Terug naar het NMM..

Terug naar het NMM..

De huidige afbeelding heeft geen alternatieve tekst. De bestandsnaam is: nmm-18-img_1187.jpg

Op de 23e maart jl schreef ik al over die vliegbasis Soesterberg in het midden van ons land en wat dat in het verleden persoonlijk met me deed en nu nog doet. Maar ik schreef ook even zijdelings over dat fraaie Nationaal Militair Museum dat juist dezer dagen het bezoeken zo waard is. Nou dat deed ik zelf dus in diezelfde week dat mijn vorige blog verscheen voor de vijfde keer. Ik wist dat er wat wijzigingen waren doorgevoerd in de expositie, dus reden te meer om er weer eens heen te gaan. Met de Museumpas is dat ook relatief simpel, want je hoeft daar niet eens voor langs de kassa als je zo’n kaartje bezit.

De huidige afbeelding heeft geen alternatieve tekst. De bestandsnaam is: nmm-10-img_0821.jpg

Hoe dan ook, nieuw in deze enorme grote hallen van het museum is de grote vliegende vrachtwagen van onze Luchtmacht, de Boeing CH-47D Chinook. Deze met twee turbinemotoren en grote rotoren uitgeruste heli kent wereldwijd heel wat gebruikers en onze strijdmacht heeft er flink wat missies mee uitgevoerd in binnen en (ver) buitenland.

De huidige afbeelding heeft geen alternatieve tekst. De bestandsnaam is: nmm-6-img_0824.jpg

Intussen vliegen we bij de krijgsmacht met veel modernere uitvoeringen van het zelfde werkpaard en worden de oudste machines van dit type, zoals deze, in een museum gestald of gesloopt. Van de Amerikaanse bijdrage aan onze verdediging was bij mijn recente bezoek trouwens niets meer te vinden. De fraaie F100 in USAF-kleuren die ik de vorige maal nog zo bewonderde was verdwenen. Alvast vooruitlopend op de politieke afstand tussen Amerika en Europa??

De huidige afbeelding heeft geen alternatieve tekst. De bestandsnaam is: nmm-4-img_0843.jpg

Het buitenterrein liet dit keer twee oud gedienden zien, een in matige conditie verkerende Sabre-jager en een Spitfire die ook niet meteen in ‘ready to rumble’ staat verkeerde. Nu heeft het museum de nodige machines en voertuigen die men opknapt en wisselt met andere dus het kan zo maar dat we ook bij een volgend bezoek worden verrast. Wat dit museum trouwens goed doet is voorlichting geven over alle aspecten van de krijgsmacht.

De huidige afbeelding heeft geen alternatieve tekst. De bestandsnaam is: nmm-3-img_0857.jpg

Daarbij domineren de Koninklijke Land- en Luchtmachten, van de Marine is weinig terug te vinden. Overigens krijgt ook de Koninklijke Marechaussee de nodige aandacht en dat spreekt ook wat bezoekers aan zagen we. Wie wil weten hoe onze krijgsmacht er voor stond tijdens de Koude Oorlog zal meteen zien dat we er toen veel sterker in stonden dan nu.

De huidige afbeelding heeft geen alternatieve tekst. De bestandsnaam is: nmm-5-img_0828.jpg

Al die verhalen over uitbreiding van de dreiging en de kosten die te maken zijn om ons tegen ‘de vijand’ te kunnen verdedigen verbloemen het feit dat met name de VVD de afgelopen 20 jaar heeft bijgedragen aan een ontstellend grote ontmanteling van ons militaire apparaat. En dat met ernstige gevolgen. We hadden de wapens, de mensen en de mentaliteit. Maar die zijn met dat links-liberale denken grotendeels verdwenen. Hoe dan ook, ik blijf dit relatief nieuwe museum een warm hart toedragen. Omdat feiten hier in woord en beeld maar zeker in materiele zin realistisch worden gepresenteerd.

De huidige afbeelding heeft geen alternatieve tekst. De bestandsnaam is: nmm-12-img_0826.jpg

De mensen die namens het museum rondlopen zijn vriendelijk, de toiletten goed bereikbaar en schoon en de atmosfeer plezierig. Nu troffen wij het dat een relatief rustige dag betrof, het kan hier door schoolbezoek of wat ook soms best druk zijn. Maar dat was dit keer niet het geval. Ik kijk nu alweer uit naar een volgend bezoek. Eens zien wat men nu weer gaat bieden dan… (Beelden: Yellowbird collectie)

Slappe hap en de gevolgen…

Slappe hap en de gevolgen…

Een brandweerman wegsturen zonder uitrusting, een politieman zonder wapenstok of pepperspray, de ambulancebroeder zonder de benodigde spullen.. Dom? Zeker. Maar dat is precies de toestand waarin onze strijdmacht verkeerde in de periode voor Mei 1940. Terwijl de Duitse Wehrmacht en Luftwaffe tot de tanden bewapend aan onze oostgrenzen bivakkeerden, de SS uniformen droeg van Hugo Boss, liepen onze soldaten rond in todden uit de WO1 periode, werd de bewaking gedaan door mensen met geweren uit diezelfde periode en stonden splinternieuwe Fokkers te wachten op mitrailleurs en de marineschepen op kanonnen en granaten. Links landsbestuur hield niet van oorlog en gokte op neutraliteit.

De realiteit was echter fiks grimmiger. De Duitsers kwamen. Op de schitterende 10e mei 1940, helder en zonnig weer en binnen de kortste keren was de ochtendhemel zwart van de bommenwerpers en transportvliegtuigen vol parachutisten. Natuurlijk gaf onze strijdmacht weerstand tegen de overmacht. Men vocht voor wat men waard was. Bepaalde verdedigingslijnen hielden daardoor aardig stand. De luchtmacht vocht tegen de overmacht al hadden de Duitsers de keurig opgestelde vliegtuigen van onze jongens op de grond voor een deel in puin geschoten. Maar wat nog kon vliegen en vechten ging de Luftwaffe tegemoet. De Fokker D-XXI’s knokten tegen de overmacht maar haalden daarbij ook de nodige Junkers transportvliegtuigen neer. Zelf leden die dappere piloten de nodige verliezen.

Na dag 1 was onze luchtmacht gedecimeerd, maar men bleef vaak nog doorgaan met aanvallen op door de Duitsers bezette of bedreigde gebieden. Aan de Afsluitdijk deed de Koninklijke Marine waar het goed in was. Het legde met een enkel oorlogsschip vuur op de vijand en de Nederlandse jongens in de kazematten deden hun best om de Duitsers weg te houden van een doorstoot naar Noord-Holland. Dat deden de Mariniers op hun beurt bij de Moerdijkbruggen over de grote rivieren ten zuiden van Rotterdam. Uiteindelijk duurde het de Duitsers te lang en namen die de van hen toen bekende terreurstappen tot het bombarderen van burgerdoelen. Heinkels vielen Rotterdam aan, de stad werd grotendeels verwoest. En men dreigde met hetzelfde lot voor Amsterdam en Utrecht of Den Haag als de overgave niet snel kwam. En die kwam er. op 15 mei 1940 gaven onze strijdmachten zich over.

De regering en het koningshuis zaten toen al veilig en wel in Londen waar ze heen waren gevlucht. De verantwoordelijken voor de bezuinigingspuinhopen vertrokken. De frustraties bleven voor de militairen en betrokken burgers. Wat daarna kwam intussen bekend. De bezetting is al eens uitgebreid beschreven door andere experts. Mijn verhaal baseerde dit keer ook op een boek, geschreven door Peter Gerritse, over frontpiloot Jan Linzel. Onder de titel ‘De Mei-vliegers’ vertelt het heel goed hoe de wijze waarop de overheid omging met het luchtwapen en zo meer mede oorzaak is van het slechts 5 dagen stand houden tegen de Duitsers. ‘Wat als…’ komt zeker ter sprake. En in dat kader is het natuurlijk goed om nog eens te kijken wat momenteel actueel is in onze defensie na jaren van verwaarlozing. Waarin de VVD net zo verantwoordelijk is als de linkse stromingen die wederom zo naief zijn te geloven dat de vijand niet zal komen. Pas nu er een paar oorlogen worden gevoerd in onze achtertuin wordt men wakker. Maar laten we wel zijn, met een paar straaljagers, vrijwel geen oorlogsschepen, gesloten vliegbases, geen tanks, een vredesstrategie en het idee dat we vooral bijpassende vredesmissies moeten uitvoeren zijn we niet klaar voor wat evt. komt. Wellicht dat een nieuw kabinet dat inzicht nog wel krijgt. Het is te hopen. Want van de geschiedenis moeten we willen leren. Of het wordt opnieuw uiterst pijnlijk. (ISBN 90-246-0216-5)

Bossen vol geheimen…

Toen Nederland nog bang was voor ‘de Russen’ werkte men zeer nauw samen in NAVO-verband aan haar verdediging. En die verdediging was stevig, vrijwel zonder beperkingen op materieel en financieel gebied. De Amerikanen hielpen ons met een soort ijzeren paraplu tegen de nucleaire regen, tot we met onze Koninklijke Luchtmacht een vliegtuig in huis kregen dat elke vijand van dat moment aan zou kunnen, de F16. Tot die tijd hielp een Amerikaanse squadron supervliegtuigen het land verdedigen. En die waren gestationeerd op Vliegbasis Soesterberg. Naast wat Nederlandse toestellen was het 32e Fighter Interceptor Squadron van de USAF een van de best bewaarde defensiegeheimen van die tijd.

Men gebruikte toestellen die onze KLu zich niet kon of mocht veroorloven. Zoals de North American Super Sabre, of de fantastische F-102 Delta Dagger van Convair. Later kwamen er F-4 Phantoms naar Soesterberg en weer een paar jaar verder als ultiem verdedigingstoestel, de McDonnell-Douglas F-15 Eagle die al omhoog stijgend door de geluidsbarriere heen kon breken. Laat de Rus maar komen, hij komt van een koude kermis thuis! Die Amerikanen leefden in Soesterberg en omgeving, veelal in speciale wijken van die plaats en bemoeiden zich weinig tot niet met de Nederlandse bevolking. Er waren eigen winkels op de vliegbasis, de spullen daarvoor werden ingevlogen via Schiphol of met speciale transportkisten die de Amerikaanse luchtmacht in Europa gebruikte om haar vele bases te bevoorraden. Ik was als jeugdig spottertje maar ook later in mijn Schipholse werkleven, regelmatig te gast op Soesterberg. Die kisten, die sfeer, al die geheimen.

Geheimen die je slechts kon bevroeden. Niemand wist precies hoe het echt zat daar. Intussen is de basis met dank aan Minister van Defensie Kamp al enige jaren gesloten. De vijand wordt geacht zich te wenden tot de Luchtmachtfilialen op Leeuwarden of Volkel als men even wil sparren. Soesterberg is nu de thuisbasis voor het Militair Museum, er zal op een deel van het terrein worden gebouwd en men stelde de bossen open. En juist die laatste opening is waarover mijn verhaal nu gaat. Welk een prachtig gebied. Gelegen naast de Paltz waarover ik al eens eerder een blogverhaal schreef. En midden in die fraaie groene omgeving (wandelen en fietsen) vindt je nu ondergrondse en bovengrondse bunkerstelsels. Indrukwekkend veel zelfs. Munitiebunkers, met speciale (enorme dikke)deuren en daken die er vanaf kunnen springen bij een onverwachte explosie.

Vaak zit er nu iets kunstzinnigs in, zoals je bij meer forten in ons land tegenkomt. Cultuur als tegenwicht voor militarisme. Het ‘parkgebied’ is heuvelachtig, er zijn bekkens voor drinkwater (vroegere bluswaterbakken) en er loopt en vliegt al het nodige rond dat in een beetje oerbos niet zou misstaan. Heuvelachtig, uitkijkplaatsen waar je een paar trappen voor op moet, en simpele verbindingen met Soest en Soesterberg. Ik liep er met dubbele gevoelens. Ik ben denk ik toch te veel van de goede defensie, zeker in tijden als nu, van de supervliegtuigen en de wetenschap dat die oude paraplu van toen niet in de schuur hoort te staan naast kunst maar uitgeklapt tegen alles wat een eventuele vijand over ons kan uitstorten. Hoe dan ook, en alle meninggeefblognostalgie terzijde schuivend, een prachtig gebied en een aanrader om er eens heen te gaan. Maak dan van de gelegenheid gebruik om ook dat prachtige militaire museum te bezoeken. Waar nog een deel van de oude Amerikaanse vloot te zien is ook. Zeker als die corona-ellende achter de rug is, een uitstapje met een uitroepteken. (Beelden: Yellowbird)

Nut van defensieve kracht…

WP_20141003_057We leven niet meer in een tijd van loopgraven, paarden en speren. Onze moderne tijd vraagt om geavanceerde wapens en elektronica die er toe doen. Het antwoord op de vraag ‘waarom?’ zit hem vooral in de ontwikkelingen die onze wereld momenteel doormaakt. Laten we wel zijn, toen de Muur viel in 1989 en we terecht kwamen in een ontspannen samenwerking met de vroegere landen van het Warschau-Pact leek oorlog verder weg dan ooit. Door het uit evenwicht raken van de verhoudingen slopen de westerse landen dichter tegen de grenzen van de vroegere Sovjet-Unie en in het Midden-Oosten waar de olie vaak een bron van onenigheid was geweest tussen het westen en oosten, waren de meeste landen min of meer in het kamp van de Verenigde Staten in te delen. De exorbitante rijkdom van de sjeiks en hun families waren een doorn in het oog van fundamentalisten die meenden dat rijkdom niet paste bij een leven als bedacht door hun god. Het onevenwicht werd steeds groter, kreeg een vervelende invulling op 9/11 en liet zien dat zelfs Amerika niet meer veilig was voor de armen van de barbaren. Net zo min als Rusland dat was, waar in Tsjechenie een oorlog werd uitgevochten die zijn weerga niet kende.

30773 - Fokker G1 X2 Scan10160Afghanistan, Irak, Tunesie, Syrie, Lybie, Egypte, en nog veel meer plaatsen maakten duidelijk dat er iets aan het bewegen was wat we vermoedelijk voorlopig niet meer onder controle zouden kunnen krijgen. Ook het nationalisme in Oekraine, Rusland en Turkije maken niet vrolijker. En als een van die spelers dan ook nog landjepik toepast of een verkeersvliegtuig uit de lucht haalt via allerlei schimmige lieden, is het een wereld waar je niet vrolijk van wordt. Juist niet als je beseft dat in ons land de defensieve kracht buitengewoon beperkt is geworden met dank aan achtereenvolgende kabinetten vol lieden die meenden of menen dat het allemaal zo’n vaart niet zal lopen. Net als in 1939. Ook toen dacht de Nederlandse regering dat met de heer Hitler wel zaken te doen zouden zijn, we waren immers neutraal en beschouwde de man als een ‘bevriend staatshoofd’. Op 10 mei 1940 wisten we beter, een paar dagen later hadden we ook door dat terreur in Duitse ogen inhield dat je een stad vol burgers kon plat bombarderen als dat zo uitkwam. Onze vliegtuigen waren toen inmiddels grotendeels vernield en onze soldaten door hun materieel heen.

10 mei 1940 - Nederlandse leger aan de GrebbelinieEn dat laatste was al niet zo veel want zowel uniformen als wapens bestonden uit spul dat in de 1e wereldoorlog al als ouderwets te boek stond. Wie dat niet wil geloven moet even gaan kijken in een van de musea in ons land waar een overzicht wordt gegeven van onze militaire geschiedenis. Op 10 mei 1940 werd duidelijk waarom we geen partij waren voor de Duitse hordes. En dat zal in de huidige tijd niet veel anders zijn als we niet opletten en ons teveel laten leiden door pacifistische gevoelens. De nieuwe vijanden van de democratie zijn niet veel beter dan de oude uit 1940. De doelstellingen vaak dezelfde, de methoden zelfs geavanceerder. Tijd voor een andere aanpak. Zal lastig zijn als je ziet welke partijen ons momenteel besturen. Maar die laden een grote verantwoordelijkheid op zich als ze nu weer op de handen blijven zitten en niets doen. Krijg je enorme spijt van, net als in mei 1940. Alleen komt spijt altijd achteraf en is het meestal veel te laat.

Aanrader van jewelste; Nationaal Militair Museum!

WP_20150219_001Nederland kent een grote geschiedenis waar het onze krijgsmachten betreft door de eeuwen heen. En die geschiedenis werd op een paar verschillende plekken, zeer terecht, uitgestald en aan het publiek getoond. Opdat wij niet vergeten en ook ons niet nog eens laten ondersneeuwen door hen die menen dat als de vijand komt je maar het best de handen omhoog kunt doen en met een witte vlag wapperen. Hoe dan ook, twee grote museale organisaties werden onlangs samengevoegd. Het Legermuseum in Delft en het Militaire Luchtvaart Museum in Soesterberg/Kamp van Zeist. De Koning opende het nieuwe onderkomen voor deze nieuwe expositie op de vroegere vliegbasis Soesterberg eind vorig jaar en onlangs vond ik zelf de tijd rijp om ook eens te kijken wat daar zoal te zien was. Nou, dat viel niet tegen. Dan druk ik me nog bescheiden uit. Een prachtig gebouw, een park vol (ook voor kinderen)aantrekkelijkheden, platforms met nog wat grotere buiten geparkeerde vliegtuigen, een koffiecorner en een (goed geoutilleerd) restaurant.

WP_20150219_031De expositie is omvangrijk, mooi uitgestald, maar grijpt je niet naar de keel zoals ik door het enorme aanbod daar ondervond in Overloon vorig jaar. De ruimte in het gebouw is groot, men heeft ook heel wijs gekozen om de nodige vliegtuigen aan het plafond te hangen en als je de juiste route volgt (of vindt) is er een zekere logica in de ontwikkeling van de eerste Brik van Farman tot de laatste F16 van de Koninklijke Luchtmacht. Ook voor de legerexposities geldt dit. Je moet je route even zoeken en dan volgen. Van de eerste pijl en boog tot de laatste lichtgewicht geweren. Er zijn veel zaken die voor kinderen fantastisch zijn. Simulators, maar ook een aantal dingen die je kunt uittesten op een maliënkolder of harnas. Je krijgt films te zien over verleden en heden, de verbinding met het Koninklijk Huis, kortom, het is best een paar uur werk om alles eens goed te bekijken.

WP_20150219_020Jammer is wel dat men bij de inrichting heeft gekozen voor veel grijs en kaal beton. Dat oogt wonderlijk en soms wat saai, maar op de trappen is dat materiaal i.c.m. de kleur zelfs een beetje link. Er moet kennelijk ook nog wat illustratiewerk verzet worden, want bij sommige vliegtuigen staan geen bordjes, terwijl dit bij andere wel goed is geregeld. Ook een echt goede route-aanduiding zou handig zijn. En dat geldt zeker ook voor de af- en aanvoerroutes buiten want daar moet je echt wel een beetje de weg kennen of je TomTom juist instellen. Parkeren is er gratis, maar het parkeerterrein ligt wel wat ver weg voor hen die slechter ter been zijn. Wel goed is dat die parkeerplekken ook nog eens bewaakt worden door vrijwilligers. Die zelfde categorie kom je binnen ook tegen. Keurig in pak gestoken en met vaak een goed verhaal. Er zijn rondleidingen mogelijk. Toiletten en liften genoeg, er is een (vrij dure)shop en je kunt je jas en/of rugzak keurig opbergen in (gratis) kluisjes.

WP_20150219_046Fotograferen mag, maar flitsen niet. Dat laatste snap ik niet helemaal, want bij een zonnige dag valt er zoveel licht binnen dat die slechter is voor de lak of schilderijen dan een flitslampje van een smartphone of fototoestel. Hoe dan ook; een aanrader van jewelste dit museum. Meer dan de moeite waard. Voor Museum-Jaarkaarthouders is de toegang ‘gratis’, voor volwassenen is de toegang een tientje. Maar dat is echt geen geld voor het gebodene. Op enige afstand zag ik nog wat  ‘opknappertjes’ staan. En op de begane grond van het museum is nog ruimte over voor wat extra ‘exponaten’. Kortom, dit museum komt bij mij op het lijstje van regelmatig te bezoeken gebouwen. Leuke ervaring!