De compacte Tsjech die ik in juli 2015 nieuw kocht bij mijn vrienden van Korterink in Rouveen (wat je ver haalt is lekker..) deed zijn werk door de jaren heen met verve. Maar ook meteen met zeer beperkte dorst. Over 90.000 kilometers gereden in binnen- en buitenland behaalde ik een score van gemiddeld 1:20. En echt, ik rijd er niet bepaald op. Net als zijn zilvergrijze voorganger voelde de ‘Dinky Toy’zoals ik hem wel eens betitelde zich eigenlijk meer thuis op de snelweg of regionale routes dan in de stad. Al was het maar omdat het sportieve maar redelijk harde onderstel verkeersdrempels lastig te nemen vond. Nee, die lange ritten, dat was zijn ding. En ik genoot van de luxe, want de editie die ik indertijd kocht stond daar bol van. Leder en chroom, maar ook de nodige elektronica, het hoorde er allemaal bij of in. Hij werd ook nogal eens het slachtoffer van derden met een hekel aan blauwe auto’s zo leek het wel eens.
Krassen, deurinslagen van grotere auto’s, een aanrijding (ik deed er ook hier verslag van) door iemand die niet kon uitparkeren. Waar zijn voorgangers schadevrij bleven, de blauwe leed. En ik met hem. Toch je spaarcenten op wielen. En ik heb de tik dat ik vind dat je altijd in een nette auto moet rijden. Dus werden al die schadeplekken weer professioneel opgelost. Maar de leeftijd werd wel een dingetje. Vooral als je ook denkt in termen van restwaarde en een aankomende grote servicebeurt. Omdat daarbij de airco ook gevuld moest, best wel een prijzig iets. Dus…. goede raad was in dat geval niet eens zo duur. Maar eens kijken naar iets anders. Liefst iets soortgelijks, al was het maar om de kosten per kilometer. Maar dan wel van het laatste type, met allerlei vernieuwingen zoals Led-licht, regensensor, een fijne airco, cruise-control en de nodige luxe die ik al gewend was in de blauwe.
Zoeken op internet leverde heel wat wagens op die me zouden kunnen overtuigen van hun kunnen, maar dan bevielen me de adressen niet. Bij mijn ‘hofleverancier’, een Skoda-dealer (die ook Suzuki en Toyota voert) in Rouveen stonden een paar erg interessant aanbiedingen. ‘Weet je wat, we gaan er eens kijken en zien welke deal hij kan opbouwen voor me’ was de gedachte toen we onvoorbereid met een vuile blauwe vol boodschappentassen (want je weet nooit wat je nog tegenkomt)richting Rouveen vertrokken. De man die me al drie keer had geholpen aan iets leuks, luisterde naar het wensenpakket en nam me mee naar de auto’s die ook op internet stonden.
Een witte uitvoering en een rode. Beide even oud, heel weinig kilometers op de teller (5.500)en in de fabrieksgarantie. Maar die tornadorode….jeminee, wat een mooie uitvoering. Speciaal dashboard, automatische verlichting, speciale velgen met Conti banden, bedenk het, alles er op en aan. Machtig mooie stoelbekleding. Een proefrit maakte duidelijk dat dit een kanshebber was. En de deal kwam ook naar grote tevredenheid rond. Omdat de auto zo nieuw is, kon hij ook meteen mee als ik dat wilde. Dat was even een schok, want ik had de blauwe normaal helemaal gewassen en gepoetst als nieuw ingeleverd. Nu moest ik hem in deze gebruikte conditie achterlaten. Hielp wel met de emoties, want zelfs ik was erg verknocht geraakt aan die kleine blauwe rakker die me zo trouw en zo vaak naar Duitsland en Belgie had gebracht en zoveel comfort koppelde aan een pittig karakter. Alles overgelegd van de ene in de andere, uiteraard nog iets vergeten, maar detail, de nieuwe op naam en rijden maar. We moesten er zelfs even van bijkomen. Niet alleen vanwege de snelheid van handelen, ook vanwege die kleur. Zilvergrijs toch mijn voorkeur. Rood nooit. Maar ja, ervaringen uit het verleden zijn geen garantie voor negatieve zaken in de toekomst. En waar we de rode lieten zien in de afgelopen periode, hij maakte veel positiefs los. Veel meer dan die keurig nette blauwe. En verdraaid, door die grotere velgen en wat soepeler banden kom ik nu zonder gedoe over 95% van de verkeersdrempels….Ik ben dus aardig in de nopjes….We zullen zien hoe dat over vijf jaar is…(Beelden: Yellowbird archief)

Natuurlijk volg(de) ik na mijn daadwerkelijke vertrek uit de organisatie het Skoda-verhaal nog steeds met grote belangstelling. De nieuwe modellen zoals de facelift van de Octavia, of het laatste nieuwe model van dat succesnummer, de intussen verdwenen Roomster, derde generatie Superb, Yeti en diens opvolger Karoq, Kodiaq, Rapid en zo meer zorgden in de jaren na 2003 voor veel nieuwe kansen. De export van de Tsjechen steeg steeds verder, het aantal landen dat men bediende groeide ook sterk. Rusland werd een grote markt, China, India. In ons land ging de omzet gestaag omhoog. De ooit geuite inschatting van oud-directeur Detlef Wittig dat we overal 4,5% marktaandeel moesten behalen, ook in Nederland, kwam steeds dichterbij. Maar gelijktijdig zag ik ook dat oude dealernamen verdwenen. Uit de organisatie gezet, vervangen, opgeheven.
Zou je anno nu langs de oude panden rijden van die Skoda-dealers van het eerste uur zie je nog maar weinig broeders of zusters die het merk mogen of kunnen voeren. Ze werden afgedankt, overgedaan en uitgediend. Dat laatste gold ook voor Dick de Rooy. Het duurde maar een paar jaar en ook hij mocht zijn bureau leegruimen. Naar ik begreep uit de wandelgangen wederom door een conflict met de fabriek. Het management had en heeft het lastig bij zo‘n importeur… Mijn contacten bij de fabriek, ik heb ze nog steeds, meldden soms het e.e.a. over oorzaak en gevolg. Jammer, maar helaas. Nieuwe mensen werden aangezocht, steeds jongere managers die niks hadden of hebben met het merk, maar er wel hard voor willen werken. Omdat het bedrijf Pon dat van hen vraagt. En zo hoort het ook. De crisis van 2008 en later hakte er in auto land soms stevig in. Maar gek genoeg viel het bij Skoda allemaal nog wel mee. Men had net op tijd een mooi en betaalbaar gamma in de markt en dat betaalde zich prima terug toen het elders spannend werd.
Natuurlijk zakten de omzetten wat in, maar nooit zo dramatisch als bij andere merken. Laten we wel zijn, in de jaren van crisis verdwenen merken als Rover, MG, Saab, terwijl anderen door overname of stringente samenwerking het hoofd net aan boven water wisten te houden. Het enorme VW-concern beschermde Skoda aan de ene kant, maar aan de andere zag je dat die Tsjechen gewoon nog steeds geld verdienden. En ze kwamen telkens weer met verrassend nieuwe modellen. Denk maar eens aan die tweede en derde generatie Superb. Mooie auto die toen er eenmaal ook een combi van verscheen overal aansloeg als een directe hit. Mensen die vroeger niet eens over een Skoda zouden willen nadenken rijden er nu in. Kijk eens op taxi-standplaatsen en je snapt wat ik bedoel. De kwaliteit is gewoon waanzinnig goed, de rijeigenschappen boven elke twijfel verheven. Daarbij komt dat je binnen de VW-Groep bij Skoda voor een bepaald bedrag de grootste auto koopt of de best uitgeruste.
Precies een jaar geleden reden we met onze nieuwe aanwinst vanuit het Overijsselse Rouveen in de richting van Almere om onze nieuwste rijdende aanwinst in fonkelnagelnieuwe conditie even te laten zien aan onze lieve vriendin daar. Na 2,5 jaar met een zilvergrijze driedeurs was het tijd voor een nieuwe vijfdeurs. Uitvoering qua deuren en kleur met dank aan vrouwlief die bij de vorige nog wat had gezwegen. Die vijfdeurs uitvoering bleek in de praktijk een stuk handiger dan de vorige driedeurs. Ook al deden we daar ook dingen mee die de ontwerpers vast niet voor mogelijk hadden gehouden. Intussen is de kilometrage aardig opgelopen en heeft ook de blauwe er heel wat ritjes opzitten naar verre Duitse of Nederlandse dreven. Tegen een gemiddeld brandstofverbruik van 1:19, wat voor een benzineauto in mijn rijstijl best een groot compliment is. Dat de auto cruise-control heeft blijkt in de praktijk zeer handig. De airco zorgt voor plezierige omstandigheden en het veercomfort is wat beter dan bij de vorige versie die 1,5cm lager op zijn wielen stond.
Dat hield in dat je dan als een slak over verkeersdrempels heen moest, dat is bij de blauwe beter verzorgd. De radio kent ook twee boxen meer dan bij de vorige auto van hetzelfde merk en ook dat werd in dank aanvaard. Jammer is wel dat het merk en haar moederconcern niet in staat is om zelf stootstrips of spatlappen te leveren. Die laatste dingen lijken ouderwets, maar wie weet hoe snel de achterkant van het vlotte karretje aanslaat weet dat je dit met een paar van die rubber beschermplaatjes zonder problemen kunt oplossen. Maar ja, wat niet is kan nog komen. Het onderhoud deden we bij de garage die het dichtste bij onze woonstek is gelegen. Een technische instelling met grote mate aan servicegevoel. Naast het reguliere onderhoud moesten ze me een keer helpen. Omdat ik een voorband lek had. Lek door een schroef die diep in het rubber geboord bleek. Dat moest even opgelost. Intussen is de reparatie daarvan alweer 5000 km geleden.
Het gaat hard, ook met de blauwe, ook al gaat het minder snel qua kilometers dan bij de zilveren voorganger die ook nog deels zakelijk werd benut. Dat scheelde toch flink wat kilometertjes per jaar. Voorlopig kan het nog even, de garantie duurt nog drie jaar (..) en het ding doet al rijdend geen slag verkeerd. Het lijstje bestemmingen waar hij al geweest is groeit. Ik ben zelf altijd verbaasd wat we met die compacte blauwe allemaal hebben bekeken. De zilveren reikte al verder, maar ja, baas boven baas. Ik wilde het maar even memoreren. De jarige kreeg een wasbeurt voor de velgen. Dat moet het maar zijn voorlopig. Zoals mijn jeugdvriend Fons ooit uitlegde bij het wassen van de door zijn vader geexploiteerde huurvloot auto’s die ik mocht helpen (..) schoonmaken, velgen, banden en ramen schoon = auto schoon! En daar houd ik me dan maar aan. En ga verder op de ingeslagen weg….

