
Wat was ze mooi, compact, stil en optisch attractief toen ze zo’n 16 jaar geleden alweer werd opgehangen in de groots verbouwde omgeving van mijn toen nieuwe mancave annex kantoor. De Itoh CV-combiketel van de HR-soort met een berg elektronica die hem deed afwijken van alles wat wij daarvoor hadden meegemaakt aan ketels. Omdat we indertijd een belangrijk deel van het huis lieten beetpakken (het lijkt net geleden, maar is alweer een tijd terug..) investeerden we dus ook in die nieuwe ketel. Het scheelde veel gasverbruik zonder dat we inleverden aan douche- of warmwater-genoegens.

Door de jaren heen bleek de Itoh een trouwe metgezel al vonden de mensen van het bedrijf waar wij het onderhoudscontract sinds jaar en dag hadden lopen het soms best lastig om te moeten gaan met het inwendige van die compacte gasfabriek. Maar net als wij zelf werd ook de ketel ouder, al merkte je dat niet aan de manier waarop ze haar werk deed of aan een verloederde buitenkant. Tot de afgelopen tweede Pinksterdag. Bij de vraag naar warm water voor de douche hoorde we boven niets! En bleef het water ijskoud. Oei… Dus naar boven en kijken. De ketel was dood. Zelfs de resetknop gaf geen enkele reactie. Dat was foute boel. De volgende dag kwam de monteur. Hij kwam, zag en constateerde een natuurlijke dood. De Itoh was niet meer.

Er moest een nieuwe komen. En ik ben niet van de klimaatreligie of van de liggende dan wel op de rug groeiende gelden. Een nieuwe HR-ketel werd besteld, dit keer van een meer bekend merk, Atag. Maar we moesten wel even bijna twee weken improviseren. Warm water halen uit de keuken en die naar boven sjouwen voor de dagelijkse wasbeurten. Niet leuk, maar ach… De nieuwe ketel werd uiteindelijk vroeger geleverd dan gepland. Gelukkig. Binnen een middag was men klaar met de aansluiting. Inclusief andere leidingwerk en afvoerpijp van CV naar dak. De Itoh verdween naar een destructiebedrijf. Het leek even of ze gedag zwaaide, maar dat was vast verbeelding. De Atag doet zijn werk intussen ecologisch juist. Minder gasverbruik, nog minder bijgeluiden, alleen bleek de montage van een vol-digitaal thermostaat wel een dingetje. Daar waren we nog drie dagen druk mee, en twee monteurs verder om de boel aan de slag te krijgen. Kost wat maar dan heb je ook iets. Byebye Itoh, welkom Atag. Als die het net zo lang uithoudt als de vorige zal ik er vermoedelijk niet zoveel blogaandacht meer aan kunnen geven. Maar voorlopig hebben we het wel weer comfortabel onder de douche….(beelden: Prive)


Mij werd onlangs gevraagd om toch eens iets te schrijven over nieuwe ontwikkelingen op het gebied van automotive, opdat we wellicht met zijn allen kunnen besluiten over te stappen op alternatieve vervoersmogelijkheden dan wel aandrijflijnen voor ons vervoer. Ik schreef daar tien laar lang over op het internet, maar dat was aan de betreffende waarnemer vast voorbijgegaan. Welllicht omdat ik niet meteen stond of sta te springen van enthousiasme bij de toekomst met elektrische of zelfs zelfrijdende auto’s. Het antwoord zit besloten in de techniek. Stel je eens voor dat de huidige vloot van 9,5 miljoen Nederlandse voertuigen ineens elektrisch zouden moeten gaan rijden. Weet je wat er dan met ons elektriciteitsnet moet gebeuren? Dat moet dan verdrievoudigd worden qua capaciteit. De huidige centrales kunnen deze vraag niet aan. Windmolens al helemaal niet en je auto volplakken met zonnecellen is ook geen optie. Nee, dan gaan we richting kernenergie of moeten we elektriciteit gaan kopen bij de buurlanden.
Waar zich een soortgelijk probleem voor doet. En over die buurlanden gesproken, ons land staat na Portugal en Denemarken op de derde plek van schoonste landen als het gaat om de uitstoot van CO2. En dan alleen gemeten langs de meetlat van het personenwagenpark. Wij kopen en rijden schone auto’s. Heel iets anders dan bij de omringende landen. Waar naast de laag geplaatste Baltische staten, Engeland en Duitsland tot de meest vervuilende naties behoren. En die vervuiling blijft niet in eigen land hangen. Die waait met heersende winden ook bij ons binnen. Hoezo zuivere metingen? De gemiddelde Nederlander rijdt 13.000 km per jaar. Haal je daar de leaserijders uit, zal dit getal nog wat omlaaggaan. Maar in die kilometrage zit dan wel weer de jaarlijkse vakantietrip die Nederlanders graag in Frankrijk of Italië beleven, met een caravan achter hun familievervoer. En daar zit meteen een extra probleem voor die elektrische wagens.
Je kunt er niet echt mee over de grens vanwege de extreem korte actieradius en trekken van een caravan of klapwagen helpt daar bepaald niet bij. Kortom er is veel af te dingen op die toekomstige auto’s, zeker in het licht van de historie. Want ruim een eeuw geleden reden er ook al elektrische auto’s en die deden het qua prestaties nauwelijks slechter dan hun huidige soortgenoten. Maar die conclusie zal wel weer als zuur en conservatief worden ervaren. Voor dat doel heb ik even een praktijktest uit oktober jl. voor de dag gehaald. Door het Duitse autoblad Autobild uitgevoerd. Met vergelijkbare auto’s die draaiden op Diesel, benzine, waterstof, aardgas, een hybride en een puur elektrisch rijdende Tesla. Over een afstand van 2000km, op een dag rijdend van Hamburg naar München. Net of je voor een afspraak die kant op moet, zoals veel Duitse zakenlieden doen. Welke brandstof of aandrijving is daarbij het efficiëntst. Waarmee verlies je de minste tijd onderweg? Wel, de resultaten spraken boekdelen. De Diesel was veruit de meest efficiënte brandstof en de auto die er op reed ook het snelst van de testvloot. Hij verbruikte over deze lange rit, met wat tussenstops voor eten en drinken, slechts 60 liter brandstof.
Na ruim 6 uur was hij in reeds in München. En de gebruikte auto zelf voldeed aan de laatste nieuwe Euro6d normen qua uitstoot. Schoon dus! 17 minuten later is de tweede auto in München. De benzineauto, die duidelijk meer brandstof verbruikte maar ook aardig snel zijn doel bereikte. Als derde de auto die op aardgas reed. Deed er door het zoeken naar tankstations toch 45 minuten langer over. Hij versloeg daarbij wel de Waterstof-auto die er nog eens twintig minuten langer over deed. Ook al door de zoektocht naar schaarse distributiestations voor dat spul. Best een dingetje. Maar is daarmee toch sneller dan de Toyota-hybride die er nog eens 50 minuten langer over deed. Als absolute hekkensluiter komt de Tesla binnen. Vier uur (!!) later dan de dieselauto. Door het onderweg telkens moeten bijladen. Noem dat maar toekomstgericht dan. Tot we nieuwe accu’s krijgen en een veel grotere betaalbaarheid voor die wagens zie ik nog weinig toekomst voor de elektrische auto. Of het moet in of rond de stad zijn. Want dan komt deze techniek echt nog wel tot zijn recht. Voor de rest een aardige gimmick waarvoor met name de ‘progressieven’ uit de grachtengordel dik gesubsideerd wel willen gaan. Ik blijf voorlopig dan maar conservatief. Want ik rijd zelf meer dan het landelijk gemiddelde en daarbij ook heel wat keertjes op en neer naar Duitsland. En om dan constant aan de laadpaal te verkeren? Mijn ongeduldige karakter kan dat niet opbrengen. (Foto’s: Yellowbird archief)


Men koopt elektrische smarts, de Renault Zoe en BMW’s i3. Auto’s met een gemiddelde actieradius van 150/200km. Leuk voor de stad en zo zien die Duitsers dat ook. Voor gebruik op de snelwegen blijft men zweren bij diesels. Daarbij werd onlangs de Tesla Model 3 getest. Een auto waarop in ons land een deel van de Zuidas zegt te wachten. Omdat je dan voor 40 mille elektrisch kunt rijden in een middenklasser. Helaas blijkt Tesla niet te kunnen leveren. En wat men dan al levert is voorzien van een zwaar accupakket en wat opties die de auto al snel opstuwen naar een prijsniveau van 80 mille!
Veel geld voor een auto die ook nog eens slecht rijdt, matig remt (1,5 keer zo lange remweg als een vergelijkbare BMW!) en in de praktijk net niet aan de 400km ver komt. (Theorie 650km). Kortom, alle positieve verhalen zijn vooral propaganda en wensdroomdenken van lieden die dit soort auto’s van hun baas mogen/moeten rijden. Maar wie echt nadenkt wacht nog een jaar of wat. Zoals ik. En voor de goede orde; ik mocht al in 1993 een elektrische auto van mijn toenmalige merk tentoonstellen. Gewone familieauto met behoorlijke prestaties en een actieradius van 150km/u. Hoeveel zijn we intussen opgeschoten?! Nou?? Dat bedoel ik!