Een paar van mijn trouwe lezers/essen reageert nog wel eens op mijn autoverhalen met een opmerking dat zij er weinig mee hebben en dat ik beter ander dingen kan beschrijven wat hun betreft.

Nou als je me al wat langer volgt weet je dat ik in de afwisseling van onderwerpen de aantrekkelijkheid van het schrijven zoek. Maar zoals al uit mijn opgeknipte verhalen over jeugd, werk en carriere schreef, auto’s en vliegtuigen zaten diep in de jeugd al verankerd in mijn observaties en zeker ook genen. Met name dat laatste speelt een belangrijke rol heb ik wel door. Immers afkomstig uit een gebroken gezin, waarvan de natuurlijke vader ‘in de auto’s’ zat, diens opvolger in ons gezin steevast aangeduid als Leasepa omdat ik een hekel heb aan de term ‘stief’, deed in hetzelfde vakgebied zijn eigen specifieke dingen. Dan ben je als piepklein jochie al snel gewend aan de achterbank van het toenmalige vervoer.

Daarbij woonden we (zie inleiding Leven met de Vliegende Pijl 240618 en 010718) in een straat waarin auto’s een belangrijke rol speelden. Garagebedrijven, verhuisbedrijf, middenstanders met eigen vervoer, en om de hoek van onze straat een grote doorlopende laan vol verkeer. Al snel onderscheidde ik het ene merk van het andere, kon auto’s (net als vliegtuigen) herkennen aan hun specifieke geluid en had ik als vriend van een van de zonen van de eigenaar van dat grote garage/verhuur/transportbedrijf tegenover ons huis, toegang tot alles wat daar jaarlijks werd aangeschaft of vervangen.

Tel daarbij op de ook al eens beschreven Ome Leo met zijn Amerikanen, Ome Karel en zijn Scania Vabis truck of Citroen Avant en je snapt dat gemotoriseerd vervoer mij veelal aardig intrigeerde. En dat ik dit als kind dus veel kopieerde. Dinky Toys waren duur maar hielpen wel om als jong ventje de grote wereld samen met de toenmalige vrienden te imiteren. Daar bovenop kwamen dan die vliegtuigen die over ons heen trokken, de trams die in die grote lanen en straten om me heen voorbij reden en de nieuwsgierigheid om van alles wat ik op dat terrein zag hobbymatig te leren, of later om te zetten in de praktijk door te gaan werken in die branches en nog dichter bij die onderwerpen te zijn of blijven.

Daar komt het dus allemaal vandaan en ik ben dankbaar dat ik in de gelegenheid was om zoveel tot me te nemen dat ik als een vat vol verhalen kan berichten over auto’s van vroeger en nu. Het is om die reden dat ik er over schrijf. In de breedte, de diepte past meer bij gespecialiseerde websites of hobbyclubs. Voor dat ‘ene’ merk maak ik een uitzondering natuurlijk. Maar dat heeft u als lezer intussen wel meegekregen….En zo niet komen daar nog wel eens wat sappige verhalen over voorbij….. Het water loopt nu eenmaal naar het diepste punt. Of moet ik zeggen, de benzine of dieselolie?? (Beelden: Archief)
Vandaag de dag zou je bijna van enthousiasme onder stroom komen te staan. ☻
Het is een aangeboren en ingebakken hobby, je zou het bijna een karaktertrek noemen.
Je mag er net zo veel over schrijven als je wil, het stoort me niet.
Het zegt mij niet veel als het alleen maar over de auto’s gaat, simpel omdat ik er geen verstand van heb. Alleen het uiterlijk zegt me wat.
LikeGeliked door 1 persoon
Ach ik combineer enthousiasme met professionalisme omdat het ook zolang mijn vakgebied was voor carriere en inkomen….En ik tracht het ook leesbaar te houden voor de meesten….
LikeLike
Ik vind de autoverhalen soms wel boeiend, maar eerlijk, ik heb niks met auto’s. Dat brengt me van punt A naar punt B.
Al moet ik toegeven dat ik op een oldtimer-show wel kan genieten van die echt oude auto’s uit Amerika, zoals een Cadillac of zo 🙂
LikeGeliked door 1 persoon
Dat is op zich al een pluspunt…:) Houden van Amerikanen….. Heb je nog meer pluspunten?? Ja toch?? 🙂
LikeGeliked door 1 persoon
Dat zal zeker wel iets uitmaken denk ik. Mijn enige binding met vroeger is dat ik als kind woonde aan wat later een drukke verkeersader werd. In die tijd , vroege jaren 50, was een zondags genoegen om voor het raam zittend de passerende auto te tellen. Ook de buurman die een tijd auto’s verhuurde had een aandeel in mijn “ontwikkeling”op dat gebied, ik mocht de auto’s wassen en ik mocht wel eens mee een ritje maken. Maar dan heb ik het over de tijd dat je de richtingaanwijzer nog “uit deed i.p.v. aan” om richting aan te geven. 😉
LikeGeliked door 1 persoon
Die richtinguitstekers herinner ik me ook nog goed van de eerste vervoermiddelen waarmee we zelf indertijd rondrijden…
LikeLike
Dat waren meestal oranje pijlen die naar buiten klapten. Ik zeg het soms nóg verkeert!
LikeLike
Klopt. En mijn stiefpa maakte dan een onderbreker tussen die stroomaanvoer waardoor die pijlen op en neer gingen…was toen een noviteit….:)
LikeLike
Grappig.
LikeLike
En handig…want viel eerder op…:)
LikeLike
Wat in het toenmalige verkeer nog niet héél erg nodig was. 😉
LikeLike
Zeker…..ook al deed mijn leasepa zijn best om alle regels aan zijn laars te lappen….Oom agent was vaak te gast…
LikeLike
Jouw passie voor auto’s is jou dus met diverse paplepels bijgebracht.
Je historische en nostalgische blogposts stralen dat van alle kanten uit.
Van je hobby ook nog eens je werk maken, of andersom van je werk je grootste hobby maken is een voorrecht.
Daarom zou ik juist zo graag een visionaire beschrijving van jou willen zien.
Hoe kan ons persoonlijke vervoer er over 50 jaar uitzien? Jij hebt volgens mij voldoende kennis van zaken, maar vooral ook genoeg ervaring met ontwikkelingen in deze branche.
Nieuwsgierige groet,
LikeLike
De narigheid is dat niemand echt kan voorspellen hoe de wereld er over 50 jaar uit zal zien. Denk eens 50 jaar terug. En hoe we toen keken naar een toekomstig jaar als 2021. 1971…We bedachten toen niet dat de Sovjet-Unie niet meer zou bestaan, we testten atoomwapens, vochten de Vietnam-oorlog en meer, maakten ons niet echt druk om het milieu of ons verleden (en dan bedoel ik iedere verleden…), we hadden nog geen grote instroom van immigranten, de islam stelde niets voor, criminaliteit kwam meer van krakers en nozems of van ondeugende Kabouters. Huizen waren niet te vinden, de Bijlmer net gebouwd, Amsterdammers verhuisden naar Purmerend of Heerhugowaard. Schiphol was nog onze nationale luchthaven en trots, links vocht nog voor de echte arbeiders en hun omstandigheden. En kijk dan eens naar nu! Zegt genoeg…
LikeLike
Jammer dat jij je niet wilt wagen aan een voorspellende blogpost.
Je kennis en ervaring maar ook jouw schrijftalent maken dat het een zeer lezenswaardig blog zal zijn.
Afwachtende groet,
LikeLike
Leuk compliment, maar het is onmogelijk om aan de vraag te voldoen. Ik ben geen luchtfietser. Kan alleen terugkijkend vaststellen dat onze vervoermiddelen door de jaren heen enorm zijn verbeterd, dat veiligheid en comfort, uitstoot en verbruik, gewicht en zo meer enorm zijn verbeterd. Dat gaat met reuzenpassen binnen tien jaar. Dus over 50 jaar voorspellen is erg lastig. Kijk 50 jaar terug en je kunt het zelf ook inschatten…
LikeLike