Duits vernuft op veel wielen…NSU!

Duits vernuft op veel wielen…NSU!

Het zou me verbazen als de naam NSU niet bij sommige mensen een belletje doet rinkelen. Het oude Duitse merk startte in 1906 als de Neckarsulmer Strickmaschinen-Fabrik en werd in eerste instantie bekend van machines voor de brei/naai-industrie. Maar men deed ook al snel aan vervoermiddelen, veelal op twee wielen. Zo bleven motorfietsen, scooters en brommers van NSU decennia lang vaste waarden onder liefhebbers van dit spul.

De Tweede W.O. maakte dat de productie voor particulieren stil kwam te liggen, maar daarna startte men de boel weer op en ging men o.a. nauw samenwerken met Fiat. Al snel kreeg men zo licentierechten voor de zgn. Neckar-NSU’s die je ook bij ons nog wel eens zag. Fiat had al oude banden met NSU en dus was de samenwerking een logische. Die Neckars waren overigens gewoon Fiat’s met een ander logo. Intussen werkte NSU ook aan een eigen autolijn die onder de naam Prinz het levenslicht zou zien. Met een kleine tweepitter van nog geen 600cc onder de achterklep, maar wel al met een 12v elektrisch systeem verscheen de auto in 1958 op de markt en vond in die periode vooral Duitse kopers.

Die moesten wel even wennen aan de niet gesynchroniseerde versnellingsbak en zo, maar toch, NSU was onder eigen naam weer terug. In de jaren zestig bleven die Prinzjes maar komen en kregen ze ook het zo typerende beetje badkuipachtige uiterlijk. Dat baseerde losjes op dat van de Chevrolet Corvair uit die periode maar dan gewassen in veel te heet water. Anno 1964 had de wagen al luchtvering achter en schijfremmen op de voorwielen. Best bijzonder. De karretjes waren niet aan te slepen. Alleen was er wat kritiek op de topsnelheid die met dat kleine tweepittertje maar net boven de 100km/u reikte. Met de zgn. NSU Prinz 1000 werd dat deels opgelost. Want toen kreeg de Prinz een wat langere carrosserie, een 1000cc vierpittertje en een top van 135km/u.

Afgeleide versies als de TT, 1200TT en TTS gooiden daar nog heel wat schepjes bovenop en al snel stonden deze NSU’s bekend als lekkere scheurijzers. Maar dat maakte de prijzen ook fiks hoger. De Prinz was nu duurder dan een Kever van VW en dat was voor velen toch de norm in deze klasse. Bertone ontwierp ook nog een Sport-Prinz, een coupe volgens de toen geldende ontwerpnormen. En bij een laag gewicht van nog geen 600kg een aardig ding om je mini-coureur in te voelen. Later zou men ook nog een Wankel Spider brengen die met een heel bijzondere schijvenmotor was uitgerust en liet zien hoe ver men bij NSU durfde gaan richting de toekomst. En die toekomst kwam heel snel. Met de schitterende RO-80 die in 1967 verscheen en een Wankelmotor bezat met twee rotoren. 180km/u was simpelweg haalbaar en de auto werd al snel een hit bij kopers die iets anders wilden dan een Ford Taunus of Opel Record. Maar het succes kende ook een keerzijde.

De Wankelmotor was niet voldoende uitgetest en al snel bleken ze waanzinnig veel olie te gebruiken en als dat niet in de gaten werd gehouden kwamen zelfs vastgelopen motoren voor. Men heeft er bij de fabrikant en de Nederlandse importeur van toen aardig wat hoofdpijn van gekregen. Ook vervangingsmotoren bleken hetzelfde euvel te vertonen en dat maakte de RO-80 een probleemauto. Een auto ook die het einde voor NSU zou inluiden. Ondanks het feit dat men nog een groot model in ontwikkeling had voor de middenklasse ging het bedrijf over de kop. Werd overgenomen door Volkswagen en leverde daarmee die in ontwikkeling zijnde grote NSU op een presenteerblaadje aan de concurrent uit Wolfsburg. Dat werd de K70, die we later nog wel eens tegen zullen komen. NSU kent nog steeds een trouwe groep liefhebbers die hun Prinzjes koesteren als een kostbare schat en bij oldtimer-meetings of circuitraces flink van zich doen spreken. Een leuk merk dat nu voortleeft in alles wat VW op de markt brengt of bracht. En dat is best een compliment natuurlijk…. (Beelden: Archief/Internet)

Vliegtuigherkenning…

Vliegtuigherkenning…

Al eerder beschreef ik mijn jeugdige liefde voor alles wat zich mechanisch door het luchtruim beweegt en hoe dat alles zo is gekomen. Schiphol verkocht zichzelf in mijn jeugd door regelmatig van die toenmalige zuigerkisten over onze straat en huis te laten trekken wat mij bijzonder intrigeerde. Al snel was ik een regelmatige gast op het v lak bij Amsterdam gelegen vliegveld, zoog de beelden op en nam een abonnement op het prachtige blad Cockpit van Hugo Hooftman, toen een grote naam op dit gebied.

Al snel ‘wist’ ik zoveel over al die vliegtuigen dat ik een uitnodiging om deel te nemen aan een Amsterdams vliegtuigherkenningskampioenschap niet kon vermijden. Samen met mijn jeugdvriend Fons togen wij op de fiets naar de locatie, een schoolgebouw in het chiquere deel van Amsterdam-Zuid, om de verdere aanwezigen te verbazen met onze kennis van al dat vliegende spul.

Al snel bleek dat wij behoorden tot de jongere generatie. De meeste deelnemers een paar tot een flink aantal jaren ouder dan wij. Dat werd afzien… Met dia’s werd in snel tempo een reeks van 100 vliegtuigen getoond in soms sterk afwijkende kleurenschema’s zodat je daaraan ook geen houvast kon ontlenen. Fons, duidelijk minder getraind dan ik, haakte al snel af. Verkeersvliegtuigen kon hij nog wel duiden, maar militaire kisten waren zijn ding niet zo. Met de zaken die ik zelf leerde uit dat blad van Hooftman, kwam ik een stuk verder.

Maar ik herinner me nog een Kawasaki uit WO2 in de kleuren van de USAF die ik totaal miste en aanduidde als P-47 van Republic. Wist ik veel dat die Japanse kisten vaak door de Amerikanen werden getest na de overgave van Japan in 1945. Maar ik bleek bepaald niet de enige te zijn. Toen de jury de uitslagen-formulieren innam en begon te beoordelen, namen wij maar een bakkie thee. Jeminee, dat viel best tegen, de conclusie. Met onze 15/16 jaren leeftijd bleek dit een heftige proeve van bekwaamheid. Zelfverzekerd als ik toen al vaak was, immers ik had me vanaf de vroegste jeugd het spotten eigen gemaakt, dacht ik dat het wel goed zou komen. Fons was er minder gerust op. En toen kwam de uitslag. En bleek ik bovengemiddeld gescoord te hebben en zelfs in de top-10 te staan overall. Kijk, daar kon je mee thuiskomen. Fons was onder de indruk. Mijn ouders niet. Die vonden dat maar onzin. ‘Moest je er mee..”.

Als Fons en ik elkaar nog wel eens zien, we wonen niet te ver van elkaar af, net als toen, haalt hij het nog wel eens aan. ‘Weet je nog dat…..!?’. Dat leeft het weer op. Ik zette meteen na die omschreven gebeurtenis een eigen bureau op. Bedoeld om kranten en bedrijven te helpen aan meer kennis over de luchtvaart. Hoe ambitieus ook, het werd niks. Al was het maar omdat er ook moest worden gewerkt en gestudeerd. En tja, ‘wat moest ik er mee’… Tot op de dag van vandaag is alles wat luchtvaart aangaat mijn wereld. Naast die automobiele. Lijkt vermoeiend, is het niet. Veel te leuk. Maar prijzen win ik er niet meer mee….(Foto’s”: Archief)

Oorlog…

Oorlog…

Ik kom vandaag met een totaal ander bericht dan dat wat ik hier deze datum eerder had gepland. Weet je veel dat in die planning, opgesteld in je vredige zonovergoten werkkamer, ineens oorlogsnieuws binnenkomt als een mokerslag van een Russische hamer. Poetins Rusland viel Oekraine binnen.. Onder valse voorwendselen en met veel kracht en macht. De Oekrainers vechten terug en een deel van de bevolking vlucht naar het westen. Voor mij, meninggever met een ervaringsleeftijd waarin o.a. Hongarije, Tsjecho-Slowakije, Afhanistan, Vietnam, en de Balkanoorlogen of die in Irak allemaal voorbij kwamen, is die oorlog confronterend, maar zeker niet verrassend.

Alle voorwaarden voor wat nu gebeurt zijn geschapen in de jaren negentig. Immers na uiteenvallen van de Sovjet-Unie raakten veel landen uit die voormalige Unie of daardoor ooit bezet, in verwarring, sommigen kozen voor onafhankelijkheid, andere kozen voor de dictatuur, en weer anderen sloten zich aan bij een of twee westerse bondgenootschappen. Doodmoe van overheersing door derden en met name de Russen, zag je in Midden- en Oost-Europa een grote voorkeur voor de EU en NAVO. En toenmalige (democratische gekozen) machthebbers of regeringsleiders in het westen zagen hun kans schoon en rukten graag wat landen op naar het oosten.

Vanuit het Poetindenken in Moskou was dat laatste een gruwel. Als oud KGB-man zag Poetin ‘zijn Rusland’ door een paar jaren van chaos verworden tot een armlastig land dat niet meer serieus werd genomen door het westen. Al snel trok hij de touwtjes aan, liet steenrijke miljardairs meebetalen aan heropbouw en zette ook de verloederde strijdkrachten weer opnieuw op de benen. De modernisering daarvan kon ook worden gefinancierd door de enorme olie/gasverkopen. Immers zijn Russische Rijk leunt sterk op de export van dat spul. En in het westen maar ook elders, is men in grote mate afhankelijk van dat spul.

Tijdens die opbouw van zijn nieuwe Russische Rijk kwam hij er snel achter dat de Tsjetsenen met hun islamitische achtergrond een lastig te bedwingen factor zou worden en zo werden er bloedige oorlogen uitgevochten in dat land. Het oude Rode leger leerde er veel van. Later in Georgie paste men veel van die lessen toe en zorgde zo dat in die regio rust terug kwam onder dwang. Dezelfde tactiek paste men toe op Oekraine. Conflicten met zgn. seperatisten in het oosten van dat land (MH17), dan de Krim innemen en nu die invasie. Waarbij de weerstand van de Oekrainers duidelijk heftiger is dan men kennelijk verwachtte. Bedenk maar wel dat hetzelfde Oekraine ooit, in 1990, een nucleaire macht was, met atoombommenwerpers, raketten en onderzeeboten. In een deal die men sloot met zowel Rusland als het westen werd die nucleaire macht afgenomen van de Oekrainers.

Het leger naar een betaalbaar niveau afgebouwd. Nu is dat toch wel even een dingetje. Brussel riep en roept dat Oekraine bij de EU hoort, de Navo had soortgelijke verhalen. In ons land stemden we intussen massaal tegen een associatieverdrag met de Oekraine. Het werd een zinsnede in een verdrag dat toch werd doorgezet door Brussel. We zijn het snel vergeten, maar toch…helemaal zuiver is dat allemaal niet. Ook niet richting Oekrainers. Die kregen een hand, gaven er een terug, maar het leverde ze weinig concreets op. Nu de dictator toe heeft geslagen maken we ons druk om dat arme volk. En terecht, maar er zit wel iets voor en daar mogen we ons in het westen best wel zorgen over maken. En er zijn parallellen met die arme Oost-Duitsers, Hongaren en Tsjechen. Mooie woorden, steun, maar geen ingrijpen vanuit het westen. Woorden, geen daden. Frustraties logisch. Ik hoop oprecht dat die invasie mislukt en de Russen door isolatie tot inzicht komen dat dit soort agressie niet meer werkt anno 2022. Maar een bijtgrage hond opsluiten in een hok houdt de agressie niet beperkt. Het wordt tijd dat we eens wat anders aankijken tegen een wereld waarin de democratie toch weliswaar beste vorm van samenleving lijkt maar de dictaturen de spelregels bepalen. En rara wie het zover heeft laten komen…..(beelden: internet)