Uniform…

Een van de zaken die ik vanuit de geschiedschrijving zoals ik die hier elke zondag voor u neerleg toch weer terug kreeg in de herinnering was de toenmalige voorliefde voor ‘uniformen’. En dan bedoel ik niet die officiele en voor de politie of pakweg douane of KLM-vliegerkorps verplichte kleding, maar meer die zoals hoorde bij uitstraling en positie in de branche waar je werkzaam was of bent. Dat uniform van toen was het kostuum. Inclusief stropdas. En liefst elke dag iets anders. Toen ik onlangs voor een gelegenheid weer eens een stropdas tevoorschijn moest toveren schoot me te binnen dat ik tegenwoordig nog hooguit drie of vier keer per jaar een dergelijk kledingstuk om de iets uitgedijde nek strop. Een kostuum draag ik ook zelden meer en ik voel me daardoor toch een soort van bevrijd. In die vorige werkkringen was het kostuum verplichte kost. Zeker als je omging met relaties in het buitenland liep je er bij om door een Hollands ringetje te halen. Altijd schone overhemden mee, bijpassende sokken en gepoetste schoenen. Dat deed men daar ook, dus het was raar om er als een vent in zijn vrije tijd rond te hobbelen. Zou niet op prijs zijn gesteld.

Pas de laatste jaren zien we de trend van losse boorden, jeans, skinny jasjes en niet al te glimmende schoenen bij mannen. Ook als ze zaken doen. Kennelijk vinden we dat heel normaal en ik geef toe, zelf doe ik niet anders. Toen ik van de autobranche wisselde naar de wereld van de communicatie werd het colbertje op de jeans bij een wat sportiever overhemd norm. Een das was niet nodig, zelfs raar en daar paste ik mijn kleding op aan. Nu alweer bijna 20 jaar hetzelfde. Netjes maar niet overdreven. En nooit uniform. Dat gold indertijd overigens ook voor de stropdassen. Ik had ze in alle soorten en maten. Met opdrukjes, aangepast voor de gelegenheid droeg ik ze met vliegtuigen als onderwerp, of auto’s en uiteraard ook die dassen die waren uitgerust met een logo van het gevoerde of verkochte merk. Als steun en toeverlaat diende dasspelden. Ook al in verschillende soorten en maten. Soms met Laurel en Hardy als afbeelding, als ik iets vrolijks wilde uitstralen, een andere keer strak en zakelijk met het logo van mijn geliefde merk.

In de afgelopen jaren draag ik veelal een speld met een subtiel aangebrachte vulpen als toevoeging. Je bent breedschrijver of niet natuurlijk. Al die zaken mengen zich tussen verleden en heden. Veel van mijn toenmalige ‘uniformen’ gingen later richting kringloopwinkel of anderszins. Niet meer in gebruik en met een of twee kostuums in de kast kom je al een heel eind. Ik ontdekte toen ook dat ik wel erg veel keuze in de kast had hangen. Donker was overigens wel de norm. In de zomer net even vrolijker kleuren. Ook een soort VVD-look, double-breasted blauw jasje en grijze broek. Het kon en moest. Wat beb ik blij dat dit alles niet meer hoeft. En dat je tegenwoordig toch wat eenvoudiger gekleed door het leven kunt. Zal de huidige generatie zakelijke lieden deugd doen. Wat ik nu weer zie is dat veel van die lui als ze al een pak dragen van die wonderlijke overhemdboorden met teruglopende punten dragen. Waardoor de stropdas niet alleen de knoop laat zien maar ook een deel van dat wat om de nek geknoopt zit. Terug naar heel oude tijden. Die van de bovenklasse die dit droeg in combinatie met een hoge hoed. Dat onderscheidde van de werkende klasse die altijd petten droeg. Blijk ik toch een beetje een tussengeval, want ik draag tegenwoordig eigenlijk altijd een sportief petje. Mijn eigen uniform. Mijn eigen smaak. Vast niet goed, maar tenminste niet uniform…naar de verklaring van het woord dan. (Beelden: Yellowbird archief/persoonlijk)

De H van Hoogwater..

Bij deze kop zal menig lezer(es) letterlijk denken aan hoogwater veroorzaakt door het veranderende klimaat of doordat plotsklaps een of andere dijk het begeeft. Ik erken meteen dat die dubbele betekenis ook mij niet is ontgaan, maar ik wil het toch graag hebben over iets anders. De lengte van broekspijpen. Bij mannen. Hoogwater als in, dat je ziet dat een broek feitelijk te kort is. Dat zie je in het dagelijks leven nog weleens. Een enkele keer omdat iemand als Jort Kelder ons wil doen geloven dat dit een soort dandy-mode is, maar vaak ook omdat mannen ook nog nogal eens te weinig letten op details. Zo is een te korte broekspijp in combinatie met even te korte sokken in sommige culturen een bewijs van disrespect voor de omgeving. In de VS wordt je in het zakenleven geacht sokken te vervangen door kousen die niet afgezakt raken en bijna tot je knie reiken. En dat je een broek aantrekt die netjes in de plooi verkeert en stevig op de schoenen rust. Nu ook weer niet zo dat er 10 centimeter ongebruikte stof ligt te kreukelen op die schoenen, maar wel zodanig dat er contact is tussen broek en schoen.

Nou, hoor ik lezers denken, dat is toch geen probleem? Nou nee, niet als je maatkleding bestelt en aangeeft wat je wilt. Kost iets, maar dan heb je ook wat. Bij confectie, 85% van ons mensen koopt dat, ligt dat toch een stuk anders. De ene lengte is de andere niet. en dan heb ik het niet over bewuste en vooral in de zomer gebruikte driekwartbroeken of zo hoor. Neem nou mijzelf als lijdend voorwerp. Onlangs weer meegemaakt. Uitverkoop bij een keten die niet al te goedkope dames- en herenkleding op de markt brengt. Een donkere jeansbroek zou me passen en ook een bruine gezien de vele jasjes in die kleur waarmee ik de boel dan kon laten combineren. De donkerblauwe had maat 34/34. In mijn geval meestal aantrekken en direct goed zitten. Niets meer aan doen. Ging op voor de donkerblauwe. Opgelucht, wij mannen zijn niet zo van de pashokjes, trok ik de blauwe uit en pakte de bruine. Zelfde merk, zelfde winkel, zelfde maat. En wat bleek, de broek hield op de schoen ik denk 20cm over. Zelfs het omhoog trekken tot voorbij de navel zorgde nog steeds voor te veel stof. Die werd het niet, het waarom is duidelijk, maar niet het antwoord waarom die broeken zo enorm in lengte verschilden.

Omgekeerd is het me ook weleens overkomen. Bij een bekende Duitse winkelketen die ook hier al jaren actief is. 34/34? Hij hing er.  Ik trok hem aan en vond dat hij prima zat. Tot ik thuis met die broek aan ontdekte dat de pijpen eigenlijk te kort waren. De boel trok op zodat een deel van mijn enkel en blote kuit in beeld kwam. Rara hoe kon dat. Gelukkig had mijn polderzus een of andere slimme naaimachien en wilde die de boel wel even ‘uitleggen’. Ik zat er in mijn strakke zwarte boxer naast en naar te kijken. Nu is ook die broek weer op orde. Geen Hoog Water meer. Maar het kan verkeren in modeland. Zeker als mannen ook nog eens witte sokken dragen. Pfff.. Hoe zijn jullie ervaringen op dit gebied??? Ik ben er echt benieuwd naar. En zijn er nog meer betekenissen voor dat begrip Hoog Water? Heb ik iets gemist? (Beelden: Internet en auteur)

Vrouw, moeder, sleur….

De moderne kleding maakt dat vrouwen er vrij lang vlot en mooi kunnen blijven uitzienAls meninggevende observator van het dagelijkse valt mij op hoe veel vrouwen van naar carriere snakkkende jonge dames en soms geweldige modellen of minnaressen kunnen veranderen in naar adem happende en in de sleur terugzakkende mensensoorten. Waarbij het lijkt of elke vorm van intelligentie en warmte voor hun partner is verdwenen zodra ze kinderen hebben gekregen. Natuurlijk, hormomen, de ingebouwde bioklok, het verlangen te zorgen voor…. Maar moet je er dan zelfs als die kinderen een beetje aan het uitgroeien zijn nog steeds uit zien als je eigen moeder of oma een halve eeuw geleden? Hoef je ineens niet meer vrouwelijk te zijn omdat je moeder werd? En dat proces lijkt over het algemeen niet te stuiten naarmate de leeftijd groeit. Van moeder wordt je huishoudster, en als je niet goed oplet vervalt je huwelijk in een sleur waaruit vrijwel niet meer te ontsnappen valt. Nu hoor ik meteen de enorme storm van kritiek uit de kelen van alle dames opstijgen die zich aangesproken voelen en direct beargumenteren dat hun mannen (of partners van hetzelfde geslacht) niet voelen wat zij voelen en dat ze naast de kinderen ook nog eens de zorg voor het huishouden hebben. Dat manlief na zijn werk best nog even kan helpen met het huishouden, de luiers verschonen, de vuilnis buiten zetten, stof kan zuigen en wellicht daarna (het is intussen half elf) op de bank kan gaan slapen opdat moeke zelf ook even  een keer ongestoord kan pitten.

5089667 ‘Dat gedoe’ hoeft voorlopig niet meer en als manlief niet aan dat verlanglijstje kan voldoen, moet hij het voor de rest van zijn leven maar helemaal vergeten. Nu veralgemeniseer ik het natuurlijk, ik weet het wel. Op de 1000 moeders zit er vast een uitzondering die niet vergeet dat ze ook nog getrouwd is omdat ze zoveel van haar partner hield en dat de wederzijdse verplichtingen niet de hoofdzaak zouden moeten zijn in het opgaveboekje voor het bijhouden van een leuke relatie. Die kleden zich nog wel vrouwelijk, desnoods gaan ze sporten om de extra kilootjes er af te halen, lachen vrolijk en zijn blij als ze weer eens leuk uit kunnen gaan. Dan trekken ze iets spannends aan, trekken leuke kousen en pumps aan in plaats van platte zolen in gezondheidsschoenen inclusief sportsokken en spuiten die parfum weer eens op die ze sinds de trouwdag nog ergens onder het stof hadden staan. Die andere 999 vrouwen kijken er met een opgetrokken neus naar. In hun joggingbroek met hangend kruis, dat vormloze shirt en het uitgewassen ondergoed daaronder. De kapper zoekt  die brede groep niet meer op, want een echte moeder werkt niet aan zichzelf, die is bezig met en voor de kinderen.

OLYMPUS DIGITAL CAMERAEen op de drie huwelijken strandt na een jaar of zeven. Vaak nadat de kinderen zijn geboren en alle aandacht vroegen of vragen. Dus, een en een is twee. Oproep aan alle vrouwen, kinderen zijn leuk, maar als ze je helemaal opvreten en je niet meer weet waardoor je ze kreeg en van wie, wordt het tijd voor drastische maatregelen. Werk aan jezelf, je relatie en als het moet stop je die kinderen tijdelijk even in het bezemhok. Ze krijsen toch wel. Gnnnnrrrhhhhcc….o sorry, ik was in slaap gevallen en droomde van een ideale wereld. Zal nooit komen. En dus kan ik blijven observeren en zien waar en bij wie het verkeerd gaat…..