Leven met de vliegende pijl – 20 – Meneer L en de nieuwe Sgoda….

Skoda kende in die jaren een klantenkring die overal vandaan kwam. Jong, oud, arm, soms beter gesitueerd. Mensen die we nu een BN-er zouden noemen en zij die nooit bekend zouden worden. Je had klanten met een paar wonderlijke karaktereigenschappen. Zo herinner ik mij iemand die zijn Skoda met JIF had gepoetst. Die auto glom daardoor zo ‘mooi’. Maar na een regenbui was dat glimmende oppervlak weggespoeld en bleven een doffe lak vol krassen. We hadden mensen die meenden dat ze een Rolls Royce hadden gekocht voor hun (omgerekend naar nu) 3.500 Euro. Ik kom er later nog wat dieper op terug. Tot de typische klantenkring voor het merk Skoda van de jaren 70/80 behoorde een zeer oude heer die zich ergens halverwege die jaren tachtig meldde voor een nieuwe telg uit ons gamma Tsjechische modellen. Ik vond het al een wonder dat de man nog liep, hij bleek later 91 jaar oud te zijn en was naar eigen zeggen ‘belangrijk geweest bij de organisatie van de World Press Photo tentoonstellingen’. Hij kwam van oorsprong uit Oostenrijk en had daardoor wel iets met de auto’s uit dat hedendaagse ‘zusterland’ Tsjecho-Slowakije, dat vroeger immers onderdeel was geweest van het door hem gekoesterde Astro-Hongaarse Keizerrijk. Daarbij had een enorm Duits-achtig accent en sprak ons merk consequent uit als Sgoda!

Het bleek overigens een beminnelijk mens, al nam hij wel heel veel tijd in beslag. Zijn verhalen waren buitengewoon breed en wij hadden omwille van de tijd beschikbaar en de andere klanten die zich ook nog wel eens in onze showroom oriënteerden, een beperkt gevoel van geduld. Een deal sloot je normaal in 20-30 minuten was het credo. Dat ging bij de Heer L. niet lukken. Zijn vrouw, lieve oude dame, hemelde haar man uitgebreid op. Hoe belangrijk hij was geweest en hoeveel kilometers ervaring hij wel niet had. Nu was dat laatste meestal een reden om geen proefrit aan te bieden in het beoogde model, vaak was het juist die ‘uitgebreide ervaring’ die zorgde voor de meest stressvolle proefritten. Toch wilde meneer L wel even voelen hoe die ‘Sgoda’s’ reden. En dus werd er een demowagen voor de deur gezet en reed ik zelf even met de familie richting het Amsterdamse Bos om daar in alle rust even wat rondjes te draaien. Dat beviel de man goed. Hij reed ronduit beroerd, de voet op de koppeling wilde maar niet omhoog komen en zijn gasvoet ging veel te zwaar omlaag. De arme demonstratieauto loeide en kreunde. Maar Meneer L en zijn vrouw waren overtuigd.

 

Dit was een leuke auto voor ze en toen we weer terugkwamen in de showroom kocht hij uiteindelijk een nieuwe auto in de kleur lever-beige die Skoda indertijd in het gamma had maar vrijwel niemand wilde hebben. Een paar weken later kwam de heer L zijn nieuwe vervoer ophalen. Weer werd het een langdurige toestand. Afleveringen werden door ons meestal gepland en uitgebreid gedaan, we legden graag uit waar de verlichting zat, we schonken koffie en zetten er een bloemetje bij voor de partner. Nadat de oude auto was ingenomen, een echt half overleden Austin Allegro uit het jaar kruik, kwam het moment dat de heer L met al zijn rijervaring vertrok. Gillend zette de nieuwe Skoda zich in beweging. We roken buiten de auto zowat de koppelingsplaten. Hielpen hem de uitrit van de altijd drukke weg waar langs we gevestigd waren, veilig te nemen. Zwaaiden nog even en stapten weer naar binnen. De volgende aflevering wachtte. Slechts een minuut later hoorden we de klap. ‘Nee he’ spotten we nog. Maar het bleek ja. De heer L had ergens halverwege de weg waar hij op was gereden, besloten om te keren. Nerveus, natuurlijk. Maar daar waar hij dat deed kon je niet keren. Toen hij het toch deed kon een busje dat aan kwam snellen hem niet meer ontwijken. En dat was einde oefening. De arme oude mensen kwamen er goed uit, de Skoda was zodanig beschadigd dat die niet meer gerepareerd kon worden. Voor de werkplaats was dat jammer, weer een klant minder erbij. Maar voor de heer L was ook net zo jammer. Zijn rijbewijs werd ingenomen. Hij mocht niet meer autorijden. Wij hebben hem nooit meer gezien. Bijzondere klanten, net wat ik zeg….Wordt vervolgd – (Beelden: Yellowbird archief)

Levert vooral andere merken; Isuzu!

In mijn recente blogs over imago en zo meer heb ik al eens uitgelegd dat grote autoconcerns soms meesters zijn in het delen van hun platforms en/of technieken met andere merken, waardoor de ontwikkelingskosten voor een bepaald model worden uitgesmeerd over een zo breed mogelijke periode of hogere aantallen verkochte auto’s. Dit fenomeen tref je aan bij vrijwel alle grote jongens in automotiveland en levert ze bepaald geen windeieren op. Bij General Motors kent men ook een paar merken die we hier nauwelijks (meer) kennen maar die wel een grote rol spelen bij de productie van modellen die onder de naam van een ander concernmerk worden vermarkt. Denk maar eens aan de Opels die eigenlijk afkomstig zijn uit Korea en gebouwd werden bij Daewoo dat in onze streken op enig moment Chevrolet moest heten.

In Japan heeft GM ook zo’n merk, Isuzu. En ook dat bedrijf vervulde vooral een productierol. Al moet gesteld worden dat Isuzu een van de eerste Japanse automerken was die het ook bij ons probeerden. Met erg aardige personenwagens als de Florian of Bellel en Bellett die in bepaalde vorm zelfs taxichauffeurs overhaalden er een of meer te proberen. Toch trok General Motors de stekker uit dit avontuur en liet Isuzu later vooral bedrijfswagens bouwen die onder de merknaam Opel via de achterdeur ook Nederland bereikten. Denk maar eens aan de stoere Frontera 4×4 die heel wal Opelrijders het gevoel gaven dat ze in een stevige Duitser rondreden terwijl de auto toch echt uit Japan kwam. Het gescharrel met merken door GM had ook een nadelig effect, er werd ook driftig gekopieerd.

En zo kon het voorkomen dat een jaar of wat geleden ineens een kloon van die Isuzu verscheen onder de Chinese merknaam Landwind. Had een uiterlijk dat wel heel goed ‘gejat’ was. De veiligheid was men bij de Chinezen echter vergeten en dat avontuur stopte al snel. Maar Isuzu bouwde intussen vrolijk verder. Maakte o.a. de Gemini. In eerste instantie een op de Opel Kadett C van toen gebaseerde compacte auto die bij Isuzu meteen een stevige 1,8 liter motor geleverd kreeg die 110pk’s beloofde. Wel een heel andere auto dan de wat suffige Opels die we hier kenden. Isuzu paste de motoren in 1977 zodanig aan dat deze voldeden aan de milieunormen van toen. GM liet de Isuzu ook verkopen als Chevrolet Gemini, Buick Opel, Holden Gemini, Opel Gemini en Saehan Gemini. Om maar een idee te geven van dat ‘batch-selling’ idee wat men bij GM hoog in het vaandel heeft zitten. De opvolger van die Kadettkloon was een eigen ontwerp dat over de hele wereld verkocht moest kunnen worden.

En zo werd de Gemini dan ook verkocht als Chevrolet, Pontiac, Holden en kon zo op vrijwel elk continent worden gevonden. Gek genoeg niet in Europa, bij Opel zag men weinig handel in de nieuwe Japanner. Dat maakte ook dat we hem hier nooit zagen rijden, of het was een grijs geïmporteerde versie. Aan het einde van de jaren negentig staakte Isuzu te productie van haar eigen personenwagens nadat het eerder nog een tijdje een Hondamodel had aangeboden als Isuzu. Om het ingewikkeld te maken…. Tegenwoordig dus vooral achter de schermen werkend en het moederconcern bedienend met bedrijfswagens en suv’s. Maar daardoor niet minder belangrijk in autoland. En meteen ook een voorbeeld van hoe het in autoland toe gaat. Kijk maar eens naar je eigen auto en bedenk dat die wel eens heel ergens anders vandaan kan komen dan je zelf dacht. Best confronterend.

Amsterdam – stil dorp of drukke stad?

Ja mensen het is hier druk. Zomers Amsterdam zit vol met toeristen. Velen daarvan in de leeftijdscategorie tussen pakweg 20-35 jaar. En ze zijn overal te vinden. Een grote stad waardig. Volgens inwoners van het oude centrum, veelal mensen die je als import kunt beschrijven, is het allemaal te veel. Ze willen meer rust en geen hordes lawaai makende toeristen op hun stoep. Als ik zelf kijk naar wat er zoal voorbijtrekt aan je waarneming tijdens een wandeltocht door die fraaie stad aan IJ en Amstel dan zie je toch dat niet alleen toeristen het druk maken. Ook de vele bestelwagens, fietsers, bussen, trams, scooters en zo meer maken het beeld chaotisch. Daarbij heeft men in de stad door de jaren heen zulke krankzinnige verkeersregels opgesteld en uitgevoerd dat je bijna je best moet doen om niet aangereden te worden. Immers, men laat alle verkeer elkaar ontmoeten in de drang naar autootje pesten of fietsjes promoten. Maar extra aangelegde fietspaden leiden niet per definitie tot beter gedrag van de gebruikers. Integendeel. Eenrichtingsverkeer is zinloos als je dat instelt voor fietsende medebewoners. En trottoirs lijken anno 2017 de fietspaden pur sang. Het krioelt allemaal door elkaar heen en dat wordt nog eens verhevigd door de vele opbrekingen die deze stad intussen al een halve eeuw teisteren. Waarbij niet of nauwelijks afstemming is geweest tussen de stadsdelen of zelfs buurtregisseurs.

Men doet maar wat en zo ontstaat een erg drukke binnenstad die met al die toeristen nog eens extra wordt belast. Moet je die toeristen dan daarvan de schuld geven? Nee! Het stadsbestuur en met name die stadsdeelbestuurders moeten flink over de knie. Zij dienen te zorgen dat de chaos niet uit de hand loopt. Dat men dus eens duidelijke afspraken maakt over wie waar wanneer (ver)bouwt en waarom. Dat de straten regelmatig en goed worden schoongemaakt, het vuilnis tijdig opgehaald en dat overbodig autoverkeer in die smalle straatjes wordt geweerd. Tegelijkertijd moet je dan zorgen voor optimaal Openbaar Vervoer en geen tramlijnen opheffen zoals men nu van plan is. Het lijkt soms wel (en volgens mij is het echt ook zo) dat die stadsbestuurders vooral politiek bedrijven en nooit op straat komen kijken naar de gevolgen van hun falende beleid.

Onlangs zagen we daar al een voorbeeld van toen men met de vergunningen van rondvaartbootbedrijven aan de haal ging. Op zodanige wijze dat doorgestoken kaart bijna aantoonbaar zat in de besluitvorming rond dit onderwerp. Gelukkig keerde men na stevige druk uit de branche snel op de schreden terug. Drukte hoort bij een grote stad. Wie dat niet wil moet direct verhuizen. Nederland kent een paar stiltegebieden waar je alleen vogels hoort of het ritselen van de marters in het bos. Maar je maakt van een stad nooit een dorp! Wie dat als bestuurder wel wil kan beter een minder betaalde baan aannemen in een of andere provinciale samenleving. Maar blijf af van Amsterdam. En als je dan echt eens iets goeds wilt doen voor die stad, praat dan eens met echte Amsterdammers, die hier geboren en getogen zijn, en luister naar wat die aandragen voor slims. Maar mekker niet over de gevolgen van je eigen promotiecampagnes. Net of je tegen je partner zegt dat die zich minder aantrekkelijk moet gedragen omdat jij er anders te grote verlangens van krijgt. Onlogisch, en zeker onnodig.

Gerommel op internet…

aircargo-distri-hkgNiets zo gemakkelijk als bestellen per internet. Zo wordt mij telkens verteld door vaak jongeren die daar de hele dag mee bezig zijn. Men Markplaatst, Bol.comt, of Amazont wat af in dit land. De omzetten van die tenten groeit de pan uit. Niet dat ik er geen ervaring mee heb hoor. Ook ik viel voor de verleiding van het internetkopen. In veel gevallen naar grote tevredenheid. Een nieuwe tv, een wasmachine, maar zeker ook boeken en modellen kwamen deze kant op. Opvallend was wel dat de keer dat ik vrijwel gelijktijdig iets kocht in Duitsland en ook in ons land, de beide organisaties totaal verschillend hun logistieke systeem aan mij voorlegden. Bij de Duitsers kreeg ik van stap tot stap een berichtje. Ik wist bij wijze van spreken dat de pakjescoureur die mijn bestelling deze kant op zou brengen bij de lokale Mac even een broodje stond te eten. Maar stipt op tijd, binnen twee dagen, was het pakje bij me binnen. Prachtig verpakt, niets op aan te merken. Het Nederlandse pakketje bevatte ook een cadeautje.

pannenset‘Vandaag besteld, voor de feestdagen in huis’, was de claim. Omdat ik een cadeautje voor vrouwlief had gevonden dat echt net uit was en zij graag wilde hebben, besloot ik die stap te zetten. We hadden tenslotte nog vijf dagen te gaan. Alles was op voorraad volgens de internetaanbieder, dus ook dat kon geen problemen geven. Tot ik had besteld. Het eerste bericht wat ik kreeg was dat men twee van de artikelen niet op voorraad had. Ging even duren. Maar men deed zijn best om voor de feestdagen…… Nou…dat lukte dus niet. Het pakje kwam na de feestdagen binnen. Jammer, maar helaas. OK, kan gebeuren. Een jaar later bij dezelfde organisatie, een van de grootste van ons land, nog maar eens geprobeerd. Paar modellen, die men naar eigen opgave op voorraad had. Opnieuw volgens procedure besteld, alles klaar.

calculatingEn ja hoor, weer twee items niet op voorraad. Het eerste item, wat men wel had, was er binnen een dag. De rest liet 8 dagen op zich wachten. En die rest zou volgens opgave op de leverdatum voor halfzes ’s-middags worden afgeleverd. Ook dat lukte niet, de chauffeur kwam om halfnegen in de avond. Tja, daar moet ik dan enthousiast over worden. Het doel heiligt de middelen, maar ik ga toch maar eens kijken of mijn Duitse vrienden het voortaan wel goed voor elkaar brengen. Internet moet echt op kunnen tegen fysieke winkels. Wat er niet is mag je niet verkopen. Dan weet ik dat. Maar me pas informeren als de order binnen is blijft me storen. Nou ja, u snapt me wel. Er moet nog wat worden geoefend. Of bestel ik nu net de verkeerde artikelen? Kan hoor, want ik hoor ook vaak dat andere mensen hun hele hebben en houden op Marktplaats verhandelen waar ik in de afgelopen drie jaar geen enkel artikel voor een redelijke prijs kon verkopen. Maar dat is weer een ander verhaal.

Netwerktaal…

costuums-3-dit-soort-pakken-heb-ik-nu-aan-en-die-gaan-nog-niet-wegIn de jaren dat ik mij zakelijk actief door de wereld bewoog om zo te zien mijn eigen bedrijfje nog wat meer op de kaart te zetten bij potentiele opdrachtgevers kwam ik ze vaak tegen. Mooipraters, interessantdoeners, uitvinders van wit garen of buskruit. Gelukkig ben ik voorzien van een stevige dosis zelfkennis, ervaring en het nodige cynisme, waardoor ik die wonderlijke types al snel in de gaten had. Vaak uit op jouw ‘handel’ zonder daar zelf ook maar iets voor te hoeven doen. Immers zij zaten in een unieke (..) handel en hun aanbod was zo bijzonder dat al mijn kennis en ervaring, plus mijn creativiteit en ondersteunende partners er bij verbleekten. Ik heb er heel wat ontmoet. Een beetje ondernemer wordt namelijk lid van ondernemersclubs, van lobby-verenigingen en zo meer. Ik dus ook. Uitwisseling van visitekaartjes was daar schering en inslag. Altijd met het idee dat je iemand zou kunnen vinden die snapte wat jij deed of te bieden had. Pas dan kun je met elkaar praten over wederzijdse belangen.

imago-van-autoverkopers-moet-beterOnlangs kreeg ik een reclame te horen van een bank die haar ‘unieke diensten voor de zakelijke ondernemer’ aan de man of vrouw wilde brengen en dat deed met de gevleugelde zin: ‘Bel ons dan kunnen we kijken wat wij voor elkaar kunnen betekenen’ of woorden van die strekking. Die zin heb ik vaak gehoord. Wat we voor ‘elkaar kunnen betekenen’. Ik legde dat altijd letterlijk uit in mijn eigen voordeel. Dus…als ik jouw diensten afneem ga jij jouw reclamecampagne of PR-actie via mij laten lopen? ‘Nou nee, zo is het niet, ik bedoelde meer dat ik dan aan jou mijn unieke diensten of die van mijn bedrijf zou mogen leveren’, was dan steevast het antwoord. Altijd hetzelfde beeld. Wel het een maar niet het ander. Hoe zo voor elkaar iets kunnen betekenen?? Ik heb zelf al jaren genoeg wit garen en ook mijn voorraad zelf uitgevonden buskruit is groot genoeg. Blijft lastig in die netwerken.

vent600Een ander iets gunnen als je zelf zo uniek bent dat je dat op allerlei manieren wilt uiten. Zelden op de juiste. Daarvoor heb je dan iemand nodig die je daarbij helpt. Maar daar is vaak geen budget voor beschikbaar. Dat is overigens een probleem dat je bij banken zelden tegenkomt. Daar doen ze veel in eigen beheer. Vandaar dat je bij die reclame deze zin benut. Want als ik dat letterlijk neem zou ik me dus meteen als ondernemer melden en zien hoeveel wit garen en buskruit ik kan leveren in ruil voor een bancair professioneel advies. Ik vrees heel weinig. En weet genoeg over die bank om er nooit zaken mee te doen. Al ben ik dan officieel gestopt, opletten doe ik nog steeds. Opdat u het weet….