
Leuk woord voor een potje Scrabble wellicht, maar ik gebruik het even in relatie tot een meer filosofisch onderwerp. Viel mij ineens te binnen toen ik een foto zag van een gezin in de verre historie en me plots bedacht dat wat ik aan gedrag zag door de generaties heen daarna weinig zou veranderen.,,,

Ouders poserend met hun kinderen die een jaar of 20-30 daarna zelf weer kinderen krijgen waarmee ze op de foto gaan en die dan daarna zelf weer en weer en weer. Een evolutie die met uitzondering van kleding of omgeving weinig onderscheid maakt door de generaties heen. Leuk ook te bedenken dat al die kinderen (voor zover gezond en een gemiddelde leeftijd bereikend van pakweg 75-80 jaar) op enig moment vaak ook weer ouders worden, grootouders en soms zelfs overgrootouders. Kinderen die ouder worden, carriere maken, huizen kopen of gaan reizen. Allemaal zo hun eigen invulling aan hun leven gevend, al dan niet in lijn met wat ze is bijgebracht. Dat is best interessant allemaal en ik denk dat de meesten van ons dit fenomeen kennen.

Al niet bij ons zelf dan toch wel bij familie of vrienden. Kinderen die opgroeien tot een kopie van hun ouders, anderen hele stappen vooruit zetten t.o.v. de vorige generaties en soms zij die kiezen om pakweg dictator of crimineel te worden. Je zult er mee om moeten gaan als ouder/opvoeder. Maar op die eerste familiekiekjes van ooit is die toekomst nog niet ingevuld. Nou ja bij de meerderheid van de kinderen wel natuurlijk, maar die uitzonderingen verpesten mijn toch wat idyllische visie op die evolutie door de jaren heen. Vrijwel altijd zie je dat die ouders ook trots zijn op hun kroost.

Hun eigen kinderen altijd unieker vinden dan die van de buren, al was het maar omdat ze zelf bij de verwekking en opvoeding waren betrokken. Dat geeft een band en zeker een bepaalde blindheid voor evt. weeffouten van dat jonge spul. En dus zetten we ons met die kinderen, voor moeders vaak toch hun grootste prestatie in het leven, op de foto. Door de jaren heen, tot dat jonge volk het spuug zat is en niet meer op de foto wil dan wel alleen met een chagrijnig gezicht. En ook dat is van alle tijden. Worden ze puber nemen we geestelijk afstand, begrijpen onze eigen levende creaties niet meer en zijn ze op enig moment zelfs zat. Het sprookje niet alleen roze van kleur. Weer tien jaar later zijn die pubers jonge volwassenen en zelf op weg om ouder te worden. En begint dat hele circus opnieuw. De evolutie in bedrijf….. En hoe ondergaan/gingen jullie dat zelf? Kiekjes in het album al eens vergeleken met dat van het kroost? Dan moet je me wel gelijk geven toch? (beelden: Internet)























Ooit, lang geleden, waren auto’s simpele dingen. Ze hadden (meestal) vier wielen, een motor, een paar stoelen en als je geluk had een dakje. Daarmee bewogen automobilisten zich door het verkeer dat indertijd veelal rustig was en waar je als berijder van zo’n kuchend apparaat al van kilometers ver kon worden gehoord. Dus was het nauwelijks of niet nodig om achteruitkijkspiegels mee te leveren, aan richtingaanwijzers deed men al helemaal niet. Wie zich een beetje netjes gedroeg stak zijn of haar hand uit. Dat werd na de Tweede W.O. anders. Toeters werden gemeengoed op de naoorlogse modellen, maar ook echte richtingaanwijzers (dat waren elektrisch bediende pijlen die uit de carrosserie kwamen zetten als je een schakelaar naar links of rechts draaide). Een spiegel zat vaak op een van de voorschermen. Je zag beperkt wat er achter je gebeurde. Door de decennia heen ontwikkelde de auto zich tot een meer dan volwassen en veilig bedoeld vervoermiddel.
Tegenwoordig is het mogelijk met camera’s een beeld op te roepen van het verkeer om je heen, een beetje auto heeft een automatisch noodstopsysteem aan boord dat vooral in steden handig en veiliger is, maar er zitten ook drie spiegels bij en aan al die wagens en die zijn zodanig in te stellen dat je vele meters breed kunt zien wat er achter je gebeurt. Daarnaast worden auto’s voorzien van een hele reeks richtingaanwijzers. Allemaal het gevolg van de wens van overheden het drukke verkeer steeds veiliger te maken. Helaas is die wens niet die van de in veel die auto’s rondrijdende figuren die in veel gevallen geen van die attributen gebruiken. Men komt bij een baanwissel naar links zonder te kijken, geeft daarbij geen richting aan en snijdt waar men denkt dat het handig is. Afslaan doet men ook vaak zonder acht te slaan op rechtdoor gaande fietsers (die overigens bij het afslaan ook zelden een vinger uitsteken..) en wie zich aan de verkeersregels houdt wordt door deze lieden vaak beticht van tuttig rijden.
Mensen onderscheiden zich van de gemiddelde hond, aap, kat of mier door een paar extra vermogens die maken dat wij ons zelf als superieure wezens in de ‘schepping’ of evolutie beschouwen. Zo denken wij (in veel gevallen) na over wat we doen, maken muziek, bouwen hele steden of landen, voeren oorlogen en zijn in veel gevallen tevreden met slechts een enkele partner. Maar wat ons ook onderscheidt van de dieren om ons heen, wij kunnen lopen. Op twee benen wel te verstaan. Een kind wordt al beoordeeld op het vermogen zo snel mogelijk op die twee pootjes te kunnen rond hobbelen en als het wat groter en halfvolwassen is op denkbeeldige exemplaren zelfstandig het leven in te gaan. Dat lopen lijkt dus vanzelfsprekend maar is het bepaald niet. Om te zien hoe bijzonder dat vermogen is moet je eens op een terrasje gaan zitten kijken naar wat er zoal voorbijloopt. En dan vooral naar het hoe!
Elk mens heeft zijn eigen stijl. Je ziet schuifelaars, wijdbeners, x-beners, heupwiegers, mensen met een kromme rug, anderen met een rechte en de nodige zwaaiende armen. Er lopen er tussen met een vorm van chimpanseegedrag, armen wijd en een soort opvanghouding voor alles wat om hen heen beweegt. Mensen hobbelen, hinken, rennen of wat voor vorm van voortbeweging je ook maar wilt bedenken. Het is het gevolg van de evolutie. Want wij stammen allemaal af van een naakte aap of oermens die op handen en voeten liepen. We klommen in bomen, we deden allerlei zaken die we nu als primitief beschouwen. En de vrouwtjes showden met dat wat hun mannetjes kon aantrekken. De billen en later borsten, showen, pronken, dus aantrekken maar. Wie nu in het rond kijkt ziet dat gedrag nog steeds. De billen worden geaccentueerd door de vrouwtjesmensen die op zoek zijn naar erkenning, de borsten pront vooruit, de lipjes getuit. Kleding daarop aangepast.
Hoe snel de tijd gaat heb ik hier in het kader van dit mening blog al vaker beschreven. Een jaar is niks, maar intussen ben ik zover dat ik kan praten over tien jaar! Een periode waarin ik leerde omgaan met het fenomeen Bloggen en intussen ook Sociale media leerde kennen. Was het altijd een zegen= Nee hoor. Maar ik beleef er nog steeds plezier aan. Op enig moment werd ik door een vriendin die ik leerde kennen op een internetforum richting het bloggen geleid. Ik had er eerlijk gezegd nog nooit van gehoord zelfs. Maar dat veranderde snel. Met vallen en opstaan kwam mijn eerste variant van het mening thema op poten. Resultaat van een wat oudere oefening met websites die ook altijd met mening eindigden en dan het onderwerp waar het over ging daarvoor. Mijn mening werd het leidende thema voor wat er nu nog steeds is, dit blog! Intussen wel in nuance van naam veranderd, maar dat had niks van doen met een vrijwillige keuze.
Of het nu ging om aanbieders van blogs of de software die me daar actief hield, altijd ging er na verloop van een paar jaar wel iets mis. Een wisseling van computer kon al genoeg zijn om niets meer aan te kunnen met dat blog. U heeft me als vaste lezer(es) vast een tijdje gevolgd. Gedacht dat u me altijd snapte en of u het al dan niet met me eens was. Velen kwamen, even zovelen verdwenen. Van roddelaars tot achter baksels, van lieve mensen tot nog steeds gemiste. Tien jaar lang op dat fenomeen bloggen actief. Intussen heb ik van de zes blogs die ik gelijktijdig opereerde, de hobby’s en spannende schrijfsels moesten ook ergens ondergebracht, zijn de meeste nu weer verdwenen. Ingeruild voor lidmaatschappen van groepen die op Facebook actief zijn en waar de leeskring vele malen groter is.
Want de wereld stond niet stil. We maakten en maken iets mee elke dag. Grote kwesties wisselden zich af met puur persoonlijke. Van een overleden poes tot de asielzoekersproblematiek. Die laatste zorgde onlangs voor een breuk met iemand die ik wijzer achtte dan zomaar de stekkers eruit te willen trekken. Maar ja, persoonlijke aanvallen zijn nooit leuk, een tikkie terug al helemaal niet. Jammer, ook dat leerde ik in die tien jaar, iedereen naar de zin maken is niet mogelijk. Zeker niet als het gaat om politiek, geloof of sport. Voor de rest gaat het prima. Al zie ik wel dat veel oudere bloggers van voorheen allang geleden zijn afgehaakt. Althans uit de kring waarin die start ooit plaatsvond. Ik hield er ook vriendschappen aan over voor het leven. Sommigen, ik schreef er al eerder over, nu ook actief op Facebook, anderen helemaal gestopt als blogger maar als mens nog steeds heel interessant en warm. Hebben nu vast wel veel tijd over die gestopten. Dat dan weer wel.

