
Het blijft mij opvallen dat we anno 2025 in een wereld leven waarin het individu steeds belangrijker wordt en het algemeen belang van het collectief lijkt weg te vallen tegen het decor van selfiegedrag. Of het nu gaat om politici, zakenmensen, influencers, mediatypes of zelfs mensen die floggen of bloggen, men zendt vooral alleen uit dat het eigen spiegelbeeld belangrijker is dan wat ook. Voor mensen met enig gevoel voor empathie is dat een gruwel en ik behoor tot die laatste categorie. Zenden moet altijd leiden tot ontvangen. Je boodschap uitschreeuwen of dragen is leuk, maar er moeten ook mensen zijn die het willen aanhoren/lezen en er dan op kunnen of willen reageren.

Liefst op inhoud want mekaar de huid volschelden doen alleen zij die de grens van fatsoen voorbij zijn gegaan. Tuurlijk, er zitten bij die zenders ook zuigers, zeurders, claimers, klagers, maar het gros bedoelt het goed, snapt echter niet zo goed hoe communicatie werkt. Een telefoon/smartphone bijvoorbeeld heeft twee functies. Een hoor- en een spreekgedeelte. Soms lijkt het wel of men alleen dat onderste deel van zo’n apparaat interessant vindt. Wie niet luistert zal ook nooit goed horen en mist details, onderliggende emoties, gevoelens van wanhoop of bijvoorbeeld de behoefte aan troost.

Toch zie ik ook in onze kringen van bloggers en andere sociale mediagebruikers nog steeds (en ik verhaalde er al eerder over..) dat men vooral zendt, weinig hoort, ziet of leest en zeker niet opneemt wat anderen communiceren. Best frustrerend want we zenden met zijn allen niet voor de kat zijn sigaar natuurlijk. Als iemand zijn/haar best doet om een verhaal te dichten met een leuke inhoud of interessant zaken is het plezierig om daar reacties op te krijgen. En reacties leiden zelf weer tot retourreacties. Zo bouw je een netwerk op. Zitten er types tussen die je niet liggen staat het vrij om die los te koppelen van jouw netwerk. Met anderen bouw je banden op ‘voor het leven’. Of het nu over bloggers gaat of pakweg Facebookies, ik zelf ben wel eens kritisch over de inspanningen die andere ‘zenders’ verrichten ten aanzien van mijn inbreng in die media en als ik van sommigen niets (meer) hoor is mijn delete-knop geduldig. Wie sociaal zegt te zijn moet dat ook waarmaken. Dus, binnenkort hier en daar de stofkam er weer doorheen…..en zien welke ‘zenders’ sociaal zijn en wie niet…Wie daarna nog kan meelezen (ook op Facebook, Twitter, Linkedin, X) ontsnapte aan de kam…:) Wordt het daarna stil van mijn kant dan is dat vast geen verlies. Want je liet toch al nooit weten ook te kunnen ontvangen….Toch? (Beelden: archief)

















De optelsom der branches maakte dat ik ben geworden wie ik nu ben. Gepokt en gemazeld door jobs in vakgebieden die voor veel mensen vooral vanaf de buitenkant worden bekeken en daarbij al dan niet beoordeeld. Een derde sector die altijd mijn aandacht heeft gehad en nu leidt tot wat ik u al 13 jaar digitaal aan kan bieden maar ook tot boeken heeft geleid die gewoon te koop waren of zijn, is de schrijverij. Ik had daar heel vroeger al een aardig gevoel voor. Als klein kind kon ik (al zeg ik het zelf) aardige verhalen maken die ik dan op school mocht voordragen omdat zelfs de toch vrij behoudende katholieke onderwijzers ze wel erg levendig geschreven vonden.
Als tamelijk jonge puber maakte ik al mijn eigen kranten. Later gevolgd door echte magazines, bijdragen aan vakbladen en zo meer. Ik deed daarover ook in mijn vervolgverhaal over de Vliegende Pijl al eens verslag. Nadat ik uit de wereld van de auto’s stapte was de transfer naar die van grotere publicaties waar ik de hoofdredactie mocht vormen, niet zo gek. Schrijven lag en ligt me kennelijk, managen zit in het bloed en de combi zorgde voor veel plezier. En zo rolde ik al schrijvend voor printmedia vanzelf in die van de digitale media. Die later dan weer sociaal werden genoemd. Goed te combineren met andere dingen die op het pad kwamen zoals advies geven aan bedrijven rond betere communicatie en meer. En nu, de rust is wat teruggekeerd in het Meninggeefleven, houd ik me regelmatig bezig met…… Schrijf van alles en nog wat, over vliegtuigen, auto’s, Amsterdam of de horeca. Met plezier, u zult dat begrijpen en hopelijk uit de regelmatige blogs oppikken. En dus straks ook vanuit de herinnering over wat ik op dat Schiphol (en wat andere vliegvelden) zoal meemaakte als keihard werkend mannetje met een carrière wens. Vanaf volgende maand in dit theater. Koop nu alvast kaartjes. Nestel je in het pluche van de eerste rij en onderga….(Beelden: Yellowbird archief/internet)
Vandaag, twaalf jaar geleden alweer startte mijn weblogaanwezigheid. 12 jaren waarin voor iedereen en ook voor ons persoonlijk veel veranderde en soms, aardig genoeg, ook de nodige zaken hetzelfde bleven. Toch is het wel opmerkelijk om te constateren wat er zoal veranderde. Zo zaten wij hier bij de start van dat geschrijf op het internet in ons persoonlijke leven nog aan te hikken tegen de beslissing om evt. te verhuizen dan wel het huis zodanig te verbouwen dat het meer aan onze persoonlijke smaak zou appelleren. Uiteindelijk kozen we indertijd voor het laatste en is dat de reden dat ik vanaf 2008 met uitzicht op de omgeving kan werken aan mijn creatieve teksten en adviezen vanuit een toen compleet verbouwde en aangepaste ruimte. Die noemde ik daarna mijn ‘Man-Cave’ en ik voel me er nog steeds fijn bij. We hadden in dat ‘startjaar’ nog drie (andere)katten, onze hond dartelde hier nog vrolijk om de voeten en ik was toen drie dagen per week elders in de stad aan de slag met het maken van b-to-b bladen.
Van een crisis was ook in de marketing- en uitgeversbranche in die jaren nog geen echte sprake. Het was een dame die ik toevallig leerde kennen via een webforum waar ik nog wel eens voorbij fietste die me de tip gaf om mijn ‘zo leuk geschreven’ zielenroerselen en opinies eens in een weblogje te verpakken en wereldkundig te maken. Voordien schreef ik op websites van anderen of die fora af en toe eens een column, maar verder? Allles nog op papier! Het ging sindsdien snel. Ik leerde nieuwe mensen kennen. Medeloggers. Sommigen kwamen en verdwenen weer, anderen bleven behoren bij de grote vriendenkring die het webloggen met zich mee bracht en sommigen daarvan behoren intussen tot de ‘inner circles’ van ons leven. Mensen met een passie vaak, misschien wel meer zelfs, soms met een eigen logje en zo lief en aardig dat je ze daarom alleen al wilt omarmen. Allemaal het gevolg van het betere logwerk. In die jaren tijd heb ik ontdekt dat juist het geven van een mening over.. meer mijn ding is dan het plaatsen van zo maar wat foto’s of tekeningen.
Ik ben geen typische dagboekenier! Meer een soort maatschappelijk voyeur die wat hij ziet en meemaakt interessant genoeg vindt om het omgevormd via het www te publiceren. Het moet ‘ergens over gaan’. Soms lukt dat beter dan op andere momenten. Je bedient nooit elke keer iedereen gelijkwaardig. In die afgelopen jaren ben ik bezig geweest met in totaal vijf weblogs. Dit, waar u nu uw ogen over laat gaan, en twee die meer gespecialiseerd waren op het gebied van auto’s en luchtvaart. Daarnaast had ik nog een poetisch blog en een in Belgie dat diende als reddingsboot toen een van de blogaanbieders er ineens geen zin meer in had. Later volgden de sociale media. De speciale blogs verdwenen, groepen op Facebook namen die plek in en ik vond ook Twitter en Instagram op mijn publicitaire pad. De rest van mijn ‘gepassioneerde leven’ probeer ik hier onder te brengen.
Dat ik daarbij soms in uw lezersogen de plank mis sla is op zich niet zo erg, u blijkt gelukkig gemiddeld gesproken tamelijk vergevingsgezind. Daarbij, echte Amsterdammers zijn nu eenmaal ‘jenners’. We voeren soms de druk wat op of zetten u daarmee op het verkeerde been. Zelden of nooit kwam het daarbij tot serieuze persoonlijke problemen. Een enkele keer loop je tekstueel wel eens tegen de verkeerde persoon aan. Dan klikt het niet, wil het niet en lukt het nog minder. In die afgelopen jaren heb ik daardoor veel geleerd. Genoten ook, ik zal het niet verbloemen. Het schrijven van die logjes en alles wat er omheen hangt is een plezierige bezigheid. Maar het heeft geen enkele zin als er geen kip mee leest. En daarvoor dank ik al mijn logvrienden en passanten. Dank dat u de afgelopen twaalf jaar de moeite nam om hier te lezen wat mij zoal beroert, opwindt, bezighoudt. Als het de gezamenlijke scheppers behaagt en mij gegeven ga ik nog even een paar jaar door. Want aan onderwerpen mankeert het zelden of nooit. Vraag blijft of u ze allemaal even leuk zult vinden. Ik denk zeker te weten van niet. Maar dat is natuurlijk mijn mening!
Toen bloggen nog een nieuwe bezigheid was, pakweg een jaar of tien geleden, werden er heel wat meetings gehouden door de toen actieve gemeenschap van schrijvers en fotoplaatsers. Ik heb er diverse bezocht, maar lang niet alle. In wisselende samenstelling van deelnemers kwam ik zo wel terecht in Gorinchem, Delft, Rijswijk, Ommeren, Tiel, Lelystad, Amsterdam en nog zo wat plaatsen. Al die lui die mekaar voordien al dan niet kenden. Men had een centrale gedachte bij dat ontmoeten. Elkaar waar nodig of nuttig eens wat nader leren kennen. Dat leren kennen liet ook meteen zien met welke mensen je direct door de deur kon, wie met wie een leuke combi zouden vormen, maar ook dat men een passie had om zaken uit te dragen die voor de blogger van toen van belang waren. Ik hield er diverse digitale contacten aan over, maar ook de nodige echte. Soms werden dat vriendschappen voor het leven.

Oh wat heb ik warme herinneringen aan tv-programma’s als ‘Showroom’, ‘Het Pakhuis’ of soortgelijke. Het waarom ligt hem in het feit dat ik als verzamelaar en liefhebber van wat ik steeds weer zie als leuk en (be)waardevol daarbij bevestiging vond van mijn gelijk. Het is leuk om er een serieuze hobby op na te houden en ‘later’ zou ik wel zien wat er dan met al dat spul zou gebeuren. De uitstalling van al dat verzamelde spul nam al snel een paar kamers in beslag en daar gingen we altijd vrij slim mee om. Later werd het vooral een kwestie van stapelen en was tussen de diverse kasten en vitrines doorlopen een tamelijk hachelijke onderneming. Maar ook huiskatten zijn een redelijk slechte toevoeging aan in kasten opgestelde modellen. En het begon ooit zo simpel. Een plank boven mijn (opklap)bed in het ouderlijk huis herbergde de eerste zelf gebouwde vliegtuigmodellen. In een aantal kastjes lagen mijn luchtvaartbladen en boeken.
Toen ik ging trouwen en verhuisde naar ons eigen piepkleine woninkje werd er voor de hobbyspullen ook een ruimte gebouwd, in een gangkast bovenaan de toen vrij steile trap. Maar al snel woonden we ruimer en kregen de liefhebberijen meer ruimte. En begon de grote expansie. Een jaar of tien geleden, voorafgaand aan de verbouwingen in en aan ons huis die extra ruimte moest bieden, had ik de meeste zaken weer eens in de handen. Het was onvoorstelbaar veel. Alleen al het parkeren en opslaan van al die dozen vol mooie zaken bracht een hele logistieke operatie met zich mee. Toen de boel klaar was en de herinrichting begon van vooralsnog alleen mijn hobbymuseum bleek al snel dat het heel lastig zou zijn om alles weer terug te plaatsen. Het paste niet meer zo goed. Een jaar lang heb ik staan passen en meten. Velen om mij heen zuchtten dat het wellicht handiger was om wat zaken te verkopen, dingen weg te doen of me zelfs te specialiseren.
Klinkt leuk, maar wie eenmaal besmet is met een verzamelaarvirus kan dit dus niet. Als ik al zwakten heb zitten in mijn karakter, dan deze wel. We zijn nu een aantal jaren verder, en warempel, het past nog steeds. Veel van de uitgestalde waren zijn goed te bekijken. Het papieren archief heeft een plekje gekregen en zaken die ik niet kwijt kan keurig netjes opgeslagen. Vol is vol, dat is zeker, en ik heb al eens verhaald dat het hier voor enkele bezoekers claustrofobisch aandoet. Maar de ware liefhebber vindt het hier schitterend. En daar gaat het me om. Liever een huis vol hobbyspullen waaraan wij (vrouwlief heeft zo haar eigen verzamelingen) plezier beleven dan een vol geraniums waarachter we ons zouden moeten vervelen. Hoe kom ik nu (weer) op dit onderwerp?
Wel in Oost-Nederland is ooit door een Provinciaal bestuur ruim een miljoen Euro betaald om een collectie van een ‘alles-verzamelaar’ op leeftijd over te nemen die anders dreigde uit elkaar te vallen. De collectie is zo groot dat de man nauwelijks meer kon leven in zijn woonhuis en schuur. Er is dus nog hoop, ik kan gewoon doorgaan met verzamelen, de Provincie of de Gemeente ziet het wellicht straks allemaal als echt museaal en van lokaal of regionaal belang en is er toch nog hoop voor zoonlief. Die dreigde al dat na mijn onverhoopte verscheiden de hele boel in de ‘container’ zou worden gesmeten. Zou wel zonde zijn van al die potentiele waarde natuurlijk. Hoewel de jongere generatie gemakkelijker met geld smijt dan de oudere….Maar een miljoen Euro? Gelukkig is alles hier wel gecatalogiseerd. Dat had die man in het oosten des lands niet gedaan. Ik maak het mijn opvolger(s) ook veel te gemakkelijk en voor de goede orde, het is lang niet zoveel waard!
Hoewel ik weet dat de Social media niet ieders Cup-a-Tea zijn is het toch wel aardig om te zien hoe imago van die media en de dagelijkse praktijk van elkaar verschillen. Zo zou je weleens de indruk kunnen krijgen dat als je als Numero-Zero in de wereld toch een plekje wilt veroveren in de harten van meekijkende of lezende toeschouwers het vloggen op YouTube ongeveer verplichte kost is. Al was het maar omdat je daar zelf televisietje kunt spelen of (al dan niet betaalde) presentator van vakantie of consumentenprogramma’s. Het blijkt in de praktijk nogal mee/tegen te vallen. YouTube is in bepaalde kring zeker populair en je kunt daar zaken zien die de meer traditionele media mijden. Zelf ben ik nogal gek op alle vliegfilms die er voorbijkomen. Van eerste solovluchten van leerling-piloten tot het uitvoeren van een vluchtoperatie tussen (voorbeeld) New York en Amsterdam. En gezien het aantal ‘views’ zijn dat zeer populaire filmpjes.
Maar dat aantal keren dat een filmpje wordt bekeken stijgt naarmate het avontuurlijke of gewelddadige dan wel liefdevolle karakter van het gebodene in de regie is meegenomen. Er zijn mensen die alles weten over make-up of het juist scheren van de oksels en daarmee intussen een aardige boterham verdienen. Al was het maar omdat ze producten promoten die voor al die doelen geschikt zijn. Zelf heb ik weleens iets geplaatst op YouTube, dat ging dan meer over modelauto’s en vliegtuigen. Maar na de wisseling van WIN7 naar WIN10 was ook mijn wachtwoord verdwenen en kon ik mijn eigen account niet meer in. Dat blijft wel een probleempje. Maar, als het gaat om andere zaken die mensen willen delen, zie je toch dat andere sociale media veel meer worden gebruikt door intussen een paar miljard mensen.
Wie veel reist heeft, zo blijkt uit recent onderzoek, voorkeur voor Facebook. 62% van al die reizigers zet de verhalen en avonturen daar op het eigen profiel in de wetenschap dat het wordt ‘gevreten’ door de kring ‘vrienden’ die men daartoe heeft uitgenodigd. Ook Instagram en Twitter scoren daar beter dan YouTube. Van alle reizenden plaatste slechts 6% iets op dat gefilmde medium. Zal zeker komen doordat men beter fotografeert (..) dan filmt en ook de eigen stem voor veel mensen een niet te nemen barrière is. Maar geeft ook wel weer dat we nu ook weer niet al te overdreven gedachten moeten hebben over vraag en aanbod. Al hoop ik wel dat sommige reizigers blijven filmen als ze weer eens in een levensgevaarlijk vaar- voer- of vliegtuig stappen en daar verslag van willen doen. Ben wel benieuwd welk medium jullie prefereren voor alle avonturen die je beleeft. Al kan ik van sommige reageerders wel voorspellen welke antwoorden ik zal krijgen uiteraard….:)