
Als je wel eens nadenkt over ander werk, een nieuw huis of leefomgeving, misschien zelfs een andere partner, blijft voor velen toch de vraag over hoe dat zal uitwerken op de eigen sociale netwerken. Die bestaan in eerste instantie uit familie, goede vrienden of zelfs zeer fijne buren. Een mens is natuurlijk kwetsbaar en als je even hulp of steun nodig hebt, dan wel dit moet of wilt uitdelen, is het handig als dit netwerk zich met je bemoeit of in de buurt verkeert. In de persoonlijke recente geschiedenis maakte ik soortgelijke situaties mee en dan blijkt toch dat al die zgn. ‘kennissen’ waar je op bouwt als alles goed gaat er niet voor je zijn als het er echt op aankomt.

Logisch, want veel mensen willen niet geconfronteerd worden met de ellende van anderen als het even kan. De ‘echten’ kijken zo niet, die zijn er dan gewoon. Maar stel je voor dat je ineens bedenkt dat het elders in de wereld toch een stuk leuker lijkt of dat je als Groninger ook best zult aarden in Maastricht? Zou dat netwerk er dan nog steeds meteen voor je zijn. Onderhouden van relaties is kernpunt, en je krijgt wat je geeft. Ik heb al vaak gezien dat mensen die veel vragen in geval van nood toch worden overgeslagen.

Waarom? Omdat die netwerken ook bestaan uit geven en nemen. Het zijn net bloggers. Wie nooit reageert op een ander mag niet mopperen als bij hen ook niemand een reactie plaatst. Kwestie van investeren. Net als in het echte leven. Dus dan is het niet zo gek dat sommigen op enig moment verdwijnen en bijna vergeten raken. Net als je in je persoonlijke leven meemaakt zeilen mensen soms naar achter de horizon en komen niet meer in beeld. Trieste constatering wellicht, maar wel realistisch. Hoe dan ook, de magneet van dat sociale leven heeft in ons leven wel een aardige rol gespeeld bij het nemen van beslissingen rond wat te doen op enig moment. En diezelfde mate van overwegen wat te doen en op welk moment zie ik ook bij anderen. Zelf ben ik nogal loyaal aan hen die mij voorzien van liefde en levensgeluk. Leuk hoor, dat dromen over ‘elders’ maar om op deze leeftijd nu een heel nieuw leven op te bouwen? Al zou ik het nog wel aardig vinden om….. Nou ja, we dromen verder, intussen omarmd door dat door de jaren heen opgebouwde netwerk waar ik ook als meninggever zo sterk aan hecht. Ook al wonen sommigen niet echt om de hoek…. Hoe is dat bij mijn lezers?? Net als ik gehecht aan wat belangrijk is in een mensenleven, of meen je best zonder te kunnen? Ben benieuwd naar de reacties. En zij die niet reageren….ik vrees voor jullie status…. (Beelden: Prive/archief)


Dit jaar – 19 september a.s. om precies te zijn – is het honderd jaar geleden dat het eerste vliegtuig landde op een drooggemalen, drassig stukje grond in de Haarlemmermeer. Een stukje grond dat later bekend zou worden als Schiphol. Die plek markeert een bijzondere geschiedenis waarvan je inmiddels al het nodige bij mij hebt kunnen lezen. Schiphol is in die 100 jaar uitgegroeid tot een mainport in de luchtvaartwereld die jaarlijks ruim 58,2 miljoen reizigers ontvangt, waar 1,6 miljoen ton vracht passeert en waar 65.000 mensen direct hun brood verdienen. Schiphol verbindt Nederland met de rest van de wereld. Reizigers, zakenmensen en goederen bereiken via Schiphol ons land of gaan vanaf hier op wereldreis. Dit verrijkt ons land niet alleen in economisch opzicht maar ook emotioneel. Door Schiphol komen we contact met andere wereldburgers, het is een start- of eindpunt van onvergetelijke ervaringen en mooie herinneringen. Herinneringen die ook mij niet vreemd zijn. Immers voor een beetje hoofdstedeling was Schiphol heel lang in feite het vliegveld in de ‘achtertuin’.
Hemelbreed lag het iets van 12 kilometer van mijn geboortehuis vandaan en door de toenmalige positie van platform en banenstelsel werden wij regelmatig geconfronteerd met die bijzondere buurman. Vliegtuigen kwamen over onze straat heen, ik zag ze uit de ramen van mijn school en later uit die van het kantoor waar ik in het centrum van de stad werkte. Het virus van de luchtvaartgekte heeft zich vast in die periode in mij genesteld. Leuk hoor, die baan op kantoor bij een bankinstelling, Schiphol trok me toch meer. Van mijn jongste jeugd af was ik gefascineerd door wat zich daar allemaal afspeelde en op mijn 12e dreinde ik al zo lang tot mijn ‘pa’ mee ging naar de KLM Technische Dienst waar ik graag wilde gaan werken. Voor de luchtvaart was het een zegen dat men daar adviseerde dat ik nog beter even kon doorleren. Mijn technisch inzicht bleek om en nabij het nulpunt te bewegen, zou voor de veiligheid van die vliegtuigen weinig hebben bijgedragen. Eind 1965 was het dan zo ver. Na een korte stage bij Martinair stapte ik binnen bij een luchtvrachtkantoor op het aloude Schiphol en werd aangenomen. De rest is ook hier al eens verhaald. Historie! Schiphol bleef sindsdien in het bloed.
Als spotter, als werknemer, als passagier, auteur van diverse uitgaven, altijd was er die luchtvaart. Ik weet nog dat wij verhuisden naar de polder. Ik ontdekte dat het veel te ver weg was van Amsterdam en Schiphol. Ik hoorde de vliegtuigen niet meer. Dat vond ik vreselijk, erger nog, mijn luchtvaartradio waarmee ik het ‘verkeer’ tussen de toren op Schiphol en de vliegtuigen altijd volgde, werkte niet meer. Wat een geluk toen ik door andere omstandigheden ineens weer dichtbij de luchthaven kwam te wonen. Alles werd weer normaal, ik genoot weer als voorheen. En dat doe ik nog. Vliegtuigen hoor ik, zie ik, en als ik er behoefte aan heb ga ik even langs om ze van dichtbij te bekijken. Het Schiphol van nu is onvergelijkbaar veranderd. Was het vroeger een open ruimte waar je nog lekker kon genieten van al die zaken die een vliegveld leuk maken, tegenwoordig is Schiphol nog strenger beveiligd dan vroeger Soesterberg. Maar dat komt door de veranderde tijden. Na kapingen door Palestijnen, 9/11 en de verder gaande expansie van het veld zelf, worden eisen gesteld aan de omgeving die het voor malloten zoals ik lastig maken om ouderwets te genieten. En toch blijf ik vervangend trots op het fenomeen Schiphol. Lawaai? Hoezo? We eten er ook allemaal van hoor. Die luchtvaartsector rond en op de luchthaven zorgt voor 200.000 banen. Denk die maar eens weg. Kortom, ik vind het een felicitatie waard. En zie ook meteen dat ik een dagje ouder ben geworden. Want ik praat nu net zo over vroeger als de generaties voor mij die Plesman en de modder van vroeger nog hadden gekend. Al bladerend door mijn oude fotoalbums komt er weer veel terug. Daar stop ik nu mee, net als met dit blogverhaal………U wilt vast ook nog wel iets kwijt over Schiphol….toch?




