Hollands trots…DAF!

Hollands trots…DAF!

Ik heb al eens (100520)aandacht gegeven aan DAF als fabrikant van personenwagens, maar dat onderdeel van haar geschiedenis is maar een klein stukje van het geheel. DAF startte ooit als een aanhangwagenfabriek in Eindhoven en werd daar aangestuurd door de familie van Doorne die al snel doorhad dat in het naoorlogse Nederland een grote behoefte was ontstaan aan stevige trucks en uiteraard opleggers en aanhangers. Al snel was de eerste DAF-truck een feit. Frontbestuurd, met een voor dit merk zo kenmerkend uiterlijk. Motorisch en technisch winkelde men bij het Britse Leyland of Perkins die in die periode een grote naam hadden in truck/busland.

De eerste DAF’s waren zgn. 5-tonners waarmee je een beste truck in huis haalde die in ons eigen land al snel aardig wat successen boekte. Al snel werden de DAF’s ook benut om bussen op te bouwen, terwijl de truckfamilie wagens kende die aanhangers trokken of opleggers, en soms ook als kiepauto dienst deden. De catalogus van DAF verbreedde zich al snel, de trucks werden groter en zwaarder en de basisversies kregen gezelschap van grotere types die jarenlang een vaste waarde werden en bleven op de Europese wegen. Want ook in het buitenland boekte DAF aardige successen.

Niet in de laatste plaats doordat men o.a. aan het Spaanse Pegaso licentierechten verleende voor deze trucks. Ook onze krijgsmacht werd een trouwe klant van DAF. Veel oudere dienstplichtigen reden met DAF’s in de rondte en ook die wagens hadden een zekere naam en faam. Later modellen verloren hun ronde vormen, en werden hoekig, straalden kracht uit, maar boden ook meer leefruimte voor de chauffeurs en/of hun bijrijders. De serie 2600 kwam op de markt, gevolgd door de 2800 en zo ging dat door. DAF werd een grote naam in truckland maar het bedrijf kreeg ook steeds meer concurrentie van buitenlandse merken als Volvo, Scania, Mercedes of MAN. Door de jaren heen moest DAF soms de financiering op orde zien te krijgen, men verkocht aandelen aan International Harvester in de VS.

Dat laatste had tot gevolg dat men ook componenten uit de VS in de DAF’s ging toepassen. Later zou ook Terex uit de VS een belangrijke rol gaan spelen. DAF zelf ging op enig moment nauw samenwerken met Leyland in het Verenigd Koninkrijk. Daar ontstonden hierdoor wagens die als LDV (Leyland DAF Vehicles) door het leven gingen en DAF zo in haar portfolio van modellen nu ook bestelwagens en lichte trucks kon aanbieden. Lucratieve handel. Met al die internationale contacten en fusies bestaat DAF nog steeds en is net als voorheen een grote naam. Aardig is te vermelden dat veel DAF-techniek te vinden is in de Tsjechische Tatra trucks die tegenwoordig ook in ons land weer worden verkocht. Deze voldoet aan de strengste Europese regelgeving op gebied van milieu en uitstoot. DAF bewijst door haar geschiedenis en handel waar een klein land groot in kan zijn. En Eindhoven kent uiteraard als bakermat van dit geheel een erg aardig museum dat voor liefhebbers echt een aanrader is. (Beelden: Archief)

Marktplaats…

Marktplaats…

Jaren deed ik er niks meer op. Te veel malloten en te weinig daadwerkelijke verkopen. Mijn conclusie was dus al snel ‘laat maar zitten’. Maar dan krijg je te maken met een collectie zoals ik die al eerder beschreef van mijn overleden vriend Cees. Op 13 augustus maakte ik de lezer hier al deelgenoot van wat je aan moet of kunt met een omvangrijke collectie van een gepassioneerd verzamelaar. Hoe dan ook, de afwikkeling vroeg de nodige tijd, aandacht en een herintreden op Marktplaats. De resultaten vielen me niet tegen.

De goede en soms zeer waardevolle modellen van Cees vonden hun weg naar even grote liefhebbers en die betaalden beste prijzen. Zijn maatje voor het leven tot tranen geroerd door de onverwachte opbrengst. Zij had zelfs niks met die collectie maar was wel blij dat het niet in de vuilnisbak verdween of net als zijn grote archief moest worden geschonken aan het Aviodrome. Niks daarvan. En het is soms heel leuk hoe dingen gaan. Zo was er die koper uit Zuid-Holland die meteen een hele serie vliegtuigmodellen kocht, waardoor ik met hem een deal sloot om het spul in zijn buurt af te leveren. Toevallig woont ex-blogster Thamara, met wie wij een zeer grote vriendschapsband voelen, in die omgeving en konden we zo het nuttige met het aangename verenigen.

Bleek dat de koper (beroepsfotograaf) het door Thamara bewoonde huis ooit voor een makelaar in beeld had gebracht. Cirkeltje rond. Kon nog gekker, want een andere koper bleek bij bezoek aan de plek waar de echt grote modellen nog stonden, al eens eerder bij Cees zelf wat te hebben gekocht en afgehaald. Gold ook voor een derde koper…en dan blijkt het cirkeltje wederom rond en de verzamelaarskring relatief overzichtelijk. Bij goedkopere modellen is het nog steeds klooien. Dan blijkt de meer dan redelijke vraagprijs vaak toch reden om nog eens lekker aan die prijs te knabbelen. Anderen komen liever langs om het spul op te pikken en dat is handig en goedkoper. Maar dan moet je wel komen natuurlijk. En als ik uit het verleden ken, je spreekt af, je wacht, ziet de klok voorbij het tijdstip lopen van de afspraak en dan krijg je een appje dat de koper toch maar afziet van dat langskomen. Grrrrr. Hoe dan ook…het blijft een avontuur. En ik leer er van….Want uit de eigen collectie kunnen we zo ook wat zaken op dat digitale marktplaatsje neerzetten. In de hoop dat. Overigens blijven er ook modellen (prachtig, en niet te hoog geprijsd..) onverkocht. En dat valt dan weer tegen. Net zoals we een werkelijk schitterend boek (nieuwprijs 159 euro) voor 50 euro in meer dan goede staat plaatsten en dan als hoogste bod 15 euro voorbij zagen komen… Dat is niet alleen vreemd, het is gewoon beledigend…. (beelden: Prive)

Later…..

Later…..

Veel jonge mensen denken nogal eens in termen als ‘later als ik groot of volwassen ben dan….’. Ze bedoelen daarmee dan dat ze later in hun leven dit of dat nog zouden willen bereiken. Rijk of beroemd worden komen dan al snel als te behalen begrippen of doelstelling boven. Soms willen ze domweg gelukkig worden, vader of moeder zijn, reizen maken, een sportwagen bezitten dan wel pakweg piloot of chirurg als beroep uitoefenen. Later, het leven heeft zijn loop genomen, dromen mensen nogal eens van allerlei andere zaken, al zitten er tussen die vaak vasthouden aan die oorspronkelijke dromerij. Maar wat als dat later er ineens sneller is dan je dacht? Dat je zo maar op een leeftijd zit die de kansen op het bereiken van al die doelen niet bepaald gaat helpen.

Dat je ontdekt dat je fysieke of geestelijke vermogens je niet in staat stellen om te komen tot het leven als je ooit had bedacht. Wat doe je dan? Kniezen? Bij de pakken neerzitten en accepteren?? Ik heb genoeg mensen leren kennen die vooral dat laatste doen. Dat geeft ze rust, minder stress. Maar er zijn er ook die koste wat het kost tot doelen willen komen die ze ook eerder in hun leven stelden. Parachute springen of een heel verre reis maken, met haaien zwemmen of met iemand van het eigen geslacht het avontuur zoeken. Ik geef maar wat voorbeelden.

Daarbij is het handig om ook even mee te nemen wat dat ‘later’ dan precies is. Want het kan ook leiden tot uitstelgedrag. ‘Nee, dit jaar niet, maar over een paar jaar wil ik echt……’. Vul maar in. Helaas zitten we als mensen zo niet in mekaar. Slechts communisten geloven in de geleide economie en vijfjarenplannen. Normale mensen niet. Althans zouden dat niet moeten doen. Want morgen kan het licht wel uit gaan, of ontstaat er een wereld die je nu niet wilt bedenken maar je als volk en individu in het ongeluk stort. Je hoeft maar een blik op die wereld om ons heen te werpen en te zien dat de bedreiging van ons veilige geregelde leventje door extremisme, fanatici of gewone moordenaars ineens kan eindigen. Om het over akelige ziekten maar niet eens te hebben. Dan is later ineens heel relatief. Als kind moet je daar niet mee bezig zijn natuurlijk. En blijven dromen, vooral dat. Over prinsen op het witte paard (mag ook een prinses op een roze pony zijn uiteraard), de rijkdom van Dagobert Duck of het talent van een operazanger(es). Want als er niks te dromen valt is het leven van kinderen net zo triest als van de lieden onder hen die juist onder de kneveling van een of andere doctrine worden verplicht tot doen van zaken die wij hier als barbaars ervaren. Kortom, leef en droom nu en stel niet uit. Echt, je leven wordt er een stuk leuker door. Ik deed veel van die dingen en de in mijn jeugd gestelde doelen werden of zijn aardig bereikt. Maakt een mens zeer gelukkig. Maar je moet dan nog wel zelf de slingers ophangen uiteraard…..Jullie mogen zelf dromen over welke….(beelden: archief/internet)

Doorrijden….

Doorrijden….

De gemiddelde leeftijd van auto’s die via via uitkomen bij sloperijen is tegenwoordig een krappe 20 jaar. Elk jaar stijgt die leeftijd. Niet in de laatste plaats omdat de gemiddelde auto beter werd of wordt gebouwd, maar zeker ook af fabriek meer bescherming meekreeg/krijgt tegen de bekende roestduivel. Ik heb heel wat notoire roestbakken voorbij zien komen in mijn professionele leven en elk vooroordeel over herkomst landen of merken klopte. Er waren ooit merken die zeker wisten dat hun auto’s al na 7 jaar de bruine hemel in gingen, doorgerot, uitgediend. Dat is tegenwoordig echt voorbij.

Het gebruik van hoogwaardiger materialen, beter onderhoud, en veel dito bouwkwaliteit dreven niet alleen de prijzen op maar ook de leeftijd waarop een auto uitgediend raakt. Rond de eeuwwisseling werden veel auto’s voorzien van een volledig verzinkte carrosserie en werd elke holle ruimte ingespoten met hete was die vocht en roest buiten de deur hielden. Resultaat, auto’s gaan langer mee en omdat ze ook meer kosten worden ze langer op de weg gehouden. De afschrijving is ook anders dan vroeger. Sommige zuinige wagens schrijven domweg heel anders af dan een auto die er nog steeds brandstof of stroom doorheen jaagt als een Tempelier. Daarbij komt dat die tweedehands auto dus vaak ook profiteert van de roestbescherming en die veel betere kwaliteit maar zeker ook de enorme prijzen die worden gevraagd voor nieuwe exemplaren.

Jammer voor de slopers, tegenwoordig autorecycling-bedrijven genaamd. Dat laatste helpt ook om onder bepaalde regelgeving hoogwaardige materialen als zitten in accu’s zodanig te verwerken dat ze later opnieuw kunnen worden gebruikt. Van die accu’s kunnen bedrijven soms ruim 70% her gebruiken. Dat scheelt toch weer een slok op de slavernijborrel. Want veel van dat spul wordt normaal gevonden in mijnen waar kinderen, vrouwen en gevangenen onder dwang werken. Hoor je zelden iets over want past niet in het linkse verhaal over klimaatvriendelijkheid en zo meer. Maar dit terzijde. Recycling is dus een realiteit binnen de autobranche. Een compliment waard want in veel andere industriele sectoren is men nog lang niet zo ver. (RAI/ARN) (Beelden: archief)

Ratten en kakkerlakken…

Ratten en kakkerlakken…

Ons land heeft al een tijdje last van ratten en kakkerlakken. In eerste instantie vooral in de zin van types die niet schromen om oudjes op te lichten door zich voor te doen als bankmedewerkers of als politiemensen die alle cash en juwelen van ouderen graag even meenemen. Een broertje dood aan werken zal de basis vormen voor het denken bij deze types maar ik hoop altijd dat ze door veredeling van hun genen tot inkeer komen.

Geldt ook voor de figuren die in roedels of bendes ketens als de Kruidvat leegroven om elders (op de Balkan) de buit te verdelen of te verpatsen. Lastig aan te pakken. Geldt ook voor de lafbekken die vooral in groepsverband enkele mensen het licht uit de ogen slaan of schoppen om allerlei onduidelijke redenen. Woest makend gedrag en als ik dan vaak lees wat ze n a oppakken en berechting voor straffen krijgen snap ik wel dat een belangrijk deel van ons land niet staat te trappelen om achter lieden als Timmermans of Klaver aan te hobbelen.

Ongedierte moet je bestrijden, niet koesteren. Kom ik nu tot de letterlijke vormen van ongedierten. Of het nu rent, kruipt of vliegt. Ratten, muizen, kakkerlakken en zo meer. Tegenwoordig in aantal flink groter dan de mensheid. En als je kijkt naar wat er in onze stad zoal op straat loopt of rent weet je dat het met de bestrijding van ratten of muizen net zo is gesteld als met die overd(ve)rachtelijke types die ik eerder beschreef. Men pakt het met veel te zachte hand aan.

En dus verspreidt het knaagdierenvolkje zich met grote snelheid en moet je niet vreemd opkijken als je van de GGD hoort dat in elk Amsterdams huis van voor de jaren 80 muizen vrijpostig hun aanwezigheid claimen. In vrijwel alle parken of voor natuur doorgaand groen lopen ratten rond. Logisch, want vuilnisbakken puilen uit, de gemeente geeft het geld liever uit aan andere zaken dan de vroeger zo actieve ambtenaren bij de Reinigingsdiensten, dus mee leren leven is het credo. Diervriendelijkheid wordt aangeroerd als argument, geldgebrek als tweede. Want de gemeentebestuurders onderhouden liever goede banden met andere reactionaire types dan met de volksgezondheid. Ik stam nog uit de tijd dat ratten echt werden bestreden. En dat je ze in die periode langs de boorden van de Amstel ook al zag lopen, maar zeker wist dat de stoere kerels op de kolenschuiten die daar toen nog lagen er wel raad mee wisten en ze met grote schoppen dood sloegen. Harde aanpak, effectief beleid, niet koesteren maar in het geval van die viervoeters uitroeien. Het gaat op voor het een en het ander. Zachte heelmeesters maken stinkende wonden en de zwarte pest is niet overgebracht door engelen of de duivel maar gewoon door ratten. Geldt ook voor andere ziekten….. Dus doe eens wat gemeente Amsterdam en andere overheden die het probleem kennen maar net doen of het niet bestaat! (beelden: internet/prive)

Klantvriendelijk en gericht huizen kopen…

Klantvriendelijk en gericht huizen kopen…

Onlangs ging ik mee met een familielid om eens te kijken naar wat huizen die voor haar en partner kunnen zorgen voor wat meer rust en leefruimte. Van het westen van het land naar het oosten. Daar, in dat oosten, op het eerste gezicht nog betaalbare huizen van goede kwaliteit vinden is een mindere uitdaging dan in de oververhitte woningmarkt in onze streken. Bedenk maar eens dat een beetje etage (50-70m2)in onze stad tegenwoordig weg gaat voor 6-9 ton in een gemiddelde buurt, iets luxer gaan we het miljoen rap voorbij.

Dat is dus ook zo voor eengezinshuizen in keurige straatjes van een randgemeente. Je valt ondersteboven van de prijzen die daarvoor worden gevraagd en gekregen. Want kennelijk klotst het geld tegen de plinten bij veel huizenkopers. Een beetje overbieden is geen thema meer en zelfs in Almere, ooit toch het stiefkind van de markt in deze hoek van het land kom je niet weg voor de vraagprijs maar moet er stevig worden overboden. Nou dat zal elders wel anders gaan. Dus op een zonnig augustusdag reden we naar het oosten.

Een leuk stadje waar b.w.v.s. de grasvelden nog met een nagelschaartje worden bijgeknipt, fatsoen nog met hoofdletters geschreven wordt en de mensen op straat voldoen aan het beeld van Barbie en Ken. Het eerste huis wat op de lijst stond bleek een keurig nette middenwoning aan een stille straat. Mooie voortuin. Binnen wachtte ons een soort personal trainer. Overhemdje, buikje, net even te popi jopie en met de stopwatch in de hand werden we langs alle belangrijke kamers en zaken van het (duidelijk opgeruimde) huis gejaagd. Vrouwlief ontdekte dat de boel binnen niet fris rook. Rare lucht, maar we hadden het letterlijk snel gezien, 17 mnt later stonden we buiten. Tot over 4 dagen mocht er geboden worden……Een militaire sergeant had ons niet sneller door een dagmars kunnen leiden…

Nou dan maar even een bakkie koffie met iets lekkers, tijd zat. Tweede huis bekeken we in de middag. Meer dan netjes, onlangs fraai gerestaureerd, strak in de lak, nette prijs. Heel aardige makelaar. Commercieel ingesteld, we hadden al snel allemaal haar werkadres, want je wist maar nooit… Ook daar liepen we zowat in de file, zoveel belangstelling. Hoe dan ook…eenmaal thuis, dat tweede huis werd de optie voor een bieding. Weet je wat, we doen een stevig bod. Flink boven de vraagprijs! Dan weten we zeker dat….. Nou mooi niet. Kort na de gestelde deadline voor die biedingen kwam er een mailtje, ‘sorry uw bod was te laag, met vriendelijke groet’…. Ook daar is men dus stapelkrankzinnig. En als ik dan alles optel en zie waarvoor die huizen ook daar in de regio dan weggaan weet ik wel dat die woningmarkt op alle fronten vast zit en het voor instappers compleet onmogelijk is om iets aardigs en betaalbaars te vinden. Kennelijk hebben die kopers heel veel extra geld achter de hand om die biedingen te kunnen doen. Of ouders met een pot geld die ze graag uitdelen. Binnenkort gaan we weer neuzen. Op een andere plek, eens zien wat dat brengt. Maar na die recente ervaringen ben ik best een beetje terughoudend over het te verwachten resultaat. Slechts echte ‘klushuizen’ zijn te betalen….de rest…? Gewoon vergeten…… (Beelden: Archief)

Veiligheid..

Veiligheid..

Ooit, in een wereld van pakweg 50 jaar geleden, waren we gewend aan een aantal verkeersdoden dat we nu zouden toeschrijven aan terreur, gekte, rampen en zo meer. Meer dan 3000 mensen per jaar verloren jaarlijks het leven, nog veel meer raakten gewond in ons dagelijkse verkeer. Hoe dat kwam? Er reden veel minder auto’s rond, wel veel meer brommers, fietsers etc. Als het mis ging was het meteen ook goed fout. Een beetje auto van toen had vrijwel nul veiligheidsvoorzieningen, de gordel draagplicht kwam pas in 1971 in de wetgeving te staan en ook toen waren er heel wat tegenstanders met de wonderlijkste gedachten over wat je kon overkomen met die dingen om.

Dat je bij een crash zonder gordel dwars door de voorruit werd gelanceerd met alle gevolgen van dien, of gespietst werd op het onbeschermde stuurwiel, men had geen idee. Tegenwoordig zitten auto’s helemaal vol met die veiligheidssystemen en het worden er elk jaar meer. Airbags op alle plekken, ABS, noodremsystemen voor in de stad, kooiconstructies die ook voetgangers beschermen, digitale sensoren die voor van alles en nog wat waarschuwen, ook als je van je baan afraakt of in slaap dreigt te vallen. Dat zijn er nog maar een paar.

Bij fietsers zie je nu pas eigenlijk het besef dat heel hard rijden op een elektrische fiets (fatbike) zonder enige bescherming wellicht niet zo handig is. Bedenk maar dat men in Duitsland al heel lang de helmplicht kent voor fietsers. Hier vrijwel onbekend. Jonge types zonder enige kennis van de regels raggen op hun trendy fietsjes overal dwars doorheen en worden geschept omdat ze de snelheid van het overige verkeer niet kunnen inschatten. Onlangs in Amsterdam (een van de door extreem links bestuurde steden) waar je met de auto nog maar 30km/u mag rijden werden we links en rechts ingehaald door die tweewielers. Zonder besef van richting aangeven knalt men je voorbij, vliegt de stoepen op en af en kijkt je boos aan als je voorrang neemt omdat men ook die basis regels niet kent. Niet zo gek om dan te zien dat juist deze groep verkeersdeelnemers ook afgelopen jaar weer aan de top stond van de ongeval statistieken met een dodelijke afloop. Gelukkig daalde het aantal verkeersdoden in ons land wel stevig, met een procent of tien, waarbij het aantal mensen dat het leven laat als inzittende van een auto steeds verder afneemt. Bij de overleden mensen op een tweewieler reden er 40% van op een elektrische fiets. In de statistieken (in totaal 684 doden) zien we dat het aantal voetgangers op 71 staat en dat ook 53 mensen in of op een scootmobiel het leven lieten. Confronterende gegevens. En voor de goede orde, van alle fietsende slachtoffers kwam maar liefst 32% om het leven zonder ook maar in contact te zijn geweest met andere verkeersdeelnemers, men viel gewoon ongelukkig…. Cijfers liegen niet. Feiten zijn keihard. Ik pleit voor een helmplicht voor hen die op een elektrische fiets rijden of op een racefiets. Gaat vast schelen. Net zoals die gordels in auto’s….(beelden: Archief)(Bron:CBS)

De Pijp….

De Pijp….

Wie mij al wat langer volgt en echt leest weet dat ik als Amsterdammer af en toe even terug grijp naar een jeugd die zich voor een deel afspeelde in Oud-Zuid. De scheiding tussen onze wijk en die andere die als De Pijp bekend stond werd gevormd door de chique Ceintuurbaan die de Concertgebouwbuurt verbindt met Oost. Langs die lange straat lagen dus diverse wijken die vooral in de 19e eeuw waren ontstaan en als schillen door de tijd heen waren gebouwd langs de lijnen van voormalige vaarten en sloten van het meer agrarische Nieuwer-Amstel. Onze wijk sloot in zuidelijke richting weer aan op de buurt van Berlage die begin 20e eeuw was neergezet. Het maakte vaak nogal uit waar je vandaan kwam.

De ene buurt toch meer volks dan de andere, het nieuwere Zuid ooit het domein van beter gesitueerde Joodse mensen die helaas tijdens WO2 door de Duitse bezetter op de bekende gruwelijke wijze werden afgevoerd. Hoe dan ook, ons Oud-Zuid was een soort tussenbuurt waarin het middenstandersleven zich combineerde met veel bedrijvigheid en de nodige arbeidersfamilies die zich veelal verwant voelden met elkaar. Latere stadsbesturen besloten om al die wijken op een hoop te vegen en ze onder te brengen in nieuwe ‘stadsdelen’ waardoor het kon gebeuren dat ook onze oude woonwijk werd ingedeeld bij ‘De Pijp’ en stukken Oud-West werden toegevoegd aan ‘Zuid’.

Je kunt maar bezig zijn als ambtenaar. Hoe dan ook, over die levendige buurten die later 1 werden vond ik onlangs in Lelystad (..) een aardig boekje dat beschrijft hoe mensen indertijd grote of kleine gebeurtenissen beleefden. Het is een uitgave van Bas Lubberhuizen uit Amsterdam en is deel 6 uit de Bibliotheek van Amsterdamse Herinneringen. De uitgave uit 2005 (105 pagina’s) staat vol anekdotes die je als lezer best een glimlach op de lippen weten te toveren vanwege de herkenbaarheid. Ook het katholicisme en de grote rol die dat speelde in juist deze buurten van de Hoofdstad werd aangehaald. Ik genoot er van. Maar ja, ik ben dan ook een Amsterdammer…. Een echte! Geen import-dorpeling zoals veel van de huidige stadsbestuurders met hun linkse signatuur. Die zouden het liefst de hele geschiedenis van de stad en haar specifieke cultuur uitgummen. (ISBN 90 5937 081 3) (Beelden: Archief/prive)

Contact…of niet…

Contact…of niet…

Hoe vreemd het (mij) ook lijkt, er zijn stellen die prima samen kunnen leven zonder echt contact met elkaar te maken. Ze leven ieder hun eigen leven en komen (denk ik) mekaar weer tegen aan tafel of in bed. Maar ze delen weinig van hun dagelijkse beslommeringen of gedachten. Naar mijn mening is dat een ongewenste situatie maar echt er zijn psychologen of mediators die in de theorie van de gedachtenscheiding geloven. Voor mij is dat ondenkbaar maar ik ben dan ook een communicator. Met velen, maar zeker de vaste partners. Daartoe ben je met elkaar samen gaan leven is mijn idee, en alles wat je daarna met elkaar kon of kunt delen is bonus.

Ik kijk en observeer als meninggever regelmatig om me heen en schreef al eens eerder over paren die ik dan tegen over elkaar zie zitten en die consequent langs elkaar heen kijken en er het zwijgen toe doen. Wellicht past dit bij enige leeftijd en het idee dat ‘alles al is besproken’, maar als mensen jonger zijn en elkaar nog zouden moeten ontdekken….nee, vreemd. Toen wij onlangs met onze vriendjes in Amsterdam bij dat leuke en besproken Argentijnse restaurantje zaten en rond keken zagen we een dergelijk paar achter ons. Met enige regelmaat viel ons (je moet leren kijken zonder dat het opvalt..) op dat de stoere jonge vent die daar zat met een aantrekkelijk blonde schone juist dit gedrag vertoonde. Meer dan een half uur was er diepe stilte en keken ze intens langs elkaar heen.

Niks te vertellen? Niks meegemaakt vandaag? Niets te melden over de (op het oog) lekkere drankjes, het menu, keuzes of over haar uiterlijk? Pas toen de bediening van het restaurant naar hen toe kwam om de bestelling op te nemen zagen we dat ze niet echt met stomheid geslagen waren. Daarna werd het weer stil. Je vraagt je dan als observator af waarom mensen bij elkaar zijn. Dat is toch ook bedoeld om te delen? Om elkaar de liefde te verklaren of duidelijk te maken dat je juist op vakantie of zo de zin hebt om samen dat verblijf nog intenser te maken? Thuis wacht dan vaak de sleur, zo hoorde ik onlangs een van tv bekende seksuoloog uitleggen. En omdat die sleur op de loer ligt, komen er veel scheidingen voor (1 op 3) na vakanties. Want als men dan al fysiek contact maakt tijdens de vakantie of stedentrip doet men van beide kanten zijn/haar/hun best het fraaiste van zichzelf te geven of te schenken. Maar ik denk dan toch dat er iets aan vooraf moet gaan.

Complimenten, sfeer verhogende daden, aanrakingen, cadeautjes desnoods, maar duidelijk meer dan een zwijgzaam verlopen diner.. Tuurlijk, het is en blijft mijn persoonlijke mening. Maar genoemde observaties die middag en avond maakten dat wij er als vriendenstel uitgebreid over spraken. En dat ook zij (communicatief even sterk) zich iets dergelijks niet konden voorstellen. Pas als de koek op is valt het praten stil was onze conclusie. En dan moet je niet meer samen op vakantie gaan maar juridische hulp zoeken om de boel uit elkaar te halen zonder al te veel fricties…Moet je over de verdeling van de spullen of huisdieren dan wel de kinderen toch weer met elkaar praten. Maar ja, ook dat zal dan wel via diverse adviseurs gaan. Want als je gewend bent te zwijgen en de eventuele liefde omslaat in haat moeten andere mensen de boel redden. Nou voordien heb ik wel verteld wat ik er van vind. Jullie ook?? (Beelden: Archief/Internet)

Die beginjaren van de luchtvaart…

Die beginjaren van de luchtvaart…

Ik berichtte al eerder over die jaren waarin de luchtvaart vooral bedoeld was voor post, vracht en avonturiers. Na WO2 was de wereld echter totaal veranderd. De vliegtuigen van voor WO2 waren doorontwikkeld tot potente transportmachines waarmee je in redelijke tijd grote afstanden kon afleggen. Wezenlijk voor het vervoer van de belangrijke lieden uit die tijd en natuurlijk de rijken. Diplomaten of grote ondernemers hadden hun belangen vaak gevestigd in vanuit Nederland gezien ‘veraf’ oorden en hadden weinig behoefte meer aan bootreizen die vele dagen tot weken van hun toen ook al spaarzame tijd vroegen.

De romantiek van de zeevaart verdween, die van de luchtvaart brak aan. Naar Indie, New York, Suriname, maar ook Zuid-Afrika of pakweg Israel. De beter gesitueerden konden het zich veroorloven en vlogen mee in Douglassen DC-4, 6 of 7’s, of in de fraaie Lockheed (Super) Constellations of Boeing Stratocruiser met zijn twee dekken.

Binnen Europa vloog je met een Convair of Dakota, later de gierende Vickers Viscount. De Britten namen al snel de Comet 1 straalmachine in gebruik en vlogen boven al die dreunende propliners in alle stilte naar de door hen bestierde overzees gebieden. Toen dat door technisch falen fout ging raakten ze op achterstand en konden de Amerikanen met hun splinternieuwe straalvliegtuigen als de Boeing 707 of DC-8 de hegemonie in de lucht overnemen van de Britten en Fransen.

Die laatsten brachten halverwege de jaren vijftig weer hun Caravelle straalmachine voor de korte afstanden. Een toestel dat al snel vliegafstanden binnen Europe beperkte tot pakweg een uur. En bedenk maar dat de treinen ook toen al geen enkel alternatief boden voor die snelle vliegtuigen. Dat gold ook voor het geboden comfort en de catering aan boord. Slechts zij die geen haast hadden stapten in die treinen van toen.

En vonden overstappen een fraai onderdeel van hun reizen. De vliegreiziger keek daar met enig dedain naar. En terecht. Grappig was ook dat je op Schiphol goed kon zien dat elk land zijn eigen vliegtuigen bouwde en benutte. KLM was een mix der culturen en kocht Amerikaanse toestellen naast Britse en heel schoorvoetend af en toe een Fokker. Wanneer werd die luchtvaart echt iets voor het volk?

Nou toen charterbedrijven als bij ons Martin’s Air Charter en Schreiner Airways vakantievluchten gingen aanbieden naar Zuid-Europa. Veelal met oudere toestellen die ze voor een relatief prikje konden overnemen van de grote maatschappijen. En aan het einde van de jaren zestig toen de eerste enorme jumbo-jets als de Boeing 747 werd geintroduceerd. 2.5 keer zo groot als een Boeing 707 en in staat om 450 passagiers in een keer te vervoeren. Maar dat is een ander verhaal. De liberalisering van de luchtvaart maakte de wereld kleiner, verre bestemmingen ook voor normale hardwerkende mensen bereikbaar. Tegen zeer betaalbare prijzen. En dat is nu nog zo. Een wereld zonder luchtvaart is een utopie. En al die andere vervoersvormen niet in staat om de evolutie in de lucht bij te houden. Al was het maar door de technologische ontwikkelingen of de altijd bestaande concurrentiedruk. Heb je daar geen last van (NS) loop je altijd achter de feiten aan. Ik heb een deel van die ontwikkelingen aan den lijve meegemaakt. En kijk er nog steeds met veel plezier naar. Omdat het een fascinerende wereld is zonder weerga. En daarom alleen al een reden om hier af en toe wat onderdelen uit te lichten… (Beelden: Yellowbird archief)