toenmalige doden de eigen indoctrinatie te verkopen. Schadelijk gedrag. Zeker als je in plaatsjes als Strijen ziet wat die ramp van toen nu nog doet met de inwoners die dat deels meemaakten. In het lokale museum leer je veel. Over de invloed van grote stormen door de eeuwen heen op ons land. Net zoals ik dat zag in Volendam, op Urk en in Spakenburg. De verhalen zijn daar heftig, de cijfers indrukwekkend. Maar we leerden er veel van en bouwden hoge en brede dijken en gingen totaal anders om met de waterhuishouding. Waarbij de linkse kerk echt niets toevoegde. Integendeel. Bedenk dat maar als je straks nog eens nadenkt over wat die politieke stromingen ons eigenlijk te bieden hebben, behalve hun retoriek en gebrek aan historische kennis. Maar daarover later meer….(Beelden: Prive)

Storm…

Storm…

Terwijl ik dit verhaal schrijf heb ik net tegen een stevige stormachtige wind in gelopen die windkracht 7-8 haalde uit het zuidwesten en de overgang van voor deze tijd best zachte temperaturen naar meer bij de maand van het jaar passende aankondigde. En terwijl ik mijn pet vasthoudend voortploeterde door een kale polder waar de wind om me heen loeide dacht ik terug aan 25 januari 1990. Op die dag werd Europa, maar zeker Nederland getroffen door de zwaarste storm uit de geschiedenis. 17 mensen verloren die dag het leven, de schade aan gebouwen, bomen en andere al dan niet roerende zaken was ongekend en ik weet nog goed dat de tocht vanuit Amsterdam-Zuid naar ons toenmalige huis in Almere uren duurde.

Waarbij de toen net nieuwe auto van het geliefde merk de nodige beuken door de wind opliep maar verder geen krimp gaf. Zelfs Schiphol was op enig moment afgesloten van de buitenwereld, treinen reden niet meer en vele straten hadden last van omgewaaide bomen. Mensen strandden onderweg, moesten noodgedwongen bij vreemden onderdak vragen want de weg naar huis was gewoon onbereikbaar. Wat daarbij toch opviel was dat men bij de daartoe bestemde overheidsorganen anders dan nu het geval vaak is, geen echte waarschuwingen vooraf had gegeven.

Het zou volgens weerdeskundigen van toen een storm van Windkracht 10 worden en in het binnenland viel het waarschijnlijk wel mee. Dat pakte heel veel anders uit. Uiteindelijk loeide deze storm met windkracht 12 over ons heen en het binnenland had net als de kust enorme overlast van dit bijzondere ding voor onze streken. De hoogste windkracht werd op enig moment gemeten op Schiphol met 161 km/uur wat in ons land uiterst extreem is. Al was er ooit in Hoek van Holland anno 1921 een stormvlaag die nog net even hoger kwam in kracht. De depressie die de ellende veroorzaakte had een kernwaarde van 950Mb en bleek ondanks dat, of wellicht juist dankzij die waarden, toch in staat tot vernietigende kracht. Na die enorme stormkracht besloot men in ons land het waarschuwingssysteem bij te stellen en ook voortaan waarschuwingen te geven met kleurcodes van geel naar oranje en uiteindelijk rood.

Die storm waar ik toen mee te maken had was duidelijk een dieprode, die van vandaag (voor de lezer even terug in de tijd) kwam tot oranje. Na die datum die ik noemde kwamen wel meer stormen voor. Soms later in het seizoen, een enkele keer vroeger. Maar deze uit 1990 is en blijft voorlopig de zwaarste ooit voor ons land. En opvallend is dat in die bewuste maand januari Europa nog twee van die kneiters over zich heen kreeg waardoor de schade voor de verzekeringswereld zo groot was dat men de premies structureel wel moest verhogen. Want dat is altijd het gevolg van al die claims die bij dergelijke stormen horen. Mij staat die storm persoonlijk ook bij door die toch best ‘avontuurlijke’ thuisreis maar ook omdat ik op enig moment in mijn toenmalige kantoor met verbazing stond te kijken naar de schade die om ons heen werd aangericht aan huizen en bomenrijen die decennia lang hadden gestaan in aangrenzende groengebieden bij ons bedrijf maar nu in korte tijd met de grond gelijk werden gemaakt. En ook dat de gebouwen waarin wij gezeteld waren nul komma nada schade hadden opgelopen. Wat, gezien de bouwwijze, best apart was….(Beelden: Internet)

Werken op Schiphol 10 – Vrachtgebouw!

Dat Vrachtgebouw waar we indertijd in mei 1967 als onderdeel van de luchtvrachtgemeenschap van toen waren neergestreken was t.o.v. onze eigen vroegere vestiging in een oude hangaar op Schiphol-Oost natuurlijk een fikse vooruitgang. Het gebouw was tien etages hoog en kende een centrale liftschaft waarin je op en neer kon worden gebracht. Vaak was dit niet het geval want er zaten flink wat kinderziekten in die nieuwe huisvesting. Dat beperkte zich niet tot die liften. Ook de verwarming en vooral de koeling van het gebouw was een flink probleem. Het was op dat moment de meest zuidwestelijke bebouwing van Schiphol en er stond altijd wind om dat gebouw heen. Daarmee had de architect bij het maken van het ontwerp voor deze kantoorhuisvesting kennelijk geen rekening gehouden. Hij liet elk raam, op zich voorzien van een draaimechaniek om frisse lucht toe te laten, uitrusten met een automatisch (..) systeem van zonneschermen. Zodra die via een of andere fotocel zonlicht vermoedden zakten die schermen naar beneden.

Plezierig voor de gebruikers van het gebouw wellicht, het had ook de nodige nadelen. Zo gingen die schermen ook naar beneden bij een Zuid-Westerstorm waarbij af en toe de zon zich liet zien. Resultaat, verbogen zonneschermen en soms gescheurde doeken. Bij nog heftiger stormvlagen waaiden soms zelfs de ramen uit het gebouw. Het was allemaal niet zo doordacht. Maar men loste het telkens wel op. Na enige gedoe voorzag men de ramen van een folie, doorzichtig, maar wel uitzichtbeperkend. Mijn blik op de start/landingsbanen werden er ook aardig door beperkt. Maar ja, voor het goede doel…. Die stormen maakten ook duidelijk dat het gebouw wel een windvanger was, want boven windkracht 7 trilde en dreunde alles in het kantoor. Daar wenden we uiteindelijk wel aan, maar toch. Gelukkig zat er onderin het gebouw een snackbar, annex bar, die door veel vertegenwoordigers van airlines en vrachtagenten werd gebruikt als een ontmoetingsplek.

Er werden soms bijzondere handeltjes gedreven. Baas Ruud was er een bekende gast en hij nam het er soms aardig van. Wij, harde werkers met stapels dossiers op ons bureau, maakten er geen punt van. Hij bracht voldoende handel binnen, maar soms was de sfeer ineens wel erg vrolijk. En daar zou het later niet bij blijven. De vrachtloods van KLM was een gigantisch ding, had een soort zadeldak en ook dat was niet geheel bestand tegen de heftige windvlagen die het vliegveld soms heftig raakten. Je zag dan hele panelen door de lucht vliegen. Sensatie was in die jaren altijd een onderdeel van ons werk. Soms was dat leuker dan anders. Op de toen nog aanpalende A4 bij Hoofddorp vond indertijd een enorme kettingbotsing plaats in dichte mist. Heel wat mensen gewond en zelfs doden naar ik me herinner. Overal brandweer en ambulances, maar door de dichte mist zagen we alleen maar wat rook voorbij komen van brandende voertuigen. Ook een brand bij Sikkens in Sassenheim staat me bij. Zagen we uit dat gebouw aardig fikken. Maar dat waren de afleidingen voor de harde werkers die we toch waren. Schiphol was dynamisch en in de groei. En ons bedrijf hield het tempo aardig bij. (Beelden: Internet/Wiki)

Die tweede vlucht….

Altijd als ik beelden zie van dwarrelende vliegtuigen die bij storm last hebben aan de grond te komen, denk ik terug aan de momenten dat ik zelf in zo’n metalen vogel verkeerde in soortgelijke omstandigheden. heel wat malen meegemaakt. Maar nooit echt ongerust geweest. Wellicht te herleiden naar mijn tweede vlucht ooit, heel lang geleden alweer, als 15-jarige aan boord van een De Havilland Dove rondvluchtkistje van Martinair. Ik was indertijd abonnee van een luchtvaartblad, Cockpit, en dat leverde je elk jaar een kortingbon op voor zo’n vluchtje boven Amsterdam. En na mijn eerste ervaring een paar maanden er voor bij prachtig weer en goed zicht, wilde ik nog wel een keer. Je kon maar beter opschieten met de vlieguren. En zo togen mijn ouders en ik op de fiets naar het toenmalige Schiphol om bij Martin’s Air Charter (want zo heette dat bedrijfje toen nog) aan te melden dat wij wel wilden vliegen. Nu hadden we de pech dat het net op dat moment dievenweer geworden was met regen en onweer waardoor er even geen rondvluchten konden worden gemaakt.

Een zomerse storm was juist toen ons deel. Maar ja onverrichterzake terugfietsen was ook niet alles, dus we namen een bakkie koffie en keken wat rond over het platform. ‘Kom over een uurtje maar terug’ had de prachtige stewardess van de nog zo bescheiden luchtvaartonderneming ons geadviseerd. En dat deden we. Uiteindelijk leek er een gaatje in het wolkendek te ontstaan tussen twee fronten en vond de piloot van de Britse tweemotorige mini-airliner het wel verantwoord om de lucht in te gaan. Om me hen kijkend zag ik niet veel meer dan nevelige regen, maar goed, hij was de baas en ik wilde vliegen. Toen ik ook nog eens naast hem in de cockpit mocht zitten en alles wat de man deed van heel dichtbij meemaakte zorgde dat voor persoonlijke en jeugdige euforie. Vliegen wilde ik. Acht passagiers klommen achter ons in dat smalle toestel, de deur werd gesloten en de piloot startte de twee zuigermotoren. Ik keek professioneel met hem mee of de props wel draaiden. Met gesis van de remmen reden we naar de startbaan. Het regende nog steeds, maar met de ruitenwissers aan was het volgens mij goed te doen. Brullend startten we en draaiden linksom richting Amsterdam.

Hobbelend door de luchtzakken en knokken met de regen en af en toe een onweersflits klommen we naar 300 meter en maakten het verplichte rondje boven de stad. Ik genoot, zag buiten niks behalve wolken en regen, maar lette op de piloot en de instrumenten. Wat een geweldige vlucht. In de landing was het hard werken voor de piloot naast me, maar hij zette de kist uiteindelijk feilloos neer op het zgn. Oostbaantje van Schiphol. We taxieden terug naar de opstelplaats voor het kantoor van MAC. Ik bedankte de piloot en liep naar mijn wachtende ouders toe. Die zagen groen van ellende. Ik snapte het niet. Tot ik van hen hoorde dat op Schiphol tijdens mijn vluchtje groot alarm was geweest voor een Boeing 707 van PanAm die ergens bij Soesterberg in de buurt midden in het onweer was getroffen door de bliksem en ook nog eens rakelings langs een luchtmachtvliegtuig was gevlogen. Chaos aan boord en schade aan de kist het gevolg. Een tussenstop op Schiphol was toen nodig. En mijn moeder zag naar eigen zeggen al visioenen toen ze dacht aan dat kleine vliegtuig met mij er in. Ik was niet onder de indruk. Immers, goede piloot, lekker vliegtuig en ik zat zelf in de cockpit. Kon er gebeuren.? Niks toch? Daarna nooit meer voor iets bang geweest in die kisten. Overigens was de thuisreis op de fiets verschrikkelijk. Het regende intens en we kwamen tot op de draad nat thuis. Vond ik een stuk erger…(Beelden: Yellowbird archief)

Leven met de Vliegende Pijl – 43 – Pon – bleken wij toch niet echt….

Op een vrijdagmiddag laat ging de telefoon. Bij toeval was ik nog op de zaak en nam die centrale telefoon aan. Het bleek de secretaresse van de Heer H. R.* te zijn. Nu was dat voor mij iemand op grote afstand, maar hij was indertijd wel de grote baas van het autohuis van Pon waar men VW en Audi verkocht. De dame in kwestie vroeg me of ik verantwoordelijk was voor die Service-Mobielen en het persbericht. ‘Ja’ antwoordde ik oprecht. ‘Wilt u dan als de bliksem zorgen dat er een correctie op het persbericht uitgaat?! En ook dat de logo’s van VW en Audi van die door u geleverde servicewagens worden gehaald!?’. Mijn antwoord was dat ik dit toch wel even eerst met mijn ‘baas’ wilde overleggen. Dat het echter ‘nu vrijdag was en ik de man niet kon bereiken‘. ‘Ik geef u namens de heer R. de waarschuwing en opdracht om dit alsnog NU te doen’…dreigde de dame. Ik nam het verder maar even ter kennisgeving aan. Maandag was vroeg genoeg. Het bleek in dit geval te laat. Hoewel mijn directe chef Jaap van Rij er na horen van dit verhaal niets voor voelde om die logo’s van de auto’s te laten halen en al helemaal niet om het persbericht te herzien had deze affaire voor mij persoonlijk een paar vervelende gevolgen. Dat bleek op enig moment tijdens de Bedrijfsauto-RAI 1996.

Waar Skoda voor het eerst weer eens acte-de-presence gaf en voor een prikkie in een bescheiden stand Felicia PickUp’s en VanPLussen uitstalde. Op enig moment bleek er een rel te zijn uitgebroken waarbij de heren R*. en Van Rij over die Service-Mobiel-affaire kibbelden en R*. mijn ‘hoofd wilde laten rollen’. Ik had immers zijn expliciete via zijn secretaresse gegeven opdracht naast me neergelegd. ‘Ja zeg, het moet niet gekker worden’, was mijn antwoord toen ik hoorde wat ‘die malloot uit Leusden’ over mij afriep. Wilde men echt van mij af omdat ik niet bereid was geweest mijn baan op het spel te zetten door tegen de wil van mijn eigen directeur in te gaan? Hoe moest ik dan functioneren als Verkoopleider? Ik mocht dus kiezen uit twee kwaden? Ontslag of ontslag! Prima, maar dan zou het ook hard tegen hard gaan. Het eerste telefoontje naar mijn toenmalige advocaat bracht uitkomst. Er was geen grond voor ontslag, ik was immers loyaal naar mijn eigen directie en het zou toch te gek zijn als een andere directeur dan de mijne me een dergelijke sanctie zou kunnen opleggen. En ik stond strak en stijf achter ons merkbelang.

Goed voor mijn stemming of gemoedsrust van dat moment was het allemaal niet. Het leek wel een wespennest waarin wij ons bewogen en mijn PON-gevoel, voor zover al aanwezig, was compleet verdwenen. Het liep ogenschijnlijk met een sisser af allemaal, de partijen kwamen tot een compromis. Maar R*. vergat mijn naam nooit meer en toen hij later zelf verder klom in de hiërarchie van Pon nam hij op subtiele wijze wraak. Zijn wil was wet in de bubbel waarin hij toen qua mentaliteit verkeerde. Het gaf eens te meer aan dat wij met Skoda wel erg veel strijd moesten leveren. Zelfs intern bij Pon. En van een familiegevoel was dus weinig te merken. Dat kwam later pas, stukje bij beetje. Overigens scoorden we tijdens de bewuste BedrijfautoRAI nog best goed ook. O.a. het bekende hoofdstedelijke autoverhuurbedrijf Ouke Baas kocht met dank aan mijn persoonlijke relatie met de eigenaar/directeur van dat bedrijf, een aardig aantal Felicia PickUp’s en die werden jarenlang probleemloos door de Gemeente Amsterdam gebruikt. Dat compenseerde het negatieve gevoel dat PON me persoonlijk indertijd bezorgde tenminste nog een beetje. Wordt vervolgd! (Beelden: Yellowbird archief/Skoda/Pon Mobiel – *)naam omwille van privacy weggelaten)

 

Edam….

WP_20160813_018De eerder verhaalde opvolging van Tommie door een nieuwe navigator voor in de auto maakte dat we op de dag van aanschaf van die nieuwe wegwijzer in zakformaat onderweg waren van Hoorn naar onze eigen hoofdstedelijk omgeving, maar dan wel via de IJsselmeerdijk en de weggetjes die daarlangs leiden. Een aan te raden route voor als je wilt onthaasten of houdt van schapen tellen. Af en toe even stoppen en op de dijk naar het water en de boten kijken. Vanuit Warder, een van de gehuchtjes daar, kan je bij goed zicht Amsterdam zien liggen. Een tussenstop voor een broodje en wat thee maakten we in Edam. Nu ligt dat b.w.v.s.. op fietsafstand van Amsterdam, ik ben er in mijn bewuste leven nooit echt geweest. Wel in de buurgemeenten Monnickendam of Volendam. Maar Edam kende ik alleen van de kaas die men daar maakt met een wereldwijd bekende klank.

WP_20160813_024Dat Edam is best een aardig plaatsje. Onderdeel van de Gemeente Edam-Volendam kent het in totaal 28.500 inwoners. De naam van het stadje is afgeleid van het feit dat men indertijd gelegen was aan de rivier de IJe of E. En dat leidde dan weer tot Edam. Dat riviertje mondde ooit uit in de Zuiderzee, maar werd later omwille van de veiligheid (bij slecht weer en hoogwater wilde de boel nog weleens blank komen te staan) afgesloten. De haven van de stad was daarmee een zinloze onderneming geworden, men richtte zich dus uit nood op andere vormen van nering bedrijven. Kaashandel was daarvan een heel belangrijke en dat deed men met verve toen de (zee)havens dicht moesten.

WP_20160813_028Toch is goed te zien als je in het buitengewoon fraaie historische hart van de stad loopt dat men hier goed geld verdiende in de jaren van die handel. De huizen zijn buitengewoon rijk, de trapgevels doen denken aan Amsterdam en ook de grachtjes helpen bij dat beeld. Er staat een heel fraaie kerk, de St.Niklaas, die een toren heeft die je elders in het land niet ze snel zult aantreffen. Die toren noemt men een speeltoren en stamt uit de 15e eeuw. Voor wie zoekt naar vermaak, dat is er genoeg. Een museum, de nodige horeca, rondvaarten, markten, en voor wie een leuke foto wil maken in de vorm van een selfie op locatie moet daarvoor echt even op de brug bij de Dam gaan kijken vlak bij het stadhuis. Wonderlijke stenen constructie, maar bij glad wegdek niet aan te raden met glad schoeisel. Edam was een prima tussenstop. Wij genoten er even van de gastvrijheid en de omgeving. Net als een bundeltje toeristen die er vermoedelijk per fiets verdwaald waren geraakt maar er nu blij verrast rondliepen. Met iets lekkers in de hand vaak. Helaas geen brokken kaas. Die nam men vermoedelijk mee naar huis.

Weer…

Het heelalTerwijl we ons door een van de koudste oktoberweken van de afgelopen 25 jaar heen worstelden kon ik toch niet anders dan denken aan al die lieden die maar blijven beweren dat we te maken hebben met een door mensen veroorzaakte opwarming van de aarde. En mijn twijfels daarover. Immers, in de hele wereld is te zien dat we van doen hebben met al dan niet langdurige extreme omstandigheden. Maar ook met meteorologen en oceanografen die melden dat het gevreesde ‘El ninjo’ effect daarvoor schuld draagt. Dat El Ninjo-effect doet zich voor in de Stille Oceaan ten oosten van Afrika en werkt door in alle andere oceanen. Het gaat om een plotselinge draaiing van de normale koude- en warme golfstromen. Daardoor wordt de atmosfeer beinvloed en veranderen patronen ven jarenlang min of meer gemiddeld weer. Was altijd al zo, werd ontdekt in de jaren zeventig van de vorige eeuw. Indertijd wist men het ook zeker; de aarde werd kouder en kwam een kleine of grote ijstijd aan en dat zou zeker leiden tot enorme economische schade in het minst erge geval, maar tot uitroeiing van de mensen en dieren als schepselen ‘gods’ in het ergste. Maar het ijs kwam niet.

20061001110700_flashesWe kregen een paar jaar later te horen dat de verzuurde regen ons allen tot een voortijdig einde zou brengen. Weer een fase in de ontwikkeling verder waren het de gaten in de ozonlaag en weer later de smeltende gletsjers en polen. Kortom, elk tijdperk kent zijn eigen voorspellingen, zijn onheilsprofeten en door de ontwikkelingen van media en nieuws, zijn eigen dynamiek. Opvallend vaak (b)lijken de politieke oplossingen hetzelfde. Men doet niets aan de mogelijke gevolgen van al dat onheil. Nee hoor, als het water of het ijs komt dan zien we wel, maar verhoogt wel de milieubelastingen om zo de kas te vullen voor leukere dingen. ALS het water dus met meters zou stijgen laat men op basis van die schatkisten de bevolking gewoon verdrinken?! Nee natuurlijk. Het zijn argumenten om de eigen bevolking te laten opdraaien voor beleid dat  nu al decennia lang verkeerd is als je echt denkt dat de mensen en niet de natuurlijke fenomenen schuld dragen voor wat er qua weer en verandering in milieu aan de gang is. Wie niet horen wil moet maar voelen.

OLYMPUS DIGITAL CAMERA

In hoeverre horen wij dan niet? Nou, als je de GroenLinkse propaganda zou blijven volgen moet het hele verkeer worden lam gelegd, is reizen uit den boze, behalve per zeilschip, moeten forenzen maar op de fiets en zou de stadsverwarming moeten draaien op door windmolens opgewekte energie. Alle andere vormen van gebruik van energie zijn uit den boze en dienen extra te worden belast. Net als geluk of plezier. GroenLinks denken is gebaseerd op alles beter weten voor het volk. Ook wanneer en op welk moment dat volk mag lachen of wanneer het moet huilen. Een filosofie die gelukkig door 90% van de burgerij niet wordt onderschreven. Ben ik dan voor het blijven potverteren van grondstoffen die ons aan dat geluk kunnen helpen? Nee natuurlijk! Maar zolang we niet in staat zijn om tien jaar vooruit te kijken v.w.b. ontwikkelingen op het gebied van wat ik hiervoor beschreef zie ik niks in verder steeds maar hoger belasten van gebruik. Zoek nu eens naar alternatieven die geen kapitalen aan subsidies kosten. Zoals windmolens. Daarvan draait er echt geen een zonder subsidie en die dingen zijn vreselijk voor het landschappelijke uitzicht. Maar wellicht is dat ook wel een bijna ouderwets inzicht. Anno 2015 zijn die dingen lelijk. Over tien jaar vinden we ze mogelijkerwijs prachtig! Niet te voorspellen, net zo min als het weer. Kijk eens naar buiten en bedenk dan eens dat diezelfde blik van 40 jaar geleden had kunnen inhouden dat we nu tot het dak in het ijs hadden kunnen zitten. Niets is zeker, dus zeker niet die voorspellingen van onheilsprofeten!