
‘Ons lichaam is een tempel en blijft het best intact als we ons houden aan de wetten van Reinheid, Rust, Regelmaat en Regels van den Kerk met de grote K’. Die fysieke tempel was ons volgens die leer door God gegeven om goed voor te zorgen en er zeker geen misbruik van te maken. De Reinheid was daarbij wel een dingetje. Want in onze kinderlijke oren en ogen bestond die vooral uit het dagelijks reinigen van dat wat door het gebruik vervuilde. Zeker als je de dagen van toen deels op straat doorbracht en daar allerlei spelletjes speelde die maakte dat je soms onder de bagger thuiskwam. Maar het betekende natuurlijk ook iets anders. Je diende de lichamelijke lust te bedwingen tot je op een leeftijd was gekomen dat je die in de juiste kanalen mocht leiden. Kanalen die bij de andere sekse weer rein werden gehouden tot dat grote moment. Want het betreden van de tempel bij de ander was een kunst op zich temeer omdat daarbij Gods water over Gods akker diende te vloeien en je dat water vooraf niet mocht verspillen.

Nou dat was indertijd best een dingetje. Daarvoor bestond er die Rust. Met de handen boven de dekens en lakens en natuurlijk weg van die symbolische kraan of gootsteen waar dat water maar uit of in kon vloeien. Rust was ook nodig omdat je de volgende dag soms weer vroeg geacht werd tijd te besteden aan de versteende tempel van de Heer die in ons geval vlakbij om de hoek gezeteld was. En waar al die geboden en verboden om je oren vlogen. Daarbij was Regelmaat natuurlijk een handige aanbeveling. Hoe meer je in dat jargon geloofde hoe sterker je verbonden was met de Regelgeving van de enige ware kerk van Rome. Nou ik kan je verzekeren dat dit allemaal redelijk goed ging tot de persoonlijke kraan soms tot een brandslang werd waarop constant druk stond en het met de Rust al snel gedaan was. Reinheid diende nog slechts een doel, zo snel mogelijk voorbij die op het oog dikke deuren van die tempel elders te komen zodat je wist waarover het allemaal ging in die omfloerste teksten van al die ge- en verboden.

Opvallend was ook dat bij het echte leren van waarover het allemaal ging, ouders in onze tijd geen rol van betekenis speelden en de zwartrokken van de kerk toch vooral meenden dat die reinheid zich beperkte tot bijen die bloemen bevruchtten. Terwijl wij thuis eerder last hadden van wespen dan van bijen. Nee, het betere hand en spantwerk moest je zelf maar uitzoeken allemaal. En dat ging niet in alle gevallen goed. Ik heb heel wat voorbeelden gezien van vrienden uit de straat of zelfs familie waarbij dat Gods water zorgde voor een iets minder gezellig gevolg. Dan moest er getrouwd worden en was het maar de vraag of die verbintenis onder dwang ook tot het gewenste resultaat zou leiden. Tegenwoordig zie ik jongens en meiden die zich eerst eens goed uitleven en met dat water smijten alsof het niks kost. Die na pakweg negen of toen relaties menen toe te zijn aan een echte werk met de ware en waarbij dat water goed kan dienen om een nieuwe generatie op de wereld te zetten. In de hoop dat die zich op andere wijze tot de tempel verhouden als wij dat moesten. Intussen is mijn tempel door de jaren heen altijd keurig onderhouden. Veelal goed voor gezorgd. Tuurlijk moest er wel eens iets gerenoveerd worden, maar de kern is gezond. En ik hoop voor mijn gewaardeerde, lezers, dat dit ook voor jullie geldt. (Beelden: Eigen collectie)