Leven met de vliegende pijl – 3 – Reizen en trekken….

Voordat ik chronologisch nog even verder ga met beschrijven van al die Skoda’s die mijn leven beheersten (..) wellicht even goed om aan te geven waaraan die eerste auto moest voldoen en wat er zoal mee werd gedaan. Natuurlijk diende hij voor het woon-werkverkeer dat in die dagen nog vooral plaatsvond tussen de nieuwe Amsterdamse wijk Bijlmermeer en mijn werkplek op Schiphol. Maar we deden er flink meer mee. Ritjes naar en in Duitsland waren in die jaren ook al regelmatig aan de orde van de dag, week of maand. We hadden er familie wonen van mijn vrouw en die zetelden allemaal in het Ruhrgebied. Dus we gingen nog al eens op en neer. Maar ook een vakantietripje naar Moezel en Rijnland werd met de rode Tsjech keurig, zuinig en veilig uitgevoerd. Hellingen waren soms best een uitdaging, maar met vier man en een pak bagage kwamen we altijd boven en vertraagden ons op de motor en het gescheiden remsysteem ook weer veilig een weg naar beneden. Ook al was de auto in die jaren gevoelig voor onderhoud, ging er van alles en nog wat aan stuk (niks bijzonders in die dagen, want de meeste wat goedkopere auto’s waren zo in elkaar gestoken dat je bijna constant bij de garage stond..), als het er op aan kwam deed de ‘rode’ wat ik er van verwachtte. (Foto: De gele Skoda S100 die ik gebruikte van 1973-76 was van een heel andere orde dan zijn rode voorganger) 

Twee keer stond ik er in de 2,5 jaar gebruik onderweg mee stil. Een keer vlak bij Amstelveen toen een klein palletje van de rotor in het ontstekingssysteem afgebroken was. Precies halverwege werk en thuis. De wegenwacht kwam en repareerde het onderdeeltje met plakband. Ik kwam er mee thuis en de volgende dag naar de dealer. Onderweg in Duitsland staakte op enig moment het gaspedaal elke functie. De gaskabel (jaja, toen ging dat nog zo..) was precies bij het mechaniek achter het pedaal los geschoten. Met wat moeite en gevloek kon ik dat zelf repareren. Verder deed ik met de rode Skoda nog het een en ander voor het werk. We hadden indertijd nog wel eens wat te doen in Maastricht en dan reed ik met de rode Tsjech even op en neer. Er stond een aardige onkostenvergoeding tegenover, en dan kwam je met die Tsjechische auto’s aardig uit. Met de tweede Skoda, een okergele, die ik vanaf de zomer van 1973 tot mijn beschikking kreeg na inruilen van de rode, ging het eigenlijk precies hetzelfde als bij die eerdere S-100. Met een verschil. Of het nu in de kleur zat of in verbeterde kwaliteitszorg in het Tsjechische Mlada Boleslav, die gele auto was bijna een klasse beter. Hij reed fijner, was absoluut pechvrij, roestte minder en was op een of andere manier veiliger. (Op de foto met de rode Skoda in 1972 samen met de opa van mijn vrouw met wie ik een prima band had. Samen in Bottrop (D)) 

Toch ging ook hierbij de kilometerstand vrij hard omhoog, zodanig zelfs dat ik na een jaar of 2,5 weer dacht aan opvolging. Nu moest er maar eens een luxe en snelle versie komen. Skoda had die in huis met de S-110LS, een auto met een 1100cc motor die men wat had opgepept en die extra luxe was uitgerust. In de neus zat o.a. extra verlichting, die vooral goed was om anderen even een signaal te geven dat je er met de Skoda langs wilde. De auto bezat zelfs interval op de ruitenwissers……Kortom, een aantrekkelijk auto voor een Skodafreak zoals ik. Nieuw was hij wel wat boven budget, maar met wat steun van links en rechts uit de familie en het nodige gespaarde eigen geld kwam de nieuwe okergele LS medio 1976 in gebruik. Het was precies een jaar voor de opvolger van deze reeks zou worden verkocht, maar dat wist ik toen nog niet. Met de LS voelde ik me King-of-the-road en gedroeg me ook zo. De auto was vlot genoeg om er mensen mee te jennen die in langzamere modellen voortbewogen en de kleur opvallend genoeg om anderen te irriteren. Toch bleek het een prima wagen, die nog eens extra was uitgerust met een geweldige radio en zelfs bij bestelde mistlampen onder de voorbumper. (Foto: De S110LS uit 1976 was een lekker opgetuigd exemplaar dat buitengewoon goed reed) 

Al dat licht in een keer aanzetten was niet zo handig, want dan stotterde de motor onderweg…..Werd later trouwens keurig door de dealer opgelost. Die had ook op voorhand de startmotor voorzien van een andere (Bosch)bendix, waardoor uitval van die dingen niet meer kon plaatsvinden. Een euvel dat ik bij beide voorgangers wel had meegemaakt en kennelijk een echte Skoda-typische storing was in die periode. Het was een genoegen om met de LS op de Duitse Autobahnen of Franse snelwegen te rijden, plankgas reed je de wijzer zowat uit de teller en dan wees dat ding echt iets van 170km/u aan. In het echt zal het wel iets minder snel zijn geweest, maar voor een Skoda uit die dagen was het supersnel. Jammer was wel dat de ook extra ingebouwde oliekoeler telkens zorgde voor flinke lekkages. Op een ritje naar Parijs raakte het blok zowat compleet leeg. Werd de motor warm liep het smeerspul zo langs de afdichtingen…Werd later afgekoppeld, probleem opgelost! Wordt vervolgd. (Beelden: Yellowbird archief – Alle teksten zijn eigendom van de auteur) 

8 thoughts on “Leven met de vliegende pijl – 3 – Reizen en trekken….

    • Mensen raken nu al van de leg als ze een raar rammeltje horen. Toen kreeg je die er gratis bij in sommige merken. De kwaliteit van het gebodene is echt heel veel beter geworden. Dat is overal aan te merken. Mede onder druk van de Aziatische merken die vanaf de jaren zeventig een offensief ontketenden en door veel leren en ondervinden hun wagens een stuk boven de middelmaat wisten te laten presteren. Het was met dank aan de Duitsers als Mercedes en Audi dat we de roest onder controle brachten. Zo levert Skoda net als de concernzusters haar modellen sinds 1998 vollverzinkt en met Hollraumversiegelung. Het ging snel in een paar decennia. Maar die ontwikkelingen komen verderop in het verhaal allemaal nog voorbij…

      Geliked door 1 persoon

  1. Het was altijd wat, bijna dan, met auto’s van toen en je vond het heel gewoon. Achteraf denk je: ze stonden eigenlijk nog in de kinderschoenen.
    Ik kende mannen die het niet erg vonden, interessant gespreksonderwerp. ☻

    Like

    • Veel automerken bouwden voort op hun traditie. Dat zorgde jarenlang voor een hoop ellende. En een matig imago. Wie nu de pechstatistieken volgt ziet dat sommige landen en merken nog steeds moeite hebben om dat imago los te laten. Gelukkig is Skoda sinds 1992 gaan samenwerken met VAG en werd het merk boven elke twijfel verheven…

      Like

  2. Leuk om te lezen. Ben in de jaren 60 samen met mijn oom naar de autorai geweest. Hij (winkelier) kocht daar een blauwe Skoda (soort bestel? weet geen type). Hij heeft er zoveel ellende mee gehad. Als hij de hoek om ging ging de toeter spontaan af. Hij was dan ook blij dat na een paar maanden hij TotaLoss werd gereden. Sinds dien kan tot op heden ben nu 63 het merk Skoda mij niet bekoren.

    Like

    • Die Skoda-bestellers stamden vermoedelijk uit de roerige politieke jaren in het land Tsjecho-Slowakije waarover ik later nog wat meer zal vertellen. In 1968 werden de Tsjechen door de buurlanden en Sovjet-Unie overlopen en het oude regime weer in het zadel geholpen na een voor de Tsjecho-Slowaken zo plezierige ‘Praagse Lente’. Het was daardoor dat veel zaken mis gingen. Los daarvan had men ook nog van doen met het grotendeels afbranden van de nieuwe fabriek voor de 1000MB uit 1964 en later. Het hielp niet mee om de beoogde kwaliteit van de autos op peil te houden. Pas in de jaren 70/80 besteedde men daar weer de nodige aandacht aan. Overigens was het bij veel andere automerken niet zo veel anders in die tijd. Vergis je niet dat o.a. roest spreekwoordelijk verbonden was met Italianen en Fransen en de afwerking ook daar veel te wensen over liet. De Britten bakten er indertijd ook niet veel meer van. Kortom, na de invasie door Japanse automerken werd Europa (en de VS) zich bewust dat het ook anders kan. En uit mijn verhaal zal blijken dat men ook bij Skoda, als een van de weinige (Oost)Europese merken kwaliteit, veiligheid en comfort heel hoog in het vaandel zette….

      Like

  3. En toch herinner ik me skoda niet als een automerk dat opviel als uitdagende snelle auto. Maar ja, in die tijd lette ik niet zo op automerken want wij reden nog tweedehands en waren afhankelijk van een beetje goede en betaalbare niet te grote auto , het merk was onbelangrijk.

    Like

    • Skoda bouwde in de beschreven jaren vooral familiewagens. Het sportieve paste meer op het circuit, waar de Tsjechen de concurrentie vaak zoek reden. Voor WO2 hadden ze een grote reeks sportieve wagens in het aanbod, maar dat paste niet bij de communistische sfeer van 1947 en later. Wie nu een Skoda RS koopt krijgt een wagen die zodanig is uitgemonsterd dat de 250km/u snel in zicht komt…

      Like

Plaats een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.