Keuzes maken…

Keuzes maken…

Het zal vast iets van doen hebben met uit welk nest je afkomstig bent of wat je van thuis heb meegekregen als het gaat om keuzes maken richting jouw eigen mening, of bijvoorbeeld wat je later gaat doen. Zeker als men thuis zwaar gelovig is (voorbeeld) of politiek in een bepaalde richting zijn/haar heil zoekt (voorbeeld) maakt dat veel uit wat betreft dat waarvoor je zelf zult staan. Soms is dat 180 graden anders dan je als voorbeeld en advies mee kreeg of juist precies die lijn als levenslot. Bij conflicten zoals die in Oekraine en Gaza, of vroeger de Vietnamoorlog en zo meer zie je vaak tweespalt in de samenleving ontstaan.

Dan komt de ware aard van sommigen boven. Men kiest fanatiek voor de een of andere partij en graaft zich in om zo andersdenkenden te overtuigen van het eigen gelijk. Meestal gaat dat prima, maar zodra geloof een rol speelt worden standpunten verhard en komt het soms tot geweld dat lijkt op dat van het grote voorbeeld elders in de wereld.

De recente studentenopstanden in onze grote steden maakten duidelijk wat ik bedoel. Maar voor mij is vernielen, plunderen, gevechten aangaan met het gezag meteen reden om elk argument van de partij die dat gedrag vertoont opzij te schuiven en niet meer tot me te nemen. Kwestie van keuzes maken. Geldt ook voor klimaatreligieuzen die vooral de anarchie kiezen om ‘eisen te stellen’ aan het gevestigde bedrijfsleven of gezag. Zo wil men hier 18 miljoen mensen dwingen om hun gelijk te accepteren.

Nou ja, een piepklein deel van die 18 miljoen mensen kiest voor die extremistische aanpak. Altijd een echt kleine minderheid, maar toch. Die kiezen er voor om te stemmen op extreemlinks of erger. Want ‘er moet iets veranderen’, waarbij men over het algemeen vooral denkt aan het eigen welzijn en inkomen. In dat kader geldt ook dat er mensen zijn die zgn. ‘kiezen voor een elektrische auto’ omdat dit beter is voor het ‘milieu’. Ze vergeten daarbij dat ze vooral kiezen voor zo’n vehikel omdat die dingen worden gesubsidieerd door de overheid en ze minder belasting hoeven te betalen als ze er in rijden.

Veelal is ook de werkgever al zover overtuigd van dat fiscale voordeel dat men namens werknemers kiest voor die soort van vervoer. Voor mij zelf geldt dat ik kies voor de democratie als beste vorm van samenleven en ook voor de vrijheid van meningsuiting. De dictatuur van extreemlinks of islam ligt mij niet zo. De haat die veel van die mensen uit genoemde stromingen laten zien t a v onze vrije samenleving bepalen mijn keuze. Of dat nu voor onze stad, het land, of dat Europa van nu op gaat. Geen enkele dictatuur brengt gewone mensen een beter leven. Vrije keuzes wel. En zo lang we die mogen maken ga ik daar in mee. Dat kreeg ik van thuis dan alsnog wel mee. Koester die keuzevrijheid mensen…..En doe er mee wat je zelf het beste uitkomt…maar laat je stem zeker vandaag niet verloren gaan. (beelden: Archief)

Parijs…

Parijs…

Voor jullie als lezers nu denken dat ik een geweldig wervend verhaal ga schrijven over de Parijse hoofdstad kom ik met een teleurstelling. Parijs en ik lagen mekaar door de jaren heen niet zo. Ook al heb ik redelijk vaak best veel van de stad gezien, de Eifeltoren beklommen, Versailles bezocht en op leuke terrassen zitten eten. Maar echt in het hart kwam die Franse hoofdstad nooit te zitten. Zelf denk ik dat dit vooral zat in die bewoners daar. Ik vond ze over het algemeen niet zo aardig en dat zal zeker vooral ook aan mij of mijn verwachtingen hebben gelegen. De eerste keer dat ik er op bezoek was vloog ik er heen op uitnodiging van Air France dat haar faciliteiten daar wilde tonen aan de mensen (zoals ik) die konden beslissen over waar lading heen ging en met welke luchtvaartmaatschappij.

We schreven 1972 en de machine waarmee we vlogen was een toen splinternieuwe Boeing 727-200 die de aloude Caravelles moest vervangen. Dat lukte goed, alleen niet op die bewuste reisdag, want een bommelding (ja die had je toen met dank aan de Palestijnen uit die periode nog regelmatig) hield ons een paar uur aan de grond. Zonde van de tijd. Maar goed een spoedcursus ‘wat valt er te zien in Parijs’ maakte eenmaal daar wel iets goed.

De meeste keren dat ik er daarna op bezoek ging was dat omdat op het vliegveld Le Bourget tweejaarlijks een gigantische luchtvaartshow werd georganiseerd en wij daar als liefhebbers en toenmalige professionals perskaarten voor kregen om alles eens goed te bekijken. Dat combineerden we dan vaak met een paar dagen vertoeven in Parijs. In gezelschap was dat best aardig. Je keek eens hier, je at eens daar en je zocht naar winkels die niet of nauwelijks te vinden waren. Ja, die hele dure in het centrum waar wij nooit slaagden.

Hoe dan ook, ik was altijd weer blij als ik de stad achter me kon laten. En ja, ik weet dat er grote liefhebbers van de stad zijn die ik nu vast bijna beledig. Maar ik genoot tien keer meer in Londen of Berlijn. Om het over Praag maar niet te hebben. Dat Parijs bekoorde me minder al heeft het best veel te bieden hoor. En kijk ik vaak naar de laatste etappe van de Tour de France om dan steeds vrouwlief te vervelen met opmerkingen over waar we toen en toen liepen tijdens dat en dat bezoek. Wellicht maakte de stad onbewust eigenlijk best indruk op me, zonder dat ik het wil toegeven. Ik ging veelal met de auto die kant op. Het rijden in die stad een groot avontuur. En als je met een paar man in colonne op weg naar of van het hotel bezig bent om je weg te vinden is het extra opletten geblazen. En bedenk maar dat we indertijd nog geen navigatieapparatuur of zo kenden.

Het ging allemaal nog met de kaart op schoot en met geschat bestek. De heftigste ervaring heb ik hier al eens eerder verteld. Toen ik op weg naar de door vele honderdduizenden mensen bezochte luchtvaartsalon vrouwlief in Parijs kwijt raakte. Het was juni 1973, deze maand precies 51 jaar geleden. We vlogen naar Parijs maar kwamen per huurauto terug. En hoe dat toen ging zit me nu nog pijnlijk in de vezels. Wil je nooit meer meemaken. En zo doofde de eventuele prille liefde voor de Franse hoofdstad. Ik kwam er daarna nog wel regelmatig, maar altijd hielden we mekaar als stel in de jaren die volgden extra goed in de smiezen. Want eenmaal spoorloos in Parijs betekende echt heel lang moeten werken om dat spoor terug te vinden. Bij toeval keek ik onlangs mijn vlieglogboek weer eens na en zag die ene bewuste vlucht en datum en bedacht me hoe anders onze wereld er toen uitzag. Leek onbekommerd, was het niet. En naar Parijs reizen we al decennia lang niet meer….Je snapt nu wel waarom…. (Beelden: persoonlijk archief en ik sta nog in beeld ook)

Minitest: Skoda Scala 1.0

Minitest: Skoda Scala 1.0

Kijk, als je met de eigen Tsjech voor een servicebeurt naar de bekende dealeradressen afreist staat er volgens afspraak altijd een leuk alternatief klaar als ‘leenauto’. Dit keer was ik de gelukkige door met een Skoda Scala 1.0 mijn reis te kunnen vervolgen. En als ik dan toch rijd in zo’n nieuwer model Skoda maak ik er maar gebruik van om een minitestje op het digitale blogwereldje te krabbelen.

De Scala zit bij Skoda een beetje in tussen de Fabia en de Octavia in en dankt zijn ontwikkeling aan de Rapid van een aantal jaren terug die werd ontwikkeld om nieuwe markten voor Skoda open te breken. De auto biedt je de ruimte van een stationcar maar oogt net even anders. Qua styling een keurig nette wagen en dat geldt ook voor de uitrusting. In het leenexemplaar kwam ik niets te kort. Het was een soort rijdende computer met een groot digitaal scherm in het midden van het dashboard, de nodige informatie in het bekende scherm voor je en het een en ander aan bedieningselementen op het stuur zelf. De zit is prima, maar dat ben ik van de Tsjechen bekend.

Geldt ook voor de zit achterin. Ik kan goed achter mijzelf zitten en dan blijft er nog eens ruim 460 liter bagageruimte in de kofferbak over. Met neergeklapte achterleuningen krijg je die stationcarruimte die veel concurrenten absoluut niet kunnen bieden. Starten van de 1 liter motor (110PK) gaat via een startknop, niet met de sleutel, en de zuinige motor laat zich dan nauwelijks horen. Het is een genoegen om dan alle informatie op te zien lichten voor je. Een beetje modern sportvliegtuig geeft dezelfde waarden door.

De vijfbak laat zich gemakkelijk inleggen, de auto sprint vlot vooruit en de besturing is licht doch precies. Geen enkele verrassing dus bij deze Scala. In het stadsverkeer liet de auto zich vlot door de drukte heen laveren, nooit kom je iets te kort aan vermogen of overzicht. En het is behoorlijk stil aan boord. Volgens opgave zit een 200km/u er wel in als je doortrekt…ik ben zover niet gegaan. Had er de tijd ook niet voor. Wat ik wel zag was dat het verbruik zich op die korte ritten die ik maakte rond de 5.0ltr/100km bewoog wat voor een auto die leeg 1144kilo weegt meer dan fraai is. Bij een tankinhoud van 50 liter kom je dan toch al snel 900-1000km ver. En dat is twee keer meer dan de meeste elektrische alternatieven kunnen bieden. Skoda heeft met die Scala een verrekte aardig model in handen. De kopers hebben hooguit het dilemma dat ze met een paar euro’s meer (..) ook een Octavia kunnen kopen en met een berg minder geld ook een Fabia. Wellicht dat we de Scala daarom wat minder zien rondrijden. Maar technisch is er niks mis met deze net geen 28 mille kostende tussenklasser….. De Scala voldoet aan de Euro 6 norm en is nog steeds volop te koop bij de officiele Skoda-dealers. (Beelden: Yellowbird)