Egyptische gastvrijheid…

Egyptische gastvrijheid…

Telkens als onze Soester vriendjes een dagje Amsterdam met ons doen zoeken we aan het einde van de veelal ‘stil’ verlopen wandeltochten (in de overdrijving zit de tegenspraak) dwars door de stad een afsluitend dineetje bij een of andere leuke zaak. Daarbij hebben we al heel wat uitheemse gerechten en dito horecazaken voorbij zien komen. Van Italiaans tot Indisch of Thais. Meestal deed ik ook hier verslag van bijzondere ervaringen. Dit keer weer zo een. Na zo’n 20.000 stappen door onze stad waren we wel toe aan een hapje en drankje. Keken bij een leuk uitziend wat kleiner Argentijns restaurant onder de naam Santa Maria tegenover de Stopera en een stukje Waterlooplein. Het terras nog half in de zon, het drukke stadsleven om de hoek en altijd mensen of zaken om naar uit te kijken. We zakten neer op de stoelen en kregen een meer dan warm welkom. Onze gastheer heette Henny. Nou is dat voor ons meer een vrouwennaam dan die van een man of wellicht ‘het’, maar deze naamkrijger kwam uit Egypte. Opvallend bij een Argentijns restaurant maar deze broeder was hier al 29 jaar en sprak onze taal maar had vooral ook de Amsterdamse humor diep in de genen.

We voelden ons al snel thuis. Een lekker drankje hielp daarbij en het uitzicht op mensen om ons heen deed dat zeker ook. Daarover later nog eens meer. Hoe dan ook, simpele zielen en dito eten. In dit geval een geweldig stukje gegrilde kipfilet, met het een en ander aan entourage en een van ons gezelschap koos een geweldig fraai gebraden stukje biefstuk. Het werd zonder haast opgevoerd, was bloedheet en smaakte heerlijk. Dat onze Henny daarbij zowel kok als gastheer bleek was een extra stimulans. En zijn opmerking na de vraag of het lekker was, (Ja) dat als we niet tevreden waren hij naar binnen zou wijzen naar de ‘kok’ en als het wel beviel hij graag de credits ontving deden hem in ons hart sluiten. We tafelden nog wat na, kwamen het e.e.a. over hem te weten, hoe hij oprecht was geintegreerd en geen enkele behoefte meer had aan terugkeer naar het Egypte van tegenwoordig en de mensen die daar de dienst uitmaakten. Nee, voor vakantie ging hij liever naar Italie. Veel meer plezier… Hoe dan ook, alles opgeteld en afgerekend gaven we een dikke fooi. De zaak is gezellig, de gastheer (ook een gastvrouw die haar taken ook met plezier deed) geweldig, het eten zonder al te veel fratsen top van smaak en de prijs passend bij het aanbod. Als altijd bekeek ik de (schone) toiletten en inrichting. Hier komen we zeker nog eens terug. Een cijfer van 9.5 zorgt daarvoor. Goed gevuld liepen we met onze vrienden mee naar het CS voor een als altijd afscheid vol mixed emotions. Maar dat lag zeker niet aan dit eetavontuur. Aanrader! (Beelden: Prive)

Zoektocht….

Zoektocht….

Stel je bent in de positie dat je een soort van herberg runt of zelfs een boerderij met wat oude caravans om je heen die je verhuurt aan mensen die graag in the Middle of Nowhere willen verblijven, zulks zonder comfort of gezelschap, en je ontdekt op enig moment alsnog dat je eigenlijk best alleen of zelfs eenzaam bent. Op het droevige af zelfs. Want die betalende gasten zijn in de winter verdwenen, dan is het zien dat je het allemaal overleeft en de spiegel raakt weliswaar beslagen door het uitgestraalde verlangen, maar je bent en blijft alleen. Weet je wat, dan geef je je op voor een RTL-programma waarin je de kans krijgt een date te hebben met even eenzame types van het andere of zelfde geslacht elders in de wereld. Maar liefst toch wel uit Nederland, ook jouw oude geboorteland.

Wie weet kom je dan samen tot een mooie vereniging van ziel en lichaam. E n ook nog eens voor vele jaren. Zie daar het format van B & B vol Liefde van die commerciele zender op 4. Binnen de kortste keren een kijkcijferhit van jewelste en meer kijkers trekkend dan heel wat zgn hoogwaardiger programma’s van de publieke linkse omroepen. Niet voor niets, want wat zich voorstelt en uiteindelijk voorbij trekt aan types is vaak een puur rariteitenkabinet.

En dat al een paar seizoenen lang. Mensen die menen dat what U see is what U get voldoende werkt om een ander in te palmen. Sommige kandidaten pakken uit met Dubbel G boezem en zeer gekleurde uitmonstering om de ander te imponeren. Vaak blijken de leuke lokfilmpjes pure verbloeming van een meer dan gecompliceerd karakter en is die enige outfit van dat filmpje ook precies de toegevoegde waarde die het hoofdfiguur uit dat filmpje te bieden heeft. Zeldzaam hoe men eenmaal in elkaars aanwezigheid totaal vergeet dat je de ander dient in te palmen. Rozen, rumbonen en rode wijn, dat moet voor die ander toch meer dan genoeg zijn? Mij viel op dat de potentiele bedpartners soms geen ontbijt kregen, nauwelijks koffie, dat er geen enkele belangstelling was voor de achtergrond van die bezoekers en omgekeerd vaak ook niet. De kandidaten moeten willen meewerken, klussen, krankzinnige stunts uithalen, en dat alles om te imponeren. Maar werkt dat ook zo in het normale leven? Is een goed bed, een leuke kamer, lekker kunnen koken of pakweg omgaan met vriendenkringen van die hoofdpersonen genoeg om een partner voor het leven te vinden en te binden?

Het meest cruciale binnen een liefdesrelatie gaat men vaak uit de weg, de vaak wat jongere types daargelaten. Maar ja, als je een jonge vent en een dito dame bij elkaar in een hutje op de hei zet is de kans dat ze mekaar warm gaan houden groter dan bij lieden van een flink wat hogere leeftijd. En dan gaat het om andere dingen. Maar die zijn voor de gemiddelde naar liefde snakkende mens vaak minder cruciaal. Pas als je de relatie uitgebreid hebt geconsumeerd is het naar mijn mening een keertje van belang of hij de vuilniszakken buiten zet en zij kan koken. Liefde maakt blind wellicht, maar zulke blinden vinden veelal heel lastig de ware liefde. Dat bleek en blijkt wel. Maar tenenkrommende relaties bekijken bleek een bijna vrolijk makende voyeuristische neiging onder de kijkers van deze show te veroorzaken. En terecht. Zelfs ik viel er voor. Net als voor die jonge dame vele generaties geleden……die keek, ouder en wijzer geworden, deze zomer met me mee….en schudde net als ik vaak het hoofd…. (Beelden: Internet)

Lekker en Leuk in Noorden…

Lekker en Leuk in Noorden…

Dat een soort bruine kroeg langs een doorgaande weg in de buurt van Nieuwkoop maar zelf echt gelegen in het plaatsje Noorden veel te bieden kan hebben is ons op die fraaie bijna lente-achtige dag aan het einde van de kalenderwinter duidelijk geworden. Op doortocht naar onze woonstede van een bezoek aan wat plaatsen in het Groene Hart van ons land streken we neer bij De Klinker in dat Noorden. We kenden deze gelegenheid al van een eerder bezoek en wat jaren geleden maar gek genoeg hebben we er toen niet zo veel over nagedacht en al helemaal niet beschreven. Nu was het lunchtijd. De parkeerplaats voor de deur al aardig gevuld, maar de blauwe Tsjech kreeg toch nog een aardig plekje. Binnen was deze horecazaak half gevuld, lunchers, al dan niet zakelijk. De plek die wij vonden had uitzicht op de Vliet buiten voor de deur, maar ook op de met smaak etende medegasten. Dat gaf de burger moed. We werden snel en uiterst vriendelijk geholpen door een (naar later bleek) knappe Vlaamse jonge dame die ons van de lunchkaart voorzag. Wij kiezen meestal voor iets niet al te zwaars, dus brood met lekkere kroketten werden het. Thee voor beiden (nee, geen zwart maar Earl Grey, want dat was wat men in huis had..).

Het moet gezegd, smakelijk eten en flink warm opgediend met wat salade als illustratie en een potje (zelf gemaakte?) grove mosterd. Zeer plezierig. Zoals de hele ambiance. Men praatte op zachte toon met elkaar en de bediening was ingetogen voorkomend. Natuurlijk ontbrak een toiletbezoek niet. Zoals je in een soort van bruine kroeg mag verwachten was de observatie van die voorziening. Kon er mee door…. De kaarten voor lunch en diner doen vermoeden dat De Klinker een aardige clientele kent. Zowel zakelijk als passanten zoals wij. Alles opgeteld aten we voor nog geen 19 euro lekker en smakelijk, in een gezellige zaak met prima bediening. Een plekje om te onthouden als we hier weer eens in de buurt zijn. Alles meenemend geef ik een 9 als rapportcijfer. (beelden: prive)

Superieur…

Superieur…

De meeste mensen (kijk maar eens in de spiegel) voelen zich aardig superieur aan andere wezens op onze planeet. Of dat nu mensen zijn of dieren. Doordat wij kunnen denken, filosoferen, schrijven, schilderen, ontwerpen, geloven en zo meer vinden we dat we apen, konijnen of beren de baas zijn. Terwijl we in feite allemaal dezelfde voorvaderen hebben. Nu zijn die al een tijdje geleden ontstaan en waren er een paar slimmer dan de andere, maar toch. Ooit liepen ook wij rond met slachttanden, dikke vachten en op vier poten.

We lieten alles lopen wat we uit het lijf kwijt moesten en zagen kleinere dieren als prooi. Opvallend is dat de mens toen hij rechtop ging lopen eigenlijk de minste weerstand had tegen de bedreigingen van dat moment. De meeste zoogdieren zijn namelijk nog steeds vierpotig (of zwemmen in zee rond). Daardoor zijn ze vaak sneller en is het proces van leren lopen door de meeste jonkies een kwestie van uren tot dagen, bij de mens duurt dat als bet mee zit een reeks van maanden. Hoezo superieur? Veel mede-soortgenoten zijn intelligent, hebben grote hersenen, zijn zelfbewust en kunnen op een beperkte wijze gereedschappen in de natuur gebruiken.

Daarbij communiceren ze met elkaar, geven geuren af die door anderen worden opgepikt als ‘gevaarlijk’ of ‘aantrekkelijk’, maken muziek en hebben soms zelfs een soort van eigen taal. De mens is bij die laatste verworvenheid dat wel weer superieur aan de rest. Maar de mens in zijn ontwikkeling tot wat hij nu is heeft ook een aantal fikse remmingen aangeleerd. Zo is de toiletgang bij de meeste mensen een kwestie van doen in een hokje waar we ons echt terugtrekken en niet meer zijn van lekker naast mekaar op een boomstam het bos om ons heen bemesten. We kleden ons ook aan en zijn gewend geraakt aan schoonhouden van de fysieke boel en reinigen van de tanden op manieren die weliswaar hygienisch zijn maar ver af staat van hoe onze oer-voorvaderen dat deden.

Doordat de mens een of ander geloof aan nam werd hij nog meer Master-of-the-Universe en meende dat alles op onze Aarde hem/haar toebehoorde. Dat geloof maakte ons ook onderdeel van een Goddelijke schepping, de evolutieleer pas van later datum. Geloof bepaalde ook hoe wij ons moesten gedragen. Op je geur afgaan voor het liefdesspel is uit den boze geraakt, hoewel we ons bij de kunst van het verleiden wel weer zodanig verzorgen (in de optimale situatie) dat parfum en after-shaves de andere, minder gewenste, geuren dempen.

Niets dierlijks is ons vreemd, maar in wezen zijn we nog steeds gewoon zoogdieren met kleren aan. En als we al op jacht gaan menen we dat andere levende wezens er slechts zijn voor ons vermaak, ons voedsel of wat ook. Opvallend is wel dat wij ons door het geloof veelal hebben vastgelegd in een monogame liefdesrelatie terwijl de meeste zoogdieren die vorm zien als de minst efficiente. Immers voortbestaan van de soort hangt af van een zo groot mogelijke verspreiding van het benodigde zaad. Binnen groepen is men daarbij niet kieskeurig en rommelt er flink op los. Krijg je in een lastige omgeving 10 nakomelingen ben je blij als er 1 of 2 overleven. Dat is bij monogame mensen anders. Die hebben hun leven en zorg zo georganiseerd dat ze die nakomelingen een jaartje of 80 gemiddeld kunnen laten functioneren. Kortom, op sommige punten zijn we echt superieur. Ik kijk soms rond en denk dan ‘woow…wat kunnen wij mensen toch veel’, of ‘ jeminee wat zijn we toch een stomkoppen als we zo bezig zijn met elkaar belagen, of oorlog voeren’. Maar dat is de soort niet vreemd. Wat dat betreft zitten de genen van onze oer-oer-oer-voorvaderen diep in ons verpakt. Maar er over filosoferen mag. Ook iets dat ons onderscheidt van andere zoogdieren. En dat kan best confronterend zijn…toch?

(Beelden: internet)

Vreemde bediening…

Vreemde bediening…

Elke keer wanneer we als familie even een gedenkmomentje beleven op de Amsterdamse begraafplaats waar oudere broer Rob zijn plek veel te vroeg moest innemen, lopen we even door naar een of andere horecagelegenheid om op zijn persoon bij leven te proosten. Met koffie of thee hoor, niks heftigs. Dit keer deden we dat bij het niet ver van de fraaie Oosterbegraafplaats gelegen bekende Grand Cafe/restaurant Frankendael aan de Middenweg in Amsterdam-Oost. Op zich weinig mis mee, normaal worden we daar met alle egards ontvangen, maar dit keer was dat merkbaar anders. Een kennelijk al wat langer meelopende ober ontving ons op een wat ‘bijzondere manier’. Legde omstandig uit waar we wel of niet mochten gaan zitten omdat een deel van zijn etablissement was gereserveerd voor een wat grotere groep. Maar we vonden toch een tafel aan het raam. Prima geregeld. De jassen waren nog niet uit of hij drong aan op het gebruik van de lunchkaart. Maar wij wilden eerst even wat drinken. Koffie en thee, daarna even kijken voor iets er bij. Hij slofte weg en maakte de drankjes klaar.

Nou ja, de koffie dan.. Toen hij die kwam brengen vroeg hij wat we in de lunchkaart hadden gevonden. Tja, twee keer tosti (met iets verschillends als beleg naar gelang de smaak van de dames) en een appelpunt met slagroom. Kwam die thee ook nog door? Zuchtend haalde hij de lunchkaarten weg en begon aan de thee. Die kwam er….dus even rust. Als ik op de man lette, ik kon het niet laten, zag ik een uitgeblust type in een werkbroek op gympies…. Hij was moe van dit vak, het was hem aan te zien. De tosti’s kwamen en bleken lekker, maar ja, die taart. Vergeten.. Na vragen alsnog. Bleek smakelijk. Net als de tweede ronde drinken…Die we alleen mochten bestellen ‘als we de mondjes hadden leeggegeten’…. Humor?

Het zal, maar voelde vooral bijzonder. Toen we onze gesprekken hadden afgerond (altijd goed om emoties even weg te werken..) stelde hij namens ons vast dat nog een rondje drinken niet goed was, want ‘ging maar klotsen’. Je weet soms niet wat je hoort… Intussen deed hij ook een van de aangekondigde gezelschappen. Man of tien, zelfde behandeling. Je moet maar durven. Wellicht zien sommigen er wel de humor van in hoor. Het was in ieder geval apart en dat vergeet je niet zo snel. En op de kwaliteit van het gebodene uiteindelijk niks aan te merken. Interieur van deze zaak een beetje oubollig, versleten zelfs, maar dat hoort bij de ambiance. Maar met dit soort wat versleten service kom ik niet veel hoger dan een 7-tje. En dat is echt niet nodig. Bij vorige bezoeken zat dat cijfer flink hoger. Apart is niet altijd fijn….(beelden: Internet/Frankendael)

Edinburgh – prachtige herinneringen…

Edinburgh – prachtige herinneringen…

We zaten een jaar of 30 geleden in een meer dan actieve fase van ons leven. Werken, werken, werken en af en toe tussendoor even een paar dagen vrij. En we waren toen al gek op stedentrips. (nog wel eigenlijk..)Dus boekten we in oktober 1992 een reisje naar de Schotse Hoofdstad Edinburgh. We kenden Engeland wel van diverse trips naar Londen en de Britse zuidwestkust, maar het hoge noorden was ons onbekend.

We vlogen er heen met de toen nog bestaande luchtvaartmaatschappij Air UK in een BAe 146 die nog tussenlandde op het vliegveld van Aberdeen tijdens de heenvlucht. Aangekomen overgestapt in de sneldienst van het busbedrijf uit Edinburgh en dan via de buitenwijken naar Princess Street, het hart van deze prachtige stad. Je komt daar binnen met aan de rechterkant het prachtige uitzicht op het kasteel dat hoog boven de stad uittorent en voor je het landschap dat wordt ingekleurd met grijs en groen van omringende heuvels en rotsen.

Gezellige drukte komt je tegemoet als je uit de bus stapt en naar je hotel op zoek gaat dat we indertijd hadden geboekt aan diezelfde Princess Street. De dagen die volgden verkenden we de stad en haar omgeving. Wat mooi, wat indrukwekkend en wat leuk om daar de sfeer van dat Schotse karakter mee te krijgen. Je eet er heerlijk, shoppen is er een genoegen, cultuur en geschiedenis liggen er voor het oprapen en de huivering van de kilte die af en toe vanuit de omliggende highlands en het water van de Forth of Firth in de vorm van mist over je heen komt is echt indrukwekkend.

Vanaf dat moment wisten we, die stad heeft ons in zijn zak. Hier komen we nog eens terug. En dat deden we. In 1999 bijvoorbeeld toen we hartje zomer die kant op gingen en verhuisden van dik 30 graden in Nederland naar net 14 graden in de mist daar. Want ook dat hoort bij Schotland. We maakten daar toen gebruik van het spoornet voor onze trips vanuit de Schotse hoofdstad en ook dat was een prima ervaring. In Juni 2007 waren we er weer.

Met de KLM, prima rechtstreekse verbinding, vroeg onderweg en dus meteen die eerste dag aan de slag met de Schotse ontdekkingstochten. En telkens weer die emoties. Een brok in de keel en meteen ondergedompeld in dat wat Schotland zo leuk maakt. Ironie is de Schot niet vreemd, maar aardig zijn voor bezoekers ook in de genen verpakt. Helaas zijn we daarna niet meer terug geweest. Soms verandert een mensenleven zodanig dat het er even niet van komt.

Terwijl juist die laatste trip me nog goed bijstaat omdat we los van onze ervaringen daar op de terugweg werden vervoerd in een vrijwel lege Boeing 737 van KLM die zelfs wat eerder vertrok, ons aan boord door de geweldige crew extra deed verwennen en ons veilig en wel maar ook een half uur eerder dan gepland aan kwam op Schiphol. Dat tel je toch bij mekaar op. En maakt dit soort trips extra aantrekkelijk. Edinburgh zit in het hart. En zal daar niet snel uit worden verwijderd. Ben benieuwd of jullie als lezers ook dat soort plekken kennen of bijvoorbeeld bepaalde trips kunnen koppelen aan fasen in je persoonlijke leven waardoor zo’n trip extra waardevol werd. Ik lees met plezier alle verhalen wel…. (beelden: Prive archief/Yellowbird)

Goede voornemens…

Goede voornemens…

Nadat ik alle medebloggers en lezers bij deze mijn goede en wel gemeende wensen voor 2024 heb doen toekomen ga ik over op dat wat veel mensen allemaal op een lijstje hebben gezet als goed voornemen voor dit nieuwe jaar. Alsof we van de ene op de andere dag een knop kunnen omzetten waardoor we ineens gezonder gaan leven, anders gaan denken of gedrag vertonen dat eergisteren nog compleet anders was. Je moet wel een idealist zijn wil je daarin kunnen geloven.

Ik ben zo niet. Realisme is me niet vreemd en ik weet dat er na een paar dagen al sleet zit in die voornemens. Als je echt iets wilt veranderen doe het dan op 1 juli of zo. Grote kans dat het dan wel lukt. We zitten nu nog in de flow. We eten de restjes op van de afgelopen feestdagen, vinden het zonde om die open flessen met een halve liter van dit of dat weg te gooien, en of we nu vandaag of morgen beginnen in de sportschool…..whatever!

Daarbij is het vast slecht weer dus komt van hard lopen ook niks en als de fiets nat wordt gaat hij roesten. Nee, gewoon doen wat je altijd al deed en bij jezelf blijven. Toch het beste…. Maar ja, de idealist vindt dat niet natuurlijk. Die wil de wereld van vooral anderen veranderen. Die kocht nieuwe lijm om zich (als het wat beter weer is…) vast te plakken aan de snelweg, eet geen vlees meer maar gras, vindt dat het democratisch proces ondergeschikt is aan de persoonlijke wens (eis) om te komen tot een maatschappij naar Maoistisch model. Tja, ook dat kunnen ‘goede voornemens’ zijn, al vind ik ze dan abject of idioot. Ieder zijn ding, mits ik er geen last van heb. Zelf ga ik voor een voortgang van dat wat me interesseert, opdat het leven niet saai verloopt. Altijd hetzelfde is ook niet alles. Daarbij gewoon door met hen die om me geven en ik om hen. Dat hoeft echt niet anders. De wereld kan ik niet verbeteren. De levenservaring heeft me dat wel geleerd. Dus maak ik me daar niet zo druk over. Tot het me persoonlijk raakt of dwars zit. Dan kom ook ik in actie. Of dat dan een goed voornemen is?? We gaan het zien…. Tot verder in dit nieuwe jaar mensen….we houden blogcontact……. (Beelden: archief)

Luchtbrug…

Luchtbrug…

Terwijl de wereld in de afgelopen weken weer aardig van de leg raakte als gevolg van islamitische terreur gevolgd door een keihard antwoord van de zijde van Israel, ik laat de andere conflicten die gelijktijdig plaatsvinden voor het beeld even buiten beschouwing, neem ik de lezer mee terug naar 1948. Ook toen hing de wereldvrede aan een zijden draadje. De geallieerden hadden samen het vreselijke Nazi-Duitsland overwonnen en hadden de grootste moeite om de ‘koek’ te verdelen. De Russen (Stalin) gingen er vanuit dat zij de grondoorlog hadden gewonnen en dat eigenlijk heel Duitsland onder hun jurisdictie zou moeten vallen. Met name het Ruhrgebied trok ze enorm aan. De Amerikanen, Britten en Frankrijk zagen het gevaar van het communisme en besloten dat zij niet alleen West-Duitsland wilden besturen, maar ook een belangrijk stuk van Berlijn.

Toen duidelijk werd dat de Berlijnse bevolking het gevaar liep te bezwijken aan gebrek aan alles en de Russen het zo hoog speelden dat ze alle weg/spoor/waterverbindingen blokkeerden was de maat voor met name de Amerikanen vol. Door stevig ingrijpen van een stel hoge generaals, ministers en ook president Truman werd een luchtbrug op touw gezet die zijn weerga niet kende. Met alle macht die de geallieerde luchtmachten op de been konden krijgen en met behulp van slimme luchtvaartondernemers die hun oude Dakota’s beschikbaar stelden (betaald uiteraard..) ging men aan de slag en vervoerde werkelijk alles wat in een vliegtuig paste en die Berlijnse mensen (maar ook de eigen contingenten soldaten) nodig hadden.

Van meel tot steenkolen, van groenten tot reserveonderdelen of cement. Op het hoogtepunt van de luchtbrug kwam er elke 1.5 minuut een toestel vol lading aan en werd in recordtempo gelost door vaak slecht betaalde Berlijnse inwoners die wel inzagen dat ze hiermee hun stad op de been hielden. De Britten zetten zelfs vliegboten in die naar de wateren binnen de Berlijnse omgeving vlogen en daar hun lading vanaf het water afzetten. De Fransen bleken weinig te kunnen bijdragen, hun sterk verouderde en in licentie gebouwde Junkers 52 vliegtuigen waren te klein en te langzaam. Het werd de luchtbrug van de Amerikanen en Britten. En de Russen keken knarsetandend toe.

En lieten het er soms op aankomen door met hun jachtvliegtuigen vlak voor de Amerikaanse en Britse transporttoestellen langs te vliegen of te claimen dat zo’n vliegtuig buiten de toegewezen corridors had gevlogen. Het leidde nog wel eens tot een crash. Toen bleek dat de stad zoveel veerkracht vertoonde dat eigenlijk alles wat normaal was in een stedelijke omgeving gewoon op gang was gekomen of voort ging, besloten de Russen om hun boycots op te geven en keerde de rust weder. Overigens bleef de onrust voortduren in en rond Berlijn. De beruchte Muur uit 1961 was het directe gevolg. De arme bevolking die daar achter kwam te leven had te lang gewacht met naar het westen over te steken. Dat hadden in de tussen liggende jaren veel Ossies wel gedaan. Hoe dan ook, die luchtbrug was een staaltje geallieerd machtsvertoon zonder wapens. De West-Duitsers en Berlijners zijn daar nog steeds dankbaar voor. Overwonnen, geknecht, maar niet vergeten. Een boek van grote interesse over het onderwerp las ik onlangs met belangstelling uit. Goed van feiten, fraai van beelden. Een episode uit onze geschiedenis die bij sommigen nu bijna is vergeten, maar heel belangrijk is geweest voor de opkomst van het Duitsland zoals we dat nu kennen. En wellicht bijdraagt aan de frustraties bij de Russen die het liefst alle gebieden waar de Duitsers ooit zaten hadden ingelijfd. Hadden we hier het communisme gehad waar sommigen nu nog zo naar lijken ter verlangen. Ik dank God dat dit zo niet is gegaan…. Het boek was te koop met ISBN Nr. 978 90 452 1566 0. (Beelden: Prive/internet/archief)

Smullen bij de Witte Bergen..

Smullen bij de Witte Bergen..

Ik neem de lezer graag even terug naar de Dierendag van vorige maand. Die dag vieren wij meestal buiten de deur, zonder de dieren thuis verder iets te kort te doen. Op die datum namelijk, lang geleden alweer, trouwden wij en dat vieren we samen veelal in alle bescheidenheid. Grote feesten zijn aan ons niet besteed, we doen dat graag even samen. Dus reden we die dag begin oktober rond in het Gooi. Wandelden over de hei, rommelden wat in onderweg tegenkomende winkels, bekeken leuke plaatsjes en besloten een lekkere lunch te nemen in Hotel-Restaurant de Witte Bergen. Een onderdeel van de Van der Valkketen, wat inhoudt dat wat je eet vaak lekker is en redelijk betaalbaar. Dit filiaal van de Toekanfamilie ligt sinds jaar en dag aan de snelweg A1 bij Hilversum.

Het was er bij ons bezoek als altijd druk, zakenmensen ontmoeten elkaar hier, er wordt door de mediawereld nog wel eens wat vergaderd en mensen met een goede band op welk terrein ook vinden elkaar in de anonimiteit van de drukte. Druk is het vooral ook op het parkeerterrein naast het spulletje. Maar eenmaal de auto veilig weg gezet is het binnenshuis redelijk goed mogelijk om een tafel te scoren die voldoet aan de verwachtingen. Wij zaten aan het raam, de A1 loopt er vlak langs en dat is best een aardig verzetje als je elkaar niks meer te vertellen hebt. Nu komt dat bij ons vrijwel nooit voor hoor, wij kakelen ons wel door de dag heen, maar toch…. De bediening werd verzorgd door een stevige dame op enige leeftijd, maar die deed dat met verve en humor. Bij zo’n gelegenheid net de juiste toon voor ons. We kozen een Twaalfuurtje, lekker drankje er bij, niet te veel, maar net vet genoeg om er extra van te genieten.

De wachttijd op het bestelde eten was niet te lang, we luisterden intussen deels mee met de gesprekken om ons heen. Van de miljoenendeals die over tafel vlogen bij de twee zakenmannen links van ons tot de verhalen over Tante Jo en haar nieuwe lover achter ons. Blijft leuk bij Van der Valk die diversiteit. Grappig genoeg was duidelijk dat toen wij eenmaal waren uitgegeten het restaurant intussen half leeg was gelopen. De lunchgasten verdwenen. Rust weergekeerd. Dus nog maar een bakkie…. De dame bracht het met een glimlach en veel snelheid. Zij kon er wat van. Na afrekenen nog even de toiletten bezocht. Die bevinden zich in een onder-etage naast de lobby van dit bekende hotel. Keurig netjes, zoals je verwacht. Niks mis mee. Kortom, een plezierig bezoek aan een van oudsher bekend adres. Het was voldoende voor onze stemming van die dag. Groots vieren gaat aan ons voorbij zoals gezegd en samen is een blijft toch wel overeind. Van der Valk krijgt van ons een prima 9 voor wat we hier hebben ervaren. Prijs/kwaliteit klopt, ambiance druk maar eigenlijk ook wel gezellig. Alleen dat parkeerterrein, dat is wel een dingetje. Want als ik geen parkeerplek had kunnen vinden was ik hier wel doorgereden. Maar goed… (Beelden: Internet/prive)

Botte marketing-les…

Botte marketing-les…

Kijk, een van de lessen die ik leerde in mijn professionele carriere is dat je moet doen wat je zelf predikt. Dus als je meent dat jouw merk auto, drank, brood of pakweg je geloof het beste is wat de mensheid kon of kan voortbrengen dat je dit dan ook door eigen gedrag uitdraagt. Is bij die geloven of religies al erg lastig, maar in het geval van marketing en verkoop en zeker ook de politiek is het kennelijk buitengewoon ingewikkeld. Een volkspartij die zegt te staan voor de gewone man, de arbeidersklasse of zoiets, moet geen voorman/vrouw kiezen van het type Kaag, want dan ben je meteen ongeloofwaardig. Ben je voor het welzijn van de dieren moet je niet allerlei bbq’s organiseren, want dan val je direct door de mand. Een dikke kapitalistische voorman van de PvdA/Groenlinks is dus voor mij meteen ongeloofwaardig en ik snap dan ook niet dat er zoveel linksige types achteraan lopen. Net zo min als ik snap dat je achter de dame van de SP aanloopt met haar prachtige mantelpakjes en jurkjes. Die hoort vanuit haar achtergrond in Mao-pakken rond te lopen. Nou zo is het dus ook op andere terreinen van toepassing.

Ik snapte nooit dat wij indertijd dealers in de organisatie hadden die bij een meeting of training op kwamen dagen in een Mercedes of BMW. Je gaat naar het sportveld, de familie of de kerk met de auto die je verkoopt. Ik zelf was daarbij aardig zuiver in de leer, maar ja, dat kwam ook pas na een paar jaar natuurlijk. Al doende leert men. Dus vind ik ook dat winkels die staan voor goede kwaliteit of veel voor weinig, dan wel (voorbeeld) betaalbaar eten, in het eigen restaurant geen bestek moeten verstrekken dat absoluut niet is opgewassen tegen de te stellen taken voor dat spul. Ik heb het als voorbeeld maar even over de Hema. Een bedrijf waar men jarenlang goede kwaliteit voor betaalbare prijzen predikt te verkopen. Nou dat geldt niet voor dat bestek in hun restaurants. Al enige tijd erger ik me gek aan het feit dat je met de verstrekte messen de (verder heerlijke en dik belegde broodjes) niet kunt doorsnijden. Toch een kerntaak voor dat soort gereedschap. Dat moet toch beter kunnen zou je denken. Geldt ook voor hun stoelen. Die maken een krasgeluid van heb ik jou daar op de veelal stenen vloer van die winkel. Kwestie van een paar vilten glijertjes en hup opgelost. Maar nee hoor, in zowat elk filiaal is het een gekras en gekleppen van jewelste. Ik snap dat niet. Zal wel een oekaze vanuit het hoofdkantoor achter zitten, maar het klopt niet bij het best vriendelijke imago van deze zaken.

Ook enkele vorken van dat bestek krijg je soms zo krom in handen dat kennelijk iemand anders er voordien ook mee heeft getracht de etenswaar in bedwang te houden en daarbij Uri Geller-achtige krachten uitoefende op het dunne materiaal waaruit die vork is gemaakt. Dat moet beter kunnen Hema! Nu leidt het tot ergernis. Terwijl er met die broodjes helemaal niks mis is. Leg vijf cent op de prijs van elk aangeboden gerecht of versnapering en je kunt jezelf duurder en beter (vooral scherper) bestek veroorloven. Maakt mij in ieder geval gelukkig(er). (Beelden: prive)