De Pijp…

De Pijp…

Een Amsterdamse wijk die van chique buurt naar volkswijk werd omgevormd en nu weer op weg is een van de vele yuppenbuurten van mijn stad te worden is de Pijp. In het zuidelijk deel van de stad gelegen kent deze wijk een bewogen historie die deels ook is verbonden met de geschiedenis van de buurgemeenten Ouder- en Nieuwer-Amstel. En met de naamgevende Amstel die aan de oostelijke kant deze wijk vol verschillende culturen nog steeds tot grens dient. De Pijp was ooit wat beperkter van omvang dan hij nu bestuurlijk is verworden. Stadsbesturen en deelraden maakten dat sommige straten het ene moment in Oud-Zuid behoorden te liggen, dan weer toegevoegd werden aan de Pijp.

Hoe dan ook, ooit was het grondgebied waar de woonwijk van nu al ruim 150 jaar op te vinden is gelegen in buurgemeente Nieuwer-Amstel. Een gemeente die ooit zelfs het bestuurlijk beheer uitoefende over heel Amsterdam, maar dit terzijde. Dat Nieuwer-Amstel kende wat agrarische bebouwing, sloten, vaarten, maar ook op enig moment de nodige luxe buitens. En die werden vaak bewoond door wat welvarender Amsterdammers die de toen nog veelal stinkende stad met haar vol vuilnis en kadavers gestorte grachten ontvluchtten en hier buiten de Veste Amsterdam hun heil zochten. Grond kostte nog niet zo veel, en zo kochten veel van die lui een landgoed dat soms wel een kilometer of 2 lang en honderden meters breed was.

Daarop verkavelden ze dan stukjes grond ten behoeve van kleine ambachtslieden die daar dan weer een kleine nering van wisten te maken. De patronen van de latere straten werden bepaald door de zandpaden en sloten die in dat hele gebied de verbinding verzorgden tussen Amstel en Boerenwetering die weer tussen stad en Haarlemmermeer afwatering verzorgde. Toen de stad Amsterdam groeide, de nieuwe economie met haar havens en handel in de 19e eeuw deed de stad opbloeien als nooit eerder, trok dat ook mensen aan van heinde en verre. Vaak immigranten uit de provincie. Drentenaren, Friezen, Groningers. En die wilden uiteraard net als nu allemaal een huis.

De parallel met nu is daarbij extra opvallend. Het toenmalige stadsbestuur zag wel iets in de expansie van de stad naar het zuiden toe en liet haar oog vallen op het gebied waar juist die rijkere Amsterdammers bij de buren onderdak vonden. Maar doordat het die rijkeren intussen minder goed ging en het proletariaat het steeds beter had, werd de strijd tussen de buurgemeenten uiteindelijk gewonnen door Amsterdam. Verkoop en ruil van grond en goederen maakten het gebied beschikbaar voor bebouwing met ellenlange straten vol etage-woningen. Veelal gelijkvormig en in hoog tempo gebouwd. Molens die tot dan de boeren dienden of de polders droog hielden werden gesloopt. Wetering werd gracht, de Amstel ingedamd.

Waar het kon behield men de oude bebouwing met name langs het water overeind, maar de tussenliggende straten volgden het patroon van veel voor weinig. De smalle straten, de redelijk kleine etagewoningen, winkels, handel, alles werd ingebakken in de wijk die door die smalle straten al snel de bijnaam De Pijp verdiende. Ambachtslieden, mkb-ers, arbeiders. Katholiek en protestants door elkaar, een levendige wijk. Goede scholen verrezen, een giga-kerk van Cuypers, de St.Willibrordus buiten-de-Veste en een nieuwe brug over de Amstel die Zuid en het ook al uitgebouwde Amsterdam-Oost met elkaar zouden verbinden. Begin 20e eeuw was de wijk af en zette Amsterdam stappen richting het volgende project dat door Berlage op poten zou worden gezet, het chiquere Nieuw-Zuid.

De scheiding van de Pijp en de rest van Zuid kwam eerst te liggen bij de huidige Tolstraat, later bij de Jozef Israelskade. De huizen totaal verschillend van elkaar, de huren ook van een andere orde. Na de Tweede Wereldoorlog was De Pijp nog een eldorado voor de arbeidersklasse en middenstand. Maar na de jaren zestig raakte de boel er in verval. Panden werden slecht door matig onderhoud en uitwoning. Oorspronkelijke bewoners weggetrokken, immigratie deed zijn invloed gelden. Dit keer van mensen uit andere landen en culturen. Verpaupering werd in de jaren 70/80 eindelijk stevig aangepast. Vernieuwde huizenblokken, de winkeliers verdwenen, veel garagebedrijven vertrokken. De lange straten werden rustiger van aard. Horeca kwam er voor in de plaats. Jongelui kochten beschikbare etages en knapten die op. De wijk weer levendiger, zelfs een beetje neo-chique. Wie er nu loopt ziet de veranderingen. Een leuke wijk met oude invloeden, nooit bedacht door de bouwmeesters van toen, want deze huizen en straten werden nooit gebouwd voor de eeuwigheid. En dat was bij sommige panden ook te merken. Bekende namen van bedrijven verdwenen. De hoofdstraten nu vol coffeeshops (echte, geen hash..) uitheemse groentenwinkels en bloemisten. De lange zijstraten winkelloos. Maar voor jongeren toch een leuke wijk. Helaas, ook hier…peperduur. Beetje etage van 45m2 kost je tegenwoordig 3.5-5.5 ton in Euro’s. Net of je terugkijkt in de tijd. Maar wel een wijk die een bezoekje waard is als je in onze stad op bezoek bent. (Beelden: archief)

Chique kunst

WP_20150618_012Eens in de paar jaar wordt het chique Amsterdam-Zuid omgetoverd tot een soort open kunstcentrum. Bepaalde straten en lanen worden dan voorzien van vaak enorme kunstwerken die door diverse creatieve lieden zijn gemaakt en door een commissie van wijze mannen en vrouwen uitgezocht om te mogen worden getoond tijdens een paar zomerse maanden. Het idee kwam een paar jaar geleden ineens omhoog toen omwonenden van de mooie boulevards en aangelegen woonstraten meenden dat het allemaal wel wat leuker of spannender zou kunnen. En men na lang studeren en vergaderen in staat bleek de eerste editie van ‘Art Zuid’ op poten te krijgen. Daarna volgden er meer. En hoe succesvol wil je het hebben. Van Amsterdammer tot toerist, van mensen uit de provincie tot wie ook, eenmaal hier langs gelopen ben je verslaafd. Mits je iets hebt met kunst natuurlijk. Wat het plezier groot maakt is dat de soms enorme grote kunstwerken staan in een erg rustige ambiance, waardoor hun evt. grandeur nog beter uitkomt.

WP_20150618_028Ook dit jaar is er weer een editie van Art Zuid en wij bezochten deze een week geleden samen met aangenomen blogzuster Thamara. Die ook vorige edities met ons bezocht en intussen ook kenner is geworden van het genre. Dit jaar misten we de vaak wat humoristische kunstwerken. Het is wat strakker en zakelijker allemaal, geen bewegende beelden ook, maar statische. Wel veel glitter en zwart. Enorme Micky Mouse achtige beelden, soms met een ondeugende twist, maar ook op afstand zichtbaar. We liepen er langs, fotografeerden de boel en genoten van wat Art Zuid in wezen is. Een enorm leuke gratis expositie in een van de mooiste buurten van onze hoofdstad. Aardig is dat je aan het einde van de route relatief simpel af kunt buigen en via het oudere deel van Zuid richting Amsterdam-Centrum kunt lopen.

WP_20150618_016Je kunt dan richting de bekende musea, de Albert Cuypmarkt als je dat leuk vindt, of op de tram stappen die je daar brengt waar je heen wilt. Art Zuid is verslavend en ik vind het persoonlijk een van de beste initiatieven die in deze stad ooit zijn genomen op kunstgebied. Laten we wel zijn, laagdrempelig kunst bekijken, aanraken, inschatten ‘wat het is’ als de kunstenaar zelf ‘geen titel’ vermeldt op het bijbehorende bordje, dan snap je als organisatie hoe je met kunst moet omgaan. Los van wat kleine vernielingen (barbaren zijn overal) heeft Art Zuid weinig te lijden van lieden die er niks van snappen. Dat geeft hoop. Want een volk dat geen echte kunst meer waardeert is in feite verloren. Zolang Art Zuid blijft bestaan heb ik het idee dat we in dit land soms nog op enig niveau functioneren. Aanrader van jewelste. Je kunt de kunstroute ook met de Metro of trein benaderen. Via Station Zuid. En dan loop je richting Hilton Hotel aan de Apollolaan. Kom je het vanzelf allemaal tegen.