
Vroeger was er een gezegde in autoland dat als je het merk kon verkopen waar ik voor stond, je daarna ‘alles kon verkopen’. Dan was ik dus geweldig geschikt geweest voor alle unieke producten, diensten, uitvindingen etc die mijn pad niet kruisten of die ik bewust heb genegeerd. OK, ik was succesvol in wat ik deed, had een soort natuurlijk talent en kan ook aardig babbelen, maar ik twijfel toch wel of dat gezegde enige waarheid bezat. Maar ik zie op het platform Linkedin bijna dagelijks dat daar mensen voorbij komen die voor lieden zoals ik de ultieme uitdaging zo maar op tafel weten te leggen.

Zij vonden namelijk recent het buskruit of het witte garen uit, hun training is zo uniek dat die gewoon zo te verkopen is, of ze venten een product uit waaraan een beetje B-to-B klant geen weerstand kan bieden. Althans dat is vaak de wonderlijke theorie van de lieden achter die oproepen. Altijd op zoek naar ‘Accountmanagers’ Fleetsalestypes, Rayon Managers of wat ook. Tegen een aardig salaris en met een auto van de zaak lekker het land rondrijden en al dat unieke spul aan de man/vrouw brengen. Ik heb er in mijn zakelijke jaren heel wat aan mijn bureau gehad.

De echte goede konden nog wel eens iets slijten. Vaak omdat je sommige mensen iets gunde, maar er zaten er ook tussen waar je echt moe van werd. Blijven proberen, maar dat unieke niet over kunnen brengen aan mij of mijn collega’s. Toch zaten er kanjers tussen. Ook op Schiphol maakte ik die mee. Beetje slijmen, wat pamperen, hapje hier, aanbiedinkje daar, vluchtje, uitstapje en ze kregen los wat ze bij jou zochten.

Maar als ik die aanbieders van al die unieke spullen of trainingen op Linkedin volg heb ik soms geen idee wat ze nou eigenlijk aan toegevoegde waarde te bieden hebben. Als Account-Manager is dat toch wel essentieel. Immers niet de afzender van dat unieke moet centraal staan, juist de koper wel. Die moet vanuit de WIIFM denken (What’s in it for me?) toehappen en dan moet je volgens mij met al dat unieke van die aanbieders wel sterk in je schoenen staan. Komt bij dat Engels tegenwoordig de voertaal lijkt te zijn geworden in veel branches. Je spreekt weliswaar in Nederland met elkaar maar de Engelse termen vliegen over en weer bij zo’n ‘Salestalk’. Ik sprak en spreek die taal ook best aardig, maar liefst toch over de grens waar het nodig is om met buitenlandse relaties te OH-en. In ons land was en is de voertaal nog steeds Nederlands. Het waarom van al die buitenlandse termen ontgaat me dus vaak.

Maar ja, UITVERKOOP is tegenwoordig FINAL SALE, dus ook de gemiddelde consument gaat mee in die gekte… Vooralsnog zie ik weinig verbetering in uitvindersland qua marktgericht denken en vakbekwaam handelen. Het witte garen en buskruit (gun powder) moet nog steeds worden verkocht door anderen, en de uitvinder zelf blijft thuis. Wachtend op de resultaten die anderen voor hen behalen. De uitvinder met de kennis van zaken rond het aan de man/vrouw brengen is zeldzaam. Maar als…dan vaak heel succesvol. Misschien toch eens wat training daar op los laten…..? Wie kan dat voor me verkopen dan? (Beelden: Internet/archief)







Ja mensen, ik kom er soms best graag, rommelmarkten, door het hele land heen. Veelal slechts als bezoeker en evt. koper van voor mij interessante zaken. Maar soms ook een beetje als ondersteuning voor de vrouwen in mijn leven die er qua verkoop wel hun roeping van lijken te hebben gemaakt. Die kunnen dan dagen van te voren al vol spanning dozen vullen met spullen die in beider levens overbodig zijn, net niet rijp voor de kringloop en soms zelfs nog in buitengewoon goede staat. Mijn bijdrage aan het geheel is vervoer en algemeen vermaak. Het waarom leg ik u graag in de komende zinnen van dit verhaal uit. Aan de verkopende kant krijg ik zelf vaak moordneigingen. Dat is een slechte eigenschap voor een verkoper, maar het komt door het gedrag van sommige mensen aan de kopende kant. Die regelmatig in staat zijn splinternieuwe zaken (met de kaartjes er nog aan) op te pakken, vol interesse te bekijken, te vragen naar de prijs (als we die er als service al niet op hebben gezet) en daarna te beginnen met bieden op een manier die aan het gezonde verstand van betrokkenen doen twijfelen. Of aan de wil om echt een zaak te doen. Ooit verkocht ik zelf auto’s. Simpel verhaal. Je had echte kopers, mensen met een serieuze wens tot aanschaf van een nieuw of ander vervoermiddel, je had ook mensen die alleen maar langs kwamen om hun eigen tweedehands vehikel te laten taxeren en je had de ‘zeikerds’. Ik noem ze even zo omdat dit de mensen waren die kennelijk te veel vrije tijd en te weinig hobby’s hadden.
Vaak laat in de middag nog even binnenstappend, zaken te oreren die ze net uit de meest recente uitgave van AutoVisie hadden gehaald over een van jouw merken, maar waar je verder niet zoveel mee kon. Behalve veel tijd aan vuil maken. Wat ik op het laatst niet meer deed. ‘Ga even naar huis man, denk er nog even na en kom terug als je serieus bent’. Maar dan verpakt in keurig nette diplomatieke termen. Slechts een enkele keer mikte ik echt iemand fysiek de deur uit. Die ging voorafgaand aan mijn verwijdering onder een van de opgestelde auto’s liggen en begon het het hele ding luidkeels en onder gehoor van andere showroomgasten af te breken op basis van wat hij de avond er voor van iemand bij de TROS-Autoredactie had gehoord. Toen kon ik me niet beheersen en mikte de man de deur uit. Dat zelfde gevoel krijg ik bij hen die op rommelmarkten menen dat de verkoper niet goed snik is als hij bijvoorbeeld een hele euro durft te vragen voor een artikel dat zelfs bij de goedkoopste discounter nog voor een tientje moet worden aangeschaft in mindere kwaliteit. Vrouwlief is er onverwacht goed in. Die kan er tegen. Al begint ze haar grenzen van geduld ook te verleggen als er weer eens een allochtoon voorbij komt die zelfs op die ene euro nog 90 cent wil afdingen. ‘Gewoon laten liggen, niks voor u’ is de zin die nu tegen haar gehemelte kleeft als er weer eens iemand alles op pakt en alleen maar bezig is met de handel verpesten.
Onlangs waren we weer eens op een (grote en drukke) rommelmarkt, van de kofferbaksoort. Het was mooi weer, veel mensen, enorm breed aanbod aan handel. En het patroon was gelijk aan het hiervoor geschetste. Mijn dames gezelschap was druk. Ik hield de boel wat in de gaten. En observeerde. Van mijn eigen meegenomen spullen werd maar liefst voor E. 1,50 verkocht. Alles was te duur, niet interessant, elders goedkoper of wat ook. De spullen van de dames gingen gelukkig wel lekker de dozen uit. Maar ik snapte soms het geduld niet. Toen ik zelf een paar keer rond liep hoorde ik overal hetzelfde. De verkopers klaagden over het publiek en de biedingen, de kopers hadden tassen vol spul en pochten over bedongen koopprijzen. Is dat nu de typische lol van rommelmarkten? Ik kijk zelf naar een prijs als ik iets zie wat leuk is, lijkt het mij wat betaal ik die prijs. Klaar! Beter wat te duur dan niet te koop toch? Wat ik zelf die bewuste keer aanbood heb ik elders nergens gezien. Dus was leuk, goed van prijs en aardig van aanbod. De volgende die zegt dat het anders is komt in aanmerking voor wurging ter plekke…. In Mei de volgende sessie…..Op een voor ons bekendere locatie. Eens zien hoe het daar gaat…