Thuisbasis Interflug..

Thuisbasis Interflug..

Voor iedereen die na 1989 is geboren zegt de term DDR (Deutsche Demokratische Republik) weinig tot niets meer, maar ooit was dit de communistische tegenhanger voor de BRD, oftewel de Bundesrepublik Deutschland die bij ons meer bekend werd als West-Duitsland, onze oosterbuur. Die DDR ontstond niet zo maar, het was de door de Russen bezette zone van Oost-Duitsland waar men na de oorlog met het Nazi-regime even afrekende voor de schade aan mensen en materieel die dat abjecte stuk uit de Duitse geschiedenis had aangericht in de Sovjet-Unie. Het resultaat was knechting van hen die verantwoordelijk werden gehouden, maar ook totale ontmanteling van de vaak van voor de oorlog befaamde industriele complexen. De Russen plunderden alles wat van hun gading was en namen dat mee naar het oosten. Het resultaat was dat het nieuwe communistische regime totaal opnieuw moest beginnen.

Op elk terrein. Ook op dat van de luchtvaart. Wat voorheen Deutsche Lufthansa had geheten moest nu opnieuw worden op- en ingericht. Dat gebeurde overigens in beide Duitslanden tegelijk en zo kon het gebeuren dat zowel in de BRD als in de DDR vliegtuigen met die opschriften opstegen. Helaas voor de DDR-regering won West-Duitsland de juridische claim op die oude naam en moest men in het oosten overschakelen naar een nieuwe. Dat werd Interflug, de staatsluchtvaartmaatschappij van de DDR dus. En dat bedrijf verzorgde niet alleen allerlei vliegverbindingen met andere landen of steden binnen de DDR, men deed ook veel op agroculturele sproeivluchten of had een afdeling speciaal transport die met Russische helikopters allerlei objecten op plekken bracht waar je met hijskranen niet kon komen.

Dat alles vanuit de basis voor het bedrijf, het vliegveld Schonefeld bij Berlijn. Want voor de DDR was Berlijn de hoofdstad. Dat won men ‘met dank aan Stalin’ dan weer van het Westen waar de Duitse regering noodgedwongen in Bonn verbleef. Dat vliegveld was ooit een fabrieksveld voor een van de grote Duitse vliegtuigbouwers en werd door de jaren heen steeds verder uitgebouwd. Zeker toen Interflug al maar grotere vliegtuigen ging gebruiken waardoor het aantal passagiers steeg en de afhandeling van passagiers en vracht steeds meer ruimte vroeg. De vloot van Interflug bestond uit Russische en Tsjechische toestellen. Daarvan was op enig moment de Ilyushin Il-62 het grootste vliegtuig. Bedoeld voor lange afstanden en het vervoer van 160-180 passagiers. Voordeel was dat de DDR dit toestel goed kon benutten als imagodrager, nadeel, je had er enorm lange start/landingsbanen voor nodig en die werden daar in Berlijn dus in allerijl gebouwd. Hoe dat allemaal ging staat in een alleraardigst boek over dat vliegveld waarin de geschiedenis van Schonefeld en Interflug aan elkaar worden gekoppeld. Het boek (ISBN 978-3-86777-454-3) van Verlag Rockstuhl vond ik een tijdje terug bij een Flevolandse Kringloopwinkel in absolute nieuwstaat. Ik heb er van genoten. Het legt vingers op zere (communistische) plekken maar laat ook zien hoe zeer men bezig was om van dat land een succes te maken binnen de beperkingen van het Stalinisme. In 1989 verdween de DDR, het Berlijnse vliegveld kwam in gebruik bij westerse vliegmaatschappijen (waaronder Lufthansa), Interflug werd opgeheven, de vloot verkocht en de geschiedenis vrijwel uitgewist. Gelukkig ben ik er om af en toe even wat toe te voegen aan de geschiedenis en kennis over dat speciale fenomeen….Het boek van auteur Horst Materna voegde veel toe. (beelden: Archief)

In de sneeuw naar Berlijn…

Telkens als we iets te vieren hebben of hadden deden of doen we iets leuks. Zo wilden we nog wel eens een tripje maken als bijvoorbeeld vrouwlief jarig was. Dat kon soms uitgebreider dan op andere keren in onze persoonlijke geschiedenis, maar in november 1988 vierden we een kroonjaar voor haar en besloten we dat te doen in Berlijn. Nu was dat een stad die je vanaf Schiphol alleen kon bereiken met Amerikaanse of Britse vliegtuigen, andere carriers zoals KLM mochten er door de toenmalige verdeling van Duitsland nog niet heen.

Dus checkten we op de 16e november, een dag voor haar daadwerkelijke verjaardag in voor de DanAir-vlucht uit die periode, in de vroege ochtend. Het vliegtuig waarmee we vlogen was een tweemotorige turboprop van het type British Aerospace/Avro 748 en zo’n kistje nam een 50-tal passagiers mee. Achter in de cabine was een open ruimte achter een vangnet waar men de bagage of wat vracht kon opbergen en de piloten liepen ons voorbij richting cockpit in een half militaire outfit.

De twee Rolls Royce Darts maakten voldoende geluid om elkaar nauwelijks te kunnen voorstaan maar in een uur en 38 minuten stonden we op het vliegveld van Berlijn (Tegel). De bijzondere ervaringen daar konden beginnen. Zo was de verdeelde stad nog echt een avontuur. We vermaakten ons prima en deden veel inzichten op over de enorme kloof tussen het vrije westen en het communistische deel van Duitsland dat nog onder een echt juk zuchtte van autoritaire controles en AK-47’s.

We bezochten uiteraard de bekende plekken van Berlijn en vierden de verjaardag van vrouwlief in alle vrijheid en sfeer die past bij zo’n gelegenheid. Op de 20e november 1988 moesten we weer terugvliegen richting Amsterdam. En was het de bedoeling dat we onze hotelkamer om 11u leeg verlieten. We mochten de bagage stallen achter de lobby. Maar verrassing…het begon te sneeuwen, en niet een beetje. Binnen de kortste keren lag er een dik pak van dat witte spul.

Dus maar even naar de Zoo, daarna in het Europacentrum een bakkie doen met een lekker broodje, dan nog even over de net gestarte Kerstmarkt daar vlak bij en genieten van een Gluhwein mit Schuss. En dan met de bus naar het vliegveld. Waar we al snel zagen dat de (zelfde) Britse turbopropper onder een fiks pak sneeuw verkeerde….Zou het toestel nog wel gaan? Toen we uiteindelijk konden inchecken deden we dat en bekeken het tafereel van het ijsvrij maken van de kist. Al snel zag die er toonbaar uit, maar ging het daarna toch weer sneeuwen…Het werd spannend.

Toch kwamen we zonder vertraging aan boord. Het voor de tweede keer ijs en sneeuw verwijderen ging zo heftig en met zoveel kracht dat het dwars door de randen van de raampjes naar binnen kwam zetten. Dus natte arm en shirt…Maar de kist startte de motoren en reed door de kledder en over een halve ijsbaan naar de schoongeveegde startbaan… In een uur en dit keer 35 minuten terug naar Amsterdam. Waar het helemaal schoon was. Nooit sneeuw gezien in Nederland. Het avontuur voorbij. Naast die leuke ervaringen waren we ook verliefd geworden op die prachtige Duitse hoofdstad van de toekomst toen. We zijn er nog een paar maal terug geweest. Maar niet meer in zo’n nostalgische propliner. Was best jammer eigenlijk…. (Beelden: Prive)

DDR Middenklasser; Wartburg!

DDR Middenklasser; Wartburg!

Hoewel als het op auto’s aankomt uit de DDR met name de Trabant de meeste mensen nog wel iets zegt, was er in dat communistische deel van Duitsland nog een tweede fabrikant van belang te vinden. En die dankte haar bestaan in het oosten vooral aan de erfenis nagelaten door zowel BMW als DKW. Immers die fabrikanten bouwden tot in WO2 nog gewoon auto’s in dat ene verenigde Duitsland maar verkeerden na afloop van de oorlog ineens aan de ‘verkeerde kant’ van het IJzeren Gordijn.

De fabrieken werden deels door de Russen leeggeroofd en wat overbleef genationaliseerd en opnieuw op de benen gezet voor een langzame maar zekere nieuwe start in die totalitaire heilstaat. In het Oost-Duitse Eisenach startte men de productie van auto’s al snel weer op. Eerst als EMW, erfopvolger van BMW met wagens die voorheen ook daar vandaan waren gekomen. Later werd die fabrikant omgedoopt tot VEB Automobilwerk Eisenach. Daar zette men IFA’s in elkaar, in feite Oost-Duitse DKW’s met de bijbehorende tweetaktmotor.

Uit dat wagentype onwikkelde AWE de eerste Wartburg, aangeduid als model 311/2. Een op zichzelf sierlijke auto met een 3 cilinder tweetakt voorin en aandrijving op de voorwielen. Deze wagens waren anders dan de kleinere Trabants niet van kunststof gemaakt, maar van metaal. Naast een sedan kwam er ook een Coupe op de markt, een stationcar (Camping Limousine), een cabriolet en een afgeleid sportwagen die veel leek op een Italiaans ontwerp.

De speelse extra luxe of sportieve modellen waren de leiding in de DDR van toen veel te frivool en die werden al snel stopgezet zodat alleen de sedan en stationcar overbleven voor de volkskameraden. Deze reeks werd gebouwd tot men in de tweede helft van de jaren zestig overstapte op de Wartburg 353.

Dat was best een forse maar ook strak gelijnde auto die jaren lang toe moest met een driecilinder-tweetakt van net geen 1000cc. De wagens vooral bestemd voor de echte diehard partijkaders en overheidsambtenaren. Naast een sedan kwam er ook weer een stationcar van uit en daarnaast een pickup met diverse opbouwen boven de laadbak zodat een echte bestelauto ontstond. De Wartburg 353 bleef jaar na jaar in productie. En was altijd maar matig leverbaar voor normale kameraden.

Dat kwam ook door de relatief lage aantallen die men in de oude fabriek van Eisenach produceerde. Zelfs met inzet van andere productielijnen lukte het niet goed om die aantallen op te vijzelen. Nadat de wagens tot ver in de jaren tachtig waren gemaakt op de oude bekende wijze, nam men bij de communistische leiding van land en economie het besluit om de Wartburgs uit te rusten met nieuwe viertaktmotoren van VW. Daartoe moest de Wartburg worden aangepast en de productielijn tijdelijk stil gelegd. Uiteindelijk verscheen de auto met een wat andere neus en met een 1.3 liter VW Golf motor onder de motorkap.

Toen de eerste exemplaren net beschikbaar kwamen stortte de DDR als zelfstandige staat in (Wende) en was de auto ineens niet meer van interesse voor de ‘Ossies’ die liever een westerse tweedehands auto kochten. Wartburg overleefde die overgang niet. Maar de technologie en kennis van de arbeiders en ingenieurs ging niet verloren. Opel liet er op enig moment motoren en versnellingsbakken maken en zo bleven heel wat mensen in het nieuwe Duitsland aan de slag. De Wartburgs zijn overigens ooit ook geimporteerd in Nederland. De kwaliteit was prima, maar de uitstoot van de oude tweetaktmotoren deed ze de das om. Tegenwoordig worden heel wat opgevoerde exemplaren in het vroegere Oost-Duitsland gebruikt voor rallies of races en daarbij doen die wagens het gewoon goed. Niet zo gek als je bedenkt wie de voorouders waren van deze auto’s. Dat vertaalt zich toch. (Beelden: archief)

Pruttelende bestseller…

Pruttelende bestseller…

O, o, wat moesten sommige ‘autokenners’ in vroeger jaren toch lachen om die wagens uit het zgn. Oostblok van voor 1989. Volgens hun ‘kennis’ waren al die auto’s gemaakt van plastic en reden ze zonder uitzondering op tweetakt-benzine/oliemengsels. Nou dat was een grove misvatting. Wie hier regelmatig leest zal het zijn opgevallen dat al die ‘kennis’ niet klopte. Er was maar een auto met dit concept, de door het Oost-Duitse staatsbedrijf Sachsenring gebouwde Trabant. En die wagens werden niet zo maar van deze bouwwijze voorzien. Het was de enorme druk vanuit de communistische Sovjet-overheersing die maakte dat de meeste fabrikanten uit het vroegere Duitsland last kregen met de aanvoer van materialen als staal voor de auto-industrie.

Juist voor Sachsenring, ooit een erfopvolger voor het trotse Horch van voor de oorlog, was dit een ramp. Men wilde graag de massa-motorisering van de Volkskameraden verzorgen maar kreeg domweg niet de materialen om dat te doen. Dus greep men naar alternatieven. Slim als de Oost-Duitse ingenieurs waren ontwikkelde men toen Duraplast. In feite een mengsel van textielvezels uit de Sovjet-Unie, gedrenkt in harsen die men onttrok aan de eigen bruinkoolmijnen en perste dat goedje tot keiharde kunststof plaatwerk.

Omdat het spul niet zo hield van rondingen waren de eerste en latere Trabants veelal aardig rechthoekig van vorm. Men zette die kunststof platen op een frame van metaal en hout, en voegde er een oude DKW-tweetaktmotor aan toe die de voorwielen aandreef. De eerste wagens van dit type (P50 en later de 500) waren nog relatief simpel en grof gebouwd. Maar het concept werkte en de belangstelling voor de wagens was in eigen land oneindig groot. Zo groot zelfs dat de productie steeds verder werd opgevoerd. In 1964 verscheen de P601, de Trabant zoals we die nu nog steeds zo goed kennen. Met een tweecilinder van 594cc inhoud had je dan 23 (later 26) PK’s beschikbaar. Kon je net de 100km/u mee halen. Voor het Oosten van Europa meer dan genoeg. In onze streken waar de Trabi’s ook werden geimporteerd en verkocht was dat net te weinig.

Daarbij was de typische walm van de tweetaktmotoren voor veel mensen net even te veel van het goede. Neemt niet weg dat zijn ultiem lage prijs zorgde dat er nog steeds kopers voor waren. In de DDR was de wachttijd voor een nieuwe Trabant 10-15 jaar. Tweedehands exemplaren waren vaak net zo duur als een nieuwe. Heel gevraagd was de Universal stationcar waar je wat meer bagage in mee kon nemen. Hoewel de techneuten in het oosten van Duitsland werkten aan allerlei nieuwe modellen voor hun Trabantklanten, hielden de communisten de poot meer dan stijf. En zo duurde het tot in 1988 voor ook bij Trabant moderne viertaktmotoren van VW voorin de Trabi’s werden gelepeld. Maar daarvoor moest het karretje wel compleet worden aangepast. En toen men daarmee klaar was werd de DDR opgeheven en geintegreerd in de BRD. Daardoor was de markt voor de Trabant ineens totaal verdwenen. Veel van die karretjes werden gewoon bij het grofvuil gezet en vernietigd. Het overblijvende wagenpark werd gelukkig vaak gekoesterd. En daardoor stegen de prijzen de laatste jaren aardig. Onderdelen zijn niet echt een probleem, er zijn genoeg oude garagisten uit de oude DDR die een hele voorraad hebben liggen. Hoe dan ook, er zijn miljoenen Trabants gemaakt en verkocht. En er zijn maar weinig modellen van volgens kenners ‘bekendere merken’ die deze aantallen achter hun naam of nummer hebben staan. Alleen daarom al is dat Trabant best een model dat als merk door het leven kan. Want wie heeft nog van VEB-Sachsenring (de fabrikant) gehoord?? (Beelden: archief)

Oorlog…

Oorlog…

Ik kom vandaag met een totaal ander bericht dan dat wat ik hier deze datum eerder had gepland. Weet je veel dat in die planning, opgesteld in je vredige zonovergoten werkkamer, ineens oorlogsnieuws binnenkomt als een mokerslag van een Russische hamer. Poetins Rusland viel Oekraine binnen.. Onder valse voorwendselen en met veel kracht en macht. De Oekrainers vechten terug en een deel van de bevolking vlucht naar het westen. Voor mij, meninggever met een ervaringsleeftijd waarin o.a. Hongarije, Tsjecho-Slowakije, Afhanistan, Vietnam, en de Balkanoorlogen of die in Irak allemaal voorbij kwamen, is die oorlog confronterend, maar zeker niet verrassend.

Alle voorwaarden voor wat nu gebeurt zijn geschapen in de jaren negentig. Immers na uiteenvallen van de Sovjet-Unie raakten veel landen uit die voormalige Unie of daardoor ooit bezet, in verwarring, sommigen kozen voor onafhankelijkheid, andere kozen voor de dictatuur, en weer anderen sloten zich aan bij een of twee westerse bondgenootschappen. Doodmoe van overheersing door derden en met name de Russen, zag je in Midden- en Oost-Europa een grote voorkeur voor de EU en NAVO. En toenmalige (democratische gekozen) machthebbers of regeringsleiders in het westen zagen hun kans schoon en rukten graag wat landen op naar het oosten.

Vanuit het Poetindenken in Moskou was dat laatste een gruwel. Als oud KGB-man zag Poetin ‘zijn Rusland’ door een paar jaren van chaos verworden tot een armlastig land dat niet meer serieus werd genomen door het westen. Al snel trok hij de touwtjes aan, liet steenrijke miljardairs meebetalen aan heropbouw en zette ook de verloederde strijdkrachten weer opnieuw op de benen. De modernisering daarvan kon ook worden gefinancierd door de enorme olie/gasverkopen. Immers zijn Russische Rijk leunt sterk op de export van dat spul. En in het westen maar ook elders, is men in grote mate afhankelijk van dat spul.

Tijdens die opbouw van zijn nieuwe Russische Rijk kwam hij er snel achter dat de Tsjetsenen met hun islamitische achtergrond een lastig te bedwingen factor zou worden en zo werden er bloedige oorlogen uitgevochten in dat land. Het oude Rode leger leerde er veel van. Later in Georgie paste men veel van die lessen toe en zorgde zo dat in die regio rust terug kwam onder dwang. Dezelfde tactiek paste men toe op Oekraine. Conflicten met zgn. seperatisten in het oosten van dat land (MH17), dan de Krim innemen en nu die invasie. Waarbij de weerstand van de Oekrainers duidelijk heftiger is dan men kennelijk verwachtte. Bedenk maar wel dat hetzelfde Oekraine ooit, in 1990, een nucleaire macht was, met atoombommenwerpers, raketten en onderzeeboten. In een deal die men sloot met zowel Rusland als het westen werd die nucleaire macht afgenomen van de Oekrainers.

Het leger naar een betaalbaar niveau afgebouwd. Nu is dat toch wel even een dingetje. Brussel riep en roept dat Oekraine bij de EU hoort, de Navo had soortgelijke verhalen. In ons land stemden we intussen massaal tegen een associatieverdrag met de Oekraine. Het werd een zinsnede in een verdrag dat toch werd doorgezet door Brussel. We zijn het snel vergeten, maar toch…helemaal zuiver is dat allemaal niet. Ook niet richting Oekrainers. Die kregen een hand, gaven er een terug, maar het leverde ze weinig concreets op. Nu de dictator toe heeft geslagen maken we ons druk om dat arme volk. En terecht, maar er zit wel iets voor en daar mogen we ons in het westen best wel zorgen over maken. En er zijn parallellen met die arme Oost-Duitsers, Hongaren en Tsjechen. Mooie woorden, steun, maar geen ingrijpen vanuit het westen. Woorden, geen daden. Frustraties logisch. Ik hoop oprecht dat die invasie mislukt en de Russen door isolatie tot inzicht komen dat dit soort agressie niet meer werkt anno 2022. Maar een bijtgrage hond opsluiten in een hok houdt de agressie niet beperkt. Het wordt tijd dat we eens wat anders aankijken tegen een wereld waarin de democratie toch weliswaar beste vorm van samenleving lijkt maar de dictaturen de spelregels bepalen. En rara wie het zover heeft laten komen…..(beelden: internet)

De linkse revolutie…

De linkse revolutie…

Nee, dit gaat niet over de revolutie van Kaag en de wonderlijke types die daar achteraan lopen, dit gaat over de lieden die ooit het communisme tot grote bloei wisten te brengen. De gedachte er achter nog wel te snappen. Het idee kwam uit Frankrijk waar de schathemeltje rijke koningen en keizers van toen meenden dat hun welvaart toch vooral door het ‘volk’ moest worden opgebracht en armoede plus honger daarvan de minieme gevolgen waren. Vrijheid, gelijkheid en broederschap verpakt in communes van arbeiders maakten een einde aan alle koningen en hun aspiraties voor de toekomst, de adel werd een kopje kleiner gemaakt en het volk de baas op straat.

En daarna was het overal waar bevolking en toplaag binnen een samenleving te ver uit elkaar leefden op enig moment raak. De gevolgen van dat ingrijpen van het proletariaat in die samenlevingen zou eenieder die ook maar iets van geschiedenislessen heeft gehad duidelijk moeten zijn. Immers het is nergens tot een echt succes vertaald. Altijd kwam er weer een nieuwe bovenlaag die elk particulier initiatief de grond in boorde of in bloed smoorde. Lenin, Stalin, Castro, Pol Pot, de leiders in Vietnam, en wat zich zoal in China afspeelde (Mao) of Noord-Korea. Opgeteld heeft men wel eens berekend dat die communisten samen zo’n 300 miljoen slachtoffers hebben gemaakt.

Vooral onder hun eigen volgelingen. De planeconomie was een wanhoop, de geldontwaarding ongekend en de ellende in de wereld door oorlogen en conflicten om de doctrine uit te dragen was verschrikkelijk. Je snapt dan ook niet dat er mensen zijn die deze idealen nog steeds achterna lopen. Immers elke afwijking van de leer wordt in de kiem gesmoord. Onlangs nog zagen we hoe demonstranten in het Aziatische deel van de vroegere Sovjet-Unie door het daar nog steeds aan het Stalinisme vasthoudende regime met kogels van de straten werden geschoten.

De vrijheden van Hong Kong zijn intussen tot een minimum beperkt en in het land van Kim Jong Un bestaat vrijheid uberhaupt niet meer. Vrijheid heeft men onder die lui daar geschrapt, gelijkheid is er wellicht voor de werkmieren, niet voor de zelf benoemde koningen en koninginnen van het Marxisme. En broederschap? Alleen als men iets nodig heeft en de buren daarvoor kunnen zorgen. Ik heb in Oost-Europa in die landen daar tijdens dat communistische juk genoeg gezien en beleefd om er een mening over te vormen.

Nee, we moeten hier niet willen dat deze clubs ons leven gaan bepalen. Het leidt altijd tot top-down redenaties over wat je wel en niet mag zeggen of denken. Altijd overgiet men anders denkenden met een sausje van ultra-rechts of contra-revolutionair. En dat past precies bij wat er al die jaren communisme met veel burgers is gebeurd die het juk zat waren. En bedenk ook maar dat hoe slecht het wellicht soms gaat in ons land vrijheid van meningsuiting nog steeds bestaat en we ook mogen kiezen welke leiders ons bevallen. Al bevalt die keuze juist links steeds minder en pakt men dan de macht via media, justitie en andere wegen. Het is dus zaak op te letten en niet alles te geloven wat zoal wordt georeerd vanuit die kring. Het meest is propaganda…. En op dat punt kijkt men graag naar juist die regimes die dat tot kunst hadden verheven…. (Beelden: Archief)

Weimar…

Weimar…

In de jaren na WO1 ontstond in Duitsland een machtsvacuum omdat de toenmalige Keizer Wilhelm vluchtte naar Nederland en hier in Doorn onderdak vond, maar zijn land achter liet in chaos en armoede. Duitsland had volgens de geallieerden de oorlog verloren, de Duitsers zagen dat overigens heel anders, en de overwinnaars legden het oude keizerrijk zodanige sancties op dat het bedrijfsleven er vrijwel werd lam gelegd en de burgers nauwelijks aan de kost konden komen.

Een nieuwe democratische regering werd gevormd in Weimar (overigens in de vroegere DDR gelegen en zeer de moeite van een bezoek waard al was het maar omdat ook Goethe daar wordt vereerd) en baseerde zich op een Republiek die met een Rijkskanselier uitgerust een prima alternatief bleek voor die afgezette monarchie. Maar de vernedering van de Grote oorlog had diepe wonden geslagen en het land was eigenlijk geen echte eenheid meer. Dat vertaalde zich in een inflatie die zo groot werd dat een brood op enig moment een paar miljard D.Mark kostte. Om een en ander te camoufleren drukte men zoveel biljetten bij dat wat je vorige maand nog in je handen kreeg deze maand 100% minder waard was.

De geldpers als alternatief voor een evenwichtige economie. Weimar ging kopje onder toen communisten en rechts-radicalen aan de boom van de democratische regering rammelden en dreigden die boom om te kappen. De financiele crisis van 1928 deed de rest. Duitsland rijp voor ofwel een communistische dominantie naar Sovjet-model of een ‘staat van fatsoen’ onder mensen die hielden van ‘opruimen’. Die laatsten wonnen en vanaf 1933 werd ene Adolf Hitler verkozen tot regeringsleider. De rest is geschiedenis. Wat wel beter werd, de inflatie beteugeld, de industrie weer op gang gebracht en de armoede verleden tijd. Dat van die inflatie en die geldpersen is iets van alle tijden.

Want wie wel eens heeft gekeken naar de Amerikaanse economie weet dat die voor triljoenen dollars bestaat uit schulden die men voor een groot deel weer compenseert met bijdraaien van enorme bedragen nieuwe dollars. En hetzelfde zie ik nu weer in Europa. Miljarden worden maandelijks gestoken in overeind houden van de economie rond corona. Het hele bestrijden van die pandemie gaat nu alleen al in Nederland op weg naar de 100 miljard extra staatsschuld. Het nieuwe kabinet Kaag gooit daar nog eens tientallen miljarden overheen bedoeld om onze economie om zeep te helpen ten behoeve van het ‘klimaat’. En dat lenen we dan weer bij de ECB die de rente voor dat lenen op nul houdt en naar behoefte Euro’s bijdrukt. Onlangs hoorden we dat de inflatie ineens dik boven de 5% is gestegen.

Dat maakt dat ons burgerbezit er op achteruit gaat en onze spaarreserves nu maandelijks aan waarde inleveren. Goed nieuws voor veel mensen die menen dat nivellering een doel op zich is en stopzetten van die economie een voorwaarde voor een groenere wereld. Slecht nieuws voor hen die met hard werken en spaarzaam zijn een reservepotje opbouwden ‘ voor later’. Inflatie is een glijdende schaal. En wie wel eens op een glijbaan zat weet dat als je eenmaal de weg naar beneden hebt genomen er vrijwel geen weg terug meer is. Inflatie als in de tijden van Weimar ondenkbaar?? Je weet maar nooit. En de splijting in de samenleving tussen links en rechts (het middel is vrijwel verdwenen) zegt ook wel iets. Want inflatie is niet alleen een economisch dingetje, het heeft ook gevolgen voor ons aller denken en doen. En dat is best verontrustend. (Beelden: eigen archief/internet)

Snel uit de DDR…

Snel uit de DDR…

Voor velen is het zo dat de DDR in haar bestaansgeschiedenis vooral kleine pruttelende auto’s voorbracht als de nu weer in de gratie van liefhebbers terug gehaalde Trabant.

Maar die geschiedenis van dat voor communisten ideale land was wel een beetje breder. Laten we vooral vaststellen dat voor de ‘bevrijding’ door de Russen van Oost-Duitsland, grote delen van de productie van nu nog steeds bekende merken als Opel, BMW, DKW, en zo meer juist daar plaatsvond. Dat had ook van doen met de historische situatie dat in Midden – en Oost-Europa de nodige grote autojongens hun herkomst hadden. Toen dus die Russen dat gebied innamen troffen ze een schat aan knowhow aan waarmee ze hun eigen auto-industrie opsierden. Wat men de Oost-Duitsers liet waren vaak lege fabriekshallen, mensen, en wat tekeningen. Op basis daarvan zette men die vroegere auto-industrie weer op poten. Maar onder communistisch juk deelde men die industrie wel in op andere wijze.

IFA nam de boel van DKW/Auto-Union over en en-passant ook de oude BMW-fabrieken waar men later Wartburgs ging bouwen. En op basis daarvan ontstond een automerk dat een beetje buiten de gevestigde orde een eigen naam en faam wist op te bouwen; Melkus. Grote kans dat de lezer er nog nooit van gehoord heeft, maar Heinz Melkus, de naamgever en oprichter, was ooit een succesvolle coureur en rijschoolhouder. Op basis van een Wartburg 312 bouwde hij een geheel eigen sportwagen waarmee hij bewees dat je met die tweetaktmotoren van de Wartburg best snel uit de voeten kon. Hij kreeg nog wat extra aandacht toen hij basis-Wartburgs ombouwde en aanpaste voor het betere rally/racewerk. De RS-1000 was een volgende oefening van bekwaamheid.

Een prachtige wagen met middenmotor (Wartburg), vleugeldeuren, kunststoffen carrosserie en bijbehorende prestaties. Een auto die je ook helemaal niet zou verwachten in de DDR van toen. De communistische leiding bekeek het allemaal met argwaan. Stond Melkus toe zijn ding te doen als hij maar niet buiten de gebaande paden zou komen. Om zijn bedrijf overeind te houden ging Melkus toen ook maar Lada’s verbouwen voor het betere racewerk. Zijn eigen sportwagens werden in een serie van 500stuks gebouwd en verkocht. Een mooie basis voor een latere heropbouw van zijn bedrijf als de DDR zou stoppen te bestaan. Toen dat in 1989 daadwerkelijk gebeurde werd Melkus echter direct BMW-dealer. In 2005 overleed Heinz Melkus, hij was toen 77 jaar oud. Zijn nalatenschap is nog steeds zichtbaar in die wagens die hij toen bedacht en bouwde. Al bleven er van zijn best fraaie sportwagen slechts een paar tientallen rijdend bewaard. Hij moet wel worden herdacht als een man met moed die dwars tegen de gangbare principes van partij en systeem in zijn eigen gang ging en heel wat mensen in die DDR het gevoel kon geven dat er meer kon dan pruttelend in een kleine vierkant doosje over de toenmalige wegen heen hobbelen. (beelden; Archief)

Berlijn – optelsom der dingen..

Berlijn – optelsom der dingen..

Branderburger Tor in 2012…Geen muur meer, geen scheiding…

Na de al eerder beschreven steden waarmee ik persoonlijk iets had of heb moet ik absoluut ook Berlijn even vermelden. Hoofdstad van het land der oosterburen, ooit zo hopeloos verdeeld tussen een Oostelijke en westelijk gebied, maar gelukkig weer in oude luister hersteld. De eerste keer dat we daarheen reisden deden we dat nog in die oude sferen. De Muur nog bewaakt en in tact, het vliegtuig Brits want KLM mocht er niet naartoe en de verschillen tussen oost en west in meerdere opzichten enorm groot.

De TV Toren aan de Alexanderplatz in voormalig Oost-Berlijn is nog steeds een herkenbaar baken…

Maar we voelden er ons ook meteen thuis. Alles groot, maar ook gezellig op zijn Duits en dus leuke winkels en restaurants gekoppeld aan die bijzondere geschiedenis. In het oosten die sfeer van onderdrukking, sterker nog dan in andere landen van het toenmalige Oostblok. Maar ook dat schitterende Pergamon-museum. En sommige wijken daar in oude stijl hersteld. Een paar jaar later waren we er meer. Berlijn weer een grote verenigde stad, alles in de herbouw. We keken ons de ogen uit. De S-Bahn toen weer een functionerend geheel. Ontspannen was de sfeer, comfortabel het hotel. Pergamon nu onderdeel van een groter geheel waaraan hard werd gewerkt. In 2012 waren we er weer. Wat een verschil. Overal winkels, musea schitterend opgewaardeerd, de belangrijke punten van de stad glanzend in het zonlicht. We maakten een rondrit, maar ook een rondvaart, we liepen ons de voeten plat, maar wat een stad!

Scheiding tussen Oost en West…anno 1988

Wie denkt dat winkelen in Amsterdam leuk is moet ook echt eens naar Berlijn. In elk stadsdeel daar is een giga winkelaanbod en waan je je als bezoeker in een totaal andere stad. Wat mooi was bleef, wat mooier kon werd dat ook gemaakt. Op de oude grens tussen oost en west nu pure moderniteit in architectuur en aan bod van kantoren of shopping-centra. Daarbij een horeca-aanbod dat je feitelijk nergens vindt. En samen met de Berlijners maakten we daar ook graag gebruik van. Het was en is een waar genoegen. Berlijn is een must. Je moet dat eens meemaken. En je dan wentelen in die sfeer daar. Berlijners toch net even anders dan andere Duitsers wellicht, net zoals een Amsterdam net even afwijkt van de rest van Nederland. Dat zal het wel zijn….(Beelden: Yellowbird)

Communistisch juk…

Even voor de goede orde, communisme stamt niet uit de Sovjet-Unie in de 20e eeuw, nee, het is een fenomeen dat al aan het einde van de 18e eeuw opborrelde in Frankrijk. De mensen die in een commune wilden wonen waar alles pais en vree was en alle aardse zaken werden gedeeld door de leden van…., en waar geen plek was voor rijkdom, adel of koningschap. We weten (als we tenminste hebben opgelet bij geschiedenisles) waartoe dat allemaal heeft geleid. De guillotine maakte gehakt van de bovendanen toen de onderdanen het heft op enig moment in eigen hand namen. De wraak van het volk op alles wat blauw bloed had of zelf meende te hebben. En daarna de inname van de paleizen en landhuizen door het gepeupel.

In de 20e eeuw startte hetzelfde proces in andere landen waar de extreem-rijken de behoeftigen negeerden en ook niet zagen dat deze zich op enig moment verenigden in communes en knokploegen om zo het bestaande bewind omver te werpen. Onder leiding van mensen als Marx en Lenin kwam de wereldrevolutie op gang. De nieuwe orde maakte korte metten met de oude. Geweld speelde daarbij een dominante rol. De revolutie altijd besmeurd met bloed. Zelfs toen de ‘schuldigen’ allang waren opgeruimd ging dat door. De Sovjet-Unie en China als beste voorbeeld hoe het niet moet. Maar toch door velen aanbeden.

Het communisme is op afstand als ideologie aan te duiden als meest onderdrukkend en bloedig van karakter. De Goelags en erger zijn berucht. Alles waar je voor werkte als burger of buitenlui werd je ontnomen. Geen bezit meer, maar alles in handen van de staat en een economie die bouwde op industrialisering en genationaliseerde landbouw. Het resultaat was in de meeste gevallen rampzalig. Daarbij pasten de communistische leiders goed op dat niemand aan de basis kon morrelen. Wie anders dacht werd ofwel opgesloten dan wel naar de eeuwige jachtvelden verwezen. In ons land vatte het communisme zeker tijdens en na de Tweede W.O. stevige ondergrond beet en organiseerde men de arbeidersklasse met keiharde eisen voor een beter leven of salaris en kreeg dit door stakingen ook vaak voor elkaar.

Als het niet goedschiks ging, dan maar kwaadschiks. De manier van werken die past bij extremisme. Na de keiharde onderdrukking van opstanden in Oost-Duitsland, Hongarije en Tsjecho-Slowakije, veranderde het linkse droombeeld ook in ons land van kleur en stortte de achterban van de toenmalige CPN in. Via een omweg kwam het met fraaie kreten over een beter milieu en steun aan de zorgsector als GroenLinks of SP terug. De verhalen anders, de achterliggende ideologie nauwelijks. De moderne knokploegen heten nu milieu-activisten, de meelopende media doen niet aan waarheidsvinding, de aanhangers even fanatiek als die van de CPN aan het begin van de jaren vijftig. Gelukkig blijft het aantal volgers binnen beide stromingen beperkt. Ik heb in Oost-Europa gezien waartoe al die jaren van communisme indertijd  hadden geleid. Verloedering, verpaupering, onderdrukking en angst. Dat mag niet nog eens gebeuren. Welke fraaie retoriek ook wordt gebruikt door voorlieden van die soms enge clubs. Een vos verliest wel zijn haren wellicht, nooit zijn streken. En wie dat niet gelooft moet even kijken naar de geschiedenis van Jozef Stalin, of Pol Pot, Mao of de Castro’s. Of naar hoe de bevolking van de toenmalige DDR snakte naar burgerlijke vrijheden. Abjecte stroming, al lijkt het nog zo mooi, dat jouw huis ook het mijne is, net als jouw vrouw of hond, en zeker jouw andere bezit. Het is een corrupt, gewelddadig systeem. Niet meer en niet minder! (Beelden: Internet/Yellowbird archief)