Kamperen…

Kamperen…

Een van de andere gruwelen die ik me kan voorstellen (ik ben even in een wat ironische stemming) is vakantie moeten vieren in een tent of te kleine caravan. Niks voor mij. Nu heb ik dat zeker meegekregen vanuit mijn jeugd toen wij dat als kleine kinderen nog eens moesten ondergaan. De familie hield intens van Zuid-Limburg en op een goede (slechte) dag besloten ze om in een tent bij een boer te gaan overnachten en zo de kosten van een hotel te besparen. Na een hoop geworstel om die tent ter plekke er als zodanig uit te laten zien en ons allen een slaapplek te bezorgen gingen we in de ondergoedjes en pyjama op een opblaasbed (stonk naar rubber) onder een dun dekentje trachten te slapen.

Midden in de nacht ineens heftig onweer met typisch Limburgse regens (ook toen al), dus wakker, nat, koud. Volgende dag pakte leasepa alles in en trokken we in bij een nabij gelegen herberg. Vakantie gered, de tent niet. Een paar jaar later, ik berichtte er al eens eerder over, moesten wij oudere broer Rob redden die met pech in datzelfde Limburg was gestrand op zijn tweedehands brommer. Hij moest dus opgehaald worden. Logeerde met wat vrienden in een tentje aan de rand van een mergelgrot of zoiets. Een en al blubber. Wij waren met een IFA stationcar, een ruime Oost-Duitse pruttelaar en besloten omwille van de tijd maar in die auto te overnachten. Het was afzien. Want weer regen en zo meer. Opgeteld maakten die ervaringen dat ik mij voor heb genomen nooit meer in een oncomfortabele situatie nachten buitenshuis door te brengen.

Een ruime kamer met bad, koffie/thee op de kamer, zithoek, airco, TV, WIFI, alles er op en aan. Dat komt eerst. Anders doe of ga ik niet mee. Ging altijd vrij goed. En natuurlijk weet ik dat er mensen zijn die het ontbreken van juist die comfort verhogende zaken geweldig vinden. Het is ze gegund. Ik kijk soms wel eens naar tv-programma’s over mensen die in caravans of campers de vakantie doorbrengen en zie dan wel dat er qua comfort in die dingen veel is veranderd. Maar dat zal vast ook gelden voor de aanschafprijzen van die rijdende vakantiewoningen. Een ton is zo in zicht als je een beetje leuke wilt benutten. Geldt ook voor boten. In de familie van mijn leasepa zat ook een opa met een botenvoorkeur. Een redelijk ruim jacht was indertijd diens varend onderkomen tijdens tripjes over de Amstel. Wij mochten dan wel eens mee. Niet tot genoegen van mijn moeder en ons kinderen, maar ach….Voor de goede vrede. Het geschommel in die boot als je lag te slapen, het geklots van het water, de ontberingen tijdens het ochtendritueel, allemaal niks voor ons. Nee, het komt nooit meer goed tussen mij en ontberingen tijdens het kamperen….. Maar ik wens iedereen die het masochisme bezit om er van te genieten in de komende weken en maanden alle plezier van de wereld. Het wordt vast weer leuk en de omgeving maakt zeker veel goed. En als ik in het nieuws hoor of zie over hagelbuien, onweer, overdadige regenval, kou, en zo meer hoop ik dat het u als liefhebber niet treft. Fijne vakantie alvast…..(Beelden: archief/internet)

Vakantie…

Vakantie…

Terwijl ik dit opschrijf is er weer een regio in ons landje waar de schoolvakanties zijn uitgebroken en hele gezinnen bepakt en gezakt richting een of ander leuk oord vertrekken. Sommigen kiezen voor de auto als pakezel en rijden dan in een rechte streep naar het zuiden (dan wel met tien tussenstops ivm elektrisch rijden)of een enkeling met gezin richting het noorden. Nog wat grotere volksstammen stappen in het vliegtuig en staan binnen een paar uur op de plek van hun dromen. Een deel van het volk neemt de trein, want dat is zo leuk nostalgisch en voldoet aan het beeld dat slechts de trein groen verantwoord zou zijn. Als ze dan na 8-12 uur reizen verkreukeld aan zijn gekomen zien ze daar hun buren of familie die veelal op efficienter wijze dezelfde kant op kwamen binnen 1-2 uur.

Maar dit terzijde. Vakantie zorgt ook voor minder files in eigen land en dat maakt de voor mij interessanter uitjes een stuk plezieriger. Als ik in normale omstandigheden rijd is het vaak wel erg rekening houden met de drukte. En met achterlijke mafketels die zich van god noch gebod iets aantrekken en je naar het leven staan als je het waagt op hun (..) linkerbaan te rijden dan wel min of meer volgens de geldende snelheidsregels in dit land. Maakt het rijden er niet leuker op. Hoe dan ook, vakantie. Vroeger was dat echt pure luxe.

Als kinderen kregen we indertijd 6 weken vrij in de zomer. We vermaakten ons dan wel op de diverse plekken in en net buiten de stad, maar de ouders hadden ook vaak nog wat geld bij elkaar gesprokkeld om met een goede uit de handelsvoorraad afkomstige auto van dees of geen merk een trip te maken naar Limburg. Dat was toch de favoriete bestemming voor mijn moeder en het was waar, als je eenmaal Roermond voorbij was veranderde het landschap totaal. Hoge bergen naast de kolenmijnen en in het zuiden van de provincie die prachtige groene heuvels tussen Valkenburg en Vaals.

Spannend de illegale tochten naar Belgie of bij het Drielandenpunt en dan even drie stappen zetten in Duitsland. Als kinderen genoten we. Want wat thuis normaal niet kon of mocht, ging hier in dat Limburgse land en op dat moment wel. Lachende ouders, ontspannen sfeer, en altijd die weemoed als we weer terug reden richting hoofdstad. Waar je toen als echte vakantieganger nog best een uitzondering was. Want schoolvakantie….en weg geweest. Was niet iedereen gegeven. Nu zijn de thuisblijvers uitzondering en de reizigers de norm. En terecht. Zo lang het nog kan en mag, doen! Elders leer je veel over andere culturen en gewoontes. Nou hoef je daar niet perse voor naar het buitenland want dat is inmiddels naar hier getrokken. En in onze stad valt qua eten zowat elk buitenland ook hier te proeven. Maar die patat die wij altijd aten in Roermond op de terugreis, met een zalige knakworst als extraatje, doet me nog steeds het water in de mond komen… Lijkt overdreven, is het niet. Geldt ook voor vlaaien daar. Nou ja, wie gaat wens ik een fijne vakantie. Wie blijft….ook! (beelden: archief/prive)

50Plus

WP_20140916_014Net als in de afgelopen jaren bezochten we onlangs ook weer de zgn. 50-Plus-Beurs. Bedoeld voor hen die de vijf kruisjes voorbij zijn en zich willen oriënteren op de leuke(re) dingen des levens. Of je nu een nieuwe stoel, keuken, auto, fiets of camper wilt aanschaffen, ben je hier aan het juiste adres. Een paar dagen lang komen er tienduizenden mensen af op deze beurs die langzamerhand een goede naam heeft opgebouwd bij de doelgroepen die iets meer te besteden hebben dan het gemiddelde. Voor de een is dat toch dat men een vakantie boekt richting een of andere mooie bestemming, een ander gaat trots met een massagekussen naar huis. Voor ons is het altijd weer een vergaarbak van informatie die we dan later nog eens tot ons nemen. Voor de rest kijken we naar alles wat wordt aangeboden aan producten en diensten, maar zeker ook naar de bezoekers die voorbij trekken. Nou ja, trekken. Er zitten heel vlotte lieden tussen, maar ook buitengewoon trage.

WP_20140916_016Net als vorige keren valt me op dat oudere mensen de neiging vertonen besluiteloos van richting te veranderen of plotseling stil te blijven staan. Doen ze dat is er op zich niet veel mis mee, maar trekken ze een karretje mee (vol folders of producten) kan het leiden tot grote ellende voor andere passanten. Overigens zie je ook veel mensen die nog lang niet tot de doelgroepen behoren voorbij trekken. Maar die gebruiken deze beurs om hetzelfde te doen wat ze normaal bij een Huishoudbeurs zouden late zien als gedrag, maar hier meer rust en orde vinden. Want een ding, oudere bezoekers zijn vriendelijker, socialer en vooral netter dan jongeren. Men houdt de deuren voor elkaar open, bedankt, excuseert en glimlacht. Het is opvallend. Zouden die 50-Plussers dan toch laten zien dat een goede opvoeding vroeger meer werd ingebakken dan tegenwoordig? Er was ook wel iets wat me mateloos verbaasde. 50-Plussers zijn niet allemaal goed ter been. We zagen er genoeg strompelen, achter rollators hobbelen of aan de arm van een (ook al volwassen) dochter of zoon door de hallen slenteren.

WP_20140916_024Waarom de Jaarbeurs dan besluit om de bezoekers in een parkeergarage onder te brengen die is voorzien van steile, smalle en ronduit gevaarlijke trappen is me een raadsel. Want de weg naar de ingang van het complex bleek een en al op- en neergaande trappen te bevatten. Wij zijn kwiek ter been, rennen omhoog en omlaag, maar we zagen genoeg mensen martelen. Dat moet je toch beter doen als organisatie. Maar verder, een leuke beurs, met voldoende plekken om even te zitten, wat te drinken of te eten en vooral met elkaar te kwaken. Want dat doen 50-Plussers ook graag. Gewoon een praatje met mekaar houden.