
Als ik terugdenk aan het begin van het vorige jaar toen dat nog splinternieuw was zie ik veel overeenkomsten. De plannen, de goede bedoelingen, de wensen. Maar ook de onverwachte realiteit die vaak zorgt dat je binnen een paar dagen het nieuwe jaar alweer hebt voorzien van realistische inschattingen rond hoe het nu weer verder moet. Goede bedoelingen heb ik vaak wel, ik deel ze niet.

Zinloze oefening. Immers binnenkort krijg ik de ene verjaardag na de andere over me heen en dan is bijvoorbeeld ‘lijnen’ geen optie. Daarnaast is januari meestal niet de lekkerste maand na al die festiviteiten van de laatste maand in het oude jaar. Omschakelen, kerstspullen opruimen, normale gang der dingen weer oppakken. Plannen, regelen en gewoon weer aan de schoonmaak. De auto moet binnenkort voor service naar de garage, ik moet mijn collectie weer eens uitdunnen, nog wat zaken regelen rond die oude collectie van vriend Cees, eindelijk weer eens dia’s gaan scannen, videofilms digitaliseren, etcetc.

Bij leven en goede gezondheid zal alles wel gaan lukken, maar het vraagt tijd en aandacht. Nou….een heel nieuw jaar voor ons, moet kunnen. En dan is er nog de situatie in de wereld. De dreigingen, de uitdagingen, verhogingen van kosten en prijzen, inperking van weer stukjes vrijheid, echt veel leuker wordt het vast niet in 2025. In dat opzicht wijkt dit jaar vast niet af van vorige jaargangen. Maar op microniveau valt er veel te behalen. Plannen maken, uitvoeren, niet laten weerhouden ook al zijn er de nodige beren op de weg of lijken obstakels groter en hoger dan je zou willen. Ik ben meestal wel van het pragmatisme. Te veel theorie is niet aan mij besteed. Dus…lieve lezers en lezeressen en hen die daar tussenin zitten, laten we de handen in elkaar slaan en er tegen aan gaan. Er is veel te doen, maar ook te beleven. Dus kom op…..Met de beste wensen nogmaals van uw aller Meninggever….












Er was een tijdperk dat zelfs ik iets had met voetballen. Niet omdat ik die sport nu zo goed kon beoefenen, als we het ‘putten’ in de straat even vergeten voor het gemak. Als ik in clubverband speelde was dat vaak als keeper of als halfspeler. Niks in de voorhoede. Maar wel effectief. Zeker als een tegenstander me voorbij wilde en ik dan de van Co Prins overgenomen ‘schoffel’ toepaste was ik lastig te passeren. Co Prins zegt ie? Wie? Nou, van de vele fenomenen die het Amsterdamse voetbal ooit kenmerkten was dit een grote. Geboren in 1938 en gevoetbald voor god en de duivel was hij als gevolg daarvan voor niemand bang. Zeker niet voor scheidsrechters of spelers van de tegenpartij. Het onderuit halen van een tegenstander deed hij effectief. Hij speelde jarenlang bij Ajax, Oranje, maar ook in Duitsland en Amerika. In België werkte hij jarenlang als trainer. Man van een grote mond en ik denk een klein hartje. Typische Amsterdammer. Minder begaafd als de alom betreurde maar ook bejubelde Johan uit Betondorp.
Zijn karakter was een ding om rekening mee te houden. Ik maakte hem eens mee in een kroeg aan de Amsterdamse Amstelstraat waar mijn lease pa regelmatig zat voor de ‘autohandel’ in die jaren. Cootje Prins zat daar ook regelmatig. En dat was goed te merken. Een jaar later zag ik hem spelen in het Olympisch Stadion. Hij speelde zoals hij sprak. Zoals later Hazes zong of zoals die volkszanger in Vinkeveen in diens stamkroeg lachte. Amsterdammers van toen waar je nu met een lampje naar moet zoeken in de hoofdstad. Co Prins’ manier van spelen sprak mij als jeugdig talent (..) op het voetbalveld zeer aan. Het maakte me overigens ook niet geliefd als speelgenoot op de velden. Men voetbalde het liefst aan de andere kant van het veld als ik was opgesteld. De Prinstechniek leidde niet tot veel applaus.
Het gestrekte been en zo. Gelukkig kreeg je toen nog geen gele kaarten. Co Prins intussen verhuisde na zijn Amerikaanse avontuur naar clubs als MVV, Vitesse en Helmond Sport. Effectief, maar ook niet geliefd. Zijn carrière kreeg nog een extra impuls toen hij meespeelde in de film Escape to Victory die ging over een voetbalelftal in WO2. Hij was te zien op tv bij de NCRV en speelde fanatiek zaalvoetbal. Een man met een karakter, zoveel was wel duidelijk. Hij overleed plotseling aan hartfalen tijdens een partijtje voetballen in Antwerpen. Werd maar 49 jaar oud. En is bij veel mensen allang vergeten. Maar niet bij mij. Te lang als voorbeeld gediend. Maar of dat nu zo’n goed voorbeeld was achteraf bezien? Ach, ik ben nooit een echt talent geweest in dat voetbalwereldje. Hij wel! Onbegrepen vaak, maar toch! (Beelden: Internet)

