Ter Peer…

De Minister vergaderde elke week meerdere malen met haar ambtenaren. Over dat enorme probleem dat zich de afgelopen maanden ontvouwde in het Opvangcentrum Ter Peer. Daar ving men normaal wat asielzoekers op die vluchtten voor een oorlog in hun land. Maar tegenwoordig kwamen er hele groepen totaal andere lieden deze kant op. Doorgestuurd door andere EU-staten die met de ideologie van deze nieuwkomers niets van doen hadden. ‘Ga maar naar Nederland, dat is het paradijs voor mensen zoals jullie’ werd er vaak in die zes of zeven veilige landen aangegeven. En zo trokken deze mensen in caravaan dwars door Europa naar Nederland. Het was in deze periode zinderend warm, ze zuchtten, steunden en zweetten dat het een lieve lust was maar ze zetten door. Nederland hun doel. Daar zouden ze vinden wat ze zochten. Een tent, een bed, wat geld en wellicht een eigen strand. Volgens de berichten die zij bij hun overtocht naar ons land hadden gehoord was dat Nederland liberaal, was er godsdienstvrijheid maar ook een verder open en vlotte moraal. Prachtig waren de verhalen over hun voorgangers die in dat kleine landje aan de zee met open armen waren ontvangen en door hobbygenoten verder waren geholpen om dat nieuwe eigen paradijs te kunnen opbouwen tussen mensen die weliswaar niets van deze traditie wilden weten maar anderen wel die vrijheid gunden. De Minister wist niet hoe er mee om te gaan. Alles in haar wilde deze grote stroom nieuwkomers indammen, immers de omwonenden van al die opvangplekken hadden best moeite met de manier van doen bij deze mensen. Maar aan de andere kant, je kon ze moeilijk terug sturen en de koude winter naakte, en de energierekening was al zo hoog volgens verwachting. Opvallend was wel dat juist deze lieden buiten wilden slapen. Een klein tentje was voor hen genoeg. Totaal anders dan zij gewend was van en bij die andere asielzoekers…. Wellicht werd het tijd om wat experts uit te nodigen. En zo belegde zij een vergadering voor komende week maandag….Het thema; hoe om te gaan met overtuigde nudisten en hun gezinnen…. Want dat dit probleem impact had op de samenleving was wel duidelijk….

De tien geboden van een vriendschap!

Al eerder beschreef ik de spelregels die voor sommigen om ons heen kennelijk voor gekoesterde vriendschappen zouden moeten kunnen gelden. Gewoon hoe je met mekaar omgaat, door dik en dun, vanuit een vergevingsgezinde gedachte niet voldoende. Anders is het geen vriendschap? Regels die je vastlegt of van de een naar de ander oplegt zijn wat mij betreft geen optie. Dat maakt de eenzijdigheid te groot, de vriendschap niet meer grenzenloos. Want dat is toch mijn voorwaarde. ‘Gij zult er dik en dun voor elkaar zijn’. Of woorden van die strekking. Toch maakten wij in het recente verleden nog wel eens mee dat iemand uit onze omgeving zich geroepen zag als Mozes op de berg eigen geboden op te stellen rond hoe die vriendschap tussen ons zou moeten verlopen. De spelregels van het geheel. Eenzijdig, uiteraard. En als je dan om iemand geeft, zelfs van zo iemand houdt, is het best lastig om daar nu net op de juiste wijze mee om te gaan. ‘Gij zult mij voeden op onverwachte tijden zonder dat ik daar iets tegenover stel!’ ‘Gij zult geen verwachtingen hebben ten aanzien van mijn antwoorden op uw communicatie. Ik ben druk en jullie niet!’ ‘Gij zult excuses maken voor alle fouten die u al dan niet bewust maakt ten opzichte van uw vriend(in)’. ‘Gij zult geen verwachtingen hebben ten aanzien van wat u van mij mag verwachten’.

En zo ging het soms maar door. Wat je daar nu mee moet was en is mij een raadsel. Het werd mij te veel, vrouwlief is dan opvallend genoeg vergevingsgezinder. Want vriendschap…..Tja. Ik kan je als lezers verzekeren dat wij uitermate loyaal zijn aan onze vriendjes. Waar ze ook vandaan komen, wat ze ook verder bedenken of doen, vrijwel nooit leidde het tot grote problemen. Ben je het altijd met elkaar eens? Nee! Is de smaak immer gelijk? Nee! Maar je legt elkaar geen omgangsregels op is mijn idee. Dat kan wellicht in een bedrijf waar je voor iedereen geldende spelregels opstelt, maar vriendschap is toch een beetje net als met familie, je neemt het zoals het gaat, want dat is toch de kern van dat samen beleven van het al zo korte samenleven. Horen geen tien geboden bij. Die mocht de eventuele Schepper opstellen, opdat we mekaar niet naar het leven staan. Of het leuker maken voor ons en de omgeving waarin we verkeren. Maar als tweederangs burger beschouwd worden hoort daar niet echt bij.

En dus houden we de boot even af. Is dat leuk? Nee! Het is pijnlijk zelfs. Omdat je ook koestert wat was. Zoals ik ook deed bij ook andere relaties met mensen die in je leven voorbij komen of kwamen. Maar ik ben zelf van KISS, oftewel Keep It Stupid Simple! Maak het niet te gecompliceerd, onderga, koester, beleef samen. Waarom wordt het dan alsnog gecompliceerd als pseudo-Mozes ergens van een Nederlandse heuvel afdaalt om zijn/haar apostelen te instrueren. Het is meteen haar-in-nek-doen-opstaand voor me! Kont tegen de krib, contakten losmaken, rust zoeken. Jammer maar helaas! Zelf ook wel eens zoiets meegemaakt?? Of is onze kijk op dit fenomeen toch te kritisch??

Leven met de Vliegende Pijl – 34 – Nogmaals die dealers en druk van de fabriek…

Hoe dan ook, tussen al die plannen en veranderingen door bezocht ik de mannen en vrouwen dus ook in het land en dat leidde soms tot heftige confrontaties. De lezer kan zich wellicht voorstellen dat ik bij het zien van een gesloopte nieuwe voorraadauto in de showroom, niet blij werd. Dealers deden dit vaak als ze onderdelen nodig hadden voor een pechgeval, maar ‘vergaten’ dan vaak om die van de importeur geleende en meestal door ons importbedrijf in consignatie gegeven voorraadauto’s weer aan te vullen met nieuw bestelde onderdelen. Hun eigen voorraad lieten ze vaak wel ongemoeid. Selectief en asociaal gedrag dat je bij een heel stel van die dealers tegenkwam. We kwamen ook bedrijven tegen waarvan bijvoorbeeld de toiletruimte zo smerig was dat je kon zien dat men er jarenlang nog nooit naar had omgekeken. De merkaanduidingen op de panden zagen er niet uit, maar meer speciaal was toch de bijzondere mentaliteit van die lui. Ik heb indertijd bij een aantal het dealercontract ter plekke opgezegd! Nu was dat niet altijd naar de zin van mijn chef Jaap van Rij, immers, die vond dat iedere verkochte auto er een was, maar soms kon ik echt niet anders.  Sommige van die lui maakten het echt te bont. Zo was er een die het presteerde om in zijn werkplaats voor iedereen zichtbaar een bord te plaatsen met het opschrift ‘Van service en garantie kunnen wij hier niet op vakantie’. Je snapte soms echt niet wat die mensen bezielde.

Nieuwe dealers vinden bleek trouwens nog een heel ander verhaal in die beginjaren bij Pon. Maar soms lukte het wel en kregen we er dealerondernemers bij die je meestal ook in twee categorieën kon verdelen, goedwillende ondernemers en echte dealermensen die er voor gingen en hun zaak meteen uitmonsterden zoals we dat het liefste zagen. Maar er was nog een reden om de boel flink om te gooien in die eerste jaren negentig. Skoda kwam onder de druk van de Duitsers met een hele reeks nieuwe modellen. Men friste de Favorit op met een snelheid die zijn weerga niet kende. Leuke kleuren, getint glas, centrale deurvergrendeling. Technisch gelijk, in afwerking opmerkelijk verbeterd. En men wilde die nieuwe wagens ook in ons land op de weg zien. Logisch! Maar wij konden niet zoveel door de situatie rond die oude voorraden en onwillige of onkundige dealers. Tijd voor een grote schoonmaak dus. Vanuit Tsjecho-Slowakije kwam indertijd ook de oekaze dat de panden van dealers er anders uit moesten gaan zien wilden ze het voor ons ongelooflijk belangrijke nieuwe logo op de gevel mogen schroeven. Want in dat logo stond nu ‘Volkswagen-Groep’ en dat was volgens veel van die tot dan onwillige dealers de sleutel tot succes. En dus bedachten wij weer een nieuwe maar niet te vermijden list. De ‘Quality Standards for the Nineties’! De invoering daarvan gaf ons na enige tijd een handvat om echt eens dringend noodzakelijke verbeteringen door te voeren bij het dealerkorps. Ook al waren er heel wat dealers aardig zuur over, we kregen wel frissere winkels, leukere showrooms en uiteindelijk betere verkopen. Het duurde even, maar dan had je ook wat. Wordt vervolgd! (Beelden: Yellowbird/Skoda/Internet)

Leven met de vliegende pijl – 24 – Importeurseisen..

Dat gedoe met die importeur of haar vertegenwoordigers kenden we niet bij Daihatsu. Maar daar hadden ze weer andere noten op hun zang. De steeds aanwezige concurrentie met concullega v.d. Weiden was er een waar je soms een beetje moe van werd. Hij ruilde auto’s in op een veel ruimere voet dan wij wilden of konden en zo snoepte hij aardig wat Daihatsu-klanten weg. Zeker toen het gamma van Daihatsu zich verbreedde, een andere Cuore, wat busjes, een echte terreinwagen in de vorm van de Rocky en de wat vlottere Feroza, werd duidelijk dat we het met onze twee merken onder een dak binnen korte periode na de opening van het nieuwbouwpand lastig zouden krijgen. Daarbij formuleerde de op dat moment net aangestelde nieuwe en wel erg ambitieuze directie van het Japanse importbedrijf een doelstelling voor de Amsterdamse regio die zelfs met twee goed verkopende dealers niet in te vullen was. Men dreigde dus ineens, wilde in Amsterdam Zuid-Oost een dealerschap geopend zien op of vlakbij de grote autoboulevards daar en onderhandelde achter onze rug met Jo v.d. Weiden over het e.e.a.

Het gaf bij ons een erg ongelukkig gevoel. Een soort Hyundai revival van frustraties dreigde. We wilden graag mee doen aan de expansie, maar het kapitaal was na de nieuwbouw en wat daarop was gevolgd wel een beetje op. Daarbij zat veel geld ook vast in voorraden nieuwe en tweedehands auto’s. We gingen uiteindelijk toch maar, al was het sputterend, op zoek naar mogelijkheden om onze vleugels nog verder uit te slaan en zouden zo ook in staat moeten zijn om het grote probleem van de personele organisatie binnen het bedrijf op te lossen. Een probleem dat vooral werd veroorzaakt door de directeur van de dealertent die langzaam aan was veranderd van aardige hardwerkende en krom pratende ondernemer in een man die vriendjes, familie en oude relaties uitspeelde tegen mensen zoals ik. Enorme interne discussies waren soms het gevolg. Je kon geen besluit meer nemen zonder moeizaam of bijna oraal gewelddadig overleg. Het niveau daarvan werd steeds persoonlijker. Dat werd nog eens extra duidelijk toen hij besloot om zijn oudste zoon, voorheen nog parttime op zaterdagen als verkoper in dienst, full-time aan te nemen om de (Daihatsu)verkopen te stroomlijnen. Voor mij werd dat verkopen veel te zwaar met nog een administratieve/managementstaak die me ook was opgelegd. Alle mannen die een afdeling van het bedrijf leidden, en dat waren er intussen heel wat, kenden een zeker recalcitrant of explosief karakter en de paraplu van een rustig leiderschap ontbrak dus volledig. Expansie richting Amsterdam Zuid-Oost zou dat deels kunnen oplossen. De agenda van de ‘baas’ was echter nog steeds een andere dan de mijne. Maar dat zou later eens te meer nog blijken. Wist ik veel, ik was vooral bezig om Skoda richting te toekomst binnenboord te houden. Wordt vervolgd! (Beelden: Yellowbird archief) 

 

Meten met twee maten…

Stel je de situatie eens voor. Op een of andere wijze weten angstige Noord-Koreaanse burgers te vluchten uit dat akelige land en zetten via-via koers naar onze streken. Ze worden hier mt open armen opgevangen en krijgen net als zovele andere immigranten alle kansen om zich te ontplooien en tevens om zich te uiten. Als dat het geval is blijkt dat zij de leer van hun grote Leider toch met verve uitdragen en deze nog steeds vereren. Zodanig zelfs dat zij afdwingen dat wij onze toon t.o.v. hun oude thuisland matigen, dat wij alles wat in Noord-Korea verboden wordt ook hier in de ban doen en dat zij in het publieke verkeer gewoon hun traditionele klederdracht willen blijven dragen. Wat buitengewoon onpraktisch is en ook stigmatiserend. Waarom zouden wij daar tegen in actie komen? Wat zou ons bezwaar zijn? Als ik zie hoe wij omgaan met de uitingen van de dominante islam in onze streken doen we vermoedelijk niets en vinden alles goed.

Zelfs de bouw van speciale Noord-Koreaanse scholen waar het onderwijs wordt aangepast zodat de dictatoriale leer van Kim-Jong-Un kan worden uitgedragen. We zouden ook de oprichting van enorme beelden toestaan waar de voormalige inwoners van dat zo door de dictatuur van het communisme beheerste land hun Leider kunnen aanbidden! Waarom? Omdat dit past in onze democratie. Alles is geoorloofd als er een cultureel/godsdienstig sausje overheen gegooid kan worden. Ik heb wel eens geopperd dat we wel heel meebuigend zijn als het om geloof gaat of godsdienst. Zouden we net zo enthousiast reageren op actieve vertegenwoordigers van het Naturisten als die hun recht op gelijke behandeling zouden bepleiten als we nu doen op een geloof waar precies het omgekeerde van ons vrije westerlingen wordt verlangd? Wat is dat toch met ons dat we elke vorm van kritiek op dat wonderlijke vertrutten van de samenleving meteen afdoen als ‘abject’, nationalistisch of (de bekende dooddoener) ‘extreemrechts’?

Vanuit mijn gewoon realisme kijk ik naar een samenleving die haar eigen vrijheden wil inleveren als daardoor een kleine minderheid zich beter voelt. In dat kader hoef ik maar te wijzen op de vast dit najaar weer oplaaiende Zwarte-Pietendiscussie. Met valse argumenten gevoerd, en met ingegraven meningen van voor- en tegenstanders tot gevolg. Onlangs las ik in een bekend zakenreisblad dat de Saudische luchtvaartmaatschappij alle vrouwelijke passagiers opdraagt hun lijf te bedekken. Anders worden ze niet meer meegenomen aan boord. Hun haren hoeven (nog)niet bedekt te worden, maar men heeft wel allerlei wetten en regels voor stewardessen aan boord bij vliegtuigen van bijvoorbeeld KLM. Niet van boord zonder hoofddoek. Onze vrijheden, ingeleverd omwille van een onbewezen geloof. Nu zou ik nooit met een dergelijke carrier willen vliegen noch naar een land dat mensenrechten met de voeten treedt, maar er zijn voldoende westerlingen die dat wel doen. Al was het maar in opdracht van hun bedrijf. En die worden dan geknecht, qua vrijheden ingeperkt, en als ze niet doen wat wordt verlangd, opgesloten. Blijft toch opmerkelijk dat we die wonderlijke godsdienstige wetgeving ook hier gewoon willen toestaan. Is dat nu een vorm van politiek correct masochisme? Vast. Dus begin ik maar met het ophangen van het portret van de Grote Leider. Ben ik daar alvast op tijd bij. Want die roert zich momenteel met verve. En heeft een ding mee! Hij en zijn doctrine zijn tastbaar. Hoe akelig ook. Kan van de meeste godsdiensten niet worden gezegd. (Foto’s: Internet/Flickr)

De val van VW

OLYMPUS DIGITAL CAMERA

Het Duitse Ruhrgebied heeft veel belang bij overeind blijven van Made in Germany..

Ooit was het een aanbeveling om de term ‘Made in England’ op een product te zetten. Het was een vaak degelijk gebouwd product waarmee de Britse natie goede sier kon maken. Britten stonden vooraan bij de bouw van mechanieken, stoommachines, ze waren goed in kleding, kortom, een Brits product deed er toe. Na de Tweede Wereldoorlog veranderde dit rap. De Britten leden enorm onder hun arbeidsproblemen, nationalisaties en stakingen zorgden voor een droevige daling van die ooit zo bewonderde kwaliteit. De vliegtuig- en auto-industrie teerde nog wel op die oude namen, maar intussen waren de (verslagen) Duitsers met steun uit dat zelfde Engeland of Amerika terug op de been gezet en begonnen aan een inhaalrace die zijn weerga niet kende. ‘Made in Germany’ werd een trotse verklaring van kwaliteit en goede afkomst. Ook in ons land. Wie zich een Duitse auto wilde kopen werd niet uitgelachen maar bewonderend aangekeken. Een Mercedes, Volkswagen, Audi, ja zelfs een Opel werd gezien als de norm in de markt. Ook voor andere producten gold dat die Duitse kwaliteit spreekwoordelijk was.

OLYMPUS DIGITAL CAMERA

In Berlijn is nu spoedoverleg gaande over de VWsituatie…

Een keuken, slaapkamermeubel, messen uit Solingen, ja zelfs de koekoeksklokken uit Beieren, ze bleken degelijk en zorgden voor het wonder van de wederopbouw bij de oosterburen. Maar daar is nu toch wel een enorme deuk in geslagen. Nota bene door een wonderlijke manoeuvre van het o zo trotse Volkswagen dat met recht het grootste autoconcern van de wereld wil zijn. Rommelen met software bij hun Dieselauto’s om zo de stringente uitlaatgaseisen van de milieu-waakhonden in de VS te omzeilen. Op zich een slimme truc, maar zo dom, zo ver strekkend, zo schadelijk. Want je krijgt meteen een stigmatiserend stempel. Linkse media roepen van alles en nog wat. Zwendel, slechte kwaliteit, zijn daarvan de mildste. Trots moet altijd het hoofd buigen voor gejoel in de massa. De top van VW moest aftreden, een ongekend fenomeen in de Duitse geschiedenis. De leiding van een concern is onaantastbaar. De hierarchische verhoudingen daar anders dan bij ons.

02-T1-productieIk maakte dat zelf vaak mee als ik er weer eens voor zaken was. Je werd geacht op zij te gaan staan voor een hogere ‘pief’ als die je passeerde in een doorgang of zo. Niets voor ons Nederlanders, helemaal niets voor mij. Werd niet in dank afgenomen, maar ik zie niet in waarom een hoger gestelde ineens andere menselijke privileges zou moeten krijgen alleen omdat hij een andere functie bekleed. Past bij ons botte Nederlanders. Maar niet in Duitsland waar tutoyeren van collega’s al een lastige is. Kortom, het VW-effect zal groot zijn. De groten van het land bemoeien zich er mee, de politiek in rep en roer. ‘Made in Germany’ staat nu heftig onder druk. Ongekend en ongewenst. Damage control wordt toegepast. En dat zal moeten ook. Want we zouden in Nederland een rare pijp roken als dat label ‘Made in Germany’ net zo zou verwateren als ‘Made in England’ ooit deed. Iets Brits kopen is nu iets voor durfals, maar wie zijn verstand gebruikt doet dat echt niet. En dat willen wij met onze exporthandel richting het oosten echt niet meemaken. Kortom, te hopen dat VW en de Duitse regering snel komen met pleisters op de wonden. Dat kost wat, maar dan bereik je ook wat. Made in Germany is het waard om voor te vechten. Toch?

Begin eens met opvoeden….

OLYMPUS DIGITAL CAMERAIk krijg nog wel eens het verwijt niet zo erg van kinderen te houden. In de goede zin van het woord dan. Niets is minder waar. Maar ik geef toe dat naar mate de jaren vorderen mijn geduld voor en acceptatie van dreinende, jengelende en schreeuwende kinderen is afgenomen. Mij ontgaat het ook vaak waarom ouders niet gewoon ingrijpen als weer een van hun kleine prinsjes of prinsesjes zich op aarde heeft gestort voor een hoop misbaar dat er slechts op is gericht een of andere zin door te drijven. Je kunt geen speelgoedwinkel inlopen of het gezeur begint al. Dat kinderen in zo’n winkel worden aangestoken door een virus snap ik nog wel. Dat ze dan ‘alles’ wat ze zien willen hebben vind ik ook nog wel te verteren. Maar als dit dan niet wordt omgezet in daden ontstaat pas het probleem. Afhankelijk van hun gevoel voor theater storten die kleintjes zich dan op de grond, beginnen hartstochtelijk te huilen, met hun beentjes te trappen en zijn niet meer voor reden vatbaar. Tot vader of moeder de juiste of verkeerde beslissingen neemt. Juist is beetpakken, meesleuren, in het wagentje smijten of over de knie leggen.

OLYMPUS DIGITAL CAMERAHoezo theater?! Verkeerd is het kleine acteur- of actricetje de zin te geven en alsnog iets te kopen wat vooral meneer Blokker gelukkig maakt en voor even een glimlach op het verwende smoeltje van de kleine oproerkraaier brengt. Toegeven is een bijdrage leveren aan het hoge verwengehalte. Dat doet zeker ook het met zo’n urk praten op de toon van een volwassene. Discussies aangaan heeft geen zin, beste ouders die dit doen. Corrigeren wel. Omdat het geen pas geeft de hele winkel op stelten te zeten voor zoiets onbenulligs als je zin doordrammen. Ga thuis maar lekker me je nageslacht babbelen volgens het poldermodel, maar stuur dat kleine krengetje intussen wel vroeg naar bed. Zonder eten of cadeautjes. Leert het snel om dat drammen achterwege te laten en gewoon een ‘wenslijstje’ in te vullen voor de bekende feestdagen voor zolang die nog bestaan.

KInderen moeten zorgenloos kunnen opgroeien...Weet je hoeveel keer wij vroeger iets kregen van de ouders (of Sint)? Twee tot drie keer per jaar. En niet per week! En daar keek je naar uit. Ik koester nog de zaken die ik toen heb gehad. Omdat ze veel waard waren en zijn. Als ik nu zie wat er vrijwel ongebruikt richting kringloopwinkels en vrijmarkten of kofferbakverkopen gaat denk ik dat al dat gejengel niet leidt tot veel speelgenot en de bevrediging van het hebmoment maar zeer gering is. Kortom, opvoeden die kleine lieden, en bedenken dat de uitstraling van een jengelaar altijd terug gaat richting de opvoeders. Zou het nu echt rustiger worden in al die winkels? Ik vrees het niet. Verwend als we allemaal zijn geworden. Och, eens zien of ik met jengelen een nieuwe camera o.i.d. voor elkaar kan krijgen. Ik heb nog een paar maanden….