Donker…

Altijd was zij angstig in het donker geweest. Al was het maar omdat haar ouders en grootouders haar zo vaak met een glimlach om de mond waarschuwden voor al die in het zwart geklede lieden die om het huis zwierven om haar eer te bezoedelen. Wat ze daarmee bedoelden was haar onduidelijk maar het had haar als kind en puber weinig geholpen. Zeker als het in de nacht bliksemde en donderde was ze zo bang geweest dat ze soms in de grote kledingkast op haar kamer was gekropen en een enkele keer zelfs onder haar bed haar heil had gezocht. Later, ze was allang volwassen, was die angst ergens ver weg opgeborgen geraakt. Maar helemaal weg was hij nooit. Zeker niet bij onweer of stormachtig weer. Intussen was ze gelukkig in de liefde, had ze ontdekt dat die liefde ook genoegens mee kon brengen die haar extra gelukkig konden maken. Maar ze had altijd een voorkeur gehad voor liefde met het licht uit. Dan droomde ze soms in het geniep van die donkere man die haar eer te na kwam en haar daarna zoveel genoegen verschafte terwijl ze eigenlijk was overgeleverd aan zijn dierlijke lusten. God vergaf haar wel, ze bad er vaak overdag even voor, want ook al beschermde haar Heer tegen al te veel duivels ongeluk, ze schaamde zich ook wel een beetje voor dat genot dat zij soms putte uit haar door angst geboren gevoelens. Als haar vriend op reis was, hij had een drukke baan bij een internationaal bedrijf, lag ze alleen in bed en werkte zichzelf met een boek of fantasie in slaap. Alleen zijn ging haar trouwens nog steeds niet goed af. Ondanks haar fantasie… Tot die nacht dat het weer eens zo was en ze in haar shortama onder de lakens lag en een felle onweersbui op afstand de hemel verlichtte en de donder deed schallen als een doffe trommel. Ze huiverde, ondanks het feit dat het best warm was in de slaapkamer. Ze keek of ergens ruimte was om zich in geval van nood te verschuilen. Keek op haar smartphone om te zien of haar vriend al sliep in dat verre land waar hij weer heen was gereisd. Maar intussen had ze niet in de gaten dat om haar huis heen een donkere gestalte sloop met een hoody over zijn hoofd en bijna oplichtende ogen in het donker. Hij keek naar binnen onder de gordijnen van haar slaapkamer, zag haar schim, haar woelen, en glimlachte. Brede tanden met scherpe hoeken flonkerden in het licht van de bliksem…. Met zijn lange vingers en nagels peuterde hij aan de hoeken van het raam dat op een kiertje stond….Een felle lichtflits en directe donderslag illustreerde zijn soepele beweging door het raam naar binnen. Bij de volgende donderslag klonk ook haar gil, gesmoord in de hand van die zwarte gestalte…..

Scheiding der geesten…

OLYMPUS DIGITAL CAMERAAls er een opvallend ding is dat ongeveer alle volkeren op Aarde verbindt dan toch wel de mystiek van het leven of het evt. voortbestaan na de dood. Of je nu te gast bent bij rijke westerlingen, arme sloebers in de krotten van Manilla of in de oerwouden van Brazilië, de mens gelooft in ‘iets’ dat hoger is gesteld dan ons mensen zelf. Dat is best opmerkelijk. Zeker ook omdat zelfs die oerbewoners van onze planeet het idee hebben dat we na onze dood terug zullen komen als geesten of goden. Een beetje zoals ook de Germanen dat al deden voor de komst van de Romeinen in onze streken. En die Romeinen, Grieken, Egyptenaren of Assyriërs waren buitengewoon gelovig in hun hoogtij-jaren, ver voor de komst van de predikers die later zorgden voor verspreiding van het christelijke of islamitische geloof. Allemaal geloofden ze dat die ‘God’ iets meer was dan een gewoon mens en dat na de dood een scheiding van geest en lichaam zou plaatsvinden. Dat is best een mysterieus fenomeen.

Griekenland - 2 - AtheneNog los van het feit dat wij mensen eigenlijk best vreemd in elkaar steken. Anders dan de ons omringende diersoorten of planten zijn we in staat tot duidelijke communicatie, we vinden van alles en nog wat uit, we bouwen er vrolijk op los, zingen., maken muziek, schrijven, en zo meer. Dat is best vreemd als je alle andere zoogdieren er nog eens op naslaat. Dat filosofen en theologen er op af kunnen of konden studeren verbaast mij niks. Is er echt een scheiding mogelijk van lichaam en ziel op het moment van het definitieve afscheid nemen? Het zou mooi zijn, al vrees ik zelf het ergste. Die vrees ligt bij veel gelovigen op een heel ander niveau. Daar is men vaak bang voor wat het hiernamaals zal bieden. Wordt het de Hemel (al dan niet gevuld met maagden…)of toch de Hel waarin we naar rato van het aangehangen geloof min of meer eeuwig kunnen branden of tenminste nagezeten met een drietand. Ook daarin zie je veel parallellen tussen de geloven. Al dan niet van elkaar overgenomen, maar dat is een andere kwestie.

SAMSUNGMij gaat het hier even over dat moment van splitsen. Zoef, vliegt de geest uit het lijf en wenen wij over de stoffelijke overblijfselen. Kijken we dan vanuit een nevelige situatie zelf toe? Of is het echt over en uit. Het blijft opmerkelijk en iets om de kop over te breken als je er gevoelig voor bent. Gelukkig voor hen zijn veel gelovigen dat niet. Die nemen aan, accepteren en gaan ervoor. In de hoop dat het hiernamaals leuker is dan het heden. En dat is voor mij net een brug te ver. Wie het echt zeker weet, of uit de eerste hand verslag gedaan kreeg, mag het zeggen.