Navigeren…

Navigeren…

De huidige afbeelding heeft geen alternatieve tekst. De bestandsnaam is: albion-11.jpg

De gemiddelde moderne mens rijdt met de auto of op de fiets tegenwoordig begeleid door elektronica die als je dat wilt ook nog waarschuwen voor files, snelheidscontroles en zo meer. Alles is terug te vinden in die laatste wonderen der elektronische techniek en wie anno nu nog steeds een wegenkaart hanteert is wel een beetje een archaisch type. Natuurlijk zijn er ook nog bewegwijzering-borden, al dan niet van de ANWB, dus je moet wel een grote oen zijn wil je niet op de juiste plek van bestemming aan komen.

De huidige afbeelding heeft geen alternatieve tekst. De bestandsnaam is: 212611-fokker-f-xviii-klm-with-crew-scan10032.jpg

Anders dan bij automobilisten die in ieder geval normaal gesproken over wegen en straten bewogen in de ver achter ons gelegen jaren, was het voor vliegers in hun houten of metalen machines wel een wat andere wereld. Men vloog vaak op bestek, had een kaart op schoot, wist om te gaan met de aloude kompassen en orienteerde zich soms op treinverkeer dat in ieder geval vaak naar een of ander oord reed waar je in geval van nood altijd kon landen in een weiland.

De huidige afbeelding heeft geen alternatieve tekst. De bestandsnaam is: p7191364.jpg

Bij grotere vliegtuigen uit latere periodes was dat uiteraard niet meer aan te bevelen. Dus ging men zich orienteren op radiobakens en zelfs op speciaal neergezette lichtbakens dan wel op weerschepen aangebrachte analoge apparatuur. Zeker toen we oceanen gingen oversteken met onze ‘nieuwe machines’ waren die hulpmiddelen van groot belang. Immers, zonder hulp en met een beetje zijwind zat je aan de andere kant van een zee of oceaan zo maar een paar honderd mijl uit de koers.

De huidige afbeelding heeft geen alternatieve tekst. De bestandsnaam is: p7191373.jpg

Het was niet voor niets dat de meeste vliegtuigen een halve staf aan mensen voorin hadden zitten met een eigen taak. Van bediening van de radio tot navigeren op kaarten en signalen. De piloten vlogen vooral op de aanwijzingen van de rest van die ‘crew’. Met de komst van de toen hypermoderne vliegtuigen als de DC-10 van Douglas kregen we nieuwe computers aan boord die o.a. koersen berekenden en aardig nauwkeurig waren. Maatschappijen die met deze toestellen vlogen (KLM en Martinair o.a.) wezen vol trots op de herkomst van deze apparatuur.

De huidige afbeelding heeft geen alternatieve tekst. De bestandsnaam is: p7191439.jpg

Die stamde uit de ‘Apollo’ ruimtevaart, en laten we wel zijn, die lui in die ruimtetoestellen waren toch maar mooi op de Maan terecht gekomen en reisden ook weer terug. Als we nu zien welke apparatuur we toen als modern zagen is het een wonder dat die Apollo-astronauten niet op Mars zijn geeindigd. Hoe dan ook, na de DC10 volgende in rap tempo steeds nieuwere machines die steeds vaker een cockpit boden met volledig digitale apparatuur. Ingesteld om via satellietnavigatie zelfs de kleinste koersafwijking te voorkomen. Het geeft vertrouwen. En wie wel eens ‘meevliegt’ via Youtube kan zien dat die moderne toestellen ongeveer automatisch van a naar b weten te komen.

De huidige afbeelding heeft geen alternatieve tekst. De bestandsnaam is: a380lufthansa.jpg

Men programmeert vooraf de koers, hoogte, de frequenties van alle radarstations onderweg, de snelheid etcetc. De luchtvaart leverde ook de nodige technologie waarmee wij, simpele automobilisten onze weg kunnen vinden. Of die MacDonalds van de keuze der kinderen…. Dat lukt die lui in de lucht niet. Je zult maar een Boeing 747 of zo zien landen en bij de drive-in van de Mac aankomen voor een rondje BigMacs…. Nee, dat kan nog net niet. Maar voor de rest, zijn we als moderne mens maar ver gekomen. En speelt het weer of zo geen of weinig rol van betekenis meer. Veiligheid voorop, en een zware bui vliegen we gewoon omheen. Kijk, dat missen we nog in de auto. Maar komt vast wel op ons pad….wacht maar af….(Beelden: archief)

Het einde dat een begin wordt…

Het einde dat een begin wordt…

De huidige ruimtevaart en satelliet-technologie is dusdanig ontwikkeld dat we met geavanceerde apparatuur in staat zijn miljoenen (licht)jaren terug te kijken in de tijd. Dat is best confronterend. Want bedenk je maar eens dat het licht dat wij op Aarde van sterren zien vaak al duizenden jaren of meer geleden is uitgezonden van die sterren(clusters). Maar die satellieten met hun telescopen of radio-signaalapparatuur doen daar nog een fikse schep bovenop. Ze zien zwarte gaten, het einde van sterren of het botsen van hele sterrenstelsels elders in het heelal. Maar dan wel zo lang geleden hebben plaatsgevonden dat wij op Aarde nog niet eens bestonden. Zo lang doet dat licht of wat die satellieten verder waarnemen er over om ons in het nu te bereiken.

Sensationeel natuurlijk en meteen duidelijk makend hoe nietig wij zijn in dat donkere niets van de ruimte. Waarbij mij ook steeds weer duidelijk is dat wij als geheel op dit bolletje leven in een vijandige omgeving. Terwijl wij andere medebewoners van dit planeetje naar het leven staan, soms doet die ruimte haar best om ons op een of andere wijze in een klap uit dat leven te verwijderen. Uit die oertijd en al die botsingen van miljoenen jaren her stammen hele brokken in de ruimte rondzwervende keihard steen. Groot, klein, maar soms zodanig uit de kluiten gewassen dat ze de aarde kunnen vernietigen. Niet morgen wellicht, maar waarschijnlijk over wat langere periode wel. Heb je geen vijandige buitenaardse wezens voor nodig. En die brokken hebben al heel wat schade aangericht op de mede-planeten van ons zonnestelsel. Kijk naar de oppervlakken van die andere bollen in de ring rond onze zon en je ziet wat ik bedoel. Kraters en zo meer. Fascinerend op afstand, maar ook iets wat je nu niet moet onderschatten.

Daarbij is vrijwel zeker dat ons leven zoals we dat nu kennen op deze toen nog vurige planeet is binnengebracht door een van die stenen uit de ruimte. Organismen, kiemen, het kwam en vermengde zich met wat hier toen al was. Indrukwekkend natuurlijk. En meteen ook ons eigen denken en inbreng op wat was, is en nog komt relativerend. Zeker als je weet dat we nu dus met onze technologie terugkijken in de tijd. Wie weet komt er ooit een satelliet waarmee we vooruit kunnen kijken. Kon ook wel eens confronterend werken. Onlangs heeft men berekend dat we nog een miljard jaar of meer hebben voor onze zon zijn omliggende satellieten een voor een gaat opslokken. Vonden geleerden erg interessant, Mij maakte het vooral bescheiden. Wij maken het niet meer mee, en vele generaties na ons ook niet meer. Want een miljard jaren is heel lang. Denk maar eens dezelfde periode terug. Ik denk dat je dan een Aarde ziet die indertijd ook al onleefbaar was voor ons mensen en de omringende dieren en planten. Kortom, dan is de cirkel weer rond. Wetenschap kan zo veel leren. Jammer dat het vaak wordt ingezet voor politieke doelen, maar dat is een andere discussie uiteraard…. (Beelden: Internet)

Relativiteits-selfie…

Relativiteits-selfie…

Jullie, als regelmatige lezers hier, kennen mijn mening wel over de selfiecultuur die zich al enkele jaren om ons heen uitspreidt als een giftige wolk. Jezelf in het centrum zien van het universum en daaromheen dan een verhaal bouwen alsof zonder jou de wereld zal vergaan. Waar komt dat toch vandaan vraag ik me vaak af. In een alsmaar drukkere wereld is dat ene individu in Nederland of pakweg Belgie nauwelijks opvallend. Daarbij, na een leven van gemiddeld pakweg 85-90 jaren op Aarde is het voor de meesten einde oefening en ben je na een paar jaar totaal vergeten. Of je moet wel iets heel bijzonders hebben bijgedragen aan ons aller leven hier op deze planeet. En dat is maar weinigen gegeven.

Dictatoren wellicht, bijzondere kunstenaars, een enkele artiest of iemand wiens naam via de familiebanden heel lang is verbonden aan een of andere onderneming. Kom je dan buiten de eigen landsgrenzen moet je eens opzoeken hoe beroemd al die lui zijn daar. Confronterend. De geschiedenis van pakweg de gemiddelde Tsjechen of Zwitsers is hier totaal niet bekend, terwijl ze daar wellicht nog net hebben gehoord van Johan Cruyff maar verder ook van geen enkele hier zo bekende Nederlander. Is het daarom dat we in ons eigen territorium beroemd willen zijn? Wellicht. Maar het is ook een onderschatting van wat er om ons heen in de grote ruimte aan de gang is.

Ons Aardse leventje is een seconde in de totale tijd waarin dat Heelal al bestaat. Recente foto’s vanuit de ruimte gemaakt door de nieuwste ruimte-telescopen maken duidelijk dat we met die techniek van nu een blik kunnen werpen die 4-6 miljard lichtjaren terug gaan in de tijd. De Oerknal nog net niet zichtbaar, maar we komen steeds dichter bij. Triljoenen sterren, miljarden sterrenstelsels zoals onze Melkweg, puntjes in dat grote niets. En wij op ons aardse bolletje maar belangrijk doen. We stellen niks voor bij al dat natuurgeweld in dat grote heelal om ons heen. In de jaren zeventig stuurden we een satelliet de ruimte in die we zodanig programmeerden dat hij de grote ruimte in moest vliegen om te zien waar eventueel intelligent levende wezens te vinden zouden zijn. Voyager heette dat ding en die deed er tientallen jaren over om ons eigen Zonnestelsel te verlaten.

Intussen is hij zover weg dat we geen signalen meer binnenkrijgen en opereert dat ding dus op eigen kracht in de richting van het enorme niets. We stuurden allerlei toenmalige souvenirs mee. Want stel dat je andere wezens op je pad treft kunnen die wellicht snappen wat we met symbolen en een beeldplaat willen uitbeelden. Nou, het is te hopen dat die lui ver weg dat nu net niet snappen. Want als dat massaal hierheen komt hebben we een groter probleem dan we nu al kennen door de massa-immigratie. Zoals wij dieren behandelen op onze eigen planeet kon dat ook wel eens ons lot zijn als we bezoek krijgen van dat vreemde ruimtevolk. Een ding is zeker, dan maakt het niet meer uit of je beroemd bent in je eigen achtertuin of niet. Dan dien je als voedsel of slaaf. Best een confronterende gedachte….Zeker als jouw ster je eigen spiegelbeeld betreft…..(Beelden: archief)

1876

1876

De gemiddelde mens heeft er tegenwoordig in huis of binnenzak een stuk of wat. Sommigen zelfs twee of meer, afhankelijk van hoe belangrijk je bent (of hij/zij zich voelt) en of je altijd bereikbaar moet of wilt zijn. Ik heb het over telefoons. Tegenwoordig noemen we die dingen iPhones of smartphones en in sommige huishoudens zijn er ook nog van die bekabelde exemplaren te vinden die al dan niet verbindingen in huis leggen met andere bewoners op andere etages of pakweg het thuiskantoor in de tuin. Maar precies op deze datum, 10 maart in het jaar 1876 was het Alexander Graham Bell die voor het eerst een werkende verbinding op afstand tot leven wekt met de woorden: ‘Mister Watson, hier komen, ik heb u nodig’.

Die Watson was zijn assistent en verkeerde in een andere ruimte. De van oorsprong Schotse Bell werkte jarenlang aan het idee dat het mogelijk moest zijn met gebruik van het toen nog heel moderne kabelnet van de telegraaf spraaksignalen door te sturen. Dat was deels ook hoe hij het graag naar de buitenwereld ventileerde want er waren meer uitvinders bezig met iets soortgelijks. Maar Bell was het verst in zijn onderzoek en was dus op de genoemde datum zo ver gevorderd dat hij al dan niet met wat gekopieerde onderzoeken van anderen in staat bleek zijn uitvinding in de praktijk te testen. Hij vroeg er ook meteen patent op aan, wat ook niet zonder slag of stoot verliep omdat ook anderen die hiermee bezig waren soortgelijke claims lieten vastleggen. Uiteindelijk was het Bell die aan het langste eind trok. Sindsdien is de wereld langzaam maar zeker verbonden via spraak- en beeldtelefoons. Eerst nog wat schoorvoetend en met name aansluiting op dat wondernet voor de rijken der aarde.

Veelal via centrales elders in het land verbinding vragen en maken met mensen die dan werden opgeroepen om antwoord te geven aan de beller. Voor het gewone volk kwamen er op enig moment openbare telefooncellen waar je voor een paar centen ook kon bellen. Bedrijven namen vaak als eersten telefoons in gebruik, zodat het contact met leveranciers en afnemers vlotter kon verlopen. De meeste telefoons nog via bekabeling die vaak armdik door straten heen liepen in de ontwikkelde gebieden en via allerlei wonderlijke buitenpandse kabelspanners in de wat rommeliger landen dezer aarde. Na de komst van de satellieten gingen die telefoons er ook anders uitzien. We spraken met mensen in andere werelddelen via die stukjes ruimtetechniek. En die leidden weer tot de huidige generaties mobiele telefoons en smartphones waarmee de meeste mensen nauwelijks tot niet meer bellen maar appen en mailen. Bell kon daar slechts van dromen. Net als veel uitvinders na hem. Feit is dat de telefoon ons allemaal dichter bij elkaar heeft gebracht. En dat er zelfs lijnen zijn gelegd tussen leiders van landen die normaal niet met elkaar zouden spreken maar waartussen de spanning nogal eens heel hoog kon oplopen. Bellen als het dreigt fout te gaan. En dat alles met dank aan de Schot Bell. Vandaag, precies 147 jaar geleden…. Blijft de vraag wie van jullie nu nog steeds aan de vaste lijn hangt of alleen nog maar mobiel actief is…. (Beelden: Archief/Wiki)

Een eeuw oorlogvoering…

GMC in Japan 1947Als je nu militair je punt wilt maken is er een ding dat je absoluut niet moet doen. Je ingraven en vanuit loopgraven trachten je evt. tegenstander uit te schakelen. Daar komen minder goed georganiseerde legers al snel achter. De moderne vijand rijdt of vliegt om of over je heen en een beetje tegenstander beschikt over een luchtmacht die bestaat uit speciale vliegtuigen of helikopters waarmee je grondtroepen effectief te lijf kunt. Het was een eeuw geleden nog zo dat men de vijand bestreed met in het achterhoofd de scholing die de toenmalige generaals hadden gehad in de 19e eeuw. In die periode ging je te paard of met getrokken bajonet op de tegenstander af en trachtte zo diens weerstand te breken. Maar de Eerste Wereldoorlog bleek een soort kruispunt tussen oud en nieuw. Binnen vier jaar ontwikkelde zich een effectief luchtwapen, tanks, kanonnen die tientallen kilometers ver konden schieten en de mitrailleur die hele generaties vijandelijke soldaten kon uitschakelen. Bommenwerpers en zeppelins zorgden voor dood en verderf onder de burgerbevolking. Toch probeerde die aan tradities vast houdende generaals om met charges vanuit de eigen loopgraven al die jaren lang een paar schuttersputten van de vijand te veroveren. Het bleek een zinloze oefening en zorgde voor een afloop van de gruwelijke wereldoorlog die in feite als onbeslist kon worden betiteld.

217408 - EHLE - 140486 - Westland Lynx MLD 262 hovering Scan10512Al werd Duitsland aangewezen door de geallieerden als aanstichter van het conflict en legde men met het opgelegde Verdrag van Versailles de basis voor het nieuwe conflict van een jaar of twintig later. Oorlog is sindsdien volkomen veranderd. Vliegtuigen maken nu de dienst uit, al dan niet bemand, en men kan met satellieten de vijandelijke troepenbewegingen aardig in kaart brengen. Digitale oorlogvoering is in staat om de samenleving van de tegenstander compleet te ontwrichten en als het echt moet zijn er raketten die in staat zijn de hele wereldbevolking naar de rand van de afgrond en uitsterving te brengen. Bij regionale spanningen zoals we die nu meemaken zien we hoe de oorlog is veranderd. De Pick-up-truck is een nieuw wapen geworden. Snel, beperkt van omvang en vaak bemand door lieden die er kriskras mee door de vijandelijke linies trekken. Overigens zijn ze met een goede gevechtshelikopter vrij eenvoudig uit te schakelen, maar de meeste strijdmachten waar tegen deze revolutionaire strijders oorlog voeren, bezitten die heli’s nu net niet.

Maan-Saturnus 5 met Apollo 11 start op weg naar de maanMet name de grootmachten zijn langzaam aan getraind geraakt in het niet meer benutten van enorme legers die log en moeizaam door lastig terrein heen moeten ploegen. Nee, men gebruikt drones, vliegtuigen, bommenwerpers en als het moet special forces. Ook bij de Russen heeft men veel geleerd van het pak slaag dat het Rode Leger kreeg in Afghanistan. De lessen daar geleerd pas men nu toe in de Oeral en Oekraïne. Het bespaart veel eigen mensenlevens terwijl de effectiviteit groot is. Daar kon men ten tijde van de Eerste W.O. in Frankrijk, België, Oostenrijk, Rusland, Turkije, Oostenrijk en Italië slechts van dromen. Maar dat was dan wel een eeuw geleden. Dat conflict toen kostte 18 miljoen jonge mensen het leven. Dat soort verliezen neemt men nu niet meer op in de planning. Al weet je nooit hoe men bij de tegenstander rekent. Maar goed ook. Als je ziet wat er allemaal loos is in de wereld krijg je toch de kriebels soms….