Trams..

Trams..

De huidige afbeelding heeft geen alternatieve tekst. De bestandsnaam is: blauwe-spitsneus-401-met-aanhanger-adam-160900-pict0541.jpg

Ooit, als jong mens, kreeg ik naast mijn interesses voor auto’s en vliegtuigen ook een zeker gevoel met de Amsterdamse trams. Een jong ventje als ik was, opgroeiend in een levendig buurt, een dito familie en daardoor onder de indruk van alles wat reed (rijdt) en vloog (vliegt) zag om zich heen van alles voorbij komen wat met die interesses te maken had. Daartoe behoorde zeker die op rails rijdende blauwe trams uit de periode. Amsterdam is een stad met een goed OV-net, en de tram was ook toen al decennia lang onderdeel van de geschiedenis. Bij ons huis liep Lijn 4 elke zoveel minuten voorbij, maar niet ver van ons af reed ook lijn 3 voorbij. Dat waren belangrijke tramlijnen.

De huidige afbeelding heeft geen alternatieve tekst. De bestandsnaam is: bloedneus-drieasser-891-adam-160900-pict0547.jpg

En in die stad van toen was de tram een handig ding, dus zaten we er regelmatig in. Stapten ook over op andere lijnen en zo kreeg ik zelf een aardig beeld van hoe die dingen reden en wat het verschil was tussen de ene of de andere tram. Tweeassers, spitsneuzen, platte frontjes (Lijn 5), daarna de drieassers, de nieuwe gelede grijze trams en zo meer. Eenmaal op de middelbare school uitgekomen moest ik naar Amsterdam-West om daar de katholieke variant van dat onderwijs te kunnen volgen. Zomers op de fiets, in de winter per tram. Met een kaartje zien dat je met wat overstappen een aantal lijnen kon benutten.

De huidige afbeelding heeft geen alternatieve tekst. De bestandsnaam is: enkel-gelede-tram-586-lijn-2-adam-160900.jpg

Want dan reed ergens een nieuwe of juist een ouder exemplaar dat de moeite waard was. Het gevoel, geluid de geur, de bellen, of het fluiten van de conducteurs in de aanhangwagens, ik kan het nu nog steeds zo terughalen. Elke tram zijn eigen karakter (althans zo leek het). De bestuurders nog stoere kerels in vaak dikke GVB-pakken en jassen, de kaartjesknippers streng. Een drieasser was toen een soort luxe tram, want was afgesloten en had verwarming, de gelede trams aangestuurd met een soort joystick, geen draaiend wiel, best modern. Hoewel ik na mijn jeugdjaren nog maar weinig per tram door de stad reisde of reis, brommer, auto, metro het zijn allemaal prima alternatieven, de interesse bleef. Ik kijk nu naar die moderne tramwagens en voel er meteen wel minder emoties bij maar dat komt wellicht ook doordat ze allemaal op elkaar lijken. Dat unieke van die bepaalde trams, het is verdwenen. Zie ik een oude blauwe museumtram stop ik met lopen en zet die dingen op de foto. Met als achtergrond die in principe prachtige stad wat Mokum toch echt is. En dan voel ik weer dat wat ik toen ook had….. Het doet dan ook pijn als je weer moet lezen dat dit vreselijke linkse college besluit om bepaalde tramlijnen uit de dienstregeling te nemen. Reizigers moeten in de metro. De tram moet plaatsmaken. Een gruwel….Maar ja, ik word ook wat ouder… Gelukkig hebben we de foto’s nog… (Beelden: Archief)

Overstapjes….

Overstapjes….

Zodra ik ergens een boek vindt over het tramvervoer in Amsterdam ben ik al snel overstag om dit aan te schaffen en meteen te lezen. Een plank of twee in mijn overvolle bieb inmiddels ingericht met allerlei lectuur over dat onderwerp. Vaak technisch van aard, tramtypes, geschiedenis, inrichting lijnen, maar soms ook vanwege de uiterst fraaie platen die men als auteurs maakte ter illustratie. Veelal in combinatie met een decor in onze grote stad dat in die of die vorm vaak niet meer bestaat. U weet wel, renovatie, nieuwbouw, levendigheid van de stad belemmeren of domweg totale sloop. Het is dan ook een fraaie aanvulling als je iets vindt wat je nog niet hebt. In dit geval een boekje uit februari 1989 over de geschiedenis van de befaamde tramlijn 2 tot en met dat jaar. Die geschiedenis startte al eind 19e eeuw met paardentrams zoals het huidige college die anno 2024 ook graag weer teruggebracht zou zien.

Maar een aantal jaren verder werd de lijn langer, elektrificatie het nieuwe toverwoord en de Amsterdamse Omnibus Maatschappij uiteindelijk het GVB. Omdat de stad juist in die periode van de geschiedenis sterk uitbreidde met nieuwe wijken werd Lijn 2 een belangrijke vervoerslijn tussen de wijken in het toenmalige westen van de stad en het Centraal Station. En op basis van die geschiedenis neemt de auteur ons mee op een lijndienst van lijn 2 in foto’s en tekst waarbij hij de grote veranderingen laat zien die deze stad door jaren heen zo teisterden (en nog). Telkens weer veranderingen van straten, rails, inzichten, aanblikken en zo meer. in 144 pagina’s vol foto’s uit verleden en toenmalig ‘heden’ passeren de trams van toen en ‘nu’ in hun element.

We zien stadsgezichten uit de 19e en 20e eeuw. Maar ook evenementen (een beetje voetbalwedstrijd in het Olympisch Stadion, zorgde voor vele meer dan volle trams), maar ook hoe bekende straten van nu ooit als gracht of sloot door het leven gingen. Je ziet ook dat Amsterdam op enig moment altijd wel ‘open’ lag of ligt. En dat de trams dan via via moesten zien hoe ze de eindbestemming bereikten. We zien beelden van besneeuwde straten in Zuid en meteen ook dat anno 1904 de stedelijke bebouwing daar nog weinig voorstelde. Kortom een geweldig tijdsbeeld over een deel van het Mokumse trambedrijf. Met dank aan auteur R.A.M. Platjouw die met een licht humoristische touch een geweldig boekwerkje uit wist te brengen. Hij dankt op de laatste pagina diverse tramliefhebbers en journalisten voor de medewerking en hun beelden. Een ISBN Nummer kan ik nergens ontdekken dus het lijkt een uitgave in eigen beheer. Maar ik ben er blij mee en heb het met veel plezier gelezen. En opmerkelijk, gevonden bij een KLW in de Bollenstreek. Verdwaald, maar uiteindelijk op de juiste plek terecht gekomen….(Beelden: Persoonlijk archief)

Relax…maak een ritje…

Relax…maak een ritje…

Sinds de uitvinding van YouTube me een wereld heeft binnengeleid waarin je vrijwel alles aan bewegend beeld kunt vinden en ook nog eens op elk gebied neem ik af en toe de tijd om daar even van te genieten. De lezer snapt dat mijn interesse dan vooral uit zal gaan naar vliegtuigen en auto’s in alle vormen en uitmonsteringen. Veelal dynamisch van beeld, plezierig van geluid. Maar er zijn ook films te zien die naast ontspanning meteen ook een educatief doel dienen. Daarbij rijden we mee in trams van het Amsterdamse GVB langs alle lijnen die deze vervoermaatschappij te bieden heeft. En neem van mij aan, dat is buitengewoon relaxed.

Immers, ondanks de drukte in het centrum kom je ook in gebieden waar vrijwel geen kip op straat te vinden is. En waar je ziet hoe die trambestuurders onder alle omstandigheden rustig blijven, aardig voor mensen die net zo tegen hen doen en waarbij het schema van de tram min of meer heilig is. Inmiddels heb ik een aanbieder gevonden onder de naam Spoor 4 die nu al 22.500 volgers kent en je als kijker/passagier meeneemt op de nieuwste lijndiensten en in de laatste nieuwe tramtypen. Via deze trams besturende broeder kom je in wijken van deze grote stad terecht waarvan je het bestaan nauwelijks kent. Zelfs ik als Amsterdammer zit soms met opgetrokken wenkbrauwen te kijken naar nieuwbouw in straten die ik nooit eerder zag of waarvan een bepaald historisch beeld is blijven hangen in het brein.

Buurten van de stad waar ik ook nooit wandelde. Met de auto er heen is geen optie in deze stad vol autohatende politici, dus moet ik het doen met deze beelden. Om daarbij ook te ontdekken dat bepaalde lijnnummers een totaal andere route volgen dan ik mij van vroeger toen ik nog wat meer into trams was herinner. Maar het is geweldig om deze trips te maken en het ontspant echt. Een digitaal OV is dus eigenlijk best plezierig. Zeker als ontspanningsmoment in de dag. Intussen ben ik er achter dat deze ritten een trend zijn en ze ook worden aangeboden door diverse lieden voor steden als Rotterdam en Den Haag, maar ook voor metro’s en zelfs NS-lijnen. Bestuurders van al dat spul zijn dus ook vloggers of Youtubers geworden. Kan een prima bijverdienste zijn, maar voor mij maakt dat niet uit. Ik leer er van en geniet op mijn manier. Net als van die vele vluchten die ik maakte (daarover later meer) of de rallies en races die ik volg. Aanrader dus…. (beelden: Mijn archief)

Amsterdamse drieassers..

Amsterdamse drieassers..

De Tweede Wereldoorlog hakte er wat betreft het rijdend materieel van de Amsterdamse GVB stevig in. De bezetter nam een deel van de tramvloot mee naar huis als souveniers nadat het duidelijk werd dat Nazi-Duitsland op haar retour was. Dus moest men na de bevrijding roeien (rijden) met de riemen die men had. En die riemen waren schaars en ook min of meer uitgewoond. Toch kreeg men al snel een soort van rijschema overeind en konden de Amsterdammers weer naar school of kantoor met het openbaar vervoer. Men leende intussen trams uit andere steden, verbouwde oudere trams op zodanige wijze dat die wat meer comfort boden dan voorheen. Maar men snapte ook dat er nieuwe trams bij moesten komen die dat comfort nog eens extra zouden verhogen.

En na lang wikken, wegen, bekijken, onderzoeken en experimenteren besloot men een order te plaatsen in eigen huis. Een ontwerp van het GVB zelf kreeg de voorkeur boven allerlei andere trams vanuit fabrikanten die ook wel aan de slag wilden voor de Amsterdammers. De drie-assige trams waren geboren. Wagens met een erg aardig en toen modern uiterlijk. Vouwdeuren voor in- en uitstappen, een aparte zitplek voor de bestuurder en ook de conducteurs. Het signaal voor stoppen bij een halte werd voortaan visueel gegeven via verlichte glaasjes in de wagens en door een afgesloten cabine met verwarming waren deze trams een grote stap vooruit ivm de oudere blauwe twee-assers.

Een ding was wel jammer, want de beste aandrijving voor deze trams zou moeten komen uit Duitsland en dat was natuurlijk in die tijdsperiode ondenkbaar. Dus besloot men motoren te gebruiken uit oudere tramtypes die waren of werden gesloopt. Omdat de nieuwe trams nogal lang en zwaar bleken waren die motoren voor de moderne trams aan de zwakke kant. Daarbij moesten ze vaak over de hogere bruggen van de stad heen met volle last en dat ging niet van een leien dakje. De drieassers waren met hun aanhangers ook zodanig lang dat men sprak van ‘treinen’ en die konden op de lijnen die bijvoorbeeld door de smalle Leidsestraat heen moesten elkaar op de passeervlakken boven op de diverse bruggen niet passeren. Kortom er moest veel gesleuteld worden om de trams volledig inzetbaar te maken.

Toen in 1956 de eerste gelede en nog moderner trams in de stad arriveerden werden de drieassers vaak gezien als backup voor dat toen moderne materiaal. Vaak liet men dan alleen motorwagens op reservediensten rijden. Een deel aangepast met o.a. een nieuw lijnbord boven het voorraam, zoals bij die gelede trams die hen eigenlijk moesten aflossen. En feitelijk werden de eerste drieassers al sneller gesloopt dan normaal in Amsterdam bij trams het geval was. Toch bleven ze in allerlei vormen maar afnemende aantallen nog wel actief tot en met 1985. Toen pas gingen de laatste exemplaren naar sloop of musea die er eentje wilden hebben. Een enkel exemplaar verdween naar vrijplaatsen aan de rand van de stad waar ze zelfs als woningen werden ingericht. Al met al was het een opvallend tramtype dat ook een norm zette voor alle volgende opvolgers. Comfort, snelheid, bedieningsgemak en ook simpel onderhoud. Ik bewaar goede herinneringen aan die trams die altijd op de wat chiquere lijnen van het GVB reden. Want de passagiers in sommige wat duurdere wijken van de stad wilden niet meer in de oude half open blauwen worden vervoerd maar in comfortabele omstandigheden. En dat kon in die drieassers. (beelden: Archief/internet)

De klaagcultuur…

De klaagcultuur…

Weet je wel dat wij als volk echt over alles klagen?? De regering doet alles fout, de buren zijn lawaaiig, we verdienen te weinig, het is hier te warm of te koud, kortom we zijn zelden tevreden. Althans zo lijkt het als je de al dan niet sociale media of gesprekken om je heen wat volgt. Uit onderzoek binnen de Europese Gemeenschap of zelfs de wereldbevolking blijkt dat in de praktijk toch heel anders te zijn. Dan geven wij ons land en onze samenleving een vrij hoog cijfer en vinden best dat we hier als volk aardig gelukkig zijn en wonen. Tuurlijk er is veel gedram, de criminaliteitscijfers dalen niet maar stijgen, de inflatie en kosten rijzen de pan uit, maar toch wonen of werken we hier naar eigen idee plezierig. Maar er blijken ook beroepsklagers te bestaan. Mensen die om een of andere reden altijd het gevoel houden dat zij er niet voldoende toe doen of dat aan hun persoonlijke (ego)belangen te weinig aandacht wordt besteed.

Sommigen daarvan zijn bijna religieus in het uitdragen van hun boodschap. Denk aan de halve zolen die zich vastplakken aan kunstewerken in musea of gevels van gebouwen waarvan zij vermoeden dat alle kwaad daar achter huist. Vaak klagen ze dan achteraf over de matige kwaliteit van de lijm of over het gedrag van het wettelijk gezag dat via haar overheidsdienaren deze klagers losweekt van hun zelf verkozen protestpositie. Je hebt mensen die naast een vliegveld gaan wonen en dan klagen over de lawaaiige vliegtuigen, of zoals nog wat vaker, zij die menen dat de moderne tijd alleen maar nadelen in zich draagt en je dus over alles wat je niet bevalt mateloos moet gaan zitten miauwen. Vaak mensen met de te veel vrije tijd en te weinig echte hobby’s. Baseer je al dat geklaag op feiten of historie kunnen alle klachten meteen de prullenbak in, maar in ons land nemen we ze nog serieus ook. En als die lui hun zin niet krijgen wenden ze zich tot de rechter die door al dit soort klaagzaken niet toekomt aan het berechten van echte misdadigers. En dan klagen andere mensen weer over de lage straffen of zelfs het heenzenden zonder straf van verdachten.

Een voorbeeld van dit soort mafkezen las ik laatst bij het Amsterdamse AT5 (stadszender) op hun nieuwsite. Ergens in Amsterdam-West woont een man op twee hoog die zich gek ergert aan trams die over een aanpalende brug heen rijden. Die bewuste tramlijn bestaat al van ver voor de oorlog, hij zelf was daar onlangs komen wonen. Die trams doen via hun rails op die bruggen dus gedoeng gedoeng en dat een paar keer per uur. Hij vond het maar niks en maakte het vervoerbedrijf GVB bijna gek met zijn klachten. De trams moesten maar wijken vond hij, want hij wilde rust in de tent. Het GVB bleef netjes en onderbouwde haar afwijzing van die klachten op basis van de feiten. De moderne trams zijn vele stiller dan de vroegere, de brug moet nu eenmaal worden genomen en elke dag maakten duizenden mensen gebruik van dit vervoermiddel op juist deze lijn. De wet van de gemenedeler dus. Nou daar was de klager het niet mee eens. Hij wilde zijn recht en deed aangifte van overlast tegen het trambedrijf. En die aanklacht ging leiden tot een rechtszaak. Ik viel zowat van mijn stoel toen ik het las. Ik ben al wat gewend rond Schiphol van dit soort extremistische types, maar deze was er een uit de Eredivisie. Ik ga volgen hoe dit afloopt uiteraard. Want als je moet toegeven aan minderheden die steeds weer iets nieuws bedenken om over te klagen staat op enig moment dit land gewoon stil. Mooie cijfers over tevredenheid of niet. En daarover wilde ik in dit blogje even klagen….(Beelden: archief)

Trams van vroeger en nu…

Trams van vroeger en nu…

Als jong mens had ik zoveel interesse voor alles wat van doen had met het vervoer vanuit die jaren dat ik o.a. ook het tramverkeer van toen aardig bestudeerde.

Zo waren er de blauwe trams van de hoofdstedelijke GVB waarmee je voor relatief kleine prijsjes dwars door de stad kon reizen. Overstappen was een fluitje van een cent en je kon er mee tot elke uithoek van de stad komen. Slechts het noordelijke deel van de stad bereikte je uitsluitend per boot, pont en bus. Het railverkeer kwam daar niet. Daarnaast was Amsterdam voorzien van een uitgebreid regionaal tramlijnennet waarvan de blauwe NZH-trams de meest bekende exponent was. Daarmee reisde je bijvoorbeeld vanaf het Spui naar Zandvoort, al dan niet met overstap in Haarlem. Veel van die regionale tramlijnen werden in de jaren waarin ik opgroeide overigens opgevolgd door busverbindingen met een hogere graad van op tijd rijden en dito comfort.

De stedelijke verbindingen bleven gewoon door trams ingevuld. Amsterdam een van de weinige steden in ons land waar men consequent voor dat type railvervoer koos. Elders in het land vond men de bus ‘toch handiger’. In onze buurt reden veelal blauwe spitsneuzen die o.a. op Lijn 3 en 4 opereerden. Voor de wat luxere Stadionbuurt en het chique Zuid koos men voor de relatief nieuwe drieassers met hun gesloten passagiersruimten en comfortabeler inrichting. Lijn 24 en 25 de exponenten daarvan. Na 1956 startte men met de vervanging van ouder materieel via de gelede trams. In Nederland gemaakte wagens met veel meer comfort en wat zwaardere motoren.

De bestuurders nu in een soort cockpit voorin, waarbij het aloude draaiwiel voor bediening van de elektrische aandrijving in eerste instantie was vervangen door een soort sidestick die je naar voren of achteren bewoog naar gelang de behoefte van accelereren en remmen. Een verbeterde versie van die nieuwe tram was de dubbelgelede die een extra tussenstuk kreeg en twee scharnierende onderdelen die met een soort rubber blaasbalg waren afgesloten. Al snel werd dat de standaard tram van het GVB en verdwenen de ‘blauwen’ steeds vaker uit het straatbeeld. Door de jaren heen kwamen er steeds meer tramtypen in gebruik. Er werd een verbinding aangelegd met Amstelveen. Ook daarvoor zette men bij het GVB nieuwe trams in.

Een mengelmoes van typen was het gevolg. De ene tram wat succesvoller dan de andere. Begin deze eeuw kregen we de Combino’s. Prachtige in Duitsland gebouwde trams met een bijna metro-achtige inrichting en uitstraling. Oudere trams verdwenen daarop vaak naar het buitenland. O.a. naar Polen waar ze nog jaren dienst zouden doen. Van de oude blauwen bleef een klein aantal over om door liefhebbers vol liefde rijdend gehouden te worden. Intussen zijn er weer nieuwe trams bijgekomen.

Met prachtig gestroomlijnde neuzen, terwijl men op de Amstelveenlijn wederom aparte trams inzet die tegenwoordig geen last meer hebben van gelijkvloerse kruisingen. Het comfort op hoog niveau, maar helaas geldt dat ook voor de gevraagde tarieven. Het mag kennelijk wat kosten, dat O.V. Opmerkelijk is dat men nu ook de Amstelveenlijn gaat doortrekken naar Uithoorn. Terug naar de tijden van de vroegere stoomtrams die Amsterdam verbonden met omliggende gemeenten.

Efficient, duurzaam en snel. Waarmee ook de typische regionale forens kan kiezen voor een ander vervoermiddel dan de voor de hand liggende auto of fiets. Ook de nieuwe verbinding naar IJburg kreeg een tramverbinding waarbij men twee Combino’s aan elkaar koppelt, waardoor een soort stadstrein ontstaat. Het succes van de tram meteen bewezen. In de stad een groot succes. En zo hoort het ook. Net als toen. En voorbeeld voor vele steden waar men maar blijft vasthouden aan die bussen die toch net even minder efficient zijn. En o ja, Amsterdam kent intussen ook een metronet met maar liefst vier lijnen. Zowel boven- als ondergronds actief. En zo weten we uit eigen ervaring, heel erg praktisch om snel vanuit de buitenwijken of periferie naar het centrum te komen of omgekeerd……. En dat dan gezien vanuit het perspectief van een echte autoliefhebber zoals ik dat ben. Maar daarover schreef ik al vaker…. (beelden: eigen archief/collectie)

Maarse en Kroon

OLYMPUS DIGITAL CAMERA

Leyland Tiger bus Maarse en Kroon…

Het was in die tijd best lastig om vanuit mijn woonstek in hartje Amsterdam, naar het toenmalige Schiphol te komen waar ik in die jaren werkte. Met de fiets of de brommer was het een kilometer of tien enkele reis wat in de meer lenteachtige of zomerse maanden niet zo’n probleem was, maar in de winter? Nee, dan moest ik maar met het openbaar vervoer. En dat was indertijd best anders georganiseerd dan nu het geval is. In de stad reed het Amsterdamse GVB, maar er waren ook consessies voor busbedrijven van buiten de stad. Een daarvan was het uit Aalsmeer afkomstige bedrijf Maarse en Kroon. Die hadden de vergunning om naar/van Schiphol te rijden en deden dat vanuit diverse omliggende plekken, ook Amsterdam. En hun buslijnen startten dan bij het Centraal Station. Maar wel op een plek die ver weg lag van de opstapplekken voor tram en bus van het GVB. Vast bewust gedaan denk ik. Hoe dan ook, ik moest dan met de tram (lijn 4)van mijn/ons woonadres naar het CS en daar dan het hele stationsplein oversteken om bij die bus van Maarse en Kroon te komen. Lijn 9 was de dienst die me naar Schiphol zou brengen. Nu had je er een die onder dat nummer direct doorreed naar Schiphol. In Amsterdam zelf zonder haltes (want men mocht geen mensen vervoeren binnen de stad) zodra we over de grens met Amstelveen kwamen stopte hij regelmatig.

Amsterdam - Van Woustraat met tram 4 552Van die lijn 9 was ook nog een afgeleide, de 9K. Die reed een iets andere route, via de Karsselaan. Scheelde iets van tien minuten. Was ik dik op tijd maakte het niet uit, was je al wat laat (in de winter hadden ook de trams van het GVB moeite met sneeuw en ijs) nam je liever niet die 9K lijn. Toch zorgde Maarse en Kroon met haar creme/blauw gespoten bussen in de meeste gevallen wel dat ik redelijk comfortabel en op tijd bij mijn werkstek aankwam. Dan moest ik nog wel van het busplein naast de ingang van het toenmalige Schiphol dwars over het platform heen lopen, wat met veel sneeuw ook weer ietsjes minder was, maar dan nog. Het waren avonturentochten in die jaren. Dat eindigde toen ik mijn rijbewijs haalde en de toenmalige werkgever een VW busje kocht voor vervoer van de spullen van onze klanten. Die mocht ik dan als ‘verst wonende’ mee naar huis nemen als de dienst er op zat. Was het busje pas laat ‘thuis’ stapte ik alsnog op de bus en liet me naar huis vervoeren. Maarse en Kroon bleef nog een paar jaar actief, fuseerde later met een hele reeks andere bedrijven en is nu volkomen verdwenen in R-Net van Connection. Nog steeds met geweldige verbindingen van/naar de luchthaven. Want die erfenis nemen ze die niet af. Alleen is bus 9 er niet meer. Die is bijgeschreven in de geschiedenisboeken. Waarvan ik er onlangs eentje kocht…..

Vroegah…

5716Het zal aan mij liggen, maar volgens mij is er iets mis met het weer tegenwoordig. We zitten midden in een periode die nog het meeste lijkt op een verlengde nazomer. De afgelopen paar weken maakten we 15-20 graden Celsius mee als overdag-temperatuur en dat is recordhoudend begreep ik. En het is niet de eerste keer dat we deze wonderlijke verschijnselen meemaken. Vrouwlief viert een dezer dagen haar verjaardag. In de tweede helft van de jaren zestig, ik had nog verkering met haar, vierde ze die jaardagen ook. Uiteraard! Grootser dan nu met mensen uit familie- en vriendenkring die indertijd nog een heel andere samenstelling had. Het was koud op die dagen dat die verjaardag gevierd werd. Vaak viel er al sneeuw en rond die datum,  liep het verkeer vast door de enorme ijzeloverlast. Ik was op de Puch gekomen, normaal een ritje van een minuut of tien van/naar het eigen huis in mijn vroegere woonstraat. Maar bij sneeuw en ijzel natuurlijk niet. Spiegelglad, dus stapvoets rijdend.

Auto-s in de sneeuw...En onderweg af en toe slippend, dat hoorde er bij. Het autoverkeer stond praktisch stil, op trottoirs gleden mensen spontaan uit. Voor de Gemeente-Reiniging voldoende had gestrooid waren we weer een uur verder en ik vast al thuis. Het lukte, maar de omstandigheden waren best heftig. Indertijd werkte ik op het (toen nog) oude Schiphol. Vliegtuigen stoppen zelden met vliegen, de handel moest altijd doorgaan, dus je ging gewoon naar je werk. Ook bij gladheid. Met die brommer was dan best een hele oefening. Er was een alternatief. Met de tram naar het Centraal Station in onze hoofdstad en dan over op bus 9K van Maarse en Kroon die aan de overkant van het plein stond te wachten op zijn passagiers. Als je mazzel had. Zo niet stond je te kou kleumen.

OLYMPUS DIGITAL CAMERA

Je moest dan wel vroeg van huis, want het O.V. was normaal al niet zo snel, bij gladheid en sneeuw reed men net zo voorzichtig als de gemiddelde automobilist. En dat hield in dat je over de korte rit naar Schiphol soms meer dan een uur deed. De werkgever was begripvol, maar wilde dan wel graag dat je die verloren tijd aan het einde van de middag nog even inhaalde. ‘Zo deden we dat vroeger in de haven ook altijd’ was dan het argument. Kortom, vroeger was het weer anders, de omstandigheden meer primitief. Maar wat was het gezellig bij de brandende haard. Vooral als je wist dat je niet op je brommertje naar huis moest en schoonpa het best vond dat ik daar bleef slapen. Blijven mooie herinneringen…..Vroegah!

Vertel eens opa?!

537872343_605968587f_mIk herinner mij nog goed dat ik als jong mens me altijd trachtte voor te stellen hoe het moest zijn voor hen die indertijd al ouder waren dan mijn huidige leeftijd aangeeft te zijn en dat die mensen niet alleen de Tweede Wereldoorlog hadden meegemaakt, maar daarvoor ook nog eens de komst van het vliegtuig, de opkomst van de auto, de introductie van de telefoon en voor wie de eerste moderne elektronica uit die jaren waarover ik spreek, bepaald de nodige geheimen kende. Ze hadden de grote zeppelins nog gezien en dat vonden wij als jeugdigen vaak allemaal buitengewoon spannend al moest ‘opa’ niet al te lang blijven doorpraten over die dingen, want de moderne tijd was snel en er was nog zoveel meer waarover je het kon hebben dan alleen die oude geschiedenis. Laten we wel zijn, de kleurentelevisie kwam er voor ons aan, straalvliegtuigen namen het over van oude propellerkisten en op het spoor was stoom vervangen door elektrische treinen. We leefden in een tijd waarin de vele medewerkers van de kantoren waar ook ik werkte, vervangen werden door de meest wonderlijke apparaten die we indertijd nog ‘Hollerit-machines’ noemden maar die in feite niet veel meer waren dan kamer grote computers.

GVB - Lijn 13 Westermarkt 1955 Later zagen we de eerste spelcomputers komen, we gingen per raket de ruimte in en vlogen zelfs naar de Maan. Reizen deed je nog per groot schip. Een auto bleek voor  vrijwel iedereen bereikbaar, een huis ook, al moest je dan vaak wel verhuizen naar een of andere gemeente die wat verder van de bekende grote steden vandaan lagen. Je fotografeerde met een camera waarin je met een beetje geluk 36 opnamen kon maken en waar datzelfde geluk je overviel als de ontwikkelcentrale die opnamen niet wist te verpesten. Nederland kende weliswaar gastarbeiders, maar die kwamen, werkten hard en vertrokken weer. En we gingen deels nog naar de diverse kerken, die in hun eigen omroepen op de radio en tv zenders duidelijk gescheiden van elkaar weg zochten voor hun  boodschappen. De faxmachine kwam, wat een uitvinding, de elektrische schrijfmachine. (Ja jongen, dat was een soort computer maar dan met hamerende toetsen die het werk deden wat je nu met een laptop en printer kunt) De telex werd overbodig, net als de telegraaf.

AND06 - Amsterdam - Kloveniersburgwal 250891 Scan10053Post werd nog bezorgd door de PTT, maar dan ook elke dag en die mannen zagen er ook nog keurig uit. Je had kaartjes nodig voor de tram en met een beetje geluk stapte je binnen 3 kwartier over van de ene lijn op de andere zonder bij te hoeven betalen bij de conducteurs. Wie wilde werken vond altijd een baan en je afkomst maakte vaak welke opleiding je kon volgen. Voetballers waren nog niet over het paard getild en kregen niks betaald. Net zoals Ard en Keessie….. Deze overwegingen maak ik nu ook wel eens. Probeer je kleinkinderen nu maar eens te interesseren voor zoiets als de zaken die ik hiervoor noemde. Men ziet het als zoiets wat wij vroeger de Middeleeuwen noemden. Goh…stoomtreinen, het zal wat. En dat vindt men ook van de zaken die hiervoor zijn beschreven. En zo zucht opa en gaat zijn eigen weg. Mijmert over die oude treinen, schepen, vliegtuigen en vindt die moderne tijd best snel gaan. Want opa is een dagje ouder. En had nooit gedacht dat hij dat ooit zou constateren. Opa wil graag jong blijven, maar is dat vooral in zijn hoofd…..