Queen…

Queen…

De huidige afbeelding heeft geen alternatieve tekst. De bestandsnaam is: constellation-ph-fle-ehle-060704-pict1020.jpg

Zelfs voor mij als oudere spotter was de Lockheed Super Constellation al een klassieker van jewelste in mijn jonge jaren. Immers, de eerste straalverkeersvliegtuigen als de Comet, Boeing 707, DC-8 of Tupolev Tu-104 waren toen al regelmatige gasten op onze nationale luchthaven en die oudere propliners werden steeds meer naar het twee plan gedirigeerd. Maar feit is wel dat die door Lockheed in nauwe samenspraak met miljonair Howard Hughes ontwikkelde Lockheed’s toestellen waren van een ongekende schoonheid en ook in staat bleken tot bijzondere prestaties.

De huidige afbeelding heeft geen alternatieve tekst. De bestandsnaam is: image-1-kopie-2.png

Heel anders dan de werkpaarden van Douglas en de indertijd altijd wat botte benadering van Boeing (ik geef mijn prive mening op dat punt) waren deze Lockheed propliners prachtig van vorm, elegant bijna en waren zij zeer onderscheidend met de drie ovale en zo kenmerkende kielvlakken in de staart. De geweldig krachtige turbo-compoundmotoren leverden elk een 3200-3500pk en gaven de machine een voor die tijd prima kruissnelheid van 550km/u. Rustte je de machine uit met twee extra benzinetanks aan de vleugeltips was de Super Connie zoals zij vol liefde werd genoemd, in staat direct van Amsterdam naar New York te vliegen.

De huidige afbeelding heeft geen alternatieve tekst. De bestandsnaam is: lkb-spl-dateunk.jpg

Ook op andere extra lange lijnen kwamen de Super Connies prima van pas en heel wat passagiers uit die periode hebben er goede herinneringen aan. Nu was het wel zo dat de technische ontwikkelingen binnen de luchtvaart min of meer parallel liepen. Er waren fabrikanten die met deze ultieme propliners druk waren, andere kozen voor de best wat ‘onbetrouwbaar’ geachte straalmotoren aan de gang en weer andere zetten in op straalmotoren met een propeller als voorstuwing, de zogeheten turbo-props.

De huidige afbeelding heeft geen alternatieve tekst. De bestandsnaam is: lockheed-l1049g-breitling.jpg

Wie net als ik herinneringen koestert aan het Schiphol van de jaren 60 weet dat al deze vormen van aandrijving daar door elkaar te zien waren. Het was maar hoe progressief de directies van luchtvaartmaatschappijen waren waar het ging om de keuze van het type vliegtuig voor hun wereldnet. In de VS koos men overwegend voor de straalmotor. De Britten waren na hun debacle met de Comet uit de jaren 40 overgeschakeld op de Turboprop en bij de Russen zag je het leunen op twee gedachten. Lockheed hield heel lang vast aan de traditionele zuigermotor. En koos daarbij voor de turbo-compound versie waarbij uitlaatgassen nog een keer door een turbo werden heen gehaald, verdicht en daardoor zorgde voor extra pk’s. Met name de Super Constellation en de DC-7C van KLM benutten deze technologie. Prima systeem, maar ook wat gevoelig voor storingen.

De huidige afbeelding heeft geen alternatieve tekst. De bestandsnaam is: 212614-lockheed-constellations-klm-mothballed-60s-spl-o-scan10037.jpg

En de Lockheed kwam net als die Douglas nog wel eens binnen op drie i.p.v. vier motoren, nooit een lekker gevoel al vloog de machine ondanks dan prima door. KLM parkeerde haar Constellation vloot begin jaren zestig al op een terrein aan de Zuidwest kant van Schiphol. Ze bleken nauwelijks verkoopbaar al waren de meeste vliegtuigen maar een paar jaar oud. Een enkel exemplaar kwam terecht bij ‘bijzondere’ charterbedrijven, maar de meeste machines werden gesloopt. En dat wereldwijd. Later zouden er vliegtuigspotters geboren worden die de grote Boeing 747 tot hun ‘Queen of the skies’ zouden benoemen. Maar die hadden zelfs geen weet van die slanke Lockheed die deze titel met veel meer verve verdiende. Ik wil ze er soms wel eens op wijzen…. Fijntjes, dat spreekt, terwijl ik in aanbidding kijk naar mijn vloot model-Connies en Super Connies….. Wat een schoonheid, welk een elegantie. Wat was ik een klojo toen ik de laatste exemplaren indertijd afdeed als ‘ouderwets’. En zo zal het later ook weer gaan. Er komen vast luchtvaartgekken als ik die ook de Boeing 747 zien als relikwie uit een andere eeuw. En gelijk hebben ze….. (Beelden: Archief/Yellowbird)

The real queen…

The real queen…

En dan bedoel ik niet de charmante Maxima of die schaduwkoningin (Rietz) uit het Haagse maar een vliegtuigtype dat deze (bij)naam met verve verdiende. De Lockheed (Super) Constellation. In haar dagen net zo modern en vooruitstrevend als de Boeing 787 Dreamliner van nu. Een vliegtuig dat hoger en verder kon vliegen dan haar concurrenten en een stuk ontwikkeling dankte aan multimiljonair en uitvinder Howard Hughes. Voor ‘zijn airline’ Trans World Airlines zocht die een vliegtuig dat veel meer comfort bood en transcontinentaal binnen de VS kon vliegen. En dat alles al voor WO2 uit zou breken. Bedenk maar eens dat een deel van de toenmalige luchtvloot van maatschappijen uit die tijd nog werd opgebouwd met houten frames en bedekt met geimpregneerd linnen.

De Constellation was dus een toestel uit een andere dimensie. Helaas kwamen de eerste Connies vooral in gebruik bij de Amerikaanse strijdkrachten toen de oorlog een feit was en moesten de burgermaatschappijen (waaronder KLM van Plesman) die aanbetalingen deden op hun eerste exemplaren wachten tot na de oorlog. Plesman wist al snel een stel van zijn bestelde kisten los te weken en startte met die fraaie machines vluchten naar Indie en later New York. Anders dan de ook binnen gehaalde Douglas DC-4 had de nieuwe Constellation een drukcabine en kon dus boven het weer uitklimmen en was ook aardig snel.

Je vloog al vlot met 500km/u door het luchtruim. Latere versies van het basismodel reikten nog verder en waren in staat om met lading aan boord enorme afstanden af te leggen wat voor KLM dat indertijd tegen een boycot aanliep van veel islamitische landen vanwege de ‘Politionele acties’ tegen de extremisten van Soekarno, goed uitkwam. De meest zuidelijke route die men non-stop kon vliegen was normaal gesproken te veel gevraagd van de machines en bemanningen maar KLM klaarde het klusje met dank aan de Connies. Begin jaren 50 kwam uiteindelijk de Super Constellation op de markt. Een prachtig vliegtuig dat een verlengde romp koppelde aan andere vleugels, sterkere motoren (3400pk elk) en vierkante ramen in de romp. Met deze machines kon ook KLM haar lange routes extra comfortabel uitvoeren.

Meest bekend werden de Super-Connies met extra tiptanks waarin je nog eens 2.500ltr brandstof elk kon meesjouwen. De machines bleven een paar jaar bij KLM in gebruik tot ze werden afgelost door de DC-8 straalmachine en de meeste propliners van dit Lockheed-type een roemloos einde vonden bij charterbedrijven, vrachtvervoerders of zelfs werden gesloopt. De afschrijving op die relatief jonge vloot was daardoor best groot. Een fraai boek over deze prachtige machines vond ik eind september en las het in een adem uit. Geschreven door Giesbert Oskam en Dr. Roger Soupart krijgen we via de tekst en de afbeeldingen een prachtig beeld van hoe die Connies ons nu nog bezighouden. Een enkele machine van dit type werd door het Aviodrome naar Nederland gehaald. Ik heb er zelf nog eens financieel aan bijgedragen om dat doel te verwezenlijken. Helaas was de Connie al snel uitgevlogen maar staat hij nu in de hoofdhal van het museum op Lelystad te glimmen en vertelt een prachtig verhaal over een even fraai ontwerp. Het boek, onder de titel De Lockheed Constellation – een legende van schoonheid, kent ISBN-nummer 90-9025068-4 en werd met dank aan het Aviodrome uitgegeven. (beelden: Archief)