Nu geen middel onbeproefd lijkt om ons met zijn allen in eigen land vakantie te laten vieren en we bepaalde buitenlanden niet meer mogen of kunnen bezoeken, lijkt het er op dat veel mensen de tent weer in ere doen herstellen en daarmee op stap gaan. Je kwakt zo’n ding zo achterin je auto of op het dak, dan wel in de overhaast aangeschafte aanhanger, en hup…op weg naar Texel of Vaals. Ter plaatse lekker uitpakken, je tentje opzetten (uuuuuren werk) en dan maar hopen dat het niet gaat regenen of dat je net die ene plek uitzocht waar ook een op grasniveau gebouwde wereldstad te vinden is vol bosmieren of steekmuggen. Dan ga je koken op een gasstelletje, of je neemt je Action-bbq en doet je best om dat aan het branden te krijgen. Elke keer dat je moet toiletteren loop je langs tientallen andere tentbewoners naar het vaak centraal gelegen sanitaire gebouwtje waar het natuurlijk altijd stinkt en plakt. Ook het eventuele douchen mag je daar doen. De uitzonderingen daargelaten is dat het beeld wat ik zelf kreeg van campings of wat daar voor doorgaat.
En ik heb het niet van een vreemde. Ooit, in mijn vroege jeugd, besloten mijn ouders dat een kampeervakantie wellicht een leuk (en betaalbaar) idee was met de kinderen samen. Nou, die kinderen waren klein, maar zagen er weinig in. Toch werd met een geleende tent het plan doorgezet en stonden we na een paar uur (door)rijden in het Limburgse Berg & Terblijt in een boomgaard tussen andere tenten te genieten van de kwetterende vogels en het lekkere weer. Ik ruik nog het spiritusstelletje waarop werd gekookt en de vriendelijke glimlach van mijn moeder die vond dat het eigenlijk wel meeviel met dat gevreesde gebrek aan comfort. We hadden nog niet geslapen natuurlijk. En dat kwam er ook niet van want midden in de nacht brak een onweer los dat het midden hield tussen een wolkbreuk en het einde der tijden. Omdat mijn leasepa ook niet meteen een kampeerder was had hij geen gleuven gegraven rond de tent, dus stond binnen de kortste keren het water op het grondzeil.
Drijfnat werden we. En wij kinderen mopperen. Gelukkig mochten wij in de auto slapen, wat we graag deden. Die was tenminste droog en veilig. Mijn ouders hielden het nog even hozend en gravend vol. Maar ‘gek genoeg’ werd de volgende dag, het was opnieuw prachtig zomerweer geworden en de tent weer snel gedroogd, besloten dat de kampeeroefening voorbij was en checkten we in bij een fraai maar best prijzig hotel in Valkenburg. Nu werd de glimlach van ma toch een stuk groter en mijn leasepa vond alles best als hij maar niet weer in die tent hoefde. Sindsdien was kamperen geen enkele optie meer. Altijd in hotels of logementen waar je comfort kreeg en lekkere ontbijten. Er werd een jaar lang voor gespaard, maar dan had je ook wat. En ik nam die gewoonte over. Meer dan mijn oudere broer die altijd iets is blijven houden met dat avontuurlijke van kamperen. Met de tent of caravan, hij smult er van. Ik niet, voor mij is het een gruwelijk idee als er geen bunkerachtige betonlaag zit tussen mij en de buitenlucht tijdens een verblijf in een ander dan mijn eigen bed. Nu ben ik op dat punt een lastige slaper, maar veel hotels bieden me voldoende comfortabele bedden en rust dat het alsnog na een tijdje lukt. Kortom, zoals ik al aangaf in mijn blogverhaal over tripjes (19-6-20), ik ga voor de steden en de hotels. Kort maar krachtig, en vol comfort. Het mag iets kosten, maar dan denk ik er ook vaak met meer plezier aan terug dan rond dat kamperen. Niks voor mij. Wie er wel van houdt moet het maar zeggen. Ik lees met plezier…of afschuw….Net hoe de pet staat….(Beelden: Internet/Archief)
Een beroerde eerste kampeerles 🙂
Mijn man dacht er precies zo over door andere lessen: die van zijn diensttijd in NNG, oefeningen, zelf eten maken enz. Niemand kon hem uit het hoofd praten dat dat heel wat anders was, hij bleef het kramperen noemen.
Ik deed het een paar keer met de kinderen. Was niet slecht.
Het gaat er intussen heel anders aan toe. De tenten zijn prima, de campings beter voorzien, je kunt alles huren. Denk aan glamping.
Maar eerlijk gezegd zou ik het ook nooit meer doen en al helemáál niet op een boerenerf.
LikeLike
Ik gruwel bij het idee….;)
LikeLike
Hoewel er op het gebied van kamperen veel verbeterd is vind ik Nederland geen land om te kamperen. In een land met een warm klimaat kan ik me voorstellen dat het iets te bieden heeft mits je voldoende geld op zak kunt hebben om niet zelf op gastbranders te hoeven koken. Tijdens vakantie heb ik zelf wel graag op z’n minst evenveel comfort als thuis, maar ietsje meer mag ook!
LikeLike
IK zoek altijd dat meerdere comfort…en dan mag het ook iets kosten. Heb ik toch van mijn moeder meegekregen…..
LikeLike
Hoewel verder niet echt een luxe paardje ben hoor, maar misschien wel juist daarom.
LikeLike
Kamperen heb ik nog nooit gedaan. Ik ben al niet zo handig met die tenten en dat zie ik dus niet zitten. De rest van het gezin ook wel niet.
LikeLike
Prijs je gelukkig. Niet meer aan beginnen nu….:)
LikeGeliked door 1 persoon
Vroegah was ik redelijk vlot emt de mijn tent opzetten maar zo’n dubbele familietent das wel wat anders. Ik moet er nu ook niet aan denken met dat virus in zo’n smerig toiletgebouw.
LikeLike