
Een simpele naam, een ‘keep it stupid simple’ concept. Nou ja, simpel, de lijst aan broodjes is bij de Hoornse horecazaak van Jan bijna oneindig. Echt van alles en nog wat is er te vinden en die keer dat wij hem vorige maand bezochten stond hij alleen in zijn zaak en deed naast het klaarmaken van al dat lekkers ook nog even de bediening binnen en buiten. Wij waren in die Noord-Hollandse stad gewoon maar wat op bezoek om diverse verschillende redenen en kregen best trek na al het gewandel in de historische straten van het centrum en langs de haven. Dus dan zoek en vindt een beetje hongerig type als wij onderweg al snel zijn, onze weg en ontdekten deze verrekt leuke zaak van Jan.

Eenvoudig ingericht, maar zeer ruim, met terras voor de deur aan de Grote Noord (45) in Hoorn. Eigenaar Jan zat eerst een pandje verderop, maar koos er vijf jaar geleden voor om groter te groeien en zijn oog te laten vallen op dit pand waar wij binnenstapten. En daar hadden we geen spijt van. De menukaart is als gezegd omvangrijk, pagina na pagina aan broodjes van alle soorten en maten (drie formaten) vers gebakken, beleg zo gek je kunt denken en bepaald betaalbaar.

Ook lekkere koffie en dito thee, keurig uitgeserveerd met van alles er op en aan. Wij zaten er op maandagochtend, dan zijn de meeste omliggende winkelstraten leeg omdat men hier nog een maandagsluiting kent, maar Jan is als een van de weinige middenstanders gelukkig open. En wij aten er zalige broodjes. Carpaccio met allerlei toevoegingen voor de smaak, brie, wit en bruine pistoletjes, het was een waar genoegen. De gelegenheid ademt als gezegd een redelijke simpele inrichting, maar je zou hier met een buslading mensen altijd een plekje kunnen vinden. Minpuntjes? Ja, het enkele toilet voor mannen en vrouwen (en tussenvormen), waar het papier ook niet echt op orde was. Maar dat is dan ook echt het enige. De prijs/kwaliteitverhouding is hier top en de eigenaar uiterst correct en klantvriendelijk. In je eentje een zaak runnen die ook nog eens veel afhalers kent…petje af. Overigens doet Jan niet aan frituur, dus geen broodjes kroket of zo. Maar de keuze is verder zo groot dat je die echt niet mist. (Rapportcijfer: 9) en de beelden komen uit de eigen iPhone…


Nadat de medische molen als resultaat en conclusie opleverde dat ik in een redelijke conditie verkeer maar dat ik wat moet letten op mijn cholesterolniveau startte ik zelf maar met een soort van dieet wat moet zorgen voor verlaging van alles behalve al te veel leefgenot. Dus ook geen alcoholische drankjes meer, geen suiker in de thee, en verder minder, minder minder van alles wat ik normaal naar binnen werk(te). En dat wordt dan automatisch vast ook gemerkt door onze favoriete hoofdstedelijke banketbakker Kwekkeboom waar we voorheen erg graag na een stevige wandeling neerstreken voor een bakkie thee met een lekker broodje kroket (vrouwlief neemt steevast iets anders…). Die kroketten van deze lui zijn nationaal beroemd en dat zit hem toch in de vulling en structuur. Een lekkernij waarbij mij de tranen uit de ogen lopen als ik eraan denk dat ik die nooit meer zou mogen verorberen. Een kroket is natuurlijk een in het vet gebakken ding, vol vlees en saus, wat zout plus nog zoiets en goed heet gebakken (krokant maar niet te bruin) zijn ze het lekkerst. Een genoegen! Tot mijn besluit om op dat minder-minder-minder te gaan zitten, waren we toch tenminste een keer per week te gast bij die lui. Dat hakt er in. Zet het nu vermijden ook zoden aan de dijk? Vast niet, maar symbolische beslissingen zijn ook van waarde.
Het is trouwens opvallend hoe wij Nederlanders met die kroketten omgaan. De meeste van die dingen worden genuttigd bij een snackbar, liefst lopend op straat, en dan maar proberen tong en binnenkant gehemelte niet te verbranden. Daarmee is de kroket al decennialang een arbeidersgerecht geworden terwijl het ooit, lang geleden alweer, meer iets was voor de hoge heren en dames, als gerecht tussen voorspijs en hoofdgerecht. En je had ook heel wat verschillende soorten weet ik nog. Als kind maakte ik mee dat mijn moeder bij een heel bijzondere gelegenheid nog trakteerde op garnalenkroketten, dat was echt iets aparts, en dat at je echt niet met je handen of zo. Daar werd met mes en vork van genoten. Tegenwoordig is die kroket een lunchgerecht. Ik heb vaak aan mijn buitenlandse gasten van toen moeten uitleggen wat dat voor dingen waren, wat erin zat en hoe het smaakte. Goede exemplaren werden naar waarde geschat. Hoe donkerder gebakken en hoe meliger gevuld, des te minder enthousiasme.
Wij Nederlanders zijn er in ieder geval gek op. Iedere vaderlander eet er 22 per jaar. In totaal worden er 350 miljoen per jaar gemaakt. Een deel van de kwaliteit waar ik zelf zo van hou. Maar nu even niet. Ik moet afzien, lijden, hongeren, houtjes bijten…. Daarom wellicht dit smakelijke blogverhaal. Voor hen die er straks lekker in bijten, ga je gang. Eet smakelijk en denk aan mij….