
Kijk, een van de lessen die ik leerde in mijn professionele carriere is dat je moet doen wat je zelf predikt. Dus als je meent dat jouw merk auto, drank, brood of pakweg je geloof het beste is wat de mensheid kon of kan voortbrengen dat je dit dan ook door eigen gedrag uitdraagt. Is bij die geloven of religies al erg lastig, maar in het geval van marketing en verkoop en zeker ook de politiek is het kennelijk buitengewoon ingewikkeld. Een volkspartij die zegt te staan voor de gewone man, de arbeidersklasse of zoiets, moet geen voorman/vrouw kiezen van het type Kaag, want dan ben je meteen ongeloofwaardig. Ben je voor het welzijn van de dieren moet je niet allerlei bbq’s organiseren, want dan val je direct door de mand. Een dikke kapitalistische voorman van de PvdA/Groenlinks is dus voor mij meteen ongeloofwaardig en ik snap dan ook niet dat er zoveel linksige types achteraan lopen. Net zo min als ik snap dat je achter de dame van de SP aanloopt met haar prachtige mantelpakjes en jurkjes. Die hoort vanuit haar achtergrond in Mao-pakken rond te lopen. Nou zo is het dus ook op andere terreinen van toepassing.

Ik snapte nooit dat wij indertijd dealers in de organisatie hadden die bij een meeting of training op kwamen dagen in een Mercedes of BMW. Je gaat naar het sportveld, de familie of de kerk met de auto die je verkoopt. Ik zelf was daarbij aardig zuiver in de leer, maar ja, dat kwam ook pas na een paar jaar natuurlijk. Al doende leert men. Dus vind ik ook dat winkels die staan voor goede kwaliteit of veel voor weinig, dan wel (voorbeeld) betaalbaar eten, in het eigen restaurant geen bestek moeten verstrekken dat absoluut niet is opgewassen tegen de te stellen taken voor dat spul. Ik heb het als voorbeeld maar even over de Hema. Een bedrijf waar men jarenlang goede kwaliteit voor betaalbare prijzen predikt te verkopen. Nou dat geldt niet voor dat bestek in hun restaurants. Al enige tijd erger ik me gek aan het feit dat je met de verstrekte messen de (verder heerlijke en dik belegde broodjes) niet kunt doorsnijden. Toch een kerntaak voor dat soort gereedschap. Dat moet toch beter kunnen zou je denken. Geldt ook voor hun stoelen. Die maken een krasgeluid van heb ik jou daar op de veelal stenen vloer van die winkel. Kwestie van een paar vilten glijertjes en hup opgelost. Maar nee hoor, in zowat elk filiaal is het een gekras en gekleppen van jewelste. Ik snap dat niet. Zal wel een oekaze vanuit het hoofdkantoor achter zitten, maar het klopt niet bij het best vriendelijke imago van deze zaken.

Ook enkele vorken van dat bestek krijg je soms zo krom in handen dat kennelijk iemand anders er voordien ook mee heeft getracht de etenswaar in bedwang te houden en daarbij Uri Geller-achtige krachten uitoefende op het dunne materiaal waaruit die vork is gemaakt. Dat moet beter kunnen Hema! Nu leidt het tot ergernis. Terwijl er met die broodjes helemaal niks mis is. Leg vijf cent op de prijs van elk aangeboden gerecht of versnapering en je kunt jezelf duurder en beter (vooral scherper) bestek veroorloven. Maakt mij in ieder geval gelukkig(er). (Beelden: prive)







Kom je van beneden de grote rivieren is dit blogverhaal vermoedelijk tegen dovemansoren gericht. Immers, de winkelketen waar ik het nu vol nostalgische gevoelens over heb kwam vooral voort uit de hoek van de grote ondernemers die klein begonnen, de Zaanstreek en alles wat daar boven verkeerde aan plaatsen en dorpen. Blokker, Albert Heijn, maar zeker ook Simon de Wit waren kerels die wisten wat ze wilden en dat uitrolden over (een deel van) het land. Simon de Wit startte ooit in Wormerveer waar hij kaas verkocht vanuit zijn eigen woonadres, later in een piepklein winkeltje. Dat werd al snel een concept en rond de eeuwwisseling bezat hij al filialen van zijn bedrijf in Zaandam en Amsterdam. Opvolgers voor zijn nog bescheiden keten kwamen veelal uit eigen familiekring, vaak een formule voor uitbouw en succes.
Simon de Wit zocht de onderkant van de markt. In 1937 had men al 100 filialen en werd die naam toch synoniem met een soort van supermarkt zoals we die later veel moderner en groter overal zouden tegen gaan komen. Concurrentie kwam van De Gruyter, toch iets hoger gepositioneerd en Albert Heyn. Simon de Wit werkte na de oorlog door met de formule die haar groot had gemaakt en bleek niet blind voor ontwikkelingen elders. Zo bedacht men een formule die je nu nog bij Lidl en Aldi aan kunt treffen, de verkoop van non-food-artikelen die via een provisieformule werden aangeboden door andere bedrijven dan de supermarkteigenaar zelf. Zo kwamen Zeeman, Blokker, Bakker Tapijt en wat radiozaken indertijd aan de extra omzet en handel.
Daarmee hield Simon de Wit haar risico klein en haar benodigde kapitaal in eigen huis. Toch bleek het niet genoeg om deze keten te redden van de ondergang. Want, wat Albert Heijn wel deed en Simon de Wit niet, was doorgroeien naar totaal nieuwe supermarktconcepten, afgekeken uit de Verenigde Staten. Simon de Wit bleef geloven in kleinschalig en vers, waar bij Albert Heijn de zelfbediening en voorverpakt al werden doorgevoerd. Een grote tegenslag voor het bedrijf kwam toen het centrale magazijn van de winkelketen in Zaandam anno 1970 door een grote brand werd verwoest. Het werd de nekslag voor de onderneming.
Albert Heijn zag er wel brood in om de hele toestand over te nemen. Daarbij kreeg men niet alleen de beschikking over een hele reeks nieuwe vestigingen maar ook over de distributieformule van Simon de Wit die bepaald dagen efficienter was dan die van de overnamepartner. Een tijdlang hield men nog wat Simon-filialen open, maar al snel werden ook die geintegreerd in de keten van A.H. of afgestoten. In dezelfde periode ging ook De Gruyter onder water en was het Nederlandse landschap op winkelgebied enorm veranderd.
Een winkellandschap dat tot dan nog bijna provinciaal aan had gedaan. Ik herinner me uit de jeugd nog wel dat bij ons om de hoek zo’n winkel zat van Simon de Wit, maar ook een van De Gruyter. En dat onze ouders daar selectief (op prijs of aanbieding)winkelden. Later werden dat AH-winkels en hadden alle losse ambachtelijke zaken in onze woonstraat afgedaan als beoogd koopadres. De bakker, kruidenier (Sperwer), slager, melkman, allemaal legden ze het loodje. Het was klaar. De concurrentie te groot en aantrekkelijkheid van prijs/kwaliteit toch als een magneet. Siimon de Wit verdween. Net als in onze dagen V en D en het recent geintroduceerde maar nu al mislukte Canadese warenhuis Hudsons Bay. En we kennen nu de Action. En raadt eens waar die vandaan komen? Juist! Ondernemers daar in Noord-Holland hoor!! (Beelden komen van internet/Wikipedia)