TROS-gezicht..

TROS-gezicht..

De Dionne Stax van de jaren 60-70-80 was voor mij toch vooral Willy Dobbe.

Oer-Nederlands, knap, mooie stem, en typerend voor de omroep die zij zovele jaren zou dienen, de TROS. De fraaie dame werd geboren in 1944, startte haar carriere in 1967 als omroepster bij de NTS, voorloper van de huidige NOS. Zij presenteerde ook middagprogramma’s en werd zeker bekend toen zij samen met de Belgische collega Jan Theys het spelprogramma ‘Zevensprong’ op de buis neerzette met charme en flair. Schandalen waren haar vreemd. Een dame in doen en laten en altijd perfect verzorgd. Je zou er verliefd op kunnen worden en de kijkers van de toen nog best wat vernieuwende TROS werden dat. Mateloos populair die vrouw. Dat nutte ze zelf aardig uit door o.a. reclamewerk aan te nemen wat de kas thuis aardig spekte. Ooit presenteerde ze ook het Eurovisie-Songfestival toen dat in Nederland werd gehouden.

Zo zeer was Willy Dobbe al een levende legende dat zelfs de VPRO haar naam benutte voor de kolderieke reeksen van Wim T. Schippers, die een aantal van de door hem bedachte series qua buitenopnamen deed in het fictieve ‘Willy Dobbeplantsoen’. En dat vele seizoenen lang. Dat plantsoen ging een eigen leven leiden toen de Gemeente Olst in september 1997 besloot om een kopie van dat fake-plantsoen in het echt ook aan te leggen. Het werd geopend door de intussen gestopte presentatrice samen met de bedenker Wim T.Schippers. Willy Dobbe stopte met haar TV-carriere toen ze nog maar 44 jaar oud was. Een ander leven wachtte haar. Die sierlijke verschijning en dat mooie stemgeluid verdwenen van de buis. Gezien haar leeftijd zal ze nu vermoedelijk in alle rust genieten van haar pensioen in een of ander mooi oord. Ik wens het haar toe. En die TROS? Tja, die ging samen met de AVRO en verdween vrijwel in de vergetelheid. Net als de oorspronkelijke filosofie van die omroep. Wat zouden we die in deze tijden van al te linkse media goed kunnen gebruiken. Maar dat is een ander verhaal waardig….(Beelden: Internet/Wiki)

Humor!

Humor!

Nou beste mensen, deze oudere jongere kan nog steeds keihard lachen om humor die hem raakt.

Opgevoed met films van Laurel & Hardy (toen al klassiekers) ontdekte ik al snel dat subtiel en over-the-top me veelal over de drempel van de gulle lach heen trekken. Gekkigheid in woord en beeld. Sommigen hebben dit aan de kont hangen. Nu is niet alle Britse humor is per definitie leuk. Juist waar de teksten scherp zijn en de mimiek van topniveau komt het beter over dan als men leuk doet om de lach. De Schutters een voorbeeld, ik lachte me daar gek om, vooral omdat Britten soms zichzelf compleet bespottelijk kunnen maken met behoud van hun traditionele gevoel de wereld te beheersen. Fawly Towers, de eerste reeksen Are You Being Served, Tommy Cooper. Maar die reeks van ‘On the buses’ al snel vervelend, net als Benny Hill.

Het pakte me dan niet. In Nederland zie ik Andre van Duyn als een echte komiek, zoals dat ook gold voor Johnny Kraaikamp Sr. Cabaretiers alleen als ze ook echt leuk zijn en niet als ze anderen fel bespottelijk maken. Ik ben dus niet zo van Youp van ’t Hek, meer van Hans Teeuwen of Guido Wyers. Omdat ik geen onderscheid wil zien in het bashen van sommige lieden. Polcor-humor is geen humor. En wij Nederlanders zijn slecht in het spiegelen van wat fout zit bij ons zelf. Wie dat wel doet kan rekenen op groot publiek.

Maar wie doet dat nog?? Bang voor van alles en nog wat en vooral van kritiek uit (on)verwachte hoek. Humor is soms tijdloos, maar er waren ook vroeger al humoristen die ik niet kon waarderen. Chaplin was er zo een. Ik zag er niks in. Veel te serieus en te overtuigd van zijn eigen leukigheid. Dat was nu net de kracht van Laurel & Hardy. Altijd zelf uiteindelijk het slachtoffer. Sloebers soms en niet bang voor een emmer water of een zaag op de bol. Ook geweldig vond ik ‘Keeping up Appearances’ met die geweldige actrice die Mrs.Bucket speelde (Mrs Bouquet….in haar jargon) waar de stijl van de middenklasse t.o.v. de onderklasse zo goed werd weergegeven.

Humor is dus ook persoonlijk, laat ik daar duidelijk over zijn. Wat ik leuk vind zal voor een ander niets betekenen. Mensen kopen massaal kaartjes voor Freek de Jonge of Claudia de Breij of soortgelijke lieden. Moet toch wel iets zeggen. Wellicht over mij?? Kan zo maar. Want ik kan mijzelf nog in de spiegel aankijken en om dat koppie lachen dan. Wie kan dit ook. Schroom niet hoor…..ik lach je niet uit… (Beelden: Internet/archief)

Het genoegen van kussen…of gekust worden..

Als we dan al vol tederheid en liefde naar elkaar kijken overvalt ons soms de behoefte om de ander te kussen. Dat is binnen een relatie vaak een gewenste en zelfs noodzakelijke reflex en kan daarbij allerlei gevoelens opwekken. Of het nu mannen of vrouwen betreft, een kus is een uiting van een of andere emotie. Kussen kan ook gebruikt worden om iemand te begroeten of gedag te zeggen. Meestal is het daarbij niet de bedoeling dat je dan meteen je tong in iemands keel ramt. Bij die liefdevolle kussen kan dat nog net wel. In sommige culturen is het heel normaal dat mannen elkaar stevig op de wang kussen bij begroeting, ik zelf ben daar niet zo van…. Maar dat is persoonlijk. En er is de Judaskus natuurlijk, waarbij de verrader van Jezus in dat trieste verhaal van het einde van zijn leven op aarde een hoofdrol speelde. Mede door dat gekus op de wang van zijn meester werd het lijdend voorwerp overgeleverd aan de Romeinen.

Alles bij elkaar dus wisselende emoties bij het begrip en die daad. Een meer negatief kantje van al dat gekus is dat het een ideale overbrenger is van allerlei ziekten. Hoe intiemer mensen zijn hoe sneller een of andere microbe of parasiet overspringt om zijn ziekteverwekkers bij de ander naar binnen te brengen. Griep of Herpes gaan zo als een lopend vuurtje door de wereld. Een mondkapje is handiger. Toch pleit ik wel voor het benutten van kussen om al die emoties gestalte te geven hoor. We zijn het zo gewend en dat moet maar zo blijven. Mits ik niet iedereen meteen om mijn nek moet laten hangen. Drie kussen geven aan mensen die ik nauwelijks ken vind ik soms al een beste opgave. Ik ben toch teveel opgevoed met handen schudden en afstand bewaren. Dat past me toch meer.

Behalve bij aardige of mooie en sexy dames natuurlijk, maar dat mag in mijn geval voor zichzelf spreken. Maar enige terughoudendheid is mij ook op dit punt niet vreemd. Ik weet niet hoe het jullie vergaat op dit punt maar dat hoor of lees ik graag. Zijn jullie fervente kussers of juist niet? En maakt het niet uit wie of wat je zou moeten kussen, man of vrouw, vriend of kennis? Ben benieuwd of mijn vragen op dit punt ook voor jullie, beste lezers, gelden. Dank bij voorbaat…

Aviodrome – revisited!

OLYMPUS DIGITAL CAMERA

Het was al een tijdje geleden dat we er op bezoek waren geweest, dus tijd om weer eens een dagje in te plannen om het nationale luchtvaartmuseum Aviodrome te bekijken. Dat heet tegenwoordig ‘Luchtvaart-themapark Aviodrome’. Het museum dat met veel verve werd gestart aan het begin van deze eeuw volgde in Lelystad het oude van Schiphol bekende Aviodome op. In Lelystad had men de ruimte en zou men historie en moderne tijd kunnen combineren. Nieuwe managers, sponsoren en medewerkers, waarvan een deel vrijwillig, zetten een groots museum neer. Met een eigen platform voor de deur waar naar gelang de behoefte de nodige museale vliegende kisten konden worden opgevangen en afgehandeld. Dat ging goed tot de crisisjaren na 2008. De sponsoren haakten voor een belangrijk deel af. Het Aviodrome nam weliswaar gas terug, maar men redeneerde toen toch meer vanuit het bewaren van leuke items voor het nageslacht en de voorlichting, dan vanuit een echt zakelijk inzicht.

OLYMPUS DIGITAL CAMERA

Het ging dus goed fout, en de boel werd failliet verklaard. Daardoor verdween o.a. de Dutch Dakota Association uit de hangaar en moest het oude management het veld ruimen. Na enige onzekerheid kwam er toch een investeerder. Bedrijf uit de pretparkensector dat minder had met al die museale gedachten, maar wel wist hoe men gezinnen met kinderen moest vermaken. Het kost wat, maar dan krijgt je kind er ook iets voor terug. En dat is precies wat je nu op die locatie aantreft. Speeltuigen, kleine paadjes, films, afleiding, een restaurant vol friet en ander lekkers, terrasjes, zithoekjes, gras, kortom een ongedwongen kindvriendelijke sfeer. Dat is leuk. Maar wat je ook ziet is dat de zorg voor die oude vliegtuigen duidelijk achterblijft. Dat zie je binnen in het flink grote gebouw van het Aviodrome nog niet zo zeer terug, maar de buiten opgestelde toestellen lijden echt onder de invloed van het weer en gebrek aan onderhoudsliefde.

OLYMPUS DIGITAL CAMERA

De blauwe KLM-kleuren op de toch unieke Boeing 747 en Fokker 100 zijn aan het verbleken, en een oude DC-4 verloedert net als de aloude Antonov An-2 waar je zelf achter de stuuknuppel kunt zitten . Ook de Neptune en de oudste Grumman Tracker beginnen aardig te versloffen. De straaljagers die nu buiten staan, een Saab Viggen en Mig 21, lopen grote risico’s er over niet al te lange tijd uit te zien als de al tijden in slechte staat verkerende Gloster Meteor. In de onderhoudshangaar T2 zie je nog wel wat vrijwilligers werken aan het Nederlandse erfgoed. De DC-2 PH-AJU, een Trompenburg tweedekker, een Noorduyn Norseman. Daar ook staan wat kwetsbare toestellen gelukkig onder dak. Maar men laat de kosten voor wat ze zijn en dat is goed te zien.

OLYMPUS DIGITAL CAMERA

Leuk voor de kinderen, voor de luchtvaartliefhebber wordt het wat afzien. Niet dat je hier nu niet naar toe zou moeten gaan hoor. Integendeel. De binnen-exposities zijn fraai, de vrijwillige gidsen aardig en deels aardig op de hoogte. Nadeel is wel de tamelijke hoge toegangsprijs (17,50 p.p.) het parkeertarief (6,00 per auto) en de relatief dure horeca. Een kopje (nee, bekertje) thee kost je 2,25. Dus pretparkprijzen wat zich ook doortrekt naar de al jaren aanwezige museumwinkel. Voor de liefhebber van een leerzaam dagje uit een aanrader. Voor de echte luchtvaartgek iets om gezien te moeten hebben. Voor ouders met kinderen zeker leuk. Maar de verloedering moet men hier wel goed in de gaten gaan houden. Roest ligt op de loer en dat is een slecht teken.

Traditioneel geglitter…

WP_20151202_030Kerstmarkten moet je in Nederland niet zoeken. Althans niet van de soort zoals ik ze qua beleving het leukste vind. Nee, daarvoor moet je toch echt naar de Duitse steden. Die hebben een grote traditie op dit punt al wil het ook daar wel eens wat verschillen qua sfeer en aanbod. Samen met onze Soester vriendjes togen we ook dit jaar weer richting de Duitse aanbieders, boekten een betaalbaar hotel in het voor ons vooraf onbekende Gelsenkirchen inclusief een tweedaagse tramkaart. De tram (in feite een soort metro, want men rijdt een deel van de route ondergronds) heeft een kwartier of drie nodig om van hotel naar Essen te komen. En dat Essen is intussen een wereldstad geworden met de daarbij behorende uitstraling. Heel anders dan hoe ik het in de achter ons liggende decennia vaak heb ervaren, want we kwamen hier vaak en graag. Maar het is voor een dagtripje inclusief shopping net even te ver geworden. Dus was ons bezoekje dit keer welkom en verhelderend. Dat laatste ook letterlijk, want de Essense Kerstmarkt is geweldig qua uitmonstering en verlichting. De sfeer zat er goed in, de hapjes en drankjes waren lekker en we vonden zo links en rechts wat kleine zaken die we zochten.

WP_20151202_027Anders dan in ons hotel in Gelsenkirchen was de Wifi in een aantal horecazaken gratis en dat maakte dat we af en toe ook contact hadden met de resp. thuisbases. En de gesprekken werden diepgaander naarmate het peil van de gekozen (lekkere) wijn daalde in onze glazen. In het donker kwam de verlichting van Essen nog beter uit. Het was echt de moeite waard. En zoals altijd komen dan de Duitsers in grote aantallen naar de vele eet- en drinkgelegenheden om daar de dag te bespreken. Zoals het hoort met een glaasje Gluhwein, al dan niet met een scheutje extra sterke drank er aan toegevoegd. Wij namen onze geliefde hapjes, alleen daar te krijgen. Aardappelschijfjes gebakken in de vorm van pannekoekjes en een gepofte aardappel in de schil met een heerlijk sausje. Je eet er de vingers zowat bij op.

WP_20151202_018In vergelijking met Essen is Gelsenkirchen een provincieplaats. Met meer van een centrum zoals wij dat van vorig jaar kennen uit Duisburg. Rustiger, donkerder, maar best aardig voor een dagje in de week. De volgende dag bleek dat de winkels er trouwens aantrekkelijk genoeg bij lagen om nog wat van de gading te scoren. En om daarna in de zon huiswaarts te keren. Met wat tussenstops, maar dat is meer voor een ander verslag. Voor ons was het sfeervol, gezellig en geslaagd! Met dank aan de lieve vriendjes die we al zo lang kennen. We maken er een traditie van. Kijken nu al naar wat volgend jaar de bestemming zal worden.